Aristoteles

Socrates: Ik weet dat ik niets weet.
Socrates: Het geheim van veranderen is om je energie niet te richten op het bestrijden van het oude maar op het realiseren van het nieuwe.
Aristoteles: Als de mens al zijn innerlijke talenten op de juiste wijze heeft ontplooid, zijn intellectuele eigenschappen, en zijn karaktertrekken, dan heeft hij het goede leven bereikt en is hij gelukkig.
Alles wat in de ziel zit, is slechts een weerspiegeling van voorwerpen in de natuur.
Albert Schweitzer Één ding weet ik zeker: de enigen onder u die gelukkig zullen zijn, zijn degenen die het dienen in hun leven gezocht en het in de praktijk gebracht hebben.
Franklin D. Roosevelt: Only Thing We Have to Fear Is Fear Itself.
Abram de Swaan Wat de formule is in de natuurwetenschap, dat is de formulering in de mensenwetenschap: de nauwkeurigste, de meest beknopte én de breedst mogelijke verwoording van iemands constateringen.

Antieke filosofie ('Metafysica en Fysica', Griekse mythologie, Micro - en Macrokosmos, Catharsis)

Socrates: Onwetendheid is de bron van alle kwaad.
Charles Darwin: Onwetendheid leidt vaker tot overmoed dan kennis.
Socrates: Wijsheid begint met verwondering.
Socrates:
De leuze Ken u zelf, Γνωθι σεαυτον (Gnothi seauton), leek zijn leidmotief bij de benadering van kennis over de werkelijkheid.

Aristoteles, leerling van Plato heeft beschreven dat het er in het leven om gaat het juiste midden te vinden tussen twee extremen. Het menselijk verstand begrijpt de dingen slechts door contrast. In alles ligt het tegendeel besloten. Kortom, het dualisme is een kunstmatig door het denken aangebrachte scheiding, die in feite niet bestaat. De ‘Gulden middenweg’, is een bewustwordingsproces, dat er van uitgaat dat de waarheid in het midden ligt.

De gulden middenweg: Aristoteles en de deugdethiek
Het ideale leven
Na zijn beschouwing over de deugden zette Herman Philipse aan tot nadenken over de mate waarin wij een ideaal leven denken te leiden. Dit zou enerzijds kunnen leiden tot nieuwe inspiratie, of anderzijds tot een verwerping van de theorie van Aristoteles. Naarmate de beschrijving van het ideale leven voortduurde, begon het er steeds meer op te lijken dat volgens Aristoteles een student het ideale leven leidt; het continue wijsgerige denken beschouwt hij namelijk als hoogste geluk.
Grootsheid en bankiers
De Ethica Nicomachea is zoals gezegd niet zozeer een aanrader voor het publiek in het algemeen. Aristoteles onderscheidt zich bijvoorbeeld van Plato door geen exactheid te verwachten van de ethiek en qua schrijfstijl zou het minder leesbaar zijn dan
De staat. Philipse beschouwt de Ethica wel als interessant en relevant voor bankiers. En dan met name de bankiers die de economie om zeep hebben geholpen. Een deel van hen zal zich kunnen herkennen in de deugd grootsheid: 'wie groots is, kijkt met recht op anderen neer'. Bankiers kunnen nogal eens last hebben van hooghartigheid. Grootsheid moet wel aan enkele eisen voldoen voor dat zij als deugd beschouwd mag worden, ze is dan een gulden middenweg tussen verwaandheid en kleinzieligheid. Op dit punt zal het voor de bankiers nogal kunnen wringen. Maar wij kunnen dankzij deze bankiers zelf juist een des te deugdzamer leven leiden. De gevolgen van het ondeugdelijke gedrag van bankiers dwingen ons allen in deze tijd tot enige vorm van gematigdheid - een gulden middenweg tussen ongevoeligheid en losbandigheid.

Aristoteles geloofde dat catharsis mogelijk was door het geloof in lichaam en geest. Dit volgens het prototype van de Griekse mens: zij geloofden in het principe van 'een gezonde geest in een gezond lichaam'. In het theater komen geest en lichaam samen wat het dus mogelijk maakt om tot catharsis te komen, samen met de ontvankelijkheid van de toeschouwer.

Prof. van Peursen bespreekt al in zijn boek Cultuur in stroomversnelling uit 1975 het culturele leerproces ('Holisme in de biologie') aan de hand van het Trekkermechanisme. De hamvraag blijft waartoe zijn we op aarde?
Daarmee hangt samen wat is onze levensstijl? Kiezen wij als richtsnoer voor ons leven de zinloosheid van ons bestaan? Of kiezen wij het inzicht van niet-weten van Socrates als richtsnoer? Willen wij ons openstellen voor het inzicht van Eckhart dat de enige, onmetelijke, ongeschapen, eeuwige waarheid alleen te aanschouwen en te kennen valt door in een niet-weten te geraken? Met dat niet-weten bedoelt hij een veranderd weten, een niet-weten dat uit weten voortkomt. Om dat niet weten cirkelen onder meer de negatieve theologie en het Boeddhisme, denkrichtingen waarin de subject-object relatie wordt opgeheven. Die keuze is essentieel voor de wereld, waarin wij leven. Het gaat om behoedzaam met plant, dier en medemens, met de verscheidenheid om te gaan, of er zich niet om te bekommeren. De keus is aan ons.

Socrates toont zich met zijn dialogen een evenwichtskunstenaar. Socrates is leraar noch meester. De Socratische dialoog biedt een houvast om door het stellen van de juiste vragen dichter bij de waarheid, een synthese, een oplossing te komen. Maar de kernvraag blijft of degene die het goede kent het alleen daardoor ook doet?
De leuze Ken u zelf, Γνωθι σεαυτον (Gnoothi seauton), leek zijn leidmotief bij de benadering van kennis over de werkelijkheid. Hoe kan iemand iets kennen, als hij zichzelf niet kent? Wie kent er dan? En wat is de waarde van zulke ongegronde kennis? Hij leek vooral zelf op zoek naar die ultieme kennis van het diepste zelf, waarzonder men niets echt kent. En als men dat kent, dan weet men tenminste wie er niets kent, en kan vandaaruit reële kennis worden opgediept.
Socrates was de eerste van de drie invloedrijkste filosofen (naast Plato en Aristoteles) uit de Griekse oudheid, vooral bekend als uitvinder van de socratische methode. Hij was de eerste die het handelen van de mens centraal stelde in zijn wereldbeschouwing vanuit de vraag: hoe moeten wij zo verantwoord mogelijk leven?

Socrates schrijft geen artikelen, citeert geen boeken en houdt ook geen lange uiteenzettingen. Hij is geen ‘schriftgeleerde’ maar gaat daarentegen op onderzoek in een gesprek met mensen. Uit de Phaedrus blijkt dat Socrates niet gelooft in kennisoverdracht via teksten en voordrachten. Echte kennis is voor hem evaluatief en levendig. Vaardigheden en informatie gelden op zich niet als kennis omdat de doelen waarvoor de vaardigheden worden ingezet en de conclusies die uit die informatie worden getrokken buiten de kijker staan. Daarom kan echte kennis pas worden opgedaan in een wederzijds gesprek waarin de leraar samen met zijn gesprekspartners overtuigingen en oordelen onderzoekt op basis van eigen ervaringen. Zo’n onderzoek heeft als effect dat er nagedacht wordt over wat gemeenschappelijk is, dat er plaats is voor twijfel en onwetendheid, dat de leraar even geëngageerd en zoekend is als zijn leerlingen en dat er een dialectiek op gang komt die beiden in staat stelt het onderzoek nog verder door te voeren. In de Lachès zegt Nicias, een Atheens generaal, hierover : « Je zult daarna ongetwijfeld zorgvuldiger leven als je zijn onderzoek niet uit de weg gaat en bereid bent, en het normaal vindt…je leven lang te blijven leren en niet te denken dat het verstand met de jaren vanzelf komt » (Plato, Laches, 187e-188c).
De kennis die Socrates zijn gesprekspartners wil bijbrengen is vooral zelfkennis.

Retorica – de logos, ethos en pathos van het overtuigen
Drie ovetuigingsmiddelen
Daar waar we argumenten aandragen, hopen we te overtuigen. Argumenteren zelf is een talige bezigheid, maar om te overtuigen is vaak meer nodig dan alleen een goed argument. Binnen de argumentatieleer richt de retorische leer zich op de kunst van de welsprekendheid of het overtuigen. Aristoteles verstaat onder ‘retorica’ de “vaardigheid om geschikte overtuigingsmiddelen te vinden om in een redevoering te gebruiken” (bron [1] p. 49). Hij maakt onderscheid tussen technische en niet-technische overtuigingsmiddelen. Onder niet-technische middelen wordt bijvoorbeeld materiaal verstaan dat onafhankelijk is van de spreker, zoals wetten, rapporten of documenten. De technische middelen zijn daarentegen interessanter.

Marlings Muzen (Menno Pot interviewt Laura Marling Volkskrant 14 maart 2017 Bijlage p. 4-5):
Ze geldt als de belangrijkste Britse folkartiest van dit moment. Laura Marling bracht een nieuw album uit en belichtte de rol van vrouwen in de popmuziek met een serie bijzondere podcasts.
WAARHEID
Het lied Wild Once is haar ode aan de wilde, ontembare vrouw die zichzelf toch maar temde, omdat de maatschappij dat nu eenmaal van een vrouw verwacht: 'I was wild once and I can't forget it (...) There is something just beneath/ Something shy and hard to see.'
CONFLICT
'Dat gaat over het innerlijke conflict dat woedt in elk mens: het conflict tussen de beheersing die van je wordt geëist en het volmaakt vrije, ongeremde wezen dat je graag zou willen zijn. Ook mannen kennen dat conflict, denk ik, maar ik denk dat het voor vrouwen meer wringt. Voor ons is de discrepantie groter: enige stoerheid wordt in een man gewaardeerd, maar het vrouwelijke archetype is zacht en zorgzaam, vooral niet te brutaal of eigengereid. Ik voel die worsteling zelf heel erg: ik wil bemind en beschermd worden, maar tegelijkertijd een ongeleid projectiel zijn. Daar kom je als vrouw nooit helemaal uit.'

Het conflict waar Laura Marling mee worstelt heeft op de onbewogen Beweger van Aristoteles betrekking.

Prof. dr. J. Peters boek Metafysica een systematisch overzicht
Dit absolute heet bij Aristotelos: onbewogen Beweger, Zuivere Akt, Denken van Denken. Bij Scotus: het Oneindige Zijnde. Bij Thomas van Aquino: het Subsistente Zijn.

Aristoteles "De mens is een met rede en spraak begiftigd dier."
Een van Aristoteles' belangrijkste metafysische inzichten is dat alles in de natuur door iets anders wordt bewogen of in gang gezet. Iemand of iets, stelt Aristoteles, moet de oorsprong zijn van dat proces. Deze instantie noemt hij 'de onbewogen beweger' die het universum in beweging houdt zonder zelf door iets anders te worden bewogen.
Vanuit bewustzijnsfenomenologisch onderzoek is de
Filosofie van het Ik''' geschreven. Het Ik dat je door zelfwaarneming in het bewustzijn kunt vinden en dat ieder moment kan denken, voelen, willen en waarnemen: ‘ik denk deze gedachte’, ‘ik voel deze emotie’, ‘ik wil dit bewerkstelligen’ en ‘ik neem dit ding waar’, noem ik het filosofische Ik. Met het Filosofische Ik – dat Aristoteles de Onbewogen Beweger noemt: die niet door iets ander bepaald hoeft te zijn dat door zichzelf – is verbonden het denken over het denken, waardoor je een gedachte in een emotie of de wijze waarop je denkt op waarheid kunt onderzoeken of zelfreflectie. Het Filosofische Ik is het scheppende en zich vernieuwende Ik.

Zeven wijsheden van Aristoteles:
1. “Hoop is een ontwaakte droom”
2. “Een goede daad verrichten is makkelijk; de gewoonte ontwikkelen om dat altijd te doen niet.”
3. “Geluk is geheel afhankelijk van onszelf.”
4. “Het geheel is meer dan de som van de delen.”
Dit is een citaat dat onderwijl ook als uitdrukking in onze dagelijkse taal terugkomt. 1+1 = meer dan twee. Een voorbeeld: als je met elkaar samenwerkt, kan je veel meer bereiken dan in je eentje. En dat komt niet alleen om dat twee mensen meer werk kunnen verzetten maar dat komt ook omdat er ook andere effecten zijn. “Het geheel is meer dan de som van de delen” gaat uit van een holistische kijk op het leven.
5. “We zijn dat, wat we bij herhaling doen.”
6. “Al onze acties komen voort uit een van de zeven volgende oorzaken: lot, natuur, dwang, gewoonte, reden, passie en verlangen.”
7. “Plezier in je baan zorgt voor perfectie op je werk”

Complementaire kennis en de ‘tweeledige waarheid’ van Plato en Aristoteles (Piet Ransijn Civis Mundi Digitaal #28 december 2014):
Complementair verband tussen Plato en Aristoteles
Het verband tussen
Plato en Aristoteles is essentieel voor begrip van de dubbele waarheid, die Buve op hen baseert. Hun relatie lijkt een niet doorzichtig soort verbinding of ‘verstrengeling’. Dat geldt evenzeer voor het verband tussen Plato en Socrates, die geen geschriften heeft nagelaten. Het geldt ook voor ons. Veel van onze ideeën, ook de ‘eigen mening’ zijn ontleend aan anderen, zonder dat we dat beseffen.

De ‘tweevoudige waarheid’ bij Plato en Aristoteles. Zijn Plato en Aristoteles tegenstrijdig of complementair? (Piet Ransijn Civis Mundi Digitaal #29 februari 2015):
1. Inleiding: Zijn
Plato en Aristoteles nog relevant voor onze wetenschap, cultuur en samenleving?
Deze inleiding geeft een actuele toelichting op wat er aan de hand is met de moderne wetenschap en legt een verbinding met eerdere artikelen, waarin wetenschap, filosofie en religie als complementair worden beschouwd. Dit vervolgartikel is een ‘uit de hand gelopen’ reactie op de het boek van Buve over ‘de dubbele waarheid’. Hij baseert zijn visie op Plato en Artistoteles op een wijze die inspireert om hen nader te bestuderen.
Dit artikel benadrukt evenals Buve de relevantie van Plato en Aristoteles. Daarna volgt een typering van beide filosofen in een wetenschappelijk, filosofisch en cultuurhistorisch kader dat de visie van Buve aanvult en waarbij de filosofie van Aristoteles voortvloeit uit die van Plato. Zij blijken elkaar aan te vullen als
complementaire tegenwichten, ook al lijken zij soms tegenstrijdig en is dit niet altijd even duidelijk, zoals Buve laat zien.
In zijn boek over Het Akshaveld wijst Laszlo op coherentie, vormende
in-formatie in een soort nonlocaal veld of dimensie die overeenstemming toont met de ideeënwereld van Plato en de vormen van Aristoteles. Akasha is het Indiase begrip voor ruimte die non-locale ruimte en in-formatie omvat. De ‘String- of snaartheorie ziet deeltjes en kwanta als vibrerende snaren volgens wiskundige formules of ingewikkelde trillingsgetallen. Zo nadert kwantumfysica Plato.
De
dialectische methode wordt niet duidelijk toegelicht bij Plato, laat staan ‘geoperationaliseerd’. Het lijkt een nogal intellectuele ‘weg van het inzicht’. Groot (p 216) vergelijkt deze weg met de Indiase gyana yoga, “kennis van vereniging” letterlijk vereniging door kennis, gnosis, en met atmavidya. Dat is intuïtieve, schouwende kennis van de ziel, atman. Dit is de nous, de ziel of geest bij Plato, die dichtbij de hoogste Idee van het Goede komt.'' De Indiase filosofie is meer methodisch uitgewerkt in meditatiemethoden dan de filosofie van Plato. Volgens Groot en anderen is er een onmiskenbare verwantschap. die interessant is om Pato (beter) te begrijpen en zijn leer toepasbaar te maken. Maar ook in India zijn (meditatie)methoden en technieken schriftelijk niet goed te leren en is direct onderricht nodig.

J. Buve boek Liber Universitatis - Aan de Slapende Intellectuelen van de Lage Landen (Piet Ransijn recensie: Complementaire kennis en de ‘tweeledige waarheid’ van Plato en Aristoteles), het reflexief bewustzijn:

Aan welke 'supertoezichthouder' of inspiratiebron (Vicar of Christ) geven we de voorkeur en welke visie van het 'Goede - Ware - Schone' van Socrates en Plato wordt uitgedragen?

In philosophy, Potentiality and Actuality are principles of a dichotomy which Aristotle used to analyze motion, causality, ethics, and physiology in his Physics, Metaphysics, Ethics and De Anima (which is about the human psyche).

Aristoteles Deugdethiek
Het goede en deugdzame leven volgens Aristoteles
Aristoteles verstaat onder een goed en deugdzaam leven de levensvorm waarbij men zich verwerkelijkt (heeft) in de zin van de vervolmaking van zichzelf (zingeving). Het gaat uiteindelijk bij deze
levenskunst dan ook om het leven als geheel. Daarbij is van belang dat de ethiek een leer der praxis is: het gaat om de praktische vaardigheid (phronesis). Een deugd is een voortreffelijke realisatie van zo’n vaardigheid. Het gaat daarbij om de voortreffelijkheden van de ziel (psuchê), niet van uitwendige goederen zoals rijkdom of van het lichaam. Al het bewuste menselijk handelen is op een doel (telos) gericht en om al het menselijk streven niet zinledig te laten zijn moet er een laatste en hoogste doel zijn: dit hoogste (en daarmee aangenaamste) goed dat (impliciet) slechts omwille van zichzelf wordt nagestreefd is het geluk (eudaimonia). Het geluk is het principe (archê), in de betekenis van de (doel)oorzaak, van al het goede handelen en als zodanig het einddoel van de verschillende concrete doelen van het menselijk handelen. Het is bovendien niet transcendent, maar kan verwerkelijkt worden in een leven dat voltooid is: geluk betekent een gelukt, dus een geslaagd leven. Dit volmaakte leven impliceert een zekere autarkie. Uitwendige lotgevallen hebben wel invloed en bepaalde uitwendige goederen zijn wel noodzakelijk, maar het ware geluk is als een handelen vanuit een deugdelijke grondhouding in de kern van de zaak bestendig.

Aristoteles trachtte door zijn ervaring en wat hij zag verklaringen te vinden voor de wereld en het bestaan. Voor Aristoteles draait de Zon om de Aarde. Dit is wat je kan zien, daar hoef je niet aan te twijfelen. Voor 'ons' klinkt dit achterlijk, liever geloven we nu onze leraar van de lagere school die beweert dat de Aarde om de Zon draait, ook al zien we het tegendeel. (Zuiver natuurkundig gezien is er geen centrum waarom iets draait, dus beide beweringen kunnen waar zijn. Het één rekent wat makkelijker dan het andere.) Aristoteles onderscheidde 4 oorzaken voor alle substanties:
de stofoorzaak; waarvan is het gemaakt, waaruit bestaat het?
de vormoorzaak; wat is het?
de werkoorzaak; waardoor is het tot stand gekomen?
de doeloorzaak; waartoe, omwille waarvan is het tot stand gekomen?
De laatste oorzaak voltooit de eerste drie oorzaken. Het is een merkwaardige oorzaak. Bij oorzaak denken we aan iets in de verleden tijd dat de aanleiding is voor het ontstaan van iets in het heden. Een oorzaak-gevolg relatie. een doeloorzaak vraagt echter naar iets in de toekomst dat de reden is voor het bestaan van een substantie in het nu.
Bij een voorwerp als een brood kunnen we de doeloorzaak makkelijk aanwijzen: het doel (en de rechtvaardiging) van een brood is de nuttiging ervan. Bij dingen uit de natuur wordt het lastiger, ook omdat het een inteligenter groter plan veronderstelt. Het doel van een bij kan zijn de onderlinge bestuiving van planten. Wat is het doel van de natuur en wat is het doel van de mens zelf? Hierover kunnen we alleen: of gissen, of het onderwerp vermijden (waar het ons verstand betreft), of te rade gaan bij geopenbaarde bronnen, of ons dusdanig ontwikkelen dat we zelf een bron van openbaring worden voor onszelf. Van de vier genoemde oorzaken voor elke substantie, is de doeloorzaak de krachtigste en de finale oorzaak. Deze vermijden omdat deze niet 'geweten' kan worden lijkt een pad dat ons hele wezen geweld aandoet. Bij alles tracht de huidige mens zijn daden met rede en een doel te doen, maar zijn wezenlijke bestaan lijkt hij niet te kunnen rechtvaardigen.
Deze encyclopedie en site gaat uit van een doel voor het leven en het bestaan van de schepping. Maar probeert een middenweg te vinden tussen geopenbaarde theologieën en rationele waarschijnlijkheid gesteunt door waarneming, logica en ervaring. De belangrijkste bronnen van geopenbaarde theologie die hier gebruikt worden zijn de westerse esoterische bronnen, waarvan de Hermetica, Gurdjieff en meest recent die van Leo Armin (waarover artikelen in de Tafelen). Via Mevrouw Blavatsky en de theosofie is er veel Boeddhistische en Hindoeïstisch materiaal in het westerse denken gekomen.

Jan Wicherink boek Ontheemde Zielen Ontwaken:
77: In de Griekse oudheid geloofden Griekse wetenschappers en filosofen dat de natuur vier elementen telde: aarde, water, vuur en lucht. De atomen, zo geloofde men, waren de bouwblokken van deze vier elementen van het universum. Aristoteles voegde er een vijfde element aan toe, de ether en hij postuleerde dat de planeten en de sterren gemaakt waren van deze ether.
28: De attractoren van de chaostheorie zetten het hele idee van oorzaak en gevolg op
hun kop. Causaliteit is gebaseerd op de idee dat voor ieder effect een oorzaak moet bestaan in de tijd die voorafgaat aan het effect. In de chaostheorie is de attractor echter de oorzaak, de ongeziene kracht in de natuur die het effect, de gebeurtenissen uit zowel het verleden als uit het heden naar zich toe trekt. De attractoren in chaostheorie vormen de kracht die de Griekse filosoof Aristoteles entelechie (doelgerichtheid) noemde, het doel dat de gebeurtenissen naar zich toe trekt.
Hoofdstuk 5 Herstel van een oude wetenschap - Recapitulatie (of p. 74 Jan Wicherink boek Ontheemde Zielen Ontwaken):
Dit hoofdstuk was een les in de Heilige Geometrie. Ik zou het niet in dit boek geïntroduceerd hebben, ware het niet dat het zo’n belangrijke rol speelt in een nieuwe fysica die vorm begint te krijgen. Wetenschappers zijn de betekenis van geometrische en fractalpatronen aan het ontdekken in ons fysieke universum, zoals in de gravitatie en elektromagnetische velden van de aarde, de structuur van het atoom en het energieveld van het menselijke lichaam.

Kernpunten van de antroposofie/Mens- en wereldbeeld:
Bij Aristoteles (384-322 v.Chr.), die een leerling van Plato was, is er geen sprake van wederbelichaming van de menselijke geest omdat deze pas bij de geboorte ontstaat. Deze geest is volgens Aristoteles tweevoudig: de passieve geest is met de sterfelijke mens – als eenheid van ziel en lichaam – verbonden; de actieve geest is onstoffelijk en onsterfelijk en werkt vanuit de goddelijke sfeer op de passieve geest in. Voor zover de mens die inwerking heeft ontvangen, zal zijn geest na de dood eeuwig voortbestaan. Het waarnemen van de natuur is mogelijk door het lichaam, het behouden van herinneringen is mogelijk door de ziel en het vinden van de waarheid geschiedt door de geest (‘nous’). In de filosofie van Aristoteles is de trichotomie dus duidelijk te onderkennen.

Harry Massey en Peter Fraser DE ONDERSTE STEEN BOVEN Een revolutie in de preventieve gezondheidszorg (p. 35)
Negatieve entropie en het etherische vlak
Dr. William Tiller verklaart psychische en etherische fenomenen in termen van ‘negatieve ruimte/tijd’. Dr. Tiller gebruikte Einsteins vergelijking van de relatie tussen energie en materie om het bestaan te voorspellen van het etherische vlak. Richard Gerber, M.D., legt dr. Tillers hypothese uit in zijn klassieke boek Handboek Energetische Geneeskunde.
36: De meest opvallende uitzondering in het materiële universum op de entropiewet wordt volgens dr. Gerber in levende systemen gevonden. Ze nemen grondstoffen en energie op die minder gestructureerd zijn en vormen daar systemen mee die meer gestructureerd zijn. De levenskrachten die dat in menselijke wezens doen, komen voort uit de etherische en astrale lichamen die in de negatieve ruimte/tijd bestaan. In het lichaam is de negatieve entropie (structuur en organisatie) gelijkgesteld aan gezondheid. Entropie – de neiging van cellen om terug te keren naar hun onafhankelijke, ongestructureerde staat – is gelijkgesteld met ziekte.

De Amerikaanse internist Richard Gerber heeft in het boek Handboek Energetische Geneeskunde diverse geneeswijzen op een rijtje gezet waarbij hij als rode draad heeft gekozen: de energie. Dit kan zijn licht, geluid, elektriciteit, magnetisme, straling e.d.: allerlei vormen van energie die in diverse geneeswijzen worden gebruikt. Na een inleidende uitleg over energie in het algemeen komt hij als vanzelf op de homeopathie, kruidengeneeskunde, helderziendheid, accupunctuur en kristaltherapie. Bij al deze geneeswijzen onderzoekt hij de rol van de energie.
Al lezende kom je tot de conclusie dat het eigenlijk dus geen verschillende geneeswijzen zijn, alleen de interpretaties van energie verschillen.

De onderzoeksresultaten op het terrein van 'Nature en Nurture' bieden een kader voor het 'Incarnatie en Reïncarnatie' debat. Zelfreferentie vormt daarbij de spil. Het is en blijft allemaal mensenwerk. Centraal staat dat de toekomst wel degelijk het heden kan bepalen, hoe richten wij onze energie? Bij leven gaat het om de entelechie van Aristoteles, de emergente (noogenesis) eigenschap zelfgelijkvormigheid. De vier oorzaken-leer van Aristoteles is nog steeds actueel. Pythagoras had de kwintessens, de onderliggende eenheid achter de verscheidenheid al te pakken, de chaos. Het zijn onze conditioneringen die bepalen hoe we de wereld zien.

Enérgeia is, in tegenstelling tot kínèsis, uitdrukking van volmaaktheid, d.w.z. impliceert entelechie. Enérgeia is dus op elk ogenblik "af" (téleia) - daarom is ze de zijnswijze van de Godheid. Ze is bijgevolg niét "in de tijd", maar is een aaneenschakeling van identieke, tijdloze en ondeelbare "nu's" - zodat ze reversiebel is. De enérgeia àls enérgeia is bijgevolg verbonden met "bewegingloosheid" (akinèsía) - waaronder iets anders te verstaan is dan "rust" (als gestopte beweging, die zelf onder de categorie van de "beweging" valt).
Uit deze voorbeelden blijkt duidelijk dat Aristoteles de vraag naar de psuchè hanteert als de vraag naar het specifieke érgon, d.w.z. de (soortspecifieke) functie of nuttigheid, zeg maar: de "gebruikswaarde", van het levend wezen in kwestie. M.a.w. de psuchè is in eerste instantie niet méér dan het kunnen-functioneren van een levend lichaam. Aristoteles noemt de psuchè daarom de eerste "entelechie". Het daadwerkelijk functioneren van dat levende lichaam is de "tweede entelechie".
Fractals vertonen drie eigenschappen tegelijkertijd: iteratie (recursiefproces), gebroken dimensie en zelfgelijkvormigheid. Enkel het laatste is visueel zichtbaar. De zelfgelijkvormigheid is de eigenschap dat als men een stukje van een fractal vergroot men terug de oorspronkelijke figuur verkrijgt. Deze eigenschap heeft ook nog andere gevolgen : als men slechts een stukje kent van een fractal, kan men hieruit de volledige fractal terug verkrijgen (zie ook geschiedenis van fractals).
Chaostheorie (kies: Classificatie, 'Driehoek en vierkant van Sierpinski', 'Bomen van Pythagoras').
Wet van drie: Groei, proces en beweging (universele wetten).
Het begrip dynergy is door György Doczi geïntroduceerd. Dynergie vindt in het centrum, het Akasha-veld plaats. Het zet de potentie van creatieve energie tegenover de verwerkelijking, de realisatie ervan. Dynergie brengt beter tot uitdrukking dat het gaat om de genererende kwaliteit van opposities. Polariteit en dualiteit benadrukken tegenstelling en conflict. Dynergie legt de nadruk op samengaan, het samenwerken, de wisselwerking, maar impliceert niet direct opposities.

Bij een graancirkel die bij Picked Hill (Wilcot) is verschenen merkt Judith K. Moore op: ‘De Graal is in feite een wetenschappelijke formule van kwantumfysica en heilige fractale geometrie…

De gebroken symmetrie zorgt voor het onderscheidingsvermogen van onze ziel en risicobeheersing om de crises van menselijke makelij te bezweren.

Bob Hoogenboom Politieke afrekeningen werken averechts (Vokskrant 18 december 2009): Een deel van de oorzaken ligt in structuren, processen en verantwoordelijkheden, maar een deel ligt ook in de grillige spelingen van het lot. Geen kritisch incident is hetzelfde. Kritische incidenten passen in de ‘zwartezwanentheorie’ van Nassim Nicholas Taleb. Kort gezegd: achteraf wordt in gebeurtenissen een orde aangebracht om daar identificeerbare oorzaken aan toe te kunnen schijven. Die ‘orde’ was er op het moment zelf niet, zeker niet voor de direct betrokkenen. Taleb spreekt over de illusie van het begrijpen van een gebeurtenis.
‘Barbertjes ophangen’ heeft een politieke (symbolische) functie. De tragiek van dergelijke ‘rituele slachtingen’ is dat dieperliggende oorzaken en constanten in het politiewerk niet wezenlijk worden geraakt. Ik begrijp de politieke realteit, maar ik ben ook geïnteresseerd in de constitutionele context van kritische incidenten. En daarin zitten duivelse dilemma’s.

Freek van Leeuwen Geestkunde hoofdstuk 5.2.2 Het gewaarworden (p. 208)
Wat er om de mens heen gebeurt, prikkelt de vijf zintuigen van het lichaam: tast, smaak, reuk, gezicht en gehoor. In de zintuigcellen worden mechanische prikkels (tast, gehoor), chemische prikkels (smaak, reuk) en elektromagnetische prikkels in de vorm van licht (gezicht) opgevangen. Deze prikkels veroorzaken snelle veranderingen van het spanningsverschil tussen de binnen- en buitenkant van de zintuigcellen, zogenaamde ‘potentiaalsprongen’: een elektrisch verschijnsel dat zich voordoet in het membraan van de cel door het heen en weer bewegen van elektrische ladingen in de vorm van elektrisch geladen natrium-, kalium- en chlooratomen, zogenaamde ‘ionen’.

Benjamin Adamah Aristoteles’ Wiedergutmachungsfilosofie over de verwekking en bestrijding van het Orwelliaanse ‘ding’…
Pragmatisme blijft de empowerment van het moderne denken, dat de mystieke correlatief dialectische “wiskunde” van de natuurlijke balans tussen oorzaak 1+3 en 2+4 van Aristoteles structureel verstoort en daarmee de synergie tussen macro en microkosmos vervangt door ‘the American way of life’. Hiermee ontkoppelt het pragmatisme de ‘ik’ van de mens duurzaam van zijn hoger zelf of Amakua, de interface tussen bewustzijn van bewustzijn en de interactie involutie-evolutie. Dit proces verkankert zich in elk samenlevingsfacet, zelfs in de meest goedbedoelde toekomstgerichte initiatieven en vrijwel altijd vind de uitzaaiing plaats via een veel te grote invloed van industrie en bedrijfsleven op de overheid met de glamourterm ‘innovatie’ als ziekmaker.

Ko van Diemen Materie, patronen en klank (deel 2):
In de verschillende spirituele werelden blijken de ideeën over het begin der schepping elkaar te overlappen. In de Koran staat bijvoorbeeld dat alles geschapen is in paren, een gedachte die ook terug te vinden is bij de Pers Zarathustra (leer der tegenstellingen), die op zijn beurt Pythagoras onderwees. De heilige getallen van Pythagoras staan in nauw verband met de leer der tegenstellingen. Ook vinden we deze getallen terug in de Joodse Kabbala en uiteraard in Egypte. Ook wordt in de Koran gesproken over ‘Saute Soermat’ (het abstracte geluid der schepping).
1 + 1 = 3 (aldus sprak Pythagoras).
Het begin der getallenleer impliceert het beginsel van de ‘Heilige Drieëenheid’, een beginsel dat ook tot basis dient van het Christendom. Heilige Drieëenheid: Vader, Moeder en Zoon. In het Christendom werd na enkele eeuwen het vrouwelijke vervangen door ‘Heilige Geest’. Een fundamenteel verschil tussen Christendom en de Egyptische religie is dat er in Egypte sprake is van een scheppingsleer. Het verhaalt in eerste instantie niet over een lang vervlogen geschiedenis, maar beschrijft eerder het scheppingsprocedé zoals dat in het hier en nu plaatsvindt. In dit zelfde licht moeten we alles zien wat Pythagoras zegt over het begin van schepping.
Bij Pythagoras gaat aan de Heilige Drieëenheid een soort goddelijke eenheidsstatus vooraf. Deze meest perfecte goddelijke oertoestand definieerde hij als ‘de absolute eenheid’, het ongeopenbaarde in zichzelf verenigde mannelijke en vrouwelijke. Om tot schepping te komen (zich mede te delen in de driedimensionale realiteit, het ‘geopenbaarde’ leven) brengt dit goddelijke een offer; het splitst zich om zijn eenheid te verbreken. Door deze splitsing ontstaan twee componenten die door hun interactie een derde kracht creëren.
Deze gedachte laat zich wederom vertalen via de Fibonaccireeks (recursie, leerproces):

Anaximander wijt zijn bekendheid vooral aan zijn kosmologie. Net als zijn tijdgenoten was hij op zoek naar de archè (Oud-Grieks: ἀρχή) van het universum, een eerste principe als begin van de wereld. Bij Anaximander was de ene elementaire substantie, waaruit alles was ontstaan, niet het water zoals bij Thales en ook niet een andere stof die we kennen. Geen van deze elementen zou in staat zijn om alle tegenstellingen in de natuur te kunnen verklaren. Het principe dat hij als oersubstantie poneerde was oneindige, eeuwige en tijdloze massa, die hij het apeiron (Oud-Grieks: τὸ ἄπειρον) noemde. Deze oersubstantie, die niet direct waarneembaar is, maar wel in staat is een antwoord te bieden op alle bestaande tegenstellingen, vormde de basis voor alle stoffen die wij kennen. Hij werkte zijn principe niet gedetailleerd uit, maar het principe van het apeiron werd door Anaxagoras, een leerling van Anaximander, verder uitgewerkt. Deze zag het Apeiron als een oorspronkelijke oerchaos. Ook Plato en Augustinus vatten later de theorie van Anaximander op die manier op.

Op Thomas van Aquino (1225-1274), een middeleeuwse denker, wordt vandaag nog veel gestudeerd. Boeken, lezingen, studiedagen, instituten worden aan zijn denken gewijd. Dit is een goed inleidend boek om kennis te nemen van zijn ideeën aangaande de metafysica (door Aristoteles 'eerste filosofie' genoemd. Het streeft naar een visie op het geheel van het zijn en de zijnden). Om de waarheid te leren kennen beziet Thomas de begrensdheid van het menselijk kennen anders dan Kant:
De begrenzing van de rede wijst er volgens Thomas op dat de rede de condities van zijn autonomie niet in zichzelf heeft liggen. Het rationeel-discursieve (=verstandelijk redenerend) denken wordt naar zijn overtuiging gedragen door een ontvankelijkheid van de menselijke geest voor het zijn. (p.7)
Thomas is in het algemeen goed te volgen in dit boek, zijn gedachten komen helder op mij over. Hij overdrijft de zaken niet, maar brengt nuances aan waar dat nodig is. Niet alles is duidelijk voor mij, maar dat stimuleert tot verder nadenken. De teksten van Aristoteles uit zijn Metaphysica sluiten het boek af. Thomas die Aristoteles gebruikt om de werkelijkheid te begrijpen. Hij neemt daarbij niet klakkeloos alles van hem over, maar 'schaaft' hem bij, buigt zijn ideeën om tot de zijne, Thomas die als mens en christen de waarheid zoekt omwille van de waarheid.

====

Gulden middenweg (Logos, Triade, 3e Aanzicht, Individu en Collectiviteit)

Meister Eckhart: Um die „Gottesgeburt in der Seele“ zu verwirklichen, muss man die Vorstellung von Zeit aus dem alltäglichen Leben entfernen.
Meester Eckhart: De uiterlijke mens is de zwaaiende deur; de innerlijke mens is het stille scharnier. (BRES #300 november 2016)
G. Bodifée: Het is de paradox van het leven dat het de grootste orde in de natuur tot stand brengt door de meest intensieve productie van wanorde.
In die doelgerichte handelingen, die gericht zijn op het leven en op een uitbreiding van het leven, komt de aarde tot leven.
Dirk-Jan van Baar: Het feminisme fungeert als laatste verdedigingslinie tegen dreigende zedenverwildering van binnenuit en oprukkende barbarij van buitenaf. (Volkskrant 2 februari 2016 p. 20)
Stelling: Waar de gulden middenweg loopt is al millennia bekend. Het is niet nodig het wiel opnieuw uit te vinden. De middenweg geldt zowel top down als bottom up en is afhankelijk van de rollen die we bewust of onbewust in de maatschappij spelen. Er is niets nieuws onder de zon.

De paradoxen die vaak voorkomen in zijn gedichten, draaien rond een scharnier, waarbinnen twee tegenstrijdige beweringen even waar kunnen zijn: waar dood ook leven is, of leegte ook niet-leegte. Dat scharnierpunt krijgt een plaats in het typografisch wit. Peter van Lier schreef over Faverey vanuit zenboeddhistisch perspectief, en wees erop dat zijn paradoxen 'typisch boeddhistisch' zijn. Voor Van Lier is het grote verschil dat Faverey de uiteindelijke 'Ja-ervaring' in het 'veld van de leegte' niet bereikt. Ik ben het daar niet mee eens. Ik heb de indruk dat Favereys poëzie wel degelijk af en toe raakt aan dat moment - alleen eerder in de witregels dan in de tekst. Bijvoorbeeld in de velden van wit die de op zichzelf staande, niet-talige dieren, bomen of mensen omringen: [...]

Functioneel verdrietig (Margreet Vermeulen interviewt Randolph Nesse Volkskrant 8 augustus 2020 Wetenschap & V p. 28-29):
Angst en somberheid zijn nuttig, zegt de Amerikaanse psychiater Randolph Nesse. In zijn nieuwe boek zoekt hij de verklaring voor mentale pijn in de evolutie. ‘Natuurlijke selectie geeft geen snars om ons geluk.’
Daarom gooit de Amerikaanse psycholoog en psychiater Nesse het over een andere boeg. Hij zoekt naar evolutionaire verklaringen voor het ontstaan van depressies, schizofrenie en angststoornissen. ‘Mentale pijn moet zijn geëvolueerd zijn omdat het onze genen hielp te overleven.’
In zijn nieuwste boek Het nut van angst & somberheid schrijft Nesse dat emoties onze soort helpen om situaties zo goed mogelijk uit te buiten. Als er veel vis in de rivier zit, helpt een uitbundige stemming ons om daar zo goed mogelijk van te profiteren. Als de natuur even niks te bieden heeft, dempt dat de stemming en zijn we geneigd ons terug te trekken om energie te sparen. Net als dieren die in winterslaap gaan.
‘Ook
angst is een nuttige emotie. Het helpt ons niet in zeven sloten tegelijk te lopen. Maar angstregulatie (verhelpen angststoornis) is een kwetsbaar systeem en het staat te scherp afgesteld.
Wat betekent uw zienswijze voor de behandeling van angst en depressie?
‘Ik wil vooral
nieuwe vragen stellen om ons inzicht te vergroten. Er is geen snelle oplossing voor depressie en angststoornissen.
Waarom hebben vrouwen twee keer vaker angststoornissen dan mannen?
‘Dat wordt vaak gezien als een teken dat er iets mis is met vrouwen. Maar een
evolutionair perspectief draait het om. Mannen en vrouwen hebben de juiste hoeveelheid angst. Vrouwen zijn meer bezig met hun welzijn en dat gaat gepaard met een bepaalde hoeveelheid angst; mannen willen zo veel mogelijk genen doorgeven, lopen daardoor meer risico’s en dan is het handig wat minder angst te hebben.’

Wat is een angststoornis?
Als u bijvoorbeeld zó bang bent voor spinnen dat u er bijna elke dag last van heeft, u elke ruimte checkt en elke plaats mijdt waar u mogelijk een spin of spinnenweb zou kunnen aantreffen, dan is er sprake van een spinfobie. U lijdt niet alleen onder de angstgevoelens zelf, maar ook onder de leuke dingen en activiteiten die u zichzelf moet ontzeggen als gevolg van die angst, ook al kunt u er in veel gevallen goed mee leven.
2.1 Angst in het algemeen
Angst is een emotie welke je kunt vergelijken met verdriet en blijdschap. Het is een aanpassingsmechanisme van de mens aan bepaalde omstandigheden. Angst helpt mensen bijvoorbeeld te waarschuwen in gevaarlijke situaties om zo te kunnen overleven [34-35]. Het is dus een reactie op dreiging en gevaar wat leidt tot een fight-or-flight response [36]. Echter, er wordt een onderscheid gemaakt tussen de hierboven genoemde angst en ongerustheid (worry). Ongerustheid hangt meer samen met leed, vrees, catastrofaal denken en obsessies [37]. Daarnaast is ongerustheid gekoppeld aan activiteit van het cortico-striato-thalamo-cortical (CSTC) circuit (dit circuit zorgt ervoor dat informatie naar lager gelegen hersengebieden wordt verzonden), in tegenstelling tot angst wat is gekoppeld aan activiteit van de amygdala (dit circuit speelt een centrale rol in angstregulatie en het verwerken van weerzinwekkende prikkels) [38].

Stress (Lisette Thooft de Volkskrant 1 augustus 2020 Opinie p. 21):
Eindelijk aandacht in de Volkskrant voor het
immuunsysteem, ‘Vijf tips om de afweer te versterken’. De natuurlijke afweer is onze eerste, beste, goedkoopste en veiligste barrière tegen virussen en alle andere ziekten en aandoeningen. Ik miste nog stressverwerking en stressreductie in het rijtje tips. De relatie tussen stress en vatbaarheid voor ziekte is overvloedig aangetoond in wetenschappelijk onderzoek. En er is zoveel dat je kunt doen om emoties en spanningen te verwerken en een basishouding van ontspanning en acceptatie te kweken. Lichaamsbewustzijn is een van de belangrijkste pijlers onder een robuuste gezondheid. Alle soorten lichaamswerk helpen daarbij.

Dit is waarom stress juist goed voor je is! (Wendy 3 december 2018):
1. Stress is een ‘life saver’
Stress is nuttig. In een noodsituatie versnellen je ademhaling en stofwisseling en je bloeddruk en spierspanning stijgen. Je focust je aandacht en er worden stresshormonen aangemaakt. Deze zogeheten vecht-of-vluchtreactie zorgt ervoor dat je snel kunt reageren en direct een antwoord hebt op de situatie. Je maakt snel een inschatting van wat de beste overlevingsstrategie.
2. Je immuunsysteem wordt sterker
Als je gestrest bent, wordt je immuunsysteem meteen actiever en helen je wonden sneller.
Korte periodes van stress zijn dus een flinke boost voor je immuunsysteem.
3. Geheugentrainer
In een stressvolle situatie komt er cortisol vrij. Dit hormoon remt de eerste stressreactie, die door adrenaline ontstaat en zorgt ervoor
dat je je herinneringen over de stresssituatie goed in je langetermijngeheugen opslaat, zodat je die informatie later weer kunt gebruiken.
4. Je wordt socialer
Uit diverse experimenten blijkt dat mensen socialer en vrijgeviger worden in een stressvolle situatie. Dat is niet zo gek.
Gestreste mensen hebben vaak hulp nodig en zijn daarom meer gericht op andere mensen.

Om in de huidige stressmaatschappij op langere termijn te overleven is het wenselijk dat we ons gedrag aanpassen. Het lemniscaatdenken, het complementaire denken levert een morele bijdrage aan het overleven van het individu, de samenleving en het leven op aarde. Deze dimensie is echter al millennia bekend. De ‘Law of One’ heeft op het universele ordeningsprincipe karma, de 2e grondstelling van de theosofie betrekking. Er is niets nieuws onder de zon.

Karen Armstrong: "Er is niets in de islam dat gewelddadiger is dan het christendom" (Lisette Thooft interviewt Karen Armstrong Nieuw Wij 17 januari 2015):
Haar nieuwe boek In naam van God. Religie en geweld kreeg een tragische urgentie door de recente terreuraanslagen in Frankrijk. In ruim zeshonderd pagina’s beantwoordt Karen Armstrong, ooit non en gevierd auteur van bestsellers als De kwestie God, de vraag of religie de oorzaak is van geweld. Een gesprek over islam en terreur, westerse verantwoordelijkheid, en de wereld waarin we leven.

In haar inleiding op “The Great Transformation” gaf Karen Armstrong aan dat ze het boek geschreven heeft om aan te geven dat terrorisme eigenlijk niet veel te maken heeft met religie. Religie wordt er door bezoedeld. Ze tracht dat te verduidelijken door in te gaan op de historische ontwikkeling van de religies door de eeuwen heen. Als uitgangspunt neemt ze de “Achse der Weltgeschichte” (Nederlands: de Spiltijd van de wereldgeschiedenis) waarvan de filosoof Karl Jaspers uitging. Deze grote periode in dat wat wel de spirituele archeologie wordt genoemd werd door Jaspers aangegeven tussen 800 tot 200 v.C.

Karen Armstrong (Michaël Zeeman Volkskrant 12 mei 2001) komt in het boek ‘The Battle for God’ tot de conclusie dat het huidige fundamentalisme geen exotische of historische curiositeit is, maar een uiting van angst en onvrede die onlosmakelijk verbonden is met de moderniteit en de secularisatie. Het is geen incidentele vlam in de pan, hoe graag de media het zo ook willen voorstellen.Het is er en het zal bij ons blijven. Terwijl de moderne samenleving zich vormde en gaandeweg seculier werd, heeft zich tegelijkertijd daarmee een religieuze reactie ontwikkeld. Die is er als het ware mee opgegroeid. Fundamentalistische religieuze bewegingen claimen nooit origineel te zijn in de betekenis die wij aan dat woord geven: zij willen terug naar de oorsprong. Wij hebben veranderingen geïnstitutionaliseerd, zij gingen het liefst terug naar de eerste scheppingsdag om dat ongedaan te maken. Het protestantse verlangen naar de letterlijke authenticiteit van de Bijbel stamt uit de late 19de eeuw en ontstond op hetzelfde moment dat de katholieke kerk de doctrine van de onfeilbaarheid van de paus tot leerstuk verhief. Beide zochten naar een onfeilbare bron van de waarheid als respons op de onzekerheden die de moderniteid had gebracht. Het Midden-Oosten heeft op alle fronten een totale wederopleving gezien van de godsdient. De ergste vormen van fundamentalisme ontwikkelen zich juist in samenhang met een modernisme dat beleefd wordt als agressief , onderdrukkend en arrogant. Iedere fundamentalistische beweging die ik heb bestudeerd (jodendom, christendom en islam), in alledrie de godsdienstige tradities, is ervan overtuigd dat de moderne seculiere samenleving hen wil wegvagen. Het joodse fundamentalisme bloeide pas echt op na de holocaust. Het fundamentalisme is het gevolg van angst.

Armstrong denkt dat een zekere mate van tolereren en negeren veel beter is dan proberen het te onderdrukken. Een beetje laissez faire is verstandig. We moeten leren ze te respecteren. We zijn toch zo trots op de compassie en de tolerantie van de seculiere samenleving? Je kan niet met een magische bezwering zeggen ‘wordt gemoderniseerd!’ Zo werkt dat niet: het heeft ons 400 jaar gekost, in ons eigen tempo en volgens ons eigen program. We hebben uitgevonden dat de enige manier om een kapitalistische maatschappij te runnen seculier en tolerant is. Landen die economisch afhankelijk zijn van het Westen en waar geen karakteristiek van onafhankelijkheid en autonomie bestaat, kennen niet onze vormen van innovatie. Zij hebben niet dezelfde ervaring als wij en bovendien gaat de versnelling waarin ze terecht zijn gekomen met stress en spanning gepaard. Zij proberen ons op verschillende, vaak heel slechte manieren in te lichten over hun angsten. Het voetbalgeweld is net zo’n reactie op de moderniteit. De mix die zich daarin uitdrukt, dat heilloze brouwsel van een gevoel van verlies van status en het verlangen bij een helder gedefinieerde groep te horen, lijkt er op. Het hooliganisme is een seculier fundamentalisme, een nieuwe volksgodsdienst. Dat is waar ze hun identiteit krijgen, hun momenten van transcendentie beleven, en hun gevoel van gemeenschap opdoen

Onderzoek: leidinggevende beïnvloedt kans op burn-out Werknemers met een leidinggevende die zich richt op ontwikkeling en verbetering hebben minder kans op een burn-out. Bij werknemers met een leidinggevende die zich richt op resultaten neemt de kans op een burn-out juist toe.
De Universiteit van Amsterdam (UvA) deed als van de eerste empirisch onderzoek naar het effect van de werkomgeving op burn-outs boven individuele factoren. Het is in dit onderzoek dus niet van belang of je als medewerker zelf gericht bent op beter willen presteren dan een ander of juist op ontwikkeling. Het gaat om de invloed van het gedrag van de leidinggevende op jou. Die kan stimulerend zijn, maar ook belastend.

Stress is όόk een zaak van het hart (Ellen de Visser Volkskrant 13 oktober 2018 Sir Edmund p. 38-41):
Stress? Nee, daar hadden zijn hartkwalen niets mee te maken, kreeg huisarts Sjoerd Zwart te horen van zijn cardioloog. Toch wijst steeds meer op het tegendeel.
Stress is geen gelul
Vergelijkbaar verhaal, dezelfde vraag, hetzelfde antwoord: toen Sjoerd Zwart drie weken geleden het verhaal las van Volkskrant-redacteur Fokke Obbema, die op een zaterdagavond een hartstilstand kreeg en bijna dood was, herkende hij de afwerende reactie van de cardioloog. Ook Obbema informeerde bij zijn cardioloog of stress een rol had gespeeld. Die haalde haar schouders erover op. ‘Stress is gelul’, vatte een specialist het daarna nog wat krachtiger samen; wat hem was overkomen, was gewoon pech.
Stressgevoeligheid
Niet iedereen met een zware baan of moeilijke privé-omstandigheden hoeft meteen de schrik om het hart te slaan. Wie gezond leeft en een zeer kleine kans heeft op hart- en vaatziekten, heeft dat bij een twee keer zo hoog risico nog steeds. Er zijn webtools ontwikkeld waarmee iedereen, door het invullen van persoonlijke gegevens, kan uitrekenen hoe groot het basisrisico is op hart- en vaatziekten. Hoeveel stress we ervaren, hangt sterk af van onze persoonlijke beleving.
Stressgevoeligheid is deels erfelijk bepaald, wordt bijgestuurd door de opvoeding, en heeft bijvoorbeeld ook te maken met de vraag of je je werk leuk vindt. Om het individuele stressniveau vast te stellen, maken wetenschappers gebruik van een vaste lijst met vragen over gevoelens en gedachten.
Net als Volkskrant-redacteur Fokke Obbema heeft huisarts Sjoerd Zwart zijn leven omgegooid – geschrokken nadat zijn hart op hol was geslagen. Hij stopte met lesgeven, om zich te ontspannen is hij bij een zangkoor gegaan. Wat stress voor gevolgen kan hebben, beschreef hij vorig jaar in het NTvG, in een ontroerend verhaal over een ouder echtpaar uit zijn praktijk. De vrouw had kanker, haar man kon het vooruitzicht zonder haar verder te moeten niet verdragen. De laatste dagen van haar leven lag hij naast haar in bed.
Hij overleed een paar uur na zijn vrouw. Zijn dood, zegt Zwart, is vermoedelijk versneld door de stress van het liefdesverdriet. Ze werden in dezelfde auto naar het rouwcentrum vervoerd.

Niets te verbergen en toch bang of 'Ik walg niet meer zo van mezelf als vroeger' (Wilma de Rek interviewt Arnon Grunberg Volkskrant 19 november 2016 Bijlage Sir Edmund p. 18-19):
Grunberg deelt zijn fascinatie voor schaamte met socioloog Joop Goudsblom (1932), met wie hij bevriend is en die eens schreef dat de schaamte bij Grunberg zo diep zit 'dat hij uitzonderlijk ver durft te gaan om die schaamte te trotseren'.
'Goudsblom had vroeger een schaamteclubje waar ook psychiater Louis Tas deel van uitmaakte. Toen ik de leeftijd bereikte waarop ik daarbij had gekund, was Tas al dement, niet lang daarna is hij gestorven. Maar schaamte is inderdaad een belangrijk thema. Een psychiater zei laatst tegen me: jij schrijft dingen op die sommige mensen pas durven te vertellen als ze in therapie zijn.'
Volgens Goudsblom is het gekke aan schaamte het dubbele: Je wilt jezelf verbergen, maar doet het tegenovergestelde en maakt jezelf juist zichtbaar. Laat jij daarom je intiemste zelf zo gemakkelijk zien?
'Ik ben aan toneel gaan doen om die schaamte te overwinnen, ermee te spelen. Toneel was mijn redding, een manier om op een gecontroleerde manier alles te laten zien. Schrijven is dat ook. Daar kan het. Dat deze brieven nu in een boek staan, heeft ook iets veiligs, de boekvorm schept afstand.'

Moed of 'Ik zie een man die dacht: waarom ben ik hier?' (Remco Campert Volkskrant 19 november 2016 Bijlage Sir Edmund p. 19):
Moed had hij, Leonard Cohen. Eerst maakte hij nog een prachtige afscheidsplaat, kort daarna stierf hij. Met mijn uitgever Geert Lubberhuizen ontmoette ik hem begin 1970 in het Hilton Hotel. Hij overhandigde mij het manuscript van zijn Songs of Disobedience.
Als ik terugdenk aan mijn ontmoeting met Leonard Cohen zie ik een man voor me die dacht: waarom ben ik hier? Niet alleen in het joodse Amsterdam dat Mokum heette, maar überhaupt op aarde? Waarom?
Elke dag sleepte hij een brok van iets kostbaars aan
voor zijn verveling en een paar keer per week
als hem de kleine genade van afstand gegund werd
zag hij dat hij zwoegde net als zijn vaders aan andermans piramide
Gedachten aan opstand Gedachten aan onrecht
Nieuwjaarsbesluiten Het verleiden van een vrouw
Al deze dingen kraste hij zwijgend letter voor letter op

Zelfde taal... toch vreemden? of 'We maken met verschillende klanken dezelfde taal' (Wilma de Rek Volkskrant 19 oktober 2016 katern Vonk p. 4-6):
Briefwisseling Charlotte Van den Broeck en Arnon Grunberg
Een schriftelijk tweegesprek tussen Charlotte Van den Broeck en Arnon Grunberg over wat en wie mensen voor elkaar zijn, over taal en over vreemdeling zijn, hardop voorgelezen bij de opening, dinsdag, van de Frankfurter Buchmesse.
Arnon Grunberg
Hoor jij nooit de stem van je ouders of leermeesters?
Hoe het zou moeten zijn, weten we allemaal. Ik denk dat het nooit zo zal worden als het zou moeten zijn, daarom ben ik geen idealist, voor zover idealisten mensen zijn die menen dat het paradijs op aarde haalbaar is.
Hoe het is, is niet evident. Kundera heeft geschreven dat het een van de taken van de literatuur is om de werkelijkheid zichtbaar te maken. De dekens waaronder die verscholen ligt weg te rukken. Ik voeg eraan toe: literatuur kan ook het gat tussen hoe het is en hoe het zou moeten zijn minder pijnlijk maken.
Charlotte Van den Broeck
Ik lees Levinas, een idealist wat de verhouding tussen deze wereld en de wereld daarnaast of daarboven - al naargelang - betreft. Hij zegt:
'De Ander is in eerste instantie geen feit, geen obstakel, bedreigt me niet met de dood. Hij is naar wie ik in mijn schaamte verlang.'
Een vaderland past niet in een laptop. Een vaderland, een omgrenzing, een thuis ligt in een ander, in verbinding. Maar ik vind het idee van een vaderland ouderwets. Voor de meeste plekken maakt het niet uit of je er geweest bent - misschien wel of je er iets kocht. De meeste mensen die je tegenkomt, zullen je niet onthouden. Een goede ontmoeting is er een die weerhaken slaat.
Wat versta jij precies onder intimiteit?
Hoe het is en hoe het zou moeten zijn, een spagaat. In het midden daarvan zit een lichaam met een hoofd erop. Daar.
Is Europa een paradijs?
Arnon Grunberg
Ik moet iets over mijn ouders zeggen. Dat is het enige dat ik mij heb voorgenomen. De rest is open, maar ik weet niet hoe ik moet beginnen.
Er zijn geen spelregels en intimiteit is elkaar aanraken.
Een waardige tegenstander? Maar natuurlijk. Oordeel ik over jouw waardigheid? Zonder mij met Socrates te vergelijken, als hij het gesprek met iedere willekeurige voorbijganger wenste aan te gaan, waarom zou ik niet in iedereen een waardige tegenstander zien, ook in jou. Juist in jou. Uiteraard kan het gesprek soms zinloos blijken te zijn.
Wat is geen smeekbede om liefde?
Charlotte Van den Broeck
De enige en de ander heffen elkaar op. Als ik de enige voor jou ben, zijn er geen anderen, als er geen anderen zijn, is er een enige. Is dat een manke, romantische redenering?
Als de grens tussen enige en andere wegvalt, de illusie van de liefde, valt dan de schaamte weg of is de geliefde de enige voor wie we ons moeten schamen?
Iets kunnen zeggen wat zich niet laat zeggen, maar het proberen te zeggen en het te blijven proberen te zeggen tot het erbij in de buurt komt, troost bijvoorbeeld, dat proberen te zeggen.

Stefan Hertmans De Bekeerlinge (VPRO boeken 16 oktober 2016 na ca. 26.30 minuten):
Tussen de plooien van de geschiedenis zijn gevallen. Neem een bescheiden persoon en laat daar de geschiedenis door schijnen. Dan zie je een prisma verschijnen. Er gaat een lichtstraal door en er komt een regenboog uit.
Voor de Vlaamse schrijver Stefan Hertmans is literatuur toch dingen die men collectief beleven of kwellen dat je die laat zien door de emoties van een persoon. Als je een individu toont kun je daaruit de hele context aflezen.

Chimamanda Ngozi Adichie (Buitenhof 16 oktober 2016):
In de week waarin Donald Trump beschuldigd is van seksisme en seksuele intimidatie is de Nigeriaans-Amerikaanse schrijfster Chimamanda Ngozi Adichie te gast. Ze zal reageren op de emotionele speech van Michelle Obama van afgelopen vrijdag waarin ze zich afzet tegen haat, angst en de vrouwonvriendelijke boodschappen van Trump.
Adichie schreef het pamflettistische essay: 'We moeten allemaal feminist zijn'. Onlangs werd een video met Adichie hierover ruim drie miljoen keer bekeken op YouTube.

Tot ze de hele wereld heeft veranderd Haha of 'Het gesprek over feminisme is in Afrika nog nauwelijks op gang' (Almée Kiene interviewt Chimamanda Ngozi Adichie Volkskrant 8 oktober 2016 Bijlage Sir Edmund p. 8-11):
'We Should All be Feminists' van de Nigeriaanse schrijfster Chimamanda Ngozi Adichie had (ook dankzij Beyoncé, maar dat is nog een kwestietje) grote impact. Hoe gelijkheid alleen bereikt wordt als we er allemáál moeite voor doen.
In je essay gebruik je veel persoonlijke en grappige anekdotes. Is humor belangrijk als je een feministische boodschap hebt?
'Ik ben bang, voor mezelf, en voor de mensen van wie ik houd. Ik heb een neef in Connecticut, hij is 24 en rijdt in een Mercedes. Ik bel hem steeds om te zeggen: als ze je aanhouden, alsjeblieft, doe alles wat ze zeggen, en ook als ze je oneerbiedig behandelen, blijf kalm. Want bij de politie heerst een institutionele angst voor zwart-zijn en deze mensen zijn tot alles in staat. Ik ben in Amerika gaan wonen omdat ik houd van de ruimte die ik in dit land krijg om te leven. Maar de rassenkwestie maakt me intens verdrietig. Die is zo problematisch, ik ben echt emotioneel uitgeput van alle gebeurtenissen.'

Ngozi Adichie: Beyoncé's feminisme is niet mijn feminisme (Almée Kiene Volkskrant 8 oktober 2016):
Ngozi Adichie heeft zich voor het eerst uitgesproken over het feminisme van Beyoncé, die in haar nummer ****Flawless gebruik maakt van feministische uitingen van de schrijfster. 'Het is niet mijn type feminisme, want het is een soort feminisme dat tegelijkertijd nogal veel ruimte geeft aan de noodzakelijkheid van mannen', zegt Adichie in een interview in de Volkskrant.
Echt élke belangrijke krant ter wereld wilde met me praten over Beyoncé. Ik voelde zo'n weerstand (lacht hard), ik dacht: zijn boeken zó onbelangrijk voor jullie? Wat ik ook vreselijk vond, was dat ik overal las: nu kennen mensen haar eindelijk, dankzij Beyoncé, of: ze zal wel dankbaar zijn. Dat vond ik teleurstellend. Ik dacht: ik ben schrijver, dat doe ik al een tijdje en ik weiger het toneelstukje op te voeren dat nu blijkbaar van me verwacht wordt: 'dankzij Beyoncé is mijn leven voor altijd veranderd.' Daarom heb ik er weinig over gepraat.'

Voetnoot Mensenoffer of Sterren zijn een soort mensenoffer (Arnon Grunberg Volkskrant van 15 augustus 2015):
Ze kon je laten voelen dat je de belangrijkste persoon op aarde was... Om je een volgend moment straal te negeren', aldus een ex-manager van Amy Winehouse. Het citaat komt uit het interview van Bor Beekman met Asif Kapadia, die een documentaire over Winehouse maakte, donderdag in de Volkskrant. Mensen vinden deze shocktherapie normaliter onprettig, maar van sommige individuen, topsporters, popsterren, dictators, wordt wispelturigheid geaccepteerd. Die wispelturigheid vereist egoïsme, net als de eigenhandig geënsceneerde ondergang. Vanwaar toch onze fascinatie voor de ondergang van sterren, van Cobain via wielrenner Pantani tot Winehouse? Ze zijn een soort mensenoffer, echter niet om de goden gunstig te stemmen. Sterren klimmen om te vallen; het publiek wacht gretig op hun val en de troost dat het klimmen slechts hybris was, overmoed.
Back to Black blijft een prachtig nummer: 'He left no time to regret/ Kept his dick wet/ With his same old safe bet.'

'Migranten quotum? Het is geen melk' (Henk van Houtum Volkskrant 8 augustus 2015 p. 11):
De Europese buitengrenzen zijn de dodelijkste op aarde, met alle migranten die er sterven. 'Dit is niet het beschavingsideaal waar Europa voor staat.'
U pleit voor meer aandacht voor rechtvaardigheid in het grensbeleid - wat bedoelt u daarmee? 'Als mensen met reden en recht vluchten, dan doet het aantal er niet toe. Nu vindt er volop discriminatie op geboortegrond plaats. Burgers uit sommige landen krijgen wel een visum voor de EU, voor mensen die elders zijn geboren is dat onmogelijk. Dat is een morele onrechtvaardigheid. We zouden het nationaal absoluut niet accepteren. Het zou betekenen dat iemand die in Venlo is geboren niet in Den Haag mag solliciteren. Iedereen zou op zijn achterste benen staan. Maar internationaal is het de norm.
'We hebben de verantwoordelijkheid om met elkaar op te trekken, ons niet in hokjes te laten opdelen. Dit moet geen wereld zijn van staten en burgers, maar een wereld van mensen.'

Raam dicht, deur wijd open (Martin Sommer Volkskrant 8 augustus 2015 p. 25):
Uit het feit dat migranten hier komen, volgt niet dat ze het recht hebben hier te zijn.
Deze maand is het alweer acht jaar geleden dat Hendrik Jan Schoo overleed. Hij was met 61 veel te jong. Voor mij was 'HJ', eerst hoofdredacteur van Elsevier, later Volkskrant-commentator, een baken in de vaderlandse journalistiek. Weg van het journalistieke moralisme, de feiten wegen. Die aap moet van je schouder, zei hij. Let niet op wat ze ervan denken, maar schrijf op hoe het volgens jou zit. Ik dacht aan hem toen de hoofdredacteur van deze krant van de week een serie aankondigde over het vluchtelingenvraagstuk. Zo'n serie had Schoo vijftien jaar geleden ook geschreven. Etc. Naar verluidt liepen de gemoederen onder de regeringsleiders hoog op vanwege de halsstarrige of minimalistische houding van deze en gene. Dat is geen beschamende koehandel zoals menigeen dacht, maar illustreert hoezeer immigratie een brandende politieke kwestie is. Niet alleen rechten, ook belangen zijn in het geding, en het besef dat de burgers van de landen die migranten moeten opnemen, ook een vinger in de pap horen te hebben. Dat is winst. Want om met H.J. Schoo te spreken: het is raar om als het niet lukt het raam dicht te krijgen, dan maar de deur wagenwijd open te zetten.

Hoe begeerlijk is een risicoloze samenleving? (Suzanne Geuze Volkskrant 8 augustus 2015 p. 4-5):
Na het hijskranenongeval in Alphen aan den Rijn draaide het maar om één vraag: had dit ongeluk kunnen worden voorkomen met meer toezicht? Een logische reactie. Maar hoe veilig kun je een samenleving maken? En wat betekent dat voor burgers?

De risico-regelreflex (Hans Wansink Volkskrant 8 augustus 2015 p. 25):
Als er in Nederland een ongeluk is gebeurd, schieten de bestuurders gemakkelijk in een collectieve kramp. De filosoof Herman van Gunsteren wijst op een herleving van de maakbaarheidgedachte uit de jaren zeventig in het Nederlandse veiligheidsbeleid. Het 'voorzorgprincipe' houdt in dat men zegt: doe het maar niet als er geen 100 procent zekerheid is over de gevolgen van een bepaalde actie. Je schouders ophalen en constateren dat hijskranen nu eenmaal kunnen omvallen, is voor politici geen optie; er moet in elk geval de indruk worden gewekt dat er actie wordt ondernomen om herhaling uit te sluiten.
Deze bestuurskramp leidt tot de zogenaamde 'risico-regelreflex'. Commissies worden ingesteld, rapporten worden geschreven en dure,
vrijheidsbeperkende maatregelen worden genomen, waarvan de effectiviteit bijvoorbaat in twijfel kan worden getrokken.
Want wat ook de uitkomst van het onderzoek naar het ongeluk in Alphen aan den Rijn zal opleveren, aan de papierwinkel lag het niet. Voordat de operatie met de brug in gang werd gezet, was er een Risicodossier Renovatie Koningin Julianabrug opgesteld, waarin niet minder dan 39 risico's staan uitgeschreven. Ondanks deze risicoanalyse ging het mis.
Natuurlijk moeten de gedupeerden snel worden geholpen en schadeloos worden gesteld. Maar de neiging tot risicobeheersing kan gemakkelijk ontaarden in beleidsdrift die onze bewegingsvrijheid beperkt. Die vrijheid moet ons zodanig aan het hart gaan, dat we accepteren dat er veel zaken in het leven zijn die zich aan onze controle onttrekken.

Benedict Broere brengt op zijn website de vraag naar voren of wij een wereld bewonen -- AOS -- die doortrokken is van een algemene zin en samenhang, in die zin dat zij zich ontwikkelt op basis van een creatief samenwerken van de complementaire tegenstellingen analyse en synthese, en een zoeken daarin naar een grotere ontplooiing en betere kwaliteit van wereld -- omega? De volgende drie alinea's zijn van deze website overgenomen:
"In elke gemeenschap zal altijd sprake zijn van tegenstellingen en conflicten, die niet ten gunste van een van beide kampen kunnen worden opgelost. De gemeenschap heeft bijvoorbeeld zowèl stabiliteit àls verandering, zowèl orde àls vrijheid, zowèl traditie àls vernieuwing nodig. Die onvermijdelijke conflicten kunnen beter door middel van een dynamische balans worden opgelost dan door een rigide besluit." Fritjof Capra, Het levensweb [The Web of Life]. Levende organismen en systemen: verbluffend nieuw inzicht in de grote samenhang, Kosmos-Z&K Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 1996, p. 301.
Je zou ook kunnen zeggen dat de betere vorm van samenleven en visie op de werkelijkheid zich voedt vanuit beide vormen van ervaring: vanuit enerzijds de individuele, rationele, activistische, analytische, objectiverende en zich op wetenschap concentrerende ervaring, en vanuit anderzijds de meer empathische, emotionele, integratieve en zich op mystiek en kunst oriënterende beleving. Om aldus in een wederzijds uitzuiveren van extreme opvattingen te komen tot een modus vivendi, een meest vruchtbaar evenwicht ergens in het midden, een waarschijnlijk genuanceerde, agnostische, maar toch ook bezielde kijk op de wereld.
Het doet in ieder geval zeer denken aan het concept van Het Gulden Midden, zoals Aristoteles dat omschreven heeft: dat het in het leven vaak gaat om een zoeken naar de meest kwaliteitsvolle positie tussen twee vormen van gedrag of denken of zijn, zoals bijvoorbeeld 'moed' het meest wenselijke is tussen 'lafheid' en 'roekeloosheid'. Waarmee de vraag naar de zin van het leven te maken heeft met dus het zoeken naar de gulden middenweg tussen analyse en synthese. Specifiek zou hier de verbinding van AOS met het door Aristoteles gegeven voorbeeld betekenen dat 'lafheid' ingeval van bijvoorbeeld een conflict staat voor een gebrek aan motivatie (synthese, besef van een groter goed) en een teveel aan zelfbescherming (analyse, zelfbesef), waarnaast 'roekeloosheid' juist staat voor een teveel aan motivatie (synthese) en een gebrek aan zelfbescherming (analyse).

Buurtzorg Nederland: ‘back to basics’ Interview met directeur Buurtzorg Nederland, Jos de Blok
Succesfactoren
“Bezig blijven met de basale zaken is misschien wel de belangrijkste succesfactor”. Ik blijf zeer dichtbij de teams staan en ga continu met hen in gesprek. Zo ga ik elke week zeker bij 5 of 6 teams langs. Daarnaast loop ik steevast één dag in de week zelf mee in de wijk. Ik verpleeg dan zelf mensen en hoor uit eerste hand wat de effecten van onze formule zijn. Cliënten zijn heel blij met het persoonlijk contact en de deskundigheid van onze mensen.

Plato stelt dat de menselijke ziel uit drie delen bestaat. Het epithumetikon is het deel van de ziel dat staat voor begeerte, drift, trek. Plato vergelijkt het epithumethikon met een wild zwart paard (Phaedrus) en met een veelkoppig monster (Politeia). Thumos is het tweede deel van de ziel dat staat voor passie, wil, doorzettingsvermogen. Plato vergelijkt het met een nobel wit paard (Phaedrus) en met een leeuw (Politeia). Nous is het derde deel van de ziel dat staat voor begrijpen, redeneren, argumenteren. Plato vergelijkt het met de menner vd twee paarden (Phaedrus) en met de mens die met de leeuw en het veelkoppig monster moet samenleven (Politeia). Mensen die zich laten leiden door begeerte en angst laten zich leiden door de lagere delen van de ziel. Om een goed leven te leiden, moet de nous regeren over de lagere delen. Dit kan alleen als mensen over drie deugden (arète) beschikken. Sophrosyne, zelfbeheersing of matigheid houdt het epitumetikhon in toom. Andreia, mannelijkheid, doorzettingsvermogen of moed weet met angst om te gaan en verrijkt daarmee thumos. Phronesis, verstandigheid of wijsheid weet hoe met de nous om te gaan. Dit is het antwoord op wat volgens Plato zou moeten regeren: niet de emoties, maar de deugden.

Aristoteles boek Ethica Nicomachea
Voor Aristoteles is een deugd het midden (Grieks: meson) tussen twee ondeugden in, het te weinig en het teveel. Moed is bijvoorbeeld het midden tussen lafheid (een gebrek aan moed) en overmoed (een teveel aan moed). Dit midden is niet absoluut, maar hangt steeds van de persoon en de omstandigheden af.

Ziek van de stress of Omgaan met stress, is het aan de mens wel besteed? (Wilma de Rek Volkskrant Magazine 4 februari 2017 p. 26-30):
De mens heeft het brein van een vis als het op stress aankomt: hij is niet toegerust op de moderne tijd. Vandaar de toename van burn-outs en depressies; we worden massaal ziek van werkdruk, prikkels en slecht nieuws.
Zo kampt inmiddels één op de acht werknemers in Nederland met een burn-out. Het gaat niet alleen om mensen die werk combineren met de zorg voor een gezin, ook een groeiend aantal jongeren heeft last van stress. Een maand geleden sloeg Kinderombudsman Margrite Kalverboer alarm over de werkdruk bij tieners, die in toenemende mate tot mentale problemen leidt.
Help, ons stresssysteem schiet tekort
Om echt te snappen hoe het zit met aandoeningen als burn-out en depressie moet je terug in de tijd. Geen honderd jaar, geen tienduizend jaar, maar miljarden jaren. Je moet terug naar het begin van het leven op aarde.
Oxazepam en zelfhulpboeken
Door Nederlandse apotheken werden in dat jaar 167 miljoen standaard doses afgegeven voor slaap- en kalmeringsmiddelen (diazepam, oxazepam, temazepam: de 'pammetjes').
We zijn geen nieuwe Tesla's, opgetrokken uit speciaal voor ons geproduceerde hightechsnufjes; we zijn opgelapte roestbakken vol oude onderdelen, waaronder een alarmsysteem dat bij het minste of geringste schel begint te piepen.
De realiteit is dat er geen pasklare oplossing bestaat voor dat haperende stresssysteem. Het stresssysteem zelf gaat voorlopig niet veranderen, daarvoor verloopt evolutie te traag. En de hoeveelheid stressoren waarmee de mens zich omringt zal op korte termijn ook niet slinken. Hooguit kun je sommige stressoren uitschakelen. Letterlijk, door je mobiel uit te zetten of werk zo te organiseren dat je niet belachelijk vroeg je bed uit hoeft om massaal in de file te gaan staan. Of figuurlijk, door te beseffen dat veel stressoren zijn ingebeeld.
Uiteindelijk zitten we allemaal in hetzelfde, gammele schuitje.
Wie beseft, écht beseft hoe we zijn geworden wie we zijn, heeft de sleutel tot zichzelf in handen.

Witte Hoogendijk & Wilma de Rek Het grote verhaal over stress Van big bang tot burn out
Stress is zonder twijfel een van de meest misbruikte begrippen van deze tijd. Maar wat ís stress eigenlijk?
13,7 miljard jaar na de oerknal, 200.000 jaar nadat homo sapiens zijn intrede deed en twee eeuwen na de Industriële Revolutie is de wereld in steeds hoger tempo steeds complexer aan het worden. Ons stress-systeem, grotendeels gevormd in een periode waarin nog niet eens leven op het land bestond, is helemaal niet toegerust om de problemen van deze tijd het hoofd te bieden. Het is dan ook geen toeval dat het aantal gevallen van slapeloosheid, depressie en burn-out een alarmerende groei laat zien.
In dit boek pleiten Hoogendijk en De Rek voor een radicaal andere visie op stress-gerelateerde aandoeningen. Op heldere en overtuigende wijze leggen zij uit hoe het komt dat wij zoveel moeite hebben alle veranderingen bij te houden. Het is tijd onze opgefokte verwachtingen onder de loep te nemen. Net als onze ongezonde relatie met de farmaceutische industrie.

‘Je piekert omdat je evolutionair zo gemaakt bent’ (Coen Verbraak interviewt Witte Hoogendijk NRC 9 februari 2017):
Trump en Wilders spelen rechtstreeks op die angstimpuls in
Het is tevens de kern van het populisme van Trump en Wilders: zij spelen rechtstreeks op die angstimpuls in. De vluchteling is eng en gevaarlijk. Daarbij wordt ‘roofdieragressie’ verward met ‘angstagressie’. Als je iemand bij de bushalte op zijn tenen staat, en hij roept: ‘he, kun je niet uitkijken?’ dan denk je eerst: ‘hij gaat me aanvallen’. Dus roep je terug: ‘Wat nou? Kun je zelf niet uitkijken?’ Terwijl die man zo reageert van schrik. In het intermenselijk verkeer worden die twee voortdurend door elkaar gehaald. Als je als politicus Wilders de wind uit de zeilen wilt nemen, is het veel slimmer om te onderkennen dat veel mensen die angst voor vluchtelingen voelen. Je moet erop wijzen dat die angstgevoelens evolutionair volstrekt verklaarbaar zijn, maar dat Wilders daar geen antwoord op is.”
Als stress zo belangrijk is voor de evolutie, is stress dan wel zo slecht?
„Stress was vroeger nuttig om te overleven. Maar wanneer stressoren onontkoombaar, abstract en onbeïnvloedbaar worden, liggen burn-out en depressie op de loer. Daarom is het zo goed dat minister Edith Schippers nu een depressiecampagne richt op jongeren. Bij hen zie je een veelheid aan stressoren; keuzestress, de algehele dreiging van deze tijd, plus prestatiedruk. Zij moeten aan een ideaalbeeld voldoen van Facebook waar iedereen het altijd gewéldig heeft. Daardoor komen ze veel vaker in aanraking met de ggz. Dat begint echt een probleem te worden.”

Het onderstaande kernkwadrant is geënt op het eerder vermelde concept HET GULDEN MIDDEN van Aristoteles (boek Ethica Nicomachea) en op hoofdstuk 2.9 ‘Kernkwaliteiten’ bij stress uit het boek (3e druk uit 1994) van Ofman. De jubileumeditie uit 2006 geeft in hoofdstuk 2.9 Kernkwaliteiten bij stress nu een ander kernkwadrant.

Aristoteles boekEthica Nicomachea:1. "wezen(lijk)-zijn" 
Moed --->Roekeloosheid7. bv. gezeten-zijn (positie)9. "doende-zijn" (actie)
4. Doeloorzaak ----2. Werkoorzaak5. "wààr?-zijn" (plaats)3. "hoedanig?-zijn" (kwaliteit)
|||| 
1. Stofoorzaak ----3. Vormoorzaak2. "hoe groot?-zijn" (kwantiteit)4. "met betrekking tot iets-zijn" (relatie)
Lafheid <---Bedachtzaamheid10. "ondergaande-zijn" (passie)8. bv. geschoeid-zijn (habitus)
   6. "wanneer?-zijn" (tijd); Snijpunt 2./3. en 4./5.

Voetnoot Collectieve angst is een verleidelijke minnaar (Arnon Grunberg Volkskrant 8 augustus 2015):
'Ik ben er hard in: de atoombom was nodig want heeft ons vrede gebracht,' zegt Dick Büchel van Steenbergen, een Nederlandse overlevende van Nagasaki, in een mooi stuk van Marjon Bolwijn, donderdag in de Volkskrant. Een andere overlevende, Ronald Scholte, komt tot een tegengestelde conclusie.
Over de noodzaak van de atoombommen op Japan zullen ook historici nog wel even verdeeld blijven. Naar aanleiding van de herdenking van de atoomaanval verschenen oproepen om alle atoomwapens te ontmantelen, maar het verschil met pakweg dertig jaar geleden kon niet groter zijn. De collectieve angst betrof toen de atoombom. De Sovjet-Unie bestond nog, op het Museumplein werd gedemonstreerd tegen de kruisraketten, en Doe Maar zong: 'Jij moet nog huiswerk maken. Voordat de bom valt.'
Nu wordt de collectieve angst veeleer gesymboliseerd door de vluchteling, de moslim, Brussel, oftewel de EU.
De collectieve angst is een verleidelijke, maar ook zeer wispelturige minnaar.

Het ancien régime zag de revolutie ook niet aankomen (Eelco Runia NRC 17 december 2016):
‘Weldenkenden’ die al netwerkend door het leven glijden, de regels van het spel naar hun hand zetten, zijn zich er nauwelijks van bewust hoe geprivilegieerd ze zijn. „Maak je deel uit van het oude speelveld, dan voorzie je slecht het nieuwe”, schrijft historicus Eelco Runia.
De humanisten wisten zich totaal geen raad met de ‘Trumps’ van hun tijd: Cesare Borgia en paus Julius II. Die deden geen enkele moeite redelijk te zijn en hadden tóch succes. Voor de humanisten waren het ongeleide projectielen, houwdegens: ze lieten zich meevoeren door hartstochten, waren lichtgeraakt en haatdragend, joegen mensen tegen zich in het harnas, waren ijdel en praalzuchtig en leken geen enkele boodschap te hebben aan hun welbegrepen eigenbelang. Het is de verdienste van Machiavelli geweest dat hij afstand nam van de
humanistische weldenkendheid. Hij bouwde een politieke leer op het inzicht waarom Cesare Borgia en Julius II succes boekten – niet ondanks maar omdat ze zich niets gelegen lieten aan ragione en ruim baan gaven aan virtú (zie Machiavelli, deugd, '). Een begrip dat misschien het best vertaald kan worden als ‘stoutmoedigheid’.

'Weldenkendheid' versus 'Onweldenkendheid' (rapport 'E i V' heeft het over 'Begrip versus Onbegrip') staat voor 'Weloverwogen moed' versus 'Overmoedig en Vermijden'.
Te veel
'weldenkendheid' wordt 'zelfgenoegzaamheid' ('Overmoedig en Vermijden'), terwijl te weinig 'weldenkendheid' wordt ‘stoutmoedigheid’ (dus ook 'Overmoedig en Vermijden').

Vijf individuele - en collectieve dimensies, 1. Emotionele flexibiliteit:

  Individueel(Kernkwadrant):Collectief (Kernkwadrant):
1. Emotionele flexibiliteit 1. Moed >3. OvermoedigZwakke onzekerheidsvermijding >Woede
(Weloverwogen moed) ||||
  4. Vermijden <2. WeloverwogenAngst <Sterke onzekerheidsvermijding

Nu Parijs, morgen Berlijn, daarna Den Haag? (René Cuperus Volkskrant 16 november 2015 p. 27):
De complexe mix van binnen- en buitenlandse oorzaken maakt dat 'het is nu oorlog'- roepen, nogal riskant is. Alles draait om de vraag hoe vreedzame coëxistentie te bereiken tussen de islamitische wereld en de westerse cultuur.
Bij de beantwoording van die vraag spelen de zich in Europa invoegende gematigde moslims de sleutelrol. Van cruciaal belang is ook dat de Europese rechts-populistische beweging geweld afzweert en de exploitatie van angst en woede niet tot hysterische hoogtes opvoert. Van deze beide groepen zal afhangen, hoe hard we in de nabije toekomst de Facebook Veiligheidscheck nodig zullen hebben.

Het onderzoeksrapport 'E i V' plaatst de relatie tussen 'Slachtoffers en Daders' in het licht van de evolutie van de mensheid, antropogenese (hominisatie). Met zijn pamflet beoogt Gustaaf Peek het cultuurmarxisme te bestrijden

De mens dreigt het slachtoffer te worden van de controversen tussen wetenschappers. Het verslag

Asscher gaat strijd aan met werkstress (Peter van Ammelrooy de Volkskrant 23 december 2013 p. 19):
Eenderde van het ziekteverzuim onder werknemers is het gevolg van
stress op het werk. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SWZ) gaat beroepsziekte nummer één bestrijden met een plan van aanpak voor de komende vier jaar.
Cultuuromslag
Volgens de minister is er een
cultuuromslag nodig in bedrijven, zowel bij werkgevers als bij werknemers. Asscher zegt met zijn programma in de eerste plaats het taboe over het onderwerp te willen doorbreken.
Verder wil de minister bewerkstelligen dat er op personeelsafdelingen en bij medezeggenschapsraden meer aandacht komt voor de bestrijding van werkstress. Op de derde plaats gaat de inspectie van het ministerie van SWZ toezicht houden en optreden. In 2014 trekt Asscher 1 miljoen euro uit voor de bestrijding van werkstress.
Vanaf april volgend jaar wil Asscher boegbeelden inzetten om een breed publiek te bereiken. Deze 'ambassadeurs' moeten uit eigen ervaring over stress op het werk kunnen vertellen in radio- en tv-programma's, sociale media, de pers en bij openbare optredens.
In november wil de minister een 'week van de werkdruk' organiseren en die afsluiten met een conferentie.
Het plan van aanpak sluit aan op een campagne die het Europees Agentschap voor
Veiligheid en Gezondheid op het Werk in 2014 en 2015 houdt.

Het rapport ‘E i V’ beoogt de kloof tussen Probleem en Oplossing, tussen Theorie en Praktijk en de daad bij het woord te voegen te verkleinen. Helaas zijn sinds de Irakoorlog in 2003 de spanningen in de wereld eerder toe – dan afgenomen.

We moeten de angst juist volledig toelaten (Ron Jacobs de Volkskrant 21 juni 2017, p. 22):
In de Volkskrant (O &D, 19 juni) pleit
Sebastien Valkenberg voor het voorkomen van aanslagen door alle lone wolfs in kaart te brengen en hen huisarrest op te leggen, inclusief enkelband. Dan zou alle ellende wel eens snel verleden tijd kunnen zijn.
Willen we echt tot de
kern komen, dan is daar slechts één legitieme vraag: wat is ónze morele plicht? Met zijn eendimensionale repressieve oplossing gaat Valkenberg volledig aan deze vraag voorbij. Een 'zwaardmacht' voorkomt geen aanslagen en veel belangrijker: we verzaken hiermee onze eigen verantwoordelijkheid. De meest voor de hand liggende plicht is om elke medemens ten volle te erkennen - lees: serieus te nemen. Maar onze morele verplichtingen reiken nóg dieper, ze raken tevens emoties zoals: angst.
Angst bestaat
niet voor niets. Angst beschermt en alarmeert, het zet je zintuigen op scherp. Het waarschuwt bij bliksem of een loslopend wild zwijn. Maar daarnaast maakt angst ons - filosofisch gezien - ook tot wie wij zijn. Daarom is het zaak om angst, schrik en spanning volledig toe te laten in onszelf, juist omdat het de condition humaine is. Angst maakt zichtbaar wat echt is en wat de moeite waard is. Zoals de 19de-eeuwse Deense filosoof Søren Kierkegaard al aangaf, is angst een basisvoorwaarde voor het-mens-zijn.
Angst toont ons het leven in zijn
volle omvang: wie we zijn en waar het om draait. Laten we onze maskers afzetten en ons leed in volle omvang beleven. Each time, different shit.

' Poetin probeert angst te zaaien' (Dion Mebius Volkskrant 23 maart 2016 p. 17):
Associatieverdrag met Oekraïne
Of de Nederlanders alsjeblieft voor het ja-kamp willen stemmen bij het referendum over Oekraïne, vraagt de bisschop. Zijn geloofsgenoten worden verdreven uit rebellengebied.
Met groeiende ongerustheid ziet de Oekraïense regering het referendum in Nederland dichterbij komen. Een van de boodschappers die worden ingezet om een 'nee' af te wenden, is bisschop Borys Gudziak, die twee jaar geleden zelf actief was bij de volksprotesten op het Maidanplein.
Om te voorkomen dat die geschiedenis zich herhaalt, is de helpende hand van Europa nodig, denkt hij. Daarom dringt hij aan op een ja-stem bij het aankomende referendum. Maar is zijn boodschap als bisschop in het seculiere Nederland niet aan dovemansoren gericht?
'Ik hoop dat ik een taal spreek die voor iedereen duidelijk is. De boodschap van vrijheid en democratie is niet alleen van de kerk, maar van de hele samenleving.'

Het oplichterssyndroom zaait angst 'de vloek van slimme mensen' (Hedwig Wiebes Volkskrant 21 maart 2016 p. 35):
Denken dat je incompetent bent
Het gevoel hebben incompetent en een oplichter te zijn, terwijl je prima werkt aflevert. Het overkomt vooral veel getalenteerde vrouwen.
Moors ontdekte dat er zoiets bestaat als het impostor syndrome, oftewel het oplichterssyndroom. Een relatief jong verschijnsel, geen officiële stoornis, dat in 1978 voor het eerst werd beschreven door klinisch psychologen Pauline Clance en Suzanne Imes. Zij zagen dat vooral hoogopgeleide vrouwen, ondanks hun succes, geneigd zijn te geloven dat ze niet intelligent genoeg zijn en dat anderen hen te hoog inschatten. Kortom: dat ze iedereen voor de gek houden.
Het tegenovergestelde
Een schrale troost: juist wie last heeft van het impostor syndrome, hoeft hoogstwaarschijnlijk niet bang te zijn dat hij niet capabel genoeg is. Dan ben je in dat geval wellicht toch beter af dan mensen die te maken hebben met het zij zijn te dom om door te hebben dat ze dom zijn. De Amerikaanse hoogleraar sociologie Jessica Collet deed hier onderzoek naar en zegt erover:
'Deze mensen voelen zich allesbehalve een oplichter. Ze denken precies te weten waar ze mee bezig zijn. Maar wat blijkt: ze weten zo weinig, dat ze niet zien hoe weinig ze weten.'
Het impostor syndrome staat overigens niet gelijk aan een gebrek aan zelfvertrouwen. Wetenschappelijk onderzoek vond geen correlatie en ook expert Vreneli Stadelmeier spreekt naar eigen zeggen regelmatig razend succesvolle vrouwen die echt wel weten wat ze in huis hebben, maar tegelijkertijd 'gek werden van zichzelf'.

'Angst en hebzucht , dat is wat ons drijft' (Evelien van Veen interviewt Victor Lamme Volkskrant Magazine 24 december 2016 p. 56- 63):
Er zijn maar drie beweegredenen voor de mens, stelt u in uw nieuwe boek Waarom? Op zoek naar wat ons werkelijk drijft. 'Angst en hebzucht, dat is wat ons drijft. En kuddegedrag. We doen wat we anderen zien doen.'
Het klinkt tamelijk ontluisterend. 'Nou, kijk, ik noem expres dat woord: hebzucht, dat heeft een slechte pr de laatste tijd. Wat ik vooral wil laten zien, is dat het misschien wel de fundamenteelste drijfveer is van mensen, van elk dier trouwens: we zijn de hele dag op zoek naar beloning. Dat kan in de vorm zijn van seks of voedsel, wat fundamenteel is om te overleven, maar het kan ook geld zijn, vriendschap, liefde of dat iemand zegt: dat heb je goed gedaan, je krijgt promotie. Als je het hebzucht noemt, vinden we het fout, maar noem je het ambitie, dan klinkt het al beter en noem je het passie, dan vinden we het prachtig. Als het doorslaat, wordt het een verslaving - allemaal een continuüm van hetzelfde mechanisme.'
Hoe werkt dat mechanisme in de hersenen? 'O, dat is eigenlijk simpel. Je doet iets, als je jong bent, vrij willekeurig, en je merkt: dit levert eten op, of vriendschap, of een compliment. Dat zorgt ervoor dat er dopamine in je hoofd wordt aangemaakt dat je een positief gevoel geeft, en, belangrijker nog, dat de circuits in het brein die actief waren terwijl jij het deed, worden versterkt. Daardoor blijf je het doen. Daphne Schippers is een enorme dopaminejunkie. Bankiers en handelaren op Wall Street zijn dat ook en dan vinden we het opeens slecht. Ik vind dat altijd een beetje jammer.
Je kunt het mooi in dat boek van Joris Luyendijk over de Londense City zien: bankiers zijn mensen zoals jij en ik, ze zitten alleen in een raar systeem met een beloningsstructuur die maakt dat ze maximaal over de rug van anderen zoveel mogelijk geld voor de bank willen verdienen.'

Angstcentrum brein doet aan meer dan bangmakerij’ (David Tilburg Volkskrant 12 juni 2012)
De amygdala, het angstcentrum van het brein, zorgt er juist voor dat we kalm blijven.
De dieper gelegen amygdala is vooral belangrijk bij aangeboren vecht-of-vluchtreacties.

Politieke overtuiging zit mogelijk in hersenen (Volkskrant 30 december 2010)
Mensen die zichzelf rechts vinden, hebben meer geprononceerde amygdalae – de amandelvormige kernen in de hersenen die verbanden leggen tussen informatie van verschillende zintuigen en emotie. Linkse mensen hebben juist een dikkere cortex cingularis anterior, het deel dat betrokken is bij verwerking van emotionele prikkels.

De amygdala is een reguleringsmechanisme dat verbanden legt tussen informatie die van verschillende zintuigen afkomstig is en koppelt deze aan emoties.

Guillén Fernández: Het herinneren van traumatische gebeurtenissen is een mooi voorbeeld van een normale genetische variatie die in het leven zowel positieve als negatieve consequenties kan hebben, waardoor de evolutie niet voor een van beide varianten heeft gekozen. Wat impliceert dat de ideaal functionerende amygdala niet bestaat: want in het ene geval kan een precies hetzelfde functionerende amygdala een hulp zijn omdat hij tijdig alert is, en in het andere geval juist een last omdat hij onnodig alarmeert. Welke variant je ook hebt, een functionerende amygdala is van levensbelang (Volkskrant 24 december 2010).

Balancerend leiderschap:
Geert Hofstede, booek Allemaal andersdenkenden, omgaan met cultuurverschillen:
Hofstede maakt gebruik van 5 dimensies om verschillen tussen nationale culturen te identificeren.
Dimensie 1: Onzekerheidsvermijding is de mate waarin de leden van een cultuur zich bedreigd voelen door onzekere of onbekende situaties; dit gevoel wordt onder andere uitgedrukt in nerveuze spanning en in een behoefte aan voorspelbaarheid: aan formele of informele regels. Sterke - en zwakke onzekerheidsvermijding hebben beide hun specifieke voor- en nadelen.
Dimensie 1 is met het rechter kernkwadrant weergegeven. Het kernkwadrant kan voor een individu, maar kan ook voor het onderzoeken van een cultuur worden gebruikt. In de bijlage Vijf Individuele - en Collectieve dimensies komen de andere dimensies van Hofstede ter sprake. Om een vergelijking met het kernkwadrant te vergemakkelijken zijn ook twee extremen situaties onderkend. Uitgangspunt is dat de kenmerken van een organisatie weerspiegeld worden in de kenmerken van een individu of vice versa. Leiders worden door werknemers geïmiteerd.
Geert Hofstede: De menselijke natuur is wat alle menselijke wezens met elkaar gemeen hebben: het universele niveau in onze mentale programmering. Wij erven deze via onze genen. In de culturele antropologie is cultuur een trefwoord voor al die patronen van denken, voelen en handelen.
Antropologische cultuurbegrip: de collectieve mentale programmering die de leden van één groep of categorie mensen onderscheidt van die van andere.
Nationale cultuur: de collectieve mentale programmering die het gevolg is van het opgroeien in een bepaald land.

Het pedagogische denkmodel geeft niet een compleet plaatje van de éne werkelijkheid, de absolute waarheid maar beoogt wel, door de hoofdroute aan te geven en de verborgen 5e Dimensie, de kwintessens te belichten, een tipje van de sluier op te lichten. Een kaart is, zoals zo mooi gezegd is door Alfred Korzybski, niet het terrein. What's in a name? De éne werkelijkheid verandert niet door er andere etiketten op te plakken.
Synthese ontstaat door these + antithese. Net als de drie-eenheid kunnen tijd, ruimte en materie wel onderscheiden, maar niet gescheiden worden.
Om de werkelijkheid te duiden biedt de chaostheorie een interessant perspectief.

Blavatsky: ’Stel u eerst EENHEID voor door uitbreiding in Ruimte en oneindig in Tijd’. Deze opmerking zegt dat we het denkvermogen moeten uitbreiden, maar waarom? Dit is nodig om de geconcentreerdheid op het zelf op te geven en het besef van tijd te verliezen. Zoals J. Krishnamurti herhaaldelijk zei ‘Het besef van tijd is gebaseerd op gedachte’ en we ervaren dat in die staat van universaliteit en eeuwigheid het denken stil en rustig wordt zonder beelden om mee te werken. Verderop in haar diagram zegt HPB dat de normale staat van ons bewustzijn gevormd moet worden door ‘het door de verbeeldingskracht voortdurend aanwezig zijn in alle Ruimte en Tijd’. Dit kan lijken op alleen maar fantasie, maar het diagram geeft aan dat er door dit te doen een verandering wordt voortgebracht in het bewustzijn:
Hieruit ontstaat een onderlaag van herinnering die blijft bestaan bij waken en slapen. De uiting ervan is moed. Door de herinnering aan universaliteit verdwijnt alle vrees tijdens gevaren en beproevingen van het leven.
Deze laatste vaststelling is erg duidelijk omdat we als we in onszelf kijken zullen zien dat angst ontstaat uit het gevoel van afgescheidenheid, door de identificatie van ons bewustzijn met dit sterfelijke kleine zelf.

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk Fohat: Het kind van de zevenvoudige hiërarchieën (p. 140):
(c) Omdat fohat een van de belangrijkste, zo niet de allerbelangrijkste rol speelt in de esoterische kosmogonie, moet hij nauwkeurig worden beschreven. Evenals in de oudste Griekse kosmogonie, die sterk verschilde van de latere mythologie, Eros de derde persoon is in de oorspronkelijke drie-eenheid: Chaos, Gaea, Eros – die overeenkomt met het kabbalistische En-Soph (want Chaos is RUIMTE, [chaino]), ‘leegte’), het grenzeloze AL, Shekinah en de Oude van Dagen, of de Heilige Geest – zo is fohat in het nog ongemanifesteerde Heelal iets anders dan in de kosmische wereld van de verschijnselen. In laatstgenoemde is hij die occulte elektrische levenskracht die, door de wil van de scheppende logos, alle vormen verenigt en samenbrengt en deze de eerste impuls geeft, die te zijner tijd wet wordt. Maar in het ongemanifesteerde Heelal is fohat dit niet, evenmin als Eros de latere schitterende gevleugelde Cupido of LIEFDE is.

H.P. Blavatsky De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk Zonder hulp faalt de natuur (p. 70):
(a) De tijd voor haar korstvorming was gekomen. De wateren hadden zich gescheiden en het proces was begonnen. Het was het begin van een nieuw leven. Dit is wat één sleutel ons openbaart. Een andere sleutel leert ons de oorsprong van het water, zijn vermenging met vuur (vloeibaar vuur wordt het genoemd), en gaat in op de alchimistische beschrijving van het nageslacht van die twee – vaste stoffen, zoals delfstoffen en aarden. Uit de ‘wateren van de Ruimte’ is het nageslacht van het mannelijke geest-vuur en het vrouwelijke (gasachtige) water, de uitgestrektheid van de oceanen op aarde geworden. Varuna is uit de oneindige Ruimte naar omlaag getrokken om als Neptunus over de eindige zeeën te heersen. Zoals altijd, blijkt de volksverbeelding te zijn gebaseerd op een strikt wetenschappelijke grondslag.
Water is overal het symbool van het vrouwelijke element; mater, waaraan de letter M is ontleend, is als afbeelding afkomstig van , een hiërogliefe voor water. Het is de universele baarmoeder of de ‘Grote Diepte’. Venus, de grote moedermaagd, komt tevoorschijn uit de golven van de zee, en Cupido of Eros is haar zoon. Maar Venus is de latere mythologische variant van Gaia (of Gaea), de aarde, die in haar hogere aspect de Natuur is (prakriti), en metafysisch aditi, en zelfs mulaprakriti, de wortel van prakriti of haar noumenon.
Daarom is Cupido of de liefde in zijn oorspronkelijke betekenis Eros, de goddelijke wil, of het verlangen om zich door zichtbare schepping te manifesteren. Vandaar dat fohat, het prototype van Eros, op aarde de grote kracht ‘levenselektriciteit’ of de geest van het ‘leven schenken’ wordt. Laten wij denken aan de Griekse theogonie en doordringen in de geest van haar filosofie. De Grieken leren ons (zie ‘Ilias’ IV, 201, 246) dat alle dingen, de goden inbegrepen, hun bestaan danken aan de Oceaan en zijn vrouw Tethys; de laatste is Gaea, de Aarde of de Natuur. Maar wie is Oceaan? Oceaan is de onmetelijke RUIMTE (geest in Chaos), die de godheid is (zie Deel I); en Tethys is niet de aarde, maar oorspronkelijke stof tijdens het vormingsproces. In ons geval is het niet langer Aditi-Gaea die Ouranos of Varuna voortbrengt, de voornaamste aditya onder de zeven planeetgoden, maar Prakriti, verstoffelijkt en gelokaliseerd. De maan, mannelijk in haar theogonische karakter, is alleen in haar kosmische aspect het vrouwelijke voortbrengende beginsel, zoals de zon het mannelijke embleem daarvan is. Water is de nakomeling van de maan, die bij alle volkeren een androgyne godheid is.

Ken Wilber, boek Zonder grenzen:
Aristoteles klassificeerde vrijwel elk verschijnsel en voorwerp in de natuur met zoveel precisie en overtuiging dat het de Europese mens eeuwen zou kosten eer hij zelfs maar aan de geldigheid van die grenzen durfde te twijfelen. Aristoteles definiëerde een 1e en fundamentele grens. Pythagoras ontdekte eerder dat hij verschillende klassen of groepen kon tellen. Door middel van abstrakte getallen lukte het de mens zich te bevrijden van concrete dingen. Het was een grens op een grens, een meta-grens. De 2e grens geeft je een klasse van klassen van dingen. En omdat grenzen politieke en technologische macht met zich meebrengen, had de mens daarmee zijn vermogen tot beheersing van de natuurlijke wereld vergroot. Deze nieuwe en machtige grenzen hadden echter niet alleen de mogelijkheden van een hoger ontwikkelde technologie in zich, maar ook een grotere vervreemding en verbrokkeling van de mens en zijn wereld. De mens ontdekte dat hij nu in twee werelden leefde – de concrete tegenover de abstracte, de ideale tegenover de reële, de universele tegenover de bijzondere. Het werd een strijd van het rationele tegen het romantische, ideeën tegen ervaring, intellect tegen instinct, orde tegen chaos, geest tegen materie. Met de komst van algebra kwam een 3e grens, de meta-meta-grens. Zo ontstonden tientallen wetenschappelijke wetten. Met de relativiteitstheorie van Einstein en het onzekerheidsprincipe van Heisenbeg begin vorige eeuw viel het solide fundament van de fysica uiteen. Omdat de ‘kleinste bouwstenen’ van het universum geen duidelijke grenzen hadden, konden ze niet precies worden gemeten. De quantummechanica ontdekte dat de realiteit niet langer meer gezien kon worden als een samenstel van afzonderlijke dingen en grenzen. Om de een of andere vreemde reden leken alle dingen en verschijnselen in het universum verbonden te zijn met ieder ander ding en verschijnsel in het universum. Omdat er geen echte scheidslijnen tussen de dingen zijn, stelt men dat elke entiteit doordringt in elke andere entiteit in de wereld. Het universum wordt nu gezien als een een onderling verbonden web van relaties, waarvan de delen alleen gedefinieerd kunnen worden in betrekking tot het geheel. Het Oosten zag eerder dan het Westen dat alle grenzen illusies waren.

Het punt is, dat wanneer wordt ingezien dat er in de ware wereld geen grenzen zijn, alle dingen en verschijnselen – net zoals alle tegenstellingen – dan gezien kunnen worden als onderling afhankelijk en van elkaar doordrongen. Net zoals genot verbonden is met pijn, goed met kwaad, en leven met dood, zo zijn alle dingen verbonden ‘met dat wat ze niet zijn.’
Maar de essentie van het inzicht dat de realiteit onbegrensd is, is heel eenvoudig. Voor je directe en concrete bewustzijn zijn er geen afzonderlijke dingen, geen grenzen. Je kan je concentreren, wat alleen maar betekent dat je in je bewustzijn een grens aanbrengt. De werkelijkheid heeft geen grenzen. Elke grens is slechts een abstractie van de naadloze jas van het universum. Vandaar dat alle grenzen niet meer zijn dan een illusie voor zover ze scheidingen veroorzaken (en uiteindelijk strijd) die er niet zijn.
Zowel de grenzen tussen tegenstellingen als de grenzen tussen dingen en verschijnselen, zijn uiteindelijk niet meer dan bedrog op hoog niveau. Door te laten zien dat de realiteit geen grenzen heeft, laat je zien dat alle conflicten berusten op illusies. En dit uiteindelijke besef wordt nirvana, verlossing, bevrijding genoemd – bevrijd van de tegenstellingen, bevrijd van de betoverende opvatting van gescheidenheid, bevrijd van de ketenen van denkbeeldige grenzen.
Onbegrensd-bewustzijn dat gewoonlijk ‘eenheids-bewustzijn’ wordt genoemd.
Negatief gesteld: Je wordt bevrijd van lijden als je inziet dat het deel een illusie is – er is geen apart zelf dat kan lijden. Positief gesteld: Je bent altijd het Geheel, dat slechts vrijheid, bevrijding en uitstraling kent. In het eeuwige licht van het onbegrensde-bewustzijn, blijkt dat wat we eens zagen als het afzonderlijke zelf hier binnen, één geheel vormt met de kosmos daarbuiten. Het huidige moment is een tijdloos moment, en een tijdloos moment is een eeuwig ogenblik – een moment dat verleden nog toekomst kent. Dit heden is dus een samenvallen van twee tegenstellingen, een eenheid van geboorte en dood, zijn en niet-zijn, leven en sterven.

Kwaliteit behoort tot één van de tien categorieën van Aristoteles. Op p. 21 is een bloemlezing van het begrip kwaliteit opgenomen. Kwaliteit is een begrip dat zich niet laat definiëren.

====

Moed en Bedachtzaamheid (Mededogen of Compassie)

Politici als aanjagers van een cultuur van angst (Pieter Jan Dijkman Wapenveld april 2015 p. 24–25):
Over de utopie van een risicoloze samenleving
De maatschappij lijkt steeds meer georganiseerd te worden rondom de angst. Angst voor een griepvirus en angst voor terroristen kan ontwrichtende maatschappelijke gevolgen hebben. Redelijke argumenten hebben dan geen enkele zeggingskracht meer; dat is het angstaanjagende ervan. Het angstmanagement van politici versterkt de angst eerder dan dat het burgers toerust om goed met de reële onzekerheden van het leven om te kunnen gaan.
Het was een klein, onopvallend berichtje in de kranten: ‘Gebruik elke dag een schoon vaatdoekje op het aanrecht in de keuken.’ Het was een advies van minister Schippers van Volksgezondheid. Volgens de bewindsvrouw spreken de cijfers duidelijke taal: elke dag lopen liefst tweeduizend Nederlanders ‘een voedselvergiftiging’ op. Om de situatie te verbeteren wil ze de burgers er met een nieuwe campagne op wijzen hoe schadelijk bacteriën in de keuken kunnen zijn.
Erkenning van het tekort
In een wereld vol potentiële ziekten, vijanden en vreemden is angst een belangrijke politieke kracht geworden. Dat vraagt om verantwoordelijke politici. Ze hoeven de angst niet weg te redeneren. Alle grote politieke leiders – van Abraham Lincoln tot Abraham Kuyper, van Martin Luther King tot Mahatma Gandhi – verstonden de kunst om publieke emoties als angst te cultiveren en op waarde te schatten. Maar een beetje minder maakbaarheidsillusies en een beetje meer realiteitsbesef en vertrouwen in mensen kan geen kwaad. Dan verschijnt het menselijk tekort niet als probleem, maar als de mogelijkheid om gezamenlijk naar creatieve oplossingen te zoeken. Zo’n politiek van de hoop is heel wat uitdagender dan een politiek die in het teken staat van de angst.

Ook Le Pen kan worden gestopt (Dominique Moïsi Volkskrant 22 december 2015 p. 22):
Zelfs geconfronteerd met economische stagnatie en hoge werkloosheid - vooral onder jongeren - zijn de Fransen niet klaar om drastische actie te ondernemen zoals het verlaten van de euro of de Europese Unie. Opeenvolgende Franse regeringen mogen er dan niet in geslaagd zijn adequaat te reageren op de economische problemen van het land, het betekent niet dat de kiezers bereid zijn een sprong in het duister te wagen door hun vertrouwen te plaatsen in een stelletje demagogen dat surft op de golven van ontevredenheid en angst.
Want angst was de dominante factor in deze verkiezingen.
In de eerste ronde pakte dat gunstig uit voor het Front National, wiens bestaansreden angst is voor migranten, terroristen, mondialisering en openheid naar de rest van de wereld. Maar in de tweede ronde deed angst Le Pen de das om. Kiezers waren niet alleen bang echt invloedrijke posities over te dragen aan ongekwalificeerde tegen-elites; ze waren ook bang het imago van hun land in gevaar te brengen en daarmee Frankrijks invloed in Europa en daarbuiten.
Tenslotte is Frankrijks internationale identiteit een integraal onderdeel van haar nationale identiteit. De trots van het land en het gevoel dat Frankrijk een missie heeft, die is geërfd van het Ancien Régime en versterkt door de Franse Revolutie, heeft weliswaar niet de samenwerking met nazi-Duitsland tegengehouden onder de Vichy-regering. Maar er was een verpletterende nederlaag voor nodig om Frankrijk door de knieën te laten gaan voor extreem-rechts.
De situatie vandaag is veel minder ernstig. Le Pen mag proberen zichzelf als een moderne Charles de Gaulle af te schilderen, die het verzet leidt tegen het establishment. Maar het grote publiek blijft het Front National zien als een ideologische erfgenaam van Frankrijk onder Vichy - een partij die nauwelijks zijn op collaboratie ingestelde karakter heeft afgeschud.
De uitkomst van Frankrijks regionale verkiezingen is niet alleen relevant in Europa, maar ook aan de andere kant van de Atlantische Oceaan. Franse kiezers hebben laten zien dat de Europese Unie niet gedoemd is te worden vernietigd door aanvallen op haar legitimiteit en dat het populisme niet hoeft te zegevieren.
Als democratische leiders - in Europa en de Verenigde Staten - die boodschap begrijpen en hun verantwoordelijkheden serieus nemen, kunnen en zullen politici als Le Pen worden verslagen.

Traumaspecialist: Krachttaal is vooral angsttaal (Wil Thijssen interviewt Kaz de Jong Volkskrant 16 november 2015 p. 6):
President Hollande sprak over 'een leger van IS-terroristen' en 'meedogenloos terugslaan.' Premier Rutte noemt de terroristen 'barbaren' en zegt dat we met IS in oorlog zijn.
'Dat is precies wat ik bedoel. Bush heeft ons met zijn war on terror Guantanamo Bay, waterboarding, blackholes en gebombardeerde ziekenhuizen gebracht. Is dat wat we willen? Heeft het iets opgelost? Met zulk taalgebruik wek je de indruk: al moet ik iemand binnenstebuiten keren, op z'n kop hangen en martelen om terreur te stoppen - dat is allemaal gerechtvaardigd. Dat is niet zo, dus dat wekt normvervaging in de hand. Mensen nemen zulke retoriek over en ook dat wakkert de collectieve angst aan. Beter is het om gewoon te zeggen: de daders zullen gestraft worden. Sommige publieke figuren kapitaliseren de angst doelbewust voor politiek of financieel gewin.'
In mijn organisatie, Artsen zonder Grenzen, krijg je regelmatig te maken met angst en spanningen.
Tegen medewerkers die daarmee kampen, zeg ik altijd dat ze heel bewust vriendelijk moeten zijn tegen hun sociale omgeving. Bedank iemand heel hartelijk voor een kop koffie. Zie ook eens hoe mooi de omgeving is. Ga niet vloekend door het verkeer, maar wees vergevingsgezind of zeg zelf ook eens sorry. Het lijkt een kleinigheid, maar het helpt. Actie is reactie, je omgeving reageert op je met hetzelfde gedrag als dat van jezelf. Met positivisme kun je een negatieve cirkel van angst doorbreken. Hervind je geloof dat de wereld om je heen ook goed is.' Tenzij je slachtoffer of nabestaande van zo'n aanslag bent.
'In zeldzame gevallen, zoals bij ooggetuigen of slachtoffers, kan de angst aanhouden. Dan hebben we het over een kleine minderheid. Die mensen zijn doorgaans heel goed te behandelen met traumatherapieën. Angst is echt iets waar we ons niet door hoeven te laten leiden.'

Moed is het tegengestelde van vermijden, lafheid. Maar de ware moed staat in het midden tussen angst en overmoed (hybris). Aan vermijdingsgedrag ligt angst ten grondslag. Moed en angst horen bij elkaar. Ware moed is niet geen angst hebben doch zijn angst te overwinnen. Moed is bevroren angst. Moed zorgt ervoor dat je de moeilijkheden overziet en niet bij de pakken gaat neerzitten. De kern van moed is boven jezelf en je eigen onzekerheden uitstijgen. Jezelf opzij zetten. Zowel in fysieke als in figuurlijke zin. Echte helden hebben vaak niet eens doorgehad dat ze moedig waren. Ze vonden dat er iets moest gebeuren en hebben het gedaan. Met knikkende knieën. En juist dan is het moedig. Echte moed betekent de durf pijnlijke waarheden onder ogen te zien, en angst kan zo'n pijnlijke waarheid zijn. Voor te moedige mensen geldt vaak meer moed dan beleid. Bedachtzaamheid impliceert een sterke onzekerheidsvermijding, het zoeken naar veiligheid. De spanning is in evenwicht. Een beetje angst of stress maakt immers dat mensen betere beslissingen nemen. Er is sprake van beheerste angst. Als je geen angst had was je roekeloos. Een gezonde portie angst werkt heel goed tegen zelfoverschatting. Het helpt je aan een realistische kijk op de zaak. Natuurlijk zijn er mensen die altijd al stressbestendig zijn, die meer draagkracht hebben dan anderen, niet gauw bang zijn. Angst is een normaal verschijnsel. De creatieve manier om met angst om te gaan is: de angst serieus nemen. Dat wil zeggen nuchter uitzoeken, welk signaal in de angst verborgen zit. Je kunt anderen niet het werk laten doen. Zeer sterke gevoelens van onzekerheid betekenen dat situaties worden vermeden. Gemakkelijkste manier om geen moed te tonen. Vermijdingsgedrag berust op angst, stress. Stress is de reactie op geestelijke en lichamelijke belasting. Het is als het ware het scharnier in de koppeling tussen lichaam en geest. Een van de manieren waarop de persoonlijkheid van invloed is op ziekte en gezondheid, is gelegen in de mate waarin het bepaalt hoe we omgaan met stress, met de emotionele spanningen waarmee het leven ons onvermijdelijk opzadelt. Stress is echter het zout des levens. Zonder een zekere spanning is er ook geen actie. Door stress wordt het evenwicht van lichaam en geest aangetast. Stress bestaat in verschillende gradaties: angst, faalangst, angst voor de angst, fobie. Angst ontstaat bij de beweging van de pool Bedachtzaamheid naar de pool Moed.

Ik wil beter omgaan met stress
• Bij stress helpt het om op een rij te zetten wat bij u spanning geeft en wat u juist energie geeft.
• Praat er met iemand over die u vertrouwt.
• Opschrijven waarover u piekert kan ook helpen.
• Blijf goed voor uzelf zorgen met goede voeding, bewegen/sporten en genoeg ontspanning.
• Probeer als u wilt
ontspanningsoefeningen of mindfulness.
• Uw huisarts of praktijkondersteuner kan u begeleiden.

De neurofysiologie (of zenuwfysiologie) onderzoekt de werking en functies van het zenuwstelsel. Het zenuwstelsel bestaat uit twee soorten neuronen: neuronen die activeren en neuronen die informatie verzamelen. Deze twee werken nauw samen.
Wellicht vormt de 6e Chakra de sleutel voor het tijdsbesef, van het reflexieve bewustzijn. De hypothalamus, het centrale regelcentrum voor het autonoom zenuwstelsel maakt gebruik van twee complementaire zenuwstelsels. Het sympathische en het parasympathische zenuwstelsel, die een regulerende, reflexieve werking hebben. Beide zenuwstelsels sturen het functioneren van een groot aantal onbewust plaatsvindende functies in ons lichaam. De zenuwstelsels maken reflexieve emoties van eustress of distress, reacties van vechten of vluchten mogelijk. Het tegengestelde parasympathische zenuwstelsel bevordert de gezondheid via herstel en rust na inspanning en heeft een homeostatische functie en zorgt zodoende voor psychisch of lichamelijk evenwicht.

Compassion - Theories
Three theoretical perspectives of compassion have been proposed, which are contrasted by their predictions and approaches of compassion.
• Compassion as a synonym of empathic distress, which is characterized by the feeling of distress in connection with another person's suffering. This perspective of compassion is based on the finding that people sometimes emulate and feel the emotions of people around them.
• Compassion is simply a variation of love or sadness, not a distinct emotion.
• From the perspective of evolutionary psychology, Compassion can be viewed as a distinct emotional state, which can be differentiated from distress, sadness, and love.
Identifying with another person is an essential process for human beings.

Lafheid en Roekeloosheid

Gulden Middenweg
Wat is het idee?
Volgens Aristoteles is de deugd het midden tussen twee extremen. Zo houdt moed het midden tussen lafheid en roekeloosheid.

Edward Strecker en Kenneth Appel Prismaboekje 562 Psychologie van het dagelijks leven
Een belangrijke oorzaak van vrees is overheersing. Overheersing is één van de voornaamste dreigingen voor het voortbestaan van zijn gevoel dat hij iemand is. Op gelijke wijze is vrees een beschermend mechanisme,zonder welk de primitieve mens door wilde dieren zou zijn verslonden en uitgestorven.
In onze beschaving is men geneigd zowel vrees als woede als een negatieve factor te beschouwen.
De emoties van vrees, woede, liefde, en verering gaan met diepe fysiologische veranderingen in het lichaam gepaard.
Vrees verhindert zeker niet heldhaftig te zijn; vrees en moed gaan hand in hand, en het algemeen verbreide geloof dat helden onbevreesd zijn, is een dwaling. De vermetelste daden van heldhaftigheid die opgetekend staan, zijn vaak bedreven door mensen bij wie het hoofdmotief was, zichzelf en anderen te bewijzen niet dat zij geen vrees hadden, maar dat zij hun vrees konden overwinnen. Zoals er situaties zijn waarin hetgeen men moet doen , vechten is, zo zijn er andere situaties waarin hetgeen men doen moet, er vandoor gaan is. Etc…

Emoties en gevoelens leveren de energie die de geest doet werken. Het doel van woede is de mens te voorzien van energie om een gevecht te overleven. Moederliefde levert energie opdat de jongen beschermd kunnen worden en zo in leven zullen blijven De seksuele emotie levert energie, opdat de soort door de voortplanting kan voortbestaan.

Vrees is gemobiliseerde energie, die beschikbaar komt om iemand in staat te stellen weg te rennen. Als het biologische doel van vrees is het voorbestaan te verzekeren, dan zal vrees worden opgewekt als het voortbestaan van de persoon in gevaar wordt gebracht.
Van woede 21 zelfstandig naamwoorden: agresie, rancune, frustratie, haat, furie, verontwaardiging, grofheid, toorn, verzet, koppigheid, vijandigheid, bitterheid, anarchie, boosaardigheid, wrok, woestheid, minachting, verachting, vijandschap, kwaadwilligheid, uitdaging.
Van woede 28 bijvoegelijke naamwoorden: woedend, kwaad, boos, bitter, razend, gefrustreerd is, er genoeg van heeft, het te pakken heeft, nijdig is, een heethoofd is, dat hij opgewonden (wind je asjeblieft niet op!), ziedend, kokend, getart, verbitterd, geërgerd, verontwaardiging, furieus, uitgelokt, gekwetst, verveeld, geprikkeld, vijandig, woest, wild, dodelijk, gevaarlijk, beledigend is.
Van woede 44 werkwoorden: vechten, haten, verwonden, beschadigen, vernietigen, verafschuwen, verachten, minachten, walgen, belasteren, vervloeken, beroven, ruïneren, vernielen, verfoeien, afschuw tonen, verwoesten, belachelijk maken, pesten, bedotten, betaald zetten, uitlachen, vernederen, prikkelen, beschaamd maken, kritiseren, grieven, kwellen, te keer gaan tegen, uitschelden, uitfoeteren, uitkafferen, irriteren, opjagen, op de kast jagen, boycotten, slaan, bedwingen, wedijveren, bruut bejegenen, verpletteren, beledigen en tiraniseren.
Van vrees 12 zelfstandige naamwoorden: Angst, ontmoediging, zorg, ontsteltenis, verlegenheid, bedeesdheid, schrik, ontzetting, alarm, paniek, verschrikking en afgrijzen.
Van vrees 18 bijvoegelijke naamwoorden: bang, angstig, gealarmeerd, zenuwachtig, ontsteld, bezorgd, overstuur, in de war, geschrokken, laf, verlegen, bedeesd, beschroomd, ingetogen, bescheiden, ontzet, vreesachtig of onthutst.
Van vrees 2 werkwoorden: vluchten, vlieden (er van door gaan, de benen nemen). De werkwoorden ontmoedigd worden, sidderen, ineenkrimpen, terugdeinzen, vermijden, zich verstoppen, zich verbergen, ontwijken, zich terugtrekken, zijn woorden die zeker vaak zinspelen op gedrag door vrees opgewekt, maar die aan de andere kant niet noodzakelijkerwijs vrees impliceren.

====

Geloof en Secularisme (Creatielemniscaat, Schijnbare paradox, Meta-leren, Twee kanten van één medaille)

En God zei: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, opdat zij heersen over de vissen in de zee en over het gevogelte aan de hemel en over het vee en over de gehele aarde en over al het kruipende gedierte dat op de aardbodem kruipt. En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen. (Genesis 1:26; vergelijk 9:6)
Lex Hoogduin: Buffers zijn voor banken geen dood geld. Een dijk is toch ook geen dood kapitaal.

De grote leraren van de mensheid, zoals Christus, Boeddha, Plato en Confucius, hebben over ethiek eigenlijk hetzelfde gedacht ‘Alle dingen dan die gij wilt dat u de mensen doen, doet gij hun ook alzo; want dat is de Wet van de Profeten’. Om met het Grote Mysterie van het leven tot eenheid te komen wordt in het rapport ‘E i V’ de esoterische hermeneutiek als sleutel gebruikt.

Ascending and Descending (Klimmen en dalen) is a lithograph print by the Dutch artist M. C. Escher first printed in March 1960. 14: Klimmen en dalen, M.C. Escher (litho, 1960, tekening links boven).
129: Hol en bol, M.C. Escher (litho, 1955).
287: Drie werelden, M.C. Escher (litho, 1955). Zen-koan: Een monnik vroeg Ganto: ‘Wat moet ik doen als de drie werelden me bedreigen?’ Ganto antwoordde: ‘Gaan zitten.’ ‘Ik begrijp het niet,’ zei de monnik. Ganto zei: ’Raap de berg op en breng hem bij mij. Dan zal ik het je vertellen.’
292: Dag en nacht, M.C. Escher (houtsnede, 1938).
299: Drie bollen II, M.C. Escher (litho, 1946). Ieder deel van de wereld lijkt ieder ander deel te bevatten. Bij de drie bollen kun je denken aan hemel, bewustzijn en aarde of aan universum, bewustzijn en innerlijk universum.
465: Tegenstelling (Orde en chaos), M.C. Escher (litho, 1950)
800: Tekenen, M.C. Escher (litho, 1948, tekening rechts boven) en een abstract schema van M.C. Eschers Tekenen. Boven een
schijnbare paradox, onder zijn oplossing.

Voor het abstracte schema wordt naar het boek (p. 800) verwezen. Het schema geeft de Merkwaardige Lus of Verstrengelde Hiërarchie weer.

Ik vrees voor de ondergang (Peter de Waard interviewt Kardinaal Simonis Volkskrant 16 juni 2007 p. 29):
Vrijdag vierde hij zijn 50-jarig priesterfeest, en zijn vertrek als aartsbisschop van Utrecht is nabij. Gesprek met Ad Simonis: ‘Mensen hebben in de hele geschiedenis gezondigd, maar vroeger gingen ze biechten....
Onderlinge verdeeldheid en secularisatie kenmerken de periode waarin Simonis de belangrijkste bestuurder was van de katholieke kerk in Nederland. ‘De kerk is ziek’, zei hij al in 1983.
U kunt er niet omheen dat u als bisschop en aartsbisschop ook
bestuurder was.
‘In de woorden van oud-premier Van Agt heb ik getracht de winkel gaande te houden. Dat klinkt banaal, maar het was mijn taak om de zaak zo veel mogelijk bij elkaar te houden.’
De afgelopen vijftig jaar moeten, gezien de enorme secularisatie voor de rooms-katholieke kerk, de moeilijkste zijn geweest.
‘De moeilijkste periode is de
reformatie geweest in de 16de eeuw. Toen was er onrust in Europa en dat heeft ook veel invloed gehad op Nederland. Daar gingen veel katholieken over naar het protestantisme en dat heeft grote spanningen veroorzaakt.’
Toen u priester werd gewijd waren er nog
duizenden jongelingen die hun leven in dienst van de kerk stelden. Nu zijn er nog maar tien tot twintig priesterwijdingen per jaar in Nederland. Dat moet pijn doen.
‘Nederland is een missieland geworden, zoals monseigneur Ernst al zei in 1991. Maar het is niet alleen Nederland. Het hele Westen verkeert in een enorme culturele crisis. Door de secularisering is er een grote geestelijke leegte.’
Het is niet alleen het Westen. Ook in India en Brazilië is nu sprake van secularisering.
‘Overal waar
welvaart komt, is er de bekoring je heil te zoeken in datgene wat concreet is, de materiële behoeftebevrediging.’
Als er geen armoede meer heerst, gelooft dus niemand meer. Dat is een
paradox voor een kerk die vecht tegen armoede.
Secularisering is niet noodzakelijk een gevolg van de welvaart. Er zijn mensen die rijk zijn en daar op een heel goede manier mee omgaan. Maar ik moet bekennen dat rijkdom een bekoring is om je verlangen naar heil te verleggen.’

Er moet een verschil gemaakt worden tussen seculiere en reguliere priesters. De seculiere priesters of wereldheren zijn priesters verbonden aan een bisdom en aan de bisschop van dat bepaalde bisdom. Reguliere priesters zijn lid van een congregatie of van een orde. Als gevolg hiervan vallen zij onder het gezag van een overste van deze congregatie of orde. Indien een reguliere priester ook in een bisdom werkzaam is, dan valt deze ook onder het gezag van de diocesane bisschop. Eveneens is mogelijk dat de reguliere priester rechtstreeks onder het gezag van de paus valt.

Secularisme en Turkije was nooit een goed huwelijk (Nuri Kurnaz Volkskrant 15 juli 2020 p. 23):
Het omdopen van de Hagia Sophia tot moskee zegt meer over Turkije dan over leider Erdogan, betoogt historicus Nuri Kurnaz.
Seculiere koers
Erdogan is niet de eerste die de legitimiteit van deze besluiten in twijfel trekt en er openlijk tegenin gaat. Hij is wel de eerste die de politieke macht heeft de hervormingen terug te draaien. De Hagia Sophia veranderen in een museum was duidelijk de wens van Atatürk en een seculiere elite. Het nu weer in een moskee veranderen, is wat de meerderheid altijd heeft gewild. En dat lukt omdat Erdogan erin is geslaagd een eigen conservatieve elite te creëren, en tegelijkertijd de macht van de seculiere elite in het leger en het land wist te beperken met tal van rechtszaken en politieke zuiveringen.
Identiteitscrisis
Turkije komt uit een identiteitscrisis en kiest niet meer voor een westerse koers, maar grijpt terug naar de identiteit die het land in wezen altijd al heeft gehad. Een overduidelijk islamitisch land met een samenleving, waarin de islam publiekelijk aanwezig is. De
secularisering is niet mislukt door Erdogan, nee, die is in Turkije nooit geslaagd. De status van de Hagia Sophia is nu weer symbolisch voor de mislukte koers van secularisering.
Secularisme en Turkije zijn nooit een goed huwelijk geweest en Turkije gaat daarom weer terug naar haar ex: de prominente islam. Om haar ex terug te krijgen, is de Hagia Sophia onderdeel geworden van haar symboolpolitiek. Niets meer, niets minder.

Martelaarschap en de moderne kerk of De volwassen kerk is een stervende kerk (Ross Douthat Volkskrant 11 augustus 2016 p. 20):
Als geweld of fanatisme zich nu nog voordoen, is dat vanwege technisch en politiek falen - onvoldoende onderwijs, ongelijke verdeling van middelen, ontoereikende dialogen, ideologische manipulatie - en niet vanwege diepe religieuze kloven. (Vandaar dat de paus benadrukt dat de huidige jihadgolf eerder economisch dan religieus gemotiveerd is).
Dat is de impliciete zienswijze van na het Tweede Vaticaans Concilie - de kerk waarin zowel Franciscus als de vermoorde Hamel is opgegroeid. Een kerk die ervan uitgaat dat de liberale moderne tijd een permanente verandering inhoudt van ons mens-zijn, een soort 'volwassenwording' waarbij ook het geloof volwassen moet worden:
denkbeelden over de eigen exclusiviteit moeten wijken, opdat we in gemeenschap met de hele mensheid kunnen floreren. Al te luid gepraat over martelaarschap in deze context verwart vandaag met gisteren en brengt het risico met zich mee van een terugval in de vruchteloze godsdiensttwisten van weleer.
Ook de liberale orde in bredere zin staat onder druk. De Europese Unie, nog een grootse droom toen Hamel in 1958 tot priester werd gewijd, is tegenwoordig een krakende, impopulaire bureaucratie die van binnenuit door nationalisme wordt bedreigd en worstelt met de opname van immigranten uit culturen die nooit liberalisme hebben gekend.

Modern ideeëngoed verslijt razendsnel (Dirk-Jan van Baar de Volkskrant 11 augustus 2016 p. 18):
Europese gedachte
In plaats dat democratieën de handen ineenslaan, draait alles om identiteitspolitiek, van verongelijkte meerderheden tot de kleinste minderheid.
Alleen de Japanners wisten zich aan de Europese kolonisatie te onttrekken, en in mindere mate de Turken, al werd hun moslimrijk steeds kleiner.
Maar vrijheid en democratie werden toen niet als 'gemeenschappelijke waarden' gedefinieerd. Dat deden alleen de Amerikanen, die zich tegen het Europese kolonialisme verzetten.
Van gemeenschappelijke westerse waarden kon je een eeuw geleden niet spreken. De Europese orde moest door het blauwe bloed van de koningshuizen bijeengehouden worden: nooit meer een Franse Revolutie! In Rusland moesten de bolsjewieken nog de macht grijpen, algemeen kiesrecht (laat staan vrouwenkiesrecht) was er nergens, de kerken waren bezig hun eigen geloofsgemeenschap te emanciperen en hadden de vrede nog niet ontdekt.
De westerse waarden van nu, vrijheid, democratie en mensenrechten, zijn op Amerikaanse leest geschoeid. Amerika is nog steeds een christelijk land. Maar het christendom, een lijdensverhaal geworteld in een geschiedenis van tweeduizend jaar waaraan het hele Westen zijn gelijkheidsmoraal ontleent, is in Europa bezig in rap tempo te verdwijnen, zonder dat iemand het erg vindt.
Identiteitspolitiek
De Europese idee, tot voor kort nog een visionaire gedachte die op pragmatische wijze nationale tegenstellingen moest overwinnen, wordt nu als utopie afgewezen, als politiek correct maakbaarheidsideaal van de linkse kerk. De vraag in hoeverre hiermee het kind met het badwater wordt weggegooid, wordt niet gesteld.
Ineens maakt iedereen zich druk om
gelijkberechtiging van lhbt'ers, een afkorting die tot voor kort volkomen onbekend was. Je zou denken dat de democratische landen vanwege alle uitdagingen uit de niet-westerse wereld de handen ineenslaan, maar alles draait om identiteitspolitiek van verongelijkte meerderheden tot de kleinste minderheid.
Tegelijk ziet Europa zich geplaatst tegenover een ontketende moslimwereld die een eeuw geleden alleen nog toekomst had als die in Europese zin zou hervormen. Nu is het de vraag of het ontkerkelijkte Europa zich zal handhaven, onder druk van een vreemde religie waarvan nooit gedacht is dat die voor de moderne wereld nog een serieuze bedreiging kon zijn. Dat staat garant voor nog veel meer gekkigheid.

Ben ik een terrorist? (Selma Ablak werkt bij landelijk Platform Zijn dat zich inzet voor vrouwenemancipatie Volkskrant 11 augustus 2016 p. 19):
Fethullah Gülen leidt geen terroristen op. Integendeel. Hij inspireert tot maatschappelijke inzet, schrijft Selma Ablak.
Leemte
Wat mij het meest aansprak, was het belang dat Gülen hecht aan de universele rechten van de mens en aan het versterken van de positie van de vrouw, zodat zij volwaardig aan alle facetten van de samenleving kan deelnemen. Dit laatste druiste in tegen alles wat ik in mijn vroegere jaren vanuit huis, mijn directe omgeving en vanuit de moskee had geleerd en opgemerkt. Thuis en in de moskee werd wel steeds gepreekt dat de hemel aan de voeten van de moeder lag, maar in praktijk zag ik hier weinig van terug. De culturele islam hield de mensen in hun greep. Ik kon vaak niet meer zien waar de islam ophield en de cultuur begon.
Door middel van maatschappelijke initiatieven betrek ik jongeren en vrouwen bij de samenleving, zet ik mij in voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken als armoede, eenzaamheid, participatie en emancipatie en draag ik zo mijn steentje bij aan het geluk van mensen en een saamhorig Nederland. Het beeld dat in de media door tegenstanders van Gülen en de Hizmetbeweging wordt weergegeven, herken ik niet terug bij mezelf.
Nou vraag ik jullie: ben ik nu een terrorist?

Wat doet de Nederlandse Gülenbeweging eigenlijk? (Andreas Kouwenhoven NRC 31 juli 2016):
De Gülenbeweging zou achter de mislukte coup in Turkije zitten. Ook in Nederland is steevast ophef rond de beweging. Maar wat doet die eigenlijk?
De gülenisten hebben het ook wel een beetje aan zichzelf te wijten, al die achterdocht. Tot voor kort ontkenden ze meestal dat hun organisaties of evenementen iets met Gülen te maken hadden. Die dragen namen als Vereniging Betrokken Ouders Rijnmond, Harmonie van Nederland, Stichting de Waterval, Platform ZijN, VOTIAD, HOGIAF.
Wie is Fethullah Gülen?
De man die door de Turkse regering wordt aangewezen achter het brein van de mislukte staatsgreep is een Turkse voormalige imam van 77, die een teruggetrokken bestaan leidt in een ommuurd landgoed in Pennsylvania.
Fethullah Gülen schreef 67 boeken waarin hij zich pleitbezorger toont van tolerantie en dialoog. Gülen geldt als inspiratiebron van miljoenen moslims wereldwijd. Volgens sommige schattingen is 10 procent van de Turkse bevolking aanhanger van zijn Gülenbeweging, ook wel Hizmet genoemd.
In Nederland sympathiseren naar schatting een paar duizend Turkse Nederlanders met de beweging. Gülenisten hebben eigen denktanks, mediabedrijven, ondernemingen en scholen opgericht. In Turkije zouden Gülen-aanhangers hoge functies bekleden binnen de ambtenarij.
Volgens critici is de beweging uit op macht. Zij wijzen op een preek van Gülen uit 1999 waarin hij zijn volgelingen oproept te infiltreren in het centrum van de macht. Gülenisten zeggen dat deze uitspraken zijn verdraaid of uit hun verband zijn gerukt.

Het grote liberale experiment sinds 1789 (Wim Couwenberg Civis Mundi Digitaal #35):
Bespreking van: Hans Boutellier, Het seculiere experiment. Hoe we van God los gingen samenleven. Uitgeverij Boom, Amsterdam, 2015.
Privatisering geloof en religie in liberaal experiment
Mijn complimenten met de boeiende en informatieve wijze waarop de auteur als bekende socioloog de hypothese van het seculiere experiment en daarmee samenhangende vragen nader onderzoekt, uitwerkt en toelicht. Maar zijn hypothese noopt wel tot een kritische reactie mijnerzijds. Wat hier als historisch en cultureel uniek seculier experiment gepresenteerd wordt, staat niet op zichzelf. Het is ook geen echt experiment, dat pas sinds de jaren ’60 als uniek in het oog springt, en als zodanig ter discussie staat, en inzet wordt van ideologische strijd. Het is een van de consequenties van het grote liberale experiment dat sinds de liberale revolutie van de 18e eeuw in onze westerse samenleving gestart is, en als liberaal concept van de moderniteit een fundamentele breuk teweegbrengt met het premoderne beschavingstype in al zijn historische verscheidenheid. Ging dat daarbij uit van een top-down benadering – alle gezag en zegen komt van boven – sinds het liberale concept van de moderniteit slaat dat radicaal om in een bottom-up benadering. Geloof en religie worden sindsdien tot een privé-aangelegenheid verklaard, dus losgemaakt van de staat en het openbare leven, zoals het staatsgezag ontleend wordt aan het volk (volkssoevereiniteit) en moraal en recht aan de zich ontwikkelende maatschappelijke consensus, met wederkerigheid als sleutelwoord.
Tegen de verwachting van zoveel prominente denkers in is dat liberale experiment er na twee eeuwen stug anti-liberaal verzet in geslaagd zich in de westerse wereld als het nieuwe algemeen menselijk patroon van beschaving door te zetten, en daarmee een einde te maken aan de ideologische strijd rond en tegen dat liberale experiment (1789-1989). In tegenstelling tot dat liberale experiment is het seculiere experiment van de auteur, zoals hij dat verbindt aan ontwikkelingen sinds de jaren ’60, niet of nauwelijks inzet geweest van politieke en maatschappelijke strijd, en dus geen echt experiment.

Hoe God verdween uit de kerststal (René CuperusVolkskrant 28 december 2015 p. 23):
Als ongelovigen en half-gelovigen hebben we weer de geboorte van Christus gevierd. In een ongemakkelijke mix van familiegezelligheid, commercie en een vleugje spiritualiteit. Kerstmis is het moment waarop we met onze seculiere conditie worden geconfronteerd, met christelijke left-overs in een verder door-en-door ongelovige samenleving.
Van het ene moment op het andere besloten we het na 2000 jaar Christendom over een andere boeg te gooien. Aartsbisschop Wim Eijk zei het in zijn Volkskrant-kerstinterview pas nog zo: 'Op de middelbare school werd eerst nog aan geloof gedaan, met catechese en missen op vrijdagmorgen. Maar in 1967 was alles opeens helemaal seculier geworden. Het was alsof een knop werd omgezet'.
Precies zo'n beeld schetst Hans Boutellier in zijn pasverschenen, belangrijke boek Het seculiere experiment. Hoe we van God los gingen samenleven. Boutellier, VU-hoogleraar Veiligheid & Burgerschap, beschrijft een 'geheime synode' die in de jaren 1960 bij elkaar zou zijn gekomen en waarin we spontaan afspraken: 'We gaan het voortaan zonder God proberen - kijken wat er gebeurt'.
Onduidelijker is wat de maatschappelijke gevolgen van het seculariseringsproces zijn. Boutellier komt hier tot een gemengd oordeel. De zonder God levende samenleving heeft er, anders dan confessionele fatsoens-rakkers voorspelden, geen 'klerezooi' van gemaakt. Het moderne beschavingsproces heeft Fremdzwang vervangen door zelfdwang. De seculiere mens mag dan gebukt gaan onder morele ongeletterdheid en opvoedingsonzekerheid, met zijn morele intuïties is meestal weinig mis.
Moraal en religie blijken een complexe relatie met elkaar te hebben. Met christelijke naastenliefde is het laatste woord niet gesproken. Zie het kindermisbruik in de katholieke kerk of het gewelddadig islamisme.
Boutellier meent dat er sprake is van 'radicale secularisering'. Niet alleen het religieus geloof is opgegeven; elke ideologie of levensbeschouwing heeft zijn vanzelfsprekendheid verloren. De 'religieuze' verbinding tussen verleden, heden en toekomst is verbroken. Omdat we nergens meer in geloven, geloven we vooral nog in wat praktisch werkt. De westerse netwerksamenleving is een 'pragmacratie' geworden.
Dat klinkt toch wel erg armoedig. Onze seculiere conditie vraagt om moreel onderhoud. Om de gierende angst- en onveiligheidsgevoelens van deze tijd te bestrijden, zullen we opnieuw gedeelde opvattingen moeten ontwikkelen over hoe goed (samen) te leven.

Geloof in rumoer of Tweedeling tussen christendom en islam is achterhaald (Margriet Oostveen Volkskrant 16 november 2015 p. 25):
Hans Boutellier over seculiere twijfel in radicale tijden.
Het nieuwe boek van Hans Boutellier heet Het seculiere experiment - Hoe we van God los gingen samenleven. We spreken elkaar vóór de Parijse aanslagen. Zijn werktitel was Radicale Tijden: 'De komst van de islam is zo confronterend omdat we niet goed weten wat we hier tegenover moeten stellen.'
Met de secularisering ontwikkelde zich een pragmatisch gestuurde samenleving. Een 'pragmacratie', noemt hij dat. 'Heel succesvol, maar we missen daarin de bezieling. Pragmacratie leidt tot een gevoel van leegheid, die wordt opgevuld met radicale standpunten.' Bij gebrek aan nieuwe grote verhalen, zoals sommigen van politici blijven eisen? Nee, zegt Boutellier. 'Grote verhalen zijn te pretentieus geworden.'
Hoge ambtenaren nodigen Boutellier regelmatig uit voor ideeën. 'Ze zitten met de vraag wat we met religie moeten. Hoe combineren we respect voor gewone moslims met onze seculiere rechtsstaat? Wat mag je eisen?' Een dag eerder vertelde hij dit op een ministerie: De rechtsstaat beschermt iedereen die zich aan de wet houdt en schept zo juíst de ruimte te geloven wat je wilt. 'Dat is een andere legitimering dan de oude waarheidsclaim, die steeds weer botsingen veroorzaakt. En dat sloeg aan.'
In Rome viel hem op hoe omvangrijk het godenrijk van de Romeinen was:
'Iedereen mocht zijn eigen god kiezen: dát is eigenlijk de utopie van de moderne rechtsstaat.'

De nieuwe wereld NPO2 (9 november 2015):
Colet gaat in gesprek met diverse gasten, op zoek naar maatschappelijke betrokkenheid, engagement en vrijzinnigheid. Hans Boutellier, die in zijn onderzoek 'Het seculiere experiment' analyseert hoe het christendom verdween uit het maatschappelijke leven, en Volkert Engelsman, directeur van Eosta, een van Europa's grootste handelsondernemingen in biologische groenten en fruit.
Debat tussen de hoogleraren Hans Boutellier en Manuela Kalsky
Hans Boutellier sprak woensdag 19 september 2007 zijn oratie uit in het kader van zijn aanvaarden van de Frans Denkersleerstoel ‘Veiligheid en burgerschap’, een initiatief van het politiekorps Amsterdam-Amstelland, de gemeente Amsterdam en FSW. Deze leerstoel biedt hem de mogelijkheid in nauwe samenwerking met de politie en de Dienst Onderzoek en Statistiek van de gemeente een onderzoeksprogramma op te zetten waarin onafhankelijk onderzoek wordt gedaan naar de ordening van veiligheid in een netwerksamenleving.
Van Manuela Kalsky vond de inaugurele oratie op 12 november 2012 plaats ter gelegenheid van de aanvaarding van de Edward Schillebeeckx leerstoel voor Theologie en Samenleving aan de VU. Voorafgaand aan de oratie was er het mini-symposium ‘God is ieder ogenblik nieuw in De Nieuwe Liefde over de vraag of, en zo ja hoe, religieuze diversiteit in het werk van Edward Schillebeeckx voorkomt.
Volkert Engelsman is directeur van Eosta. Eosta is genomineerd vanwege zijn "continue stroom van innovaties" op het gebied van voedseltransparantie, biologische productie en duurzame verpakkingen.

Elasticiteit (materiaalkunde) Veerkracht op Microscopische - en Macroscopische schaal
Op microscopisch niveau berust de stabiliteit van een vaste stof op een stabiele evenwichtspositie van atoomkernen. Hierbij bewegen de elektronen zich ofwel vrij tussen de kernen (scheikundigen spreken van een covalente binding) of hoofdzakelijk rond één kern (ionbinding). Met iedere mogelijke onderlinge positie van de atoomkernen komt een minimale kwantummechanische energietoestand van de elektronen overeen; deze minimale toestand bepaalt de potentiële energie van het geheel (kernen + elektronen). Een stabiel evenwicht betekent dat iedere kleine verandering van de positie van één of meer kernen, een verhoging van de potentiële energie vereist.
De veerkracht van materiaal op macroscopische schaal, die gepaard gaat met een kleine vervorming van het vaste lichaam, komt overeen met de gradiënt (ruimtelijke eerste afgeleide) van de energie.

Kwantummechanisch is elke materie golf of deeltje, deeltje of golf. Het is materie of antimaterie, het is steeds ongrijpbaar, onvoorspelbaar. Elk deeltje is een grote zee van mogelijkheden zowel wat plaats als wat vorm betreft.

Ervin Laszlo boek Kosmische Visie Wetenschap en het Akasha-veld (p. 183):
Erich Jantsch maakte mij attent op het werk – en later ook de persoon – van de uit Rusland afkomstige Nobelprijsdrager en thermodynamica-expert Ilya Prigogine. Diens concept van ‘dissipatieve structuren’ die onderhevig zijn aan periodieke bifurcaties (‘tweesprongen’) leverde mij de evolutionaire dynamiek die ik nodig had. Nadat ik dit concept met Prigogine had besproken, concentreerde ik mijn werk op wat ik de ‘algemene evolutietheorie’ noemde.

Het ‘en-en’/‘of-of’-mechanisme (Alles divergeert en moet ook weer convergeren), de tegenstelling tussen ‘Entropie en Negentropie’ kan met de tegenstelling tussen 'Sat-Asat' worden vergeleken. Sat is de onveranderlijke, de altijd aanwezige en eeuwige wortel (Oer-chaos, oerbron, oerstof), waaruit en waardoor alles voortkomt. Sat wordt geboren uit Asat, en Asat wordt voortgebracht door Sat. Het mechanisme ‘Sat-Asat' (Karma-Nemesis) brengt de eigenschap emergentie van de chaostheorie al tot uitdrukking.

Verleden en Toekomst, de eeuwige wederkeer verbonden door het NU. Gebroken symmetrie heeft betrekking op dat God niet schiep, maar scheidde (Ellen van Wolde). Het 5Ddenkraam (Kwintessens) biedt een kader om Jodendom, Christendom en Islam met elkaar te verbinden. Door aan te geven wat de verschillende levensbeschouwingen in de kern gemeenschappelijk (oerbron) hebben is het mogelijk aan de onderlinge consensus, aan de eenheid in verscheidenheid, aan een culturele trendbreuk, aan de overlevingsstrategie op aarde een steentje bij te dragen. Door tegenstellingen te verkleinen, twee tegendelen 'en-en' meer in balans te brengen, te integreren ontstaat een hogere waarheid. In zijn algemeenheid gaat het om het scheppen van eenheid in verscheidenheid.

De overlevingsstrategie, survival of the fittest heeft op goed en kwaad, de grondbeginselen van de ethiek die nooit veranderen betrekking. Binnen de zeer lange tijdperken van de mensheid zijn er voortdurend opkomende en neerdalende perioden van wijsheid (dwaasheid). De dwaasheid wint het op dit moment van de wijsheid.

Een van de vijf cultuurdimensies, die Geert Hofstede in zijn boek Allemaal andersdenkenden, omgaan met cultuurverschillen bespreekt heeft op de universele normen en waarden (natuurrecht, deugdethiek, rechten van de mens, die in alle culturen is terug te vinden betrekking. Prof. Hofstede: De menselijke natuur is wat alle menselijke wezens met elkaar gemeen hebben. De kwintessens van het verhaal 'E i V' gaat over de verborgen 5e dimensie Axis mundi, de zingeving van het leven.

Juist door de niet directe beheersbaarheid van de wisselwerking tussen het verticale en horizontale bewustzijn, het bewustzijn van het bewustzijn, het dialectisch bewustzijn, komen we tot begrip en uit het begrip komt de mogelijkheid van de beheersing voort. Het basismodel van de systeemleer laat zien dat ook na de secularisatie nog steeds het principe van ‘Zaaien en Oogsten’, de reciprociteit geldt. Volgens een in de systeemleer bekende regel ‘Garbage in - garbage out’ is het voor het verkrijgen van de gewenste uitvoer nodig eerst de invoer te veranderen.

Bij een eenmanszaak is er sprake van een echt ondernemersrisico. In de door de overheid gefinancierde publieke sector is er van echt ondernemersrisico voor 0,0% sprake. Bij het groter en bureaucratischer worden van door politici aangestuurde organisaties neemt ook de kans toe dat mismanagement met de mantel der liefde wordt bedekt. De vuile was wordt niet buiten gehangen. Dit geldt zowel in de private als de publieke sector. Met marktwerking wordt het probleem van groupthink onvoldoende opgelost. De marktwerking van dienen en verdienen leidt tot succes wanneer ook aan de moraal van het verhaal aandacht wordt besteed.

De risicobeheersing van spanningen in een multiculturele samenleving die onder invloed van het secularisme wordt nagestreefd staat tegenover de investeringen in de niet directe beheersbaarheid van het geloof. Wetenschappelijk onderzoek op het terrein van ‘Zien met de geest’ (boek van Russell Targ/Harold Puthoff) laat zien dat er meer is tussen hemel en aarde dan een mens kan bevroeden. Het leven op deze aarde speelt zich af tussen tegendelen, goed en kwaad, zonzijde en schaduwzijde. Het gaat er om je ogen te openen voor het leven in al zijn volheid.

Geloof laat - net als emergentie - zien dat het geheel meer is dan de som van de delen. Of met andere woorden de ‘objectieve resultaten’ van theologisch speurwerk kunnen nooit het complete plaatje in beeld brengen. In de chaostheorie is enkel zelfgelijkvormigheid visueel zichtbaar. Om de éne werkelijkheid te duiden biedt de chaostheorie een bruikbaar model.

Op aarde vinden analoge energetische processen plaats (Wet van analogie: ‘Zo Boven zo Beneden’).

Karma is niet het onontkoombare lot, het zijn nog altijd mensen die besluiten om de ‘trekker’ (trekkermechanisme) over te halen. Om grote schommelingen te vermijden is een consequente feedforward besturing gewenst. Het Ken uzelve, het individuatieproces van Carl Jung dient daarbij centraal te staan.
Om onze waarneming, leergedrag, opmerkzaamheid, logisch redeneren, herinneren, dromen te verklaren vergelijkt Prof. van Peursen in zijn boek Cultuur in stroomversnelling uit 1975 de werking van de hersenprocessen met het zogenaamde ‘trekkermechanisme’.

Aanhangers van het darwinisme, de atheïsten staan tegenover gelovigen, de theïsten die het ontstaan van leven als een wonder ervaren. Darwin heeft gelijk wanneer hij stelt dat het leven de 'natuurlijke selectie' ('Survival of the fittest') continu richting hogere, meer complexe vormen ontwikkelt. Dit geldt echter niet alleen voor de materie maar ook voor een zich ontwikkelend bewustzijn, de geest. Het innerlijke bewustzijn (zelfbewustzijn, reflexief bewustzijn, bewustzijn van bewustzijn) is een levenscyclus (Huwelijksquaterniteit) die in de kringloop van het universele bewustzijn ligt besloten.

Omgekeerd evenredig risico
Dr. Hans Jansen haalt in zijn boek Diagnose van racisme en antisemitisme in Europa Titus Ensink aan: ‘Wie zich wil verzetten tegen iets dat hij gevaarlijk acht (racisme/antisemitisme), loopt altijd het risico op oordeelsfouten. In feite doen zich, niet alleen in theorie, maar zeker ook in de praktijk, de volgende vier mogelijkheden voor: (1) er is feitelijk gevaar, dat je ook als zodanig beoordeelt, en je verzet je tegen dat gevaar, (2) er is feitelijk geen gevaar, je ziet dat ook zo, en je doet dan ook niets, (3) er is feitelijk gevaar, maar je onderkent dat niet, en je verzuimt er iets tegen te doen, (4) er is geen gevaar, maar je denkt dat het er is en je verzet je ertegen, maar dat betekent: tegen iets vermeends. In een kernkwadrant:

1. Feitelijk gevaar --->3. Feitelijk gevaar
Verzet ertegenGeen verzet
||
4. Feitelijk geen gevaar <---2. Feitelijk geen gevaar
Verzet ertegenGeen verzet

Het is duidelijk dat de reactie op de feitelijke situatie juist is in de gevallen 1 en 2. Maar in de gevallen 3 en 4 gaat er iets mis. In geval 3 kan er sprake zijn van nalatigheid, achteloosheid, laksheid, of andere vormen van onverantwoordelijk handelen.

In geval (4) echter is er sprake van tegen schimmen, demonen vechten, of erger: onschuldige slachtoffers maken. Het is belangrijk in te zien dat in de hier geschetste situatie er een omgekeerd evenredig risico bestaat tussen beide: wie nalatigheid of achteloosheid wil vermijden zal zeer waakzaam zijn, maar grote waakzaamheid roept het risico van vals alarm op. En wie, omgekeerd, vals alarm wil vermijden, zal pas in actie komen bij volstrekte zekerheid over het gevaar, maar daarmee loop je groter risico te laat te reageren, ook als dat had gemoeten.
Uiteraard is deze schets in theorie veel helderder dan de praktijk ooit is. In de praktijk bestaat met name het onderscheid tussen “er is feitelijk gevaar” en “je denkt dat er gevaar is” niet zoals hier geponeerd. In de praktijk van de waarneming bestaat het theoretische onderscheid tussen “een feit” en de “waarneming van het feit” niet: in zekere zin is het feit de waarneming ervan.

Opmerking Titus Ensink: De mogelijkheden 1 en 2 zijn vormen van juist gedrag, en de mogelijkheden 3 en 4 zijn vormen van onjuist (inefficiënt, contra-productief en vaak onrechtvaardig) gedrag. Daarom wil je graag gedrag van de typen 3 en 4 vermijden, maar (en dit is het tragische mechanisme van de omgekeerde evenredigheid): als je probeert het risico op mogelijkheid 3 wilt verkleinen vergroot je automatisch het risico op mogelijkheid 4, en omgekeerd.

Het retorische foefje dat Mirra Alfassa in haar boek Het Goddelijke binnen je bereik beschrijft berust op een filosofisch vraagstuk, namelijk maak je gebruik van het niet-zijn, het metafysisch idealisme van Hegel, Kant en Plato of van de fundamenten voor alle kennis van Ayn Rand. Het boek Atlas Shrugged van Ayn Rand is het fundament van het marktfundamentalisme, het ultrakapitalisme. Daarentegen dient in het rapport 'E i V' als basis de natuurfilosofie uit de Griekse oudheid. De drie axioma’s (1e -, 2e - en 3e grondstelling) van H.P. Blavatsky staan diametraal tegenover de drie axioma’s van Ayn Rand en hebben op de schijnbare paradox betrekking. De schijnbare paradox is het moeilijkste te begrijpen fenomeen in het Boeddhisme. Het morele kompas is een medaille met twéé kanten.

Thomas L. Friedman schrijft in zijn column De VS, de majoor en de strijd tegen Het Verhaal voor The New York Times, die in de Volkskrant van 1 december 2009 is overgenomen over dit mechanisme van omgekeerd evenredig risico. Tot slot stelt hij de vraag ‘Wat te doen?’
In zijn Caïrotoespraak sloeg president Obama afgelopen juni echt een brug met doorsneemoslims. Mischien zou hij het debat kunnen aanwakkeren door hetzelfde publiek deze vraag te stellen.
‘Wanneer iets als Fort Hood gebeurt, zeggen jullie: ‘Dit is niet de islam.’ Ik geloof dat. Maar als dit niet de islam is, waarom stromen dan een miljoen moslims de straat op om te protesteren tegen Deens spotprenten van de profeet Mohammed, maar niet één om te protesteren tegen islamitische zelfmoordterroristen die andere moslims opblazen? Jullie moeten dat aan ons uitleggen – en aan jullie zelf.’

Het was Goethe die meer dan wie dan ook een heldhaftige poging heeft gewaagd de wetenschap te integreren met de traditionele wijsheid.
Een wetenschap van de gehele persoon, de basis voor een ééngeworden cultuur. Het verenigen van de tegenstellingen gebeurt op een hoger niveau.
Carl Jung spreekt in dit kader van het “Gegensatzprinzip” en Goethe van “Die geeinte Zweinatur”.

Het gemanifesteerde is in de kern gebaseerd op dualiteit, want er kan geen enkele dynamiek zijn zonder polariteit, zonder de voortdurende wisselwerking van de positieve en negatieve aspecten. De Jungiaanse psychologie maakt van het concept van de ‘schaduw’ als een element van het onbewuste, complementair aan het ‘licht’ van het Zelf gebruik . Dit is in principe hetzelfde concept als de ‘tegenstander’.

Individuatie is het algemene begrip dat Carl Jung gebruikte voor het leren kennen van de totaliteit van de psyche en het toekennen van de centrale plaats aan het ‘Zelf’, en die niet uit te leveren aan het ego. De theosofie maakt daarentegen van het begrip individualiteit gebruik.

Cursus theosofie: In de Jungiaanse psychologie vindt u het concept van de ‘schaduw’ als een element van het onbewuste, complementair aan het ‘licht’ van het Zelf. Dit is in de basis hetzelfde concept als de ‘tegenstander’. De hele poging van het bewustzijn, van de evolutie in het algemeen, is gericht op het tot bewustzijn, (tot) ‘vol licht’ brengen van alle bewustzijnselementen in zichzelf. Dit is analoog aan ‘verlossing’ want het is het verlossen van onze aard, zodat het volledig deel kan nemen aan het Zelf. Met andere woorden: de schaduw moet erkend worden en vervolgens getransformeerd en geassimileerd, tot deelgenoot gemaakt worden tijdens onze spirituele onderneming.

Net als elke organisatie is ook de overheid een afspiegeling van de maatschappij. De dubbele moraal is een andere manier om het spel van de 'dubbele’, de bewust of onbewust verborgen agenda's van zowel links als rechts tot uitdrukking te brengen. Het loopt mis wanneer we andere maatstaven aanleggen voor mensen die iets met ons gemeen hebben dan voor vreemden. Sommige mensen zijn niet meer gelijk dan anderen.

De negatieve as van het kernkwadrant toont de schaduw (asymmetrie) van de persona. Het maskerkwadrant brengt als het ware de asymmetrie van de asymmetrie in beeld. De persoon wordt in een dergelijke situatie volgens Ofman een gespleten persoon die een dubbelleven gaat leiden. Het gedrag verstoort het natuurlijke evenwicht, het is tegennatuurlijk. De symbolische orde wordt door de diabolische uitzichtloze wereld vervangen waaruit ontsnappen onmogelijk lijkt. Genezing is echter mogelijk wanneer de blokkade van de creatieve energie wordt opgeheven.

Daniel Ofman: Een maskerkwadrant is een kwadrant dat aan de oppervlakte lijkt op een kernkwadrant, maar in realiteit precies het omgekeerde is.

Het korte termijn denken prevaleert bij politici en bedrijven. Bij marktdenken gaat het niet om collectieve, maar om deeloplossingen. Het op de korte termijn gefixeerde marktdenken bevordert de graaicultuur. Het wordt tijd om het dilemma markt versus moraal te doorbreken. Er is niets nieuws onder de zon. Door alle eeuwen heeft de ontkenning van de waarheid tot lijden en dood geleid. Het zijn in hoofdzaak de onschuldigen die van menselijk falen de prijs betalen. Zaken lopen mis wanneer in de politiek de moraal buiten het verkoopverhaal wordt gehouden. Of met andere woorden daar waar het meeste behoefte aan is wordt in de struisvogelpolitiek het minste aandacht aan besteed.

De bonnetjesaffaire kostte de Britse parlementsvoorzitter de kop. In de Middeleeuwen gebeurde dat ook, letterlijk. De financiële crisis is een afspiegeling van de bonnetjesaffaire.

Uitgangspunt is dat een conjunctuurcyclus zich binnen de marges van het ‘kernkwadrant’ beweegt, daarentegen een grote schommeling zoals de kredietcrisis speelt zich binnen het ‘maskerkwadrant’ af. Het marktmechanisme faalt wanneer de individuele verantwoordelijkheid, de ethische drijfveren van zowel verkopers als kopers, van zowel overheid als burgers uit beeld verdwijnt. In hoeverre is de overheid zowel de oorzaak als de oplossing van het probleem? Een ding is zeker de overheid is te veel gefocussed op de korte in plaats van op de lange termijn. In hoeverre zijn we bereid van de ervaringen uit het verleden te leren?

Het maskerkwadrant laat zien dat we in een loop terecht kunnen komen wanneer we niet meer met onze spirituele oerbron, het ’verticaal bewustzijn’ in het Ei van Roberto Assagioli zijn verbonden. De transformatie van het 'horizontale bewustzijn' naar het ’verticaal bewustzijn’ in het 'Ei van Roberto Assagioli' laat zien hoe het mogelijk is van de vaak onbewuste werking van het maskerkwadrant te worden verlost.

H.P. Blavatsky: Deel II, hoofdstuk 24 Het kruis en het pythagorische tiental (p. 655):
Het getal 5 was samengesteld uit een tweetal en een drietal; dat tweetal bracht alles met een volmaakte vorm in wanorde en verwarring. De volmaakte mens, zeiden zij, was een viertal en een drietal , of vier stoffelijke en drie onstoffelijke elementen; deze drie geesten of elementen vinden we ook in 5, als deze de microkosmos voorstelt. Deze laatste is een samenstelling van een tweevoud dat rechtstreeks in verband staat met de grove stof, en van drie geesten: ‘want 5 is de slim bedachte vereniging van twee Griekse accenten ‘, geplaatst boven klinkers die al of niet moeten worden geaspireerd. Het eerste teken ‘ wordt de ‘sterke geest’ of hogere geest genoemd, de geest van god, geaspireerd (spiratus) en geademd door de mens. Het tweede teken ’ – het lagere – is de geest van de liefde, die de secundaire geest voorstelt; het derde omvat de hele mens. Het is de universele quintessens ('Reflexief Bewustzijn'), het levensfluïdum of het leven.’ (Ragon.)

De dichotomieën worden met behulp van het fenomeen Complementariteit tot uitdrukking gebracht. De een bestaat bij gratie van de ander. Uiteindelijk kan er maar één waarheid, ‘De blijde boodschap’ zijn. Door de interacties ('these + antithese', dialectische filosofie van Hegel en Engels) tussen de 'alfa- en de bètawereld' kan synthese ontstaan. De gammawetenschappen (sociologie, economie en politicologie) zijn als het ware de schakel tussen de alfa- en bètawetenschappen. Zij nemen dus een tussenpositie in tussen alfa- en bèta-wetenschappen.

Arthur Ringeling wrote or edited more than 15 books, more than 100 articles in books and periodicals and several reports on subjects such as instruments of public policy, policy theories, policy evaluation, administrative organization and culture and public decision making. He is the co-author of Openbaar Bestuur (Public Administration, fifth edition 1996), a most influential Dutch handbook on public administration. Another book is Het imago van de overheid (The Image of Government, 1993). He also was an invited speaker on innumerable congresses and symposia.

Tom van Oosterhout Walgen van de publieke sector
De bestuurskundige Ringeling heeft op mij altijd indruk gemaakt. Een boek schrijven met als titel Het imago van de overheid zonder ook maar met één woord op dat imago in te gaan, is een bijzondere prestatie. (1) Ringelings boek gaat niet over het imago, maar over de identiteit van de overheid. Als zodanig is het een redelijk uitgebreide uiteenzetting over wat de overheid nu precies is en doet. Interessant en lezenswaardig. Een absolute aanrader voor mensen die iets van de overheid willen leren begrijpen en die hun beeld (= imago) van de overheid zouden willen bijstellen. Toegegeven, het is mijn tekortkoming dat ik maar weinig publicaties ken die serieus werk maken van de analyse van het beeld dat mensen hebben van de overheid. Dat beeld inventariseren en vervolgens beschrijven, lijkt me ook niet eenvoudig. Je zou dan in feite van individu naar individu moeten rondvragen. En zelfs dan is er sprake van een momentopname.
Wat helpt is dat afgelopen weekend twee mensen zich in de krant expliciet over hun beeld van ‘de’ overheid hebben uitgelaten. Marc Chavannes in de NRC en Roel in ’t Veld in de Volkskrant.
Niemand regeert zegt de journalist Chavannes. Om ‘de’ Nederlandse overheid vervolgens te vereenzelvigen met het Kabinet Balkenende IV. Gisteren verscheen zelfs een heel boek van zijn hand dat dit thema nog eens lekker uitdiept. Met de ene oneliner na de andere laat hij zich negatief uit over de bestuurlijke kwaliteit van onze ministers. Ze krijgen niet echt persoonlijk de schuld, maar het zijn in zijn ogen ook niet de voorbeelden van daadkracht waar wij met zijn allen naar hunkeren.
Met “kennis maakt ons in de war” tapt In ’t Veld uit een heel ander vaatje. Hij heeft de beheerste uitstraling van de professor die weet wat wij van de overheid vinden.

Politiek correct activistisch slachtoffer
Asha ten Broeke: Zou er inmiddels iets verbeterd zijn? Het kritiekloze item over neuromarketing dat het achtuurjournaal maandag uitzond, geeft weinig reden tot optimisme. Twee reclamemakers uit het bedrijfsleven wezen naar mooie gekleurd-gevlekte hersenscanplaatjes, noemden quasi-achteloos het genotscentrum en de orbitofrontale cortex, de voice-over vertelde hoe breinscanners in onze diepste onbewuste kunnen kijken, en de presentator zei opgewekt dat ‘neuromarketing reclamemakers in staat stelt om ons nog geraffineerder te beïnvloeden’, en verwees naar de site of app voor meer informatie.
Daar stond zowaar iets dat leek op scepsis: een
marketingprofessor mocht zich afvragen of het wel ethisch verantwoord is om het onderbewuste zo aan te spreken. Maar dat doen marketingmensen natuurlijk al heel lang. In de jaren dertig, toen psychoanalyse helemaal de hip was, probeerden ze met inktvlektests en sofa-sessies uit te vogelen hoe reclames het beste konden aansluiten op Freudiaanse onderbewustzijnsthema’s als seks en conflict. Het leidde tot interessante aanbevelingen.

Kennis maakt ons in de war (interview met bestuurskundige Roel in ’t Veld Volkskrant 5 september 2009):
‘De meeste beleidsmakers, en trouwens ook de meeste wetenschappers, hebben een lineair beeld van de verhouding tussen kennis en beleidsvorming. Je zoekt uit hoe het zit en neemt vervolgens de juist maatregelen. Maar zo gaat het in werkelijkheid natuurlijk helemaal niet. Kennis is maar één factor in beleidsvorming. En het gaat niet zozeer om waarheidsvinding, zoals in de wetenschap. De meeste vraagstukken op de politieke agenda’s van nu zijn kwaadaardig van aard, omdat noch over de waarden noch over de kennis overeenstemming bestaat. Dan is een speurtocht naar Het Ware nutteloos. Het gaat om het vinden van een maatschappelijk handelingsperspectief.’
‘De aard van de politiek en het politieke bedrijf verandert. De marketeers regeren, van de politiek tot de media. Beslissingen zijn ingegeven door overwegingen rond de kiezersgunst of van de kiezers.’
‘We zijn met zijn allen beter opgeleid dan ooit. Dat leidt ertoe dat het gezag van overheden niet meer vanzelfsprekend is, en dat is misschien maar goed ook. Maar het heeft ook een paradoxale kant. Naarmate er meer kennis in de samenleving zit, lijkt de hang naar simplificatie alleen maar toe te nemen. Kennis maakt ons ook in de war. De agenda’s in media en politiek worden bepaald door de onderbuik (Groupthink) van de populisten, terwijl we best weten dat de wereld ingewikkelder is dan dat. Dat is onrustbarend lijkt me.’
Tot slot stelt In ’t Veld: ‘Ik ben al sinds mijn 16e een seculiere hindoe. Het spectrum tussen goed en slecht is altijd interessanter dan de uiteinden.’

Marc Chavannes schrijver van het boek Niemand Regeert De Privatisering Van De Nederlandse Politiek is politiek columnist en blogger van NRC Handelsblad; daarnaast is hij hoogleraar journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit is een bundeling van artikelen die vanaf 2006 in NRC Handelsblad zijn verschenen. De meeste stukjes zijn bewerkt en samengevoegd ten behoeve van de lezer van dit boek; de oorspronkelijke data van de plaatsing in genoemde krant worden steeds genoemd. De omvang van de artikelen bedraagt drie a vier bladzijden; Ruben Oppenheimer leidde ze met kleurentekeningen in. Chavannes uit kritiek op alles wat in zijn ogen verkeerd gaat in Nederland. Dit is de werking van de vrije markt, de privatisering, de functionering van de democratie, de buitenlandse politiek, de moeilijkheden in het onderwijs en de aantasting van het priveleven. Hij pleit voor een doe-het-zelf-democratie. Met een gecombineerd personen- en zakenregister wordt het boek afgesloten. Hoewel de visies van Chavannes over het functioneren van het Nederlandse politieke bestuur enigszins subjectief zijn, geeft het boek een goed overzicht van de actuele problematiek. De uitgave is vooral bestemd voor goed geinformeerde, politiek geinteresseerden die waakzaam en kritisch willen blijven, maar bij lezen zich soms wanhopig zullen afvragen of verbeteringen wel mogelijk zijn.

Het is mogelijk door van effectief daadkracht, feedforward- en feedback besturing, gebruik te maken kwantitatieve in kwalitatieve zaken te transformeren . De uitdaging kan door een geleidelijke, kwantitatieve opeenhoping van kwalitatief kleine veranderingen (vlindereffect) uiteindelijk een kwalitatieve sprong ondergaan.

De menselijke natuur, de wederkerigheid staat voor evenwicht. De blauwdruk, het Onkenbare, zorgt voor evenwicht tussen Ruimte en Tijd. Balans van de ‘weegschaal’ ontstaat door tegenwicht. Het terugkoppelingsmechanisme (Rechterhand) maakt het mogelijk het evenwicht te herstellen. Maar feedback kan ook de onbalans versterken. Het is onze vrije wil die aan de integratie (synthese) cq. desintegratie, tussen het hemelse en het aardse (goed en kwaad) sturing geeft.

Het kompaskwadrant biedt een nieuw inzicht, schept een kader voor het uitzetten van een nieuwe koers. Er wordt van uitgegaan dat 5D een steentje aan een holistisch beeld van de werkelijkheid kan bijdragen. Om de positie te bepalen en een nieuw perspectief op de toekomst te ontwikkelen kan het kompaskwadrant als hulpmiddel worden gebruikt. Om de aarde met de hemel te verbinden wordt de omgekeerde route afgelegd.

De zeven wijsheidssleutels, de Delen I t/m VII van dit rapport, laten zien hoe in het bewustwordingsproces probleem en oplossing met elkaar zijn verbonden. De onderlinge wisselwerking tussen individu en groep komt in de delen IV t/m V, en de wisselwerking tussen welvaart en welzijn in de delen VI t/m VII ter sprake.

Zie ook:

Boeken:

Externe Links

<< vorige ||volgende >>

Categorie: Artikelen | Rapport | Auteur: Harry Nijhof


Deze pagina werd sedert 16 dec. 2007 keer bekeken.