1.5.1 Recursie, Spiegelsymmetrie en Complementariteit

William Q. Judge: Een machtige geest spreekt door de bladzijden van de Bhagavad-Gita. Deze draagt de onweerstaanbare invloed van schoonheid in zich, en toch vervult deze ons, als een kracht, als het ware van het geluid van legers die zich verzamelen of het gebrul van grote watermassa’s. Er gaat een aantrekking vanuit op zowel de krijger als de filosoof, aan de een toont hij de rechtvaardigheid van wetmatig handelen en aan de ander de kalmte die over iemand komt die niet-handelen heeft bereikt door te handelen.
Juan Keymer We weten niet wat een individu is, iets halverwege de schaal tussen competitie en symbiose. (Volkskrant 28 juni 2008)
Kenneth Boulding: Het enige dat ons niet hoeft te verrassen, is dat we voor verrassingen komen te staan.

Recursie (Eeuwige wederkeer, Dodecaëder, Tijdsymmetrie, 'Entropie en Negentropie', Kwintessens)

Mattheüs 7:2 Want met welk oordeel gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden; en met welke mate gij meet, zal u wedergemeten worden.
Richard Rorty: There is nothing deep down inside us except what we have put there ourselves.
Peter principle: In a hierarchy every employee tends to rise to his level of incompetence.
Simon Vinkenoog: De eenheid in oneindige verscheidenheid. De macro- en de microkosmos, en wij mensen precies in het midden daarvan aanwezig.

De Wetenschap van het Leven (H.P. Blavatsky TheoSofia augustus 2003):
160,161: Iedere molecuul van de levende organen bevat de kiem van de dood in zich en begint te sterven zodra hij geboren wordt, met de bedoeling dat zijn opvolger-molecuul alleen maar leeft om op zijn beurt te sterven. Een orgaan, een natuurlijk deel van ieder levend wezen, is slechts het medium voor een of andere speciale functie in het leven, en is een combinatie van zulke moleculen. Het vitale orgaan, het geheel, zet het levensmasker op en verbergt aldus het constante rottingsproces en de dood van zijn onderdelen. Aldus zijn noch biologie noch fysiologie de wetenschap, noch zelfs aftakkingen van de
Levenswetenschap, maar alleen die van de verschijningsvormen van het leven. Terwijl ware filosofie als een Oedipus voor de Sfinx die leven heet staat, met nauwelijks genoeg durf om de paradox uit te spreken die besloten ligt in het antwoord op het opgegeven raadsel, biologiseert de materialistische wetenschap, arrogant als altijd, zonder ooit te twijfelen aan haar eigen wijsheid, zichzelf en vele anderen tot het geloof dat zij het afschuwelijke probleem van het bestaan heeft opgelost.

‘Mijn inzet is: niet oordelen over concrete gevallen’ (Wil Thijssen interviewt Evert Jan Henrichs Volkskrant 11 augustus 2020 p. 9):
Mag je als advocaat twee of meer verdachten verdedigen die horen bij dezelfde groep? Die vraag wordt steeds prangender, nu strafzaken steeds groter en complexer worden. De Amsterdamse Deken Evert Jan Henrichs gaat onderzoeken waar de grens ligt.
Als er tegenstrijdigheid tussen twee cliënten ontstaat, betekent dat per definitie dat je een van de twee niet optimaal bedient. Dat is niet goed voor de betrokken advocaten, niet goed voor de rechtzoekenden en niet goed voor de advocatuur in z’n geheel.’

De Sextant van de viroloog Jaap Goudsmit (Emma Curvres Volkskrant 11 augustus 2020 p. V2) is een metafoor, die ook in het boek De formule van de mentescoop van Gerrit Teule wordt gebruikt.
Wie hoopte op wat geruststelling over het coronavirus, of over wat dan ook eigenlijk, was zondagavond aan het verkeerde adres bij hoogleraar, viroloog en epidemioloog Jaap Goudsmit (69). Met een satirisch filmpje van
The Onion, waarmee ‘bullshitnieuws’ en zogenaamde deskundigen werden gehekeld, zette Goudsmit de toon: hij was hier niet voor de boude uitspraken, ook niet voor kritiek op collega’s of overheidsbeleid.
Tot 1990, toen Goudsmit dacht een medicijn tegen hiv te hebben gevonden, wilde hij ‘intuïtieve wetenschap’ bedrijven. Wetenschap zoals hij liet zien in de documentaire Kuru: the Science and the Sorcery.
Het kostte hem tien jaar, vertelde Goudsmit, voor hij doorhad dat hij de wetenschap anders moest beoefenen. Voor die
intuïtieve wetenschap van Gajdusek, was hij ‘te dom’. Nee, liet hem maar iets maken, zoals Jiro, de held uit de documentaire Jiro, dreams of sushi, een sushichef die met 85 jaar nog elke dag sushi maakte. ‘Als je een product maakt, kan iedereen proeven dat het deugt’, zei Goudsmit over zijn overstap van de academische wereld naar de industrie.
Dat krijg je nou eenmaal met wetenschappers. Goudsmit besloot zijn ode aan het ongewisse met zijn inleiding bij zijn keuzefilm
All is Lost: Robert Redford, die op zijn vlotje op de Indische Oceaan een sextant leert gebruiken – Goudsmits sextant was zijn werk. ‘Overleven is niet alleen het overwinnen van hindernissen’, zei hij. ‘Maar ook de hoop dat je ergens heen drijft en dat dat zin heeft.’ Je kon er even bleek van worden, een avond vol onzekerheid, en wij, het volk met een virus op een vlotje, maar ach, er wás tenminste een sextant.

De Aboriginals in Australië ‘We stikken in jullie cultuur’ (Maarten van Dun De Groene Amsterdammer p. 36-39):
Ruim tweehonderd jaar nadat in 1788 de eerste witte man voet aan land zette, lukt het Australië nog altijd niet in het reine te komen met zijn geschiedenis van racisme en uitroeiing en de ereschuld te betalen aan de Aboriginals.
In de documentaire
Another Country vertelt Gulpilil het somber stemmende verhaal van het dorpje Ramingining, in het uiterste onbegaanbare Arnhemland, in het puntje van Australië dat dicht tegen Papoea-Nieuw-Guinea aan ligt. Het dorpje is gebouwd door de Australische overheid, om de Aboriginals die in de bush van het verlaten gebied leefden bijeen te krijgen en een modern leven te bieden. Of ze nu willen of niet.
Er is één supermarkt, waar de inwoners elke ochtend voor in de rij staan: hier leeft men van dag tot dag, zoals dat millennia in de bush ging. Eten en drinken kopen ze van hun uitkering, die de overheid elke twee weken verstrekt.
Werk is er niet. ‘De mensen in Ramingining wachten veel’, zegt Gulpilil.
‘Voor Aboriginals is geld een van de moeilijkste dingen die er zijn’, vertelt Gulpilil. ‘Het zorgt bij ons voor nog meer problemen dan bij jullie.’ In de bush waren Aboriginals gewend alles met elkaar te delen. Die regels gelden nog steeds: wie geld heeft, mag niet weigeren dat te geven als dat wordt gevraagd. Wie een auto heeft, moet die uitlenen. Het gevolg is dat Ramingining een autokerkhof is: gaat een auto stuk, dan heeft niemand geld om die te repareren.
De betrokkenheid van de gemeenschap maakte het verschil, vertelt Hopkins. Zo verzorgden acht politiemensen in hun vrije tijd rijlessen voor jongeren. Het gevolg: 72 procent minder boetes voor rijden zonder rijbewijs. ‘Dit initiatief is niet van bovenaf opgelegd, maar komt vanuit de gemeenschap zelf. Dat geeft een tastbaar gevoel van hoop en zelfbeschikking. De Australische overheid doet weinig om zelfbeschikking onder Aboriginals te versterken.’
David Gulpilil, de man die aan witte Australiërs laat zien wat hun cultuur betekende voor Ramingining, houdt hoop voor de toekomst. Een waarin de veerkracht van zijn duizenden jaren oude volk opnieuw zal blijken. ‘Vooruitgang zal vele, vele jaren kosten. Alleen toekomstige generaties zullen die daadwerkelijk bereiken. Maar daar zullen we nooit komen als jullie blijven denken meer over ons te weten dan wijzelf. Luister naar wat wij te zeggen hebben.’
Tijd voor verontschuldigingen
Een staat die zijn excuses maakt voor fouten in het verleden. Ooit was het ondenkbaar, inmiddels komt het steeds vaker voor. Maar echt van harte gaat het zelden. En soms laat men het verleden het liefst links liggen.

Is Target (2) de ultieme samenzweringstheorie? (Peter de Waard Volkskrant 11 augustus 2020 p. 20):
Als topeconoom Sinn het niet wil begrijpen, zullen gewone stervelingen met Havo-economie er al helemaal niets van begrijpen en voortdurend wantrouwen blijven koesteren, opgejaagd door eurosceptische populisten. Misschien is dat het grootste nadeel van de muntunie. De boekhouding is met 19 eigenzinnige natiestaten gewoon te ingewikkeld.

Postuum Naima El Bezaz 1974-2020 (Abdelkader Benali Volkskrant 10 augustus 2020 p. V8):
‘ Onder dat ogenschijnlijk rustige gemoed zat een vulkaan’
De Marokkaans-Nederlandse schrijver Naima El Bezaz (Meknes, Marokko, 1974) is overleden. ‘Onder dat ogenschijnlijk rustige gemoed zat een vulkaan, een levenslust waarmee haar personages ook behept zijn’, schrijft collega-auteur Abdelkader Benali in een persoonlijke herinnering.
Wat zouden conservatieve lezers van haar boek
Minnares van de duivel vinden, een openhartig boek over de listen en lagen van het seksuele spel, zwarte magie en verleiding, daarbij vrijmoedig puttend uit de vele verhalen die onder Marokkaanse vrouwen leven?
De timiditeit van Naima was slechts
schijn. Ze wist donders goed wat ze wilde. De heikele thema’s rond liefde en lust moesten aangesneden worden, ze leverden goede verhalen op en lieten zien dat de Marokkaanse wereld van de schone schijn flinterdun was. Dat ze erom bedreigd werd, joeg haar angst aan maar maakte haar nog strijdlustiger. Op Facebook schreef ze de werkelijkheid van zich af. Onder dat ogenschijnlijk rustige gemoed zat een vulkaan, een levenslust waarmee haar personages ook behept zijn; maar waar haar personages kozen voor het ongeremde leven, koos zij voor het schrijverschap en gezin.
Fictie en werkelijkheid (Naima El Bezaz boek ):
De verhalen in dit boek zijn fictief. Deze roman gaat over
mystiek in de Arabische wereld, in alle verhalen staan de djins (= geesten) en de seherra (= beoefenaarster van de zwarte magie) Lalla Rebha centraal.

Functioneel verdrietig (Margreet Vermeulen interviewt Randolph Nesse Volkskrant 8 augustus 2020 Wetenschap & V p. 28-29):
Angst en somberheid zijn nuttig, zegt de Amerikaanse psychiater Randolph Nesse. In zijn nieuwe boek zoekt hij de verklaring voor mentale pijn in de evolutie. ‘Natuurlijke selectie geeft geen snars om ons geluk.’
Daarom gooit de Amerikaanse psycholoog en psychiater Nesse het over een andere boeg. Hij zoekt naar evolutionaire verklaringen voor het ontstaan van depressies, schizofrenie en angststoornissen. ‘Mentale pijn moet zijn geëvolueerd zijn omdat het onze genen hielp te overleven.’
In zijn nieuwste boek Het nut van angst & somberheid schrijft Nesse dat emoties onze soort helpen om situaties zo goed mogelijk uit te buiten. Als er veel vis in de rivier zit, helpt een uitbundige stemming ons om daar zo goed mogelijk van te profiteren. Als de natuur even niks te bieden heeft, dempt dat de stemming en zijn we geneigd ons terug te trekken om energie te sparen. Net als dieren die in winterslaap gaan.
‘Ook
angst is een nuttige emotie. Het helpt ons niet in zeven sloten tegelijk te lopen. Maar angstregulatie (verhelpen angststoornis) is een kwetsbaar systeem en het staat te scherp afgesteld.
Wat betekent uw zienswijze voor de behandeling van angst en depressie?
‘Ik wil vooral
nieuwe vragen stellen om ons inzicht te vergroten. Er is geen snelle oplossing voor depressie en angststoornissen.
Waarom hebben vrouwen twee keer vaker angststoornissen dan mannen?
‘Dat wordt vaak gezien als een teken dat er iets mis is met vrouwen. Maar een
evolutionair perspectief draait het om. Mannen en vrouwen hebben de juiste hoeveelheid angst. Vrouwen zijn meer bezig met hun welzijn en dat gaat gepaard met een bepaalde hoeveelheid angst; mannen willen zo veel mogelijk genen doorgeven, lopen daardoor meer risico’s en dan is het handig wat minder angst te hebben.’

Wat is een angststoornis?
Als u bijvoorbeeld zó bang bent voor spinnen dat u er bijna elke dag last van heeft, u elke ruimte checkt en elke plaats mijdt waar u mogelijk een spin of spinnenweb zou kunnen aantreffen, dan is er sprake van een spinfobie. U lijdt niet alleen onder de angstgevoelens zelf, maar ook onder de leuke dingen en activiteiten die u zichzelf moet ontzeggen als gevolg van die angst, ook al kunt u er in veel gevallen goed mee leven.
2.1 Angst in het algemeen
Angst is een emotie welke je kunt vergelijken met verdriet en blijdschap. Het is een aanpassingsmechanisme van de mens aan bepaalde omstandigheden. Angst helpt mensen bijvoorbeeld te waarschuwen in gevaarlijke situaties om zo te kunnen overleven [34-35]. Het is dus een reactie op dreiging en gevaar wat leidt tot een fight-or-flight response [36]. Echter, er wordt een onderscheid gemaakt tussen de hierboven genoemde angst en ongerustheid (worry). Ongerustheid hangt meer samen met leed, vrees, catastrofaal denken en obsessies [37]. Daarnaast is ongerustheid gekoppeld aan activiteit van het cortico-striato-thalamo-cortical (CSTC) circuit (dit circuit zorgt ervoor dat informatie naar lager gelegen hersengebieden wordt verzonden), in tegenstelling tot angst wat is gekoppeld aan activiteit van de amygdala (dit circuit speelt een centrale rol in angstregulatie en het verwerken van weerzinwekkende prikkels) [38].

DE ZIN VAN HET BESTAAN1 Verleden en toekomst van leven & heelal volgens de recentste wetenschappelijke inzichten (Kris Roose GAMMADELTA maart 2015 p. 19-31):
1) In dit nummer van GAMMADELTA wordt de publicatie voortgezet van een serie artikelen over
'integratieve wetenschap'. Hiermee draagt dr. Kris Roose (geb. 1944; voormalig arts) bij aan de convergentie van wetenschap en religie, het hoofddoel van onze Stichting.
23: Bij het tot stand komen van een nieuwe uitvinding, lijkt het vaak onbegrijpelijk dat het zolang geduurd heeft vóór iemand hieraan dacht. Dat betekent dat
uitvindingen niet louter tot stand komen door deducties en combinaties van deducties vanuit gekende hypotheses, maar dat er blijkbaar nog andere factoren een rol spelen. Die andere factoren zijn de onbewuste hypotheses die wij aanvoelen, maar niet bewust kunnen hanteren, zoals bv. de wetmatigheden die de schoonheid van muziek bepalen. Een begaafde componist voelt die intuïtief aan. Maar ook hij kan ze meestal niet formuleren. Dit alles om te zeggen dat zelfs de exacte wetenschap in belangrijke mate afhankelijk is van de inductieve processen, die nog duister en onhanteerbaar zijn. Zelfs Descartes heeft dit gesignaleerd in zijn Discours de la méthode. Zij is dus als methodologie, zelfs binnen het terrein van de meetbare fenomenen, nog voor verbetering vatbaar. Ook de beroemde wiskundige Polya, de grondlegger van de heuristiek − de wetenschap van het uitvinden, dus van het ontwikkelen van nieuwe hypothesen −, signaleerde dit reeds in 1945 in zijn beroemde werkje How to solve it?
Besluit (p. 31):
Hoewel de
integratieve wetenschap nog niet aan het operationeel formuleren van een inductieve logica of paradigma toe is, is zij vruchtbaar door het vergroten van de kans dat een denker juiste nieuwe theorieën formuleert en conclusies trekt, omdat zijn denken systematisch voorzien wordt van inspirerende elementen die bij creatieve denkers (creatieve geest) toevallig en spontaan aanwezig zijn.

Geef toe, in de natuur bestaat magie nog? (Asha ten Broeke Volkskrant 7 augustus 2020 p. 25):
Hoe meer ik over zulke studies lees, hoe meer ik denk dat ze proberen iets te meten wat niet te meten valt. De zee, het bos, de bergen: ze kunnen balsem voor de ziel zijn. Maar hoe hang je daar cijfers aan? Hoeveel procentpunten gezondheidswinst ken je toe aan de vogels en de wind en de oceaan die een alcoholist hielpen het leven nuchter te omarmen? Hoe peil je de waarde van een dageraad in het bos die het hart helpt te helen van iemand met verdriet? Moet je dat kunnen tellen en berekenen? Is dat belangrijk?
Misschien niet.
Misschien doen we de werkelijkheid meer recht als we gewoon toegeven dat in de natuur nog magie bestaat. En dat je magie niet kunt meten. Maar als je geluk hebt, kun je je er soms even door laten betoveren.

Casino ‘De Natuur’ (Arnon Grunberg Volkskrant 5 augustus 2020 p. V6-7):
Wie streeft naar ultieme gelijkwaardigheid, zal moeten accepteren dat de mens in de natuur een bescheidener positie heeft.
Gelijkheidsstreven
De filosoof Th.C.W. Oudemans merkt in zijn recentelijk verschenen boek
Moeder natuur, de plaats van de mens in de kosmos op dat gelijkheid altijd meer behoefte aan gelijkheid zal genereren. Daarin lijkt gelijkheid op welvaart: hoe meer men heeft, hoe meer men wil hebben, en gelijkheid in de praktijk is gelijk zijn aan hen die net iets boven jou staan. Zo lijkt het gelijkheidsstreven van de universele moraal zeer op het welvaartsstreven van de universele economie.
Hoofdrol
Iedereen die de restanten van het humanisme een warm hart toedraagt, iedereen voor wie onrecht meer is dan een aanleiding morele zelfgenoegzaamheid uit te venten, zou Oudemans moeten lezen. Al was het maar om te beseffen dat je uitsluitend in de
kunst en in je fantasie een hoofdrol speelt, en wellicht als je alleen thuis bent, samen met je huisdier desgewenst.
In het
casino is de hoofdrol niet weggelegd voor speler of croupier, de hoofdrol daar wordt gespeeld door het balletje.

Th.C.W. Oudemans Moeder natuur de plaats van de mens in de kosmos (Sofie Messeman Trouw 4 maart 2020)
De uitkomst
De thermodynamica biedt voor Oudemans uitkomst uit het verwarde discours over de natuur. Volgens de tweede wet van de thermodynamica neemt de entropie (chaos, verval) in een gesloten systeem in de loop van de tijd alsmaar toe, tot het maximum bereikt is. Dat impliceert dat een dergelijk systeem voortdurend van energie moet worden voorzien, wil het blijven bestaan. Dus heeft niet alleen de kosmos voortdurend energie nodig, maar ook de mens. Het is een onomkeerbaar proces. De pijl van de tijd gaat één richting uit. Vaak wordt vergeten dat ook de natuur zelf onderworpen is aan de tijd.
Redenen om dit boek wel te lezen
De tweede wet van de thermodynamica is zonder meer een
eyeopener waarmee de natuur op een niet-sentimentele manier kan worden beschreven. Dat is ook wat Oudemans doet: de natuur beschrijven als een systeem dat afhankelijk is van energietoevoer en in die zin onderhevig is aan verval op lange termijn. Dat hij ‘duurzame productie’ en ‘circulaire economie’ afdoet als een illusie, is als dissidente kijk best boeiend om te leren kennen.

Een scenario voor de toekomst van de bewustzijnsevolutie en Artificial Intelligence (Gerrit Teule GAMMADELTA september 2018 p. 4, 21-41):
Inleiding
Van Gerrit Teule ronden wij de serie artikelen af (p. 21-41), die hij ons vanaf april 2018 (jrg. 5, nr. 3) presenteerde onder de titel Bewustzijnsevolutie en Artificial Intelligence.
33: d. Moet dit lijken op menselijke intelligentie en menselijke emoties?
Artificial Intelligence wordt vaak gekoppeld aan robots, al of niet in een semi-menselijk uiterlijk. Men vraagt zich dan af of deze humanoïden ook gevoelens zullen hebben: twijfels, angsten, stemmingswisselingen, emoties, etc. In het proces van AI is het inbouwen en imiteren van ‘subjectieve gevoelens’ en daarmee samenhangende tekortkomingen van de menselijke intelligentie een dure en ook onnodige zaak. Dat zal niet gebeuren, omdat we in de eerste plaats ook van deze gevoelens niet weten hoe alles in onszelf en ons brein werkt, en in de tweede plaats omdat het een AI-systeem alleen maar verzwakt, d.w.z. afhoudt van de taak die een AI-systeem moet vervullen. Emoties (of iets wat daar in machinale vorm op lijkt) en andere verstoringen hoeven in AI-systemen helemaal niet aanwezig te zijn.
29,30: Tegmark neemt zonder verdere discussie aan dat dit interface mogelijk zal zijn en hij heeft het dan ook over “uploads”, mensen die geheel zijn opgenomen in een computersimulatie. Frank Tipler deed dat ook in zijn boek “Fysica van de
onsterfelijkheid” (1994). Als echter de eonische theorie (Teilhard/Charon) juist is, dan is dit interface zelfs principieel onmogelijk, omdat de informatie is opgeslagen in aparte tijdruimten (eonen), die voor 3D-instrumenten ontoegankelijk zijn. In dat geval zal dus ook een cyborg niet of slechts in zeer beperkte mate mogelijk zijn.
Wikipedia zegt over Bergson (p. 45):
3. Communicatie van informatie met andere eonen gebeurt door
non-lokale communicatie12 en verstrengeling. Deze communica-tie gebeurt door een uitwisseling van spintoestanden tussen twee fotonen.
12)
‘Non-lokale communicatie’ wordt in de eonische theorie gezien als ‘communicatie tussen twee tijdruimten’, wat tijdloos gebeurt (‘buiten de tijd om’)
Iets ter verduidelijking van punt 3: Deze uitwisseling van informatie tussen
eonen is niet strijdig met de stelling, dat een eon een geheel afgesloten tijdruimte is. Dit is geen tegenstelling, want het eon is absoluut afgesloten, waardoor de originele energie, die er vanaf de oerknal in zit, daar ook voor ‘eeuwig’ blijft. Dat geldt voor wat betreft energie en lichtdeeltjes. De entropie redblack%geldt binnen in het eon. Maar die afsluiting geldt niet voor informatie. Informatie kan non-lokaal uitgewisseld worden, waarbij ‘virtuele fotonen worden uitgewisseld’. Let op de term ‘virtuele’, want dat is alleen maar een manier van uitdrukken; het is niet echt een uitwisselen van fysieke fotonen, maar een uitwisseling van de spintoestand van fotonen in twee eonen (via verstrengeling). Zo wordt er informatie uitgewisseld, want die ligt opgeslagen in de spintoestand van fotonen in de eonen. Energetisch gebeurt er niets en het eon behoudt alle interne energie, zoals die was vanaf de oerknal. Na de oerknal bouwt zich in de eonen de informatie op aan de hand van de chemische situaties, waar het eon/elektron in verzeild raakt.
48: De energie in het afgesloten eon, in de vorm van de fotonenconcentratie, is, evenals het eon als geheel, onvergankelijk en daarom ook het enige echte
perpetuum mobile, dat in natuurkundige zin kan bestaan. De wet van het behoud van energie geldt voor ons universum als geheel en ook voor elk eonische micro-universum.

Mathieu Weggeman Graag wat minder arrogantie in het debat over God (de Volkskrant 8 januari 2015, p. 30):
Onze verstandelijke vermogens zijn wellicht te beperkt om een betrouwbaar en valide antwoord op de vraag naar het bestaan van God te kunnen geven.
Ook de filosoof
William James (1842-1910) komt tot de bevinding dat geloven in iets met een perspectief uiteindelijk voordelen biedt. Zijn pragmatische opvatting is dat het zinvol is te geloven in hypothesen, mogelijkheden en fantasieën, zo lang die beantwoorden aan reële behoeften. Het is niet de bedoeling van James om op die manier allerlei flauwekul te legitimeren. Hij vraagt zich gewoon rustig af wat er op tegen is om te geloven in'het bestaan van een of andere ongeziene orde waarin raadsels van de natuurlijke orde kunnen worden verklaard'.
Het voordeel van het geloof in zo'n hogere orde is dat daardoor de energie kan ontstaan waardoor dat geloof - althans ten dele - werkelijkheid wordt.
James noemt dat het 'zelf-verifiërende geloven'. Zo werkt ook de tweede suggestie: door te kiezen voor het geloof in God, wordt een persoonlijke realiteit besteld waar je veel plezier van kunt hebben. En 'als het werkt, is het goed', zei Richard Rorty, de filosoof van het neo-pragmatisme.

“The Theosophical Masters” (Brendan French 25 juni 2018):
The work is divided into five parts: the first is concerned with methodologies and heuristic definitions; the second examines the ideational structures of the Blavatskian conceptual domain; the third explores Leadbeater’s redaction of the Blavatskian template; the fourth proposes several typological categories under which the Masters may be viewed (the Mercurian, the Monastic, the PredagogicaI, the Oriental, the Perfected, the Angelic, the Rosicrucian); and the fifth is devoted to appendices (portraits, geographical location, fictional literature, ‘Malign Masters’, and contemporary recensions of the motif).”

De Geheime Leer Deel I hoofdstuk 6 De maskers van de wetenschap (p. 565):
We besluiten onze behandeling van het onderwerp
‘zwaartekracht’. Hoe kan de wetenschap er aanspraak op maken hier iets met zekerheid over te weten? Hoe kan ze haar beweringen en haar hypothesen handhaven tegenover die van de occultisten, die in de zwaartekracht alleen maar sympathie en antipathie zien, of aantrekking en afstoting, die op ons aardse gebied worden veroorzaakt door fysieke polariteit, en buiten haar invloedssfeer door spirituele oorzaken? Hoe kunnen ze van mening verschillen met de occultisten vóór ze het onderling eens zijn? Men hoort ze in één adem spreken over het behoud van energie, en over de volkomen harde en inelastische atomen; over de theorie dat de kinetische energie van gassen gelijk zou zijn aan de zogenaamde ‘potentiële energie’, en tegelijkertijd over de elementaire eenheden van massa die volkomen hard en inelastisch zouden zijn!
De hedendaagse theorie van het
behoud van energie verbiedt ons inelasticiteit, of minder dan volledige elasticiteit, van de moleculen aan te nemen, of het nu om buitenaardse of aardse stof gaat. [!!!]4
569: Wat is kracht? [redeneert deze grote wetenschapper] Wat is ze vanuit een strikt wetenschappelijk gezichtspunt, en overeenkomstig de wet van
behoud van energie?
570,571: De wet van behoud van energie blijkt, zo beschouwd, in dit geval ongerechtvaardigde aanspraken te maken en beweringen te doen. Het ‘grote dogma’ – geen kracht zonder stof en geen stof zonder kracht – wordt onhoudbaar, en verliest geheel de plechtige betekenis die het materialisme eraan heeft proberen te hechten. De opvatting over kracht geeft nog steeds geen enkel idee over de stof en dwingt ons op geen enkele manier hierin ‘de oorsprong van alle oorsprongen’ te zien.1

Yoga and the Future Science of Consciousness (Ravindra, Ravi Quest 108:1, pg 12-16):
Who am I? Whence is this widespread cosmic flux?
These, the wise should inquire into diligently
Soon—nay, now.
Mahopanishad (Maha upanishad 4.21)
The responses of contemporary science lie on the other side. One
heuristic principle in particular interferes with the knowledge of a radically different and higher level. This concept enters as the Copernican principle in astronomy and cosmology and as the principle of uniformitarianism in geology and biology: one has to do with space and the other with time. According to the former, the universe as a whole is homogeneous and isotropic: the same laws of physics operate everywhere. The latter principle essentially says that the same laws and forces have operated in the past as in the present.

H. P. BLAVATSKY, THEOSOPHY, AND NINETEENTH-CENTURY COMPARATIVE RELIGION (Debald Bester 2017):
A consequence of this is that knowledge is holistic, coherent, and narrative in nature. For Rorty,
7) RESEARCH METHODOLOGY
7.2) Opening the Field (p. 32):
A thoroughgoing holism has no place for the notion of philosophy as “conceptual,” as “apodictic,” as picking out the “foundations” of the rest of knowledge, as explaining which representations are “purely given” or “purely conceptual,” as presenting a “canonical notation” rather than an empirical discovery, or as isolating “trans-framework heuristic categories.” If we see knowledge as a matter of conversation and of social practice, rather than as an attempt to mirror nature, we will not be likely to envisage a metapractice which will be the critique of all possible forms of social practice. (1980, 170-71)

The problem of disenchantment: scientific naturalism and esoteric discourse, 1900-1939 Asprem, E. (2013).
The Problems of a Gnostic Science The Case of Theosophy’s Occult Chemistry
472: On this basis we may distinguish between the semantic and pragmatic dimensions of image use in scientific practice. Questions about whether a certain model, figure, or image faithfully represents an external object, a physical effect, or a theoretical concept properly belong to semantics, while the pragmatic dimension concerns the effects that an image has on the receiving public, whether this is to communicate an idea to scientific peers, bolster an argument, or to provide heuristics that are easy to grasp for the non-specialist. In their capacity as pragmatic expressions, scientific images are comparable to non-representational, performative speech-acts.43

\\

De positieve - en negatieve as van het op het yin/yang-symbool gebaseerde kernkwadrant zijn spiegelsymmetrisch. De beide polen illustreren het complementariteitsprincipe. Door een geleidelijke, kwantitatieve opeenhoping van kleine veranderingen kan de uitdaging uiteindelijk een kwalitatieve sprong ondergaan.
Dit fenomeen kan ook aan de hand van het Yin/Yang-symbool en de Vijf Fasen worden geïllustreerd. Het symbool brengt drie opties tot uitdrukking, de natuurlijke -, de beheers - en de vernietigende kringloop. Amit Goswami, maakt in zijn boek De kwantum dokter, de nieuwe wetenschap van gezondheid en genezing, op p. 175 van hetzelfde Yin/Yang-symbool gebruik.

De Vijf Fasen van het Yin/Yang-symbool laten zien dat het primair om 10 Dimensies (10 relaties) gaat. De 5 relaties die de bollen met elkaar verbinden, een pentagoon toont de natuurlijke -, de scheppende kringloop, terwijl de 5 interne relaties een pentagram de beheers - en de vernietigende interacties uitbeelden.
De
wijsheid van Pythagoras steunt op de geest van het esoterisch Boeddhisme. De leer van Laozi en Confucius uit China is nauw met de filosofie van Pythagoras verwant. Het is namelijk ook op de drie kringlopen 'Scheppen, Behouden en Vernietigen' (Hindoe-trimurti) gebaseerd. Dit komt ook naar voren wanneer de vijf-elementenleer van de Traditionele Chinese Geneeskunde met de boeddhistische invalshoek wordt vergeleken.

Eduard Schuré De grote Ingewijden (p. 223):
Esoterische scheppingsleer en de zielkunde stonden in verband met de diepste geheimen van het leven en met de gevaarlijke, zorgvuldig bewaarde geheimen van de occulte kennis en krachten. Daarom gaf Pythagoras deze lessen liefst ‘snachts.

Volgens Prof. Hofstede: is de menselijke natuur is wat alle menselijke wezens met elkaar gemeen hebben. Het tegennatuurlijke maskerkwadrant laat zien dat we in een loop terecht kunnen komen wanneer we niet meer met onze spirituele bron zijn verbonden.

In het spiegelbeeld van het kernkwadrant, het maskerkwadrant ligt onze schaduwzijde verscholen. De twee polen op de negatieve as kunnen tot extreme eigenschappen uitgroeien.

Een maskerkwadrant is een kwadrant dat aan de oppervlakte lijkt op een kernkwadrant, maar in realiteit precies het omgekeerde is.
Of met andere woorden in het spiegelbeeld van het kernkwadrant, het maskerkwadrant ligt onze schaduwzijde verscholen. Het kernkwadrant en het maskerkwadrant staan als these en antithese tegenover elkaar.

Het 5D-concept gaat er vanuit dat het leven aan het universele polariteitsprincipe is onderworpen. Het 5D-concept laat het logische verband zien tussen de immateriële, geestelijke wereld en de materiële, aardse wereld. Het gaat er om geest en lichaam in balans te brengen.

Het creërend vermogen berust op dynamische, universele krachten. Universele krachten zorgen voor balans. De lemniscaat, de band van Möbius verbindt de continu met elkaar afwisselende binnen - en buitenkant met elkaar. Wat binnen is wordt buiten en omgekeerd. De lemniscaat geeft aan dat we niet in een loop (Schizoîdie cq. Schizofrenie) zitten maar met de spirituele energie, de Triade zijn verbonden. Het onmogelijke wordt mogelijk.

De twaalf experimenteel (min of meer) bewezen effecten van de werkzaamheid van de ether, vormen de materiële tegenhanger van de vijf eigenschappen, de vijfde dimensie van het bewustzijn.

Het rapport ‘E i V’ maakt gebruik van een besturingsparadigma, dat in een 5Ddenkraam past. Het 5Ddenkraam ('5D-concept en Ether-paradigma') licht een tipje van de sluier rond de verborgen blauwdruk op. Het opent een nieuwe kijk op de unificatietheorie. Een mysterieus, verenigend fundamenteel element als de imaginaire 5e dimensie is, zijn we zelf of eigenlijk ook weer niet.

De 5e dimensie verenigt, integreert de vier elementen van het ruimtetijd continuüm. Aan de ‘vierdimensionale’ kubus wordt een 5e element, toegevoegd. Het 5e element sluit de eeuwige kringloop, maakt de cirkel rond. Het 5Ddenkraam biedt de grondslag voor het bewustzijn.

Boek ‘I Ching’,Universele kompas, 5 aspecten:PythagorasMorele -, innerlijke kompas:
OrakelI ChingMonadeLemniscaatI, eeuwige verandering(en)
HexagramIntegratie binnen - en buitenwereldDuadeVerticale as (snijpunt)Derde weg, Ching, kanaal
TrigramBinnenwereldTriadeKwalitatieve as (+/-)Tegendelen vormen een eenheid
TrigramBuitenwereldTetradeKwantitatieve as (+/-)Tegenstellingen

====

Spiegelsymmetrie (Spiegelneuronen, Verbeeldingskracht, 'Persoonlijkheid en Individualiteit')

Genesis 1:26: Laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken; zij moeten heerschappij voeren over de vissen van de zee en de vogels van de hemel, over het vee, over de hele aarde en over alles wat daarop rondkruipt.
Wolfgang Pauli vatte de relatie tussen psyche en materie op als een spiegelsymmetrie.
(Engelien Scholtes boek De verborgen dimensie in het werk van Jung en Pauli)
Niels Bohr had ‘tegengestelden zijn complementair’, het yin/yang-symbool als wapenspreuk.
Paul Watzlawick Communicatie tussen mensen is symmetrisch of complementair, afhankelijk of de relatie gebaseerd is op gelijkheid of verschil.

In kleinmenselijke vorm (Chris van der Heijden De Groene Amsterdammer 21 oktober 2021 p. 68-69):
Hugo de Groot, grondlegger van vele modernismen, en dus van de van de maatschappij
, was een door en door religieus mens.
Ach, misschien wist ik het wel, in theorie althans, tot voor een halve eeuw was immers zo goed als alles en iedereen doordrongen van religie. Maar dat is abstracte en dus merendeels loze kennis. Die kennis concreet aanwezig zien in leven en werk van een man die de faam heeft de grondslag gelegd te hebben van vele modernismen, lees seculariseringen, is op z’n minst leerzaam en op z’n meest ontluisterend.
Hiermee opende hij, onbedoeld, de deur richting rechtspositivisme, dat wil zeggen de gedachte dat het recht zijn geldigheid slechts vindt in de wetten van de staat en losstaat van moraal. Deze gedachte op haar beurt steunde weer op het natuurrecht ofwel op de gedachte dat moraal losstaat van god. Het is een ingewikkeld seculariseringsproces (god > natuur > mens/staat) dat met deze weergave onvoldoende recht wordt gedaan, maar daar gaat het niet om. Het gaat om het voor Grotius’ en zijn tijd cruciale uitgangspunt: dat zonder god alles ondenkbaar was en dat een andere voorstelling niet meer dan een gedachte-experiment kon zijn. Vervolgens ging het als zo vaak: het uitgangspunt verdampte en het experiment bleef.
Vandaar ook dat hij in de inleiding van zijn bekendste boek (over
Oorlog en Vrede) de beroemde en gewraakte ‘etiamsi daremus’ (‘zelfs als wij zouden aannemen’)-hypothese stelde.
Een van de fraaiste intellectuele fenomenen uit de vroege (zestiende-achttiende eeuw) moderniteit is wat gewoonlijk ‘de Republiek der Letteren’ wordt genoemd: de internationale gemeenschap van geleerden. De term werd gesmeed of gepopulariseerd door de voorman van de oudste variant ervan: Erasmus. Het bestaan van zo’n ‘republiek’ maakt zijn briefwisseling tot een van de beste sleutels tot de
Europese cultuur aan het begin van de zestiende eeuw. Voor Grotius geldt in mindere mate (de internationale wereld was door de breuk in het christendom en de opkomst van nationale staten sterker verdeeld dan in Erasmus’ tijd) hetzelfde. Waar het bij Erasmus in de standaardeditie van Allen gaat om elf delen en meer dan drieduizend brieven, gaat het bij Grotius om zeventien delen en meer dan achtduizend brieven.

Fysici menen bewijs op het spoor te zijn voor exorbitante hologramtheorie (Martijn van Calmthout - Volkskrant 4 september 2014):
Het klinkt vooral als sciencefiction, maar voor fysici van Fermilab bij Chicago is er geen woord fantasie bij. Sinds een week doen ze een experiment met lasers om na te gaan of onze driedimensionale wereld wellicht een illusie is, die oprijst vanuit een tweedimensionaal hologram.
Verlinde werkt de laatste jaren aan een spraakmakende theorie die zwaartekracht beschrijft als een onvermijdelijke bijwerking van een holografisch universum, waarin alle fysische informatie is opgeslagen in bits op een tweedimensionale bolschil.
Dat lijkt sterk op het idee dat de Amerikanen willen testen, maar volgens Verlinde is onduidelijk waarom het holografisch principe zich via ruis in afstandmetingen zou moeten verraden.

Het holografische principe (Stefan Kowalczyk Scoop, 2004-18-20, blz. 18/20; holografie; blad van de Studievereniging NSA):
Dit stuk gaat over het holografische principe, een 'hot topic' in de theoretische natuurkunde. Vandaar ook de titel. Maar stel je eens voor dat je op het idee zou komen dat je eigenlijk helemaal geen zin hebt om dit te lezen. Wat kun je dan nog doen om toch nuttig bezig te zijn? Bijvoorbeeld, een (gedachte-)experiment: verbrand deze pagina! Of, doe eens wild en gooi hem in een zwart gat; als je er tenminste een kan vinden.
Plato: de allegorie van de grot
Deze resultaten zijn erg vreemd en tegenintuïtief. Als je de straal van een bol twee keer zo groot maakt wordt het volume acht keer zo groot. Je zou denken dat dan ook de maximale hoeveelheid informatie die binnen de bol bevat kan zijn, ook acht keer zo groot wordt. Maar dat is dus niet zo. Die wordt maar vier keer zo groot.
Entropie is een maat voor informatie en de maximale entropie wordt volgens het holografische principe maar vier keer zo groot. In een stukje ruimte kan nooit meer informatie worden opgeslagen dan de oppervlakte van de rand, althans in zekere eenheden. In wezen kan alle informatie dus op de rand worden geprojecteerd.
Bekenstein zegt hier het volgende over: Physicists hope that this surprising finding is a clue to the ultimate theory of reality. Het lijkt inderdaad een revolutionair idee, maar... er is niks nieuws onder de zon: To them, I said, the truth would be literally nothing but the shadows of the images - Plato, The Republic (Book VII).
Plato hield zich al bezig met de gedachte dat
''wat wij zien slechts een 'schaduw' is van de echte wereld. Hij filosofeerde over gevangenen die hun hele leven lang geboeid in een grot zitten. De gevangenen, die de mensheid voorstellen, zien alleen schaduwen van de werkelijke wereld op de wand van hun grot [de allegorie van de grot]. terug naar de Inhoud
De AdS/CFT correspondentie
Recent is het holografische principe spectaculair bevestigd in de snaartheorie. De doorbraak kwam eind 1997. Een jonge Argentijn, Juan Maldacena, toonde toen een belangrijke dualiteit aan. Aan de ene kant van deze dualiteit staat een vijf dimensionale 'anti-de Sitter (AdS)-ruimtetijd'.

Begrijpen is volgens Spinoza de dingen zien in hun ‘logische afhankelijkheid’.

Carl Jung noemde, een modaliteit die er eenvoudigweg is, zonder oorzaak, ‘acausale geordendheid’. Het begrip toeval (synchroniciteit) wordt in verband gebracht met ‘logische afhankelijkheid’ en ‘acausale geordendheid’.

Barbara Hannah, boek Jung zijn leven zijn werk (p. 319): Jung toonde aan dat synchronistische gebeurtenissen slechts een specifiek voorbeeld lijken te zijn van een veel breder natuurlijk beginsel, dat hij ‘acausale geordendheid’ noemde, een modaliteit die er eenvoudigweg is, zonder oorzaak, zoals in het geval van de discontinuïteiten in de fyica (de geordendheid van energiekwantums, nucleair verval enzovoort) of de natuurlijke getallen.

 

God schiep de mens als zijn evenbeeld. De mens is een ware weerspiegeling van Gods heilige wezen. 'Ik en de Vader zijn Eén’ en ‘Geschapen naar God’s beeld en gelijkenis’ duiden op spiegelsymmetrie.

Ervin Laszlo boek Kosmische visie, hoofdstuk 6 Menselijk en kosmisch bewustzijn (p. 111):
De Ierse bisschop George Berkeley zag de menselijke geest als een afspiegeling van de goddelijke Geest, de kwintessens van de werkelijkheid.

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk Oorspronkelijke substantie en goddelijke gedachte (p. 357): De goddelijke gedachte kan niet worden omschreven en haar betekenis kan niet worden verklaard, behalve door de talloze manifestaties van de kosmische substantie waarin de eerstgenoemde geestelijk wordt aangevoeld door degenen die dat kunnen. Als men dit zegt nadat men haar heeft omschreven als de onbekende godheid, die abstract, onpersoonlijk en geslachtloos is en die de grondslag moet vormen van iedere kosmogonie en de daaropvolgende evolutie, zegt men in feite helemaal niets. Het is alsof men een transcendente vergelijking van voorwaarden voor de verzameling van ware waarden wil vinden, terwijl men voor de afleiding daarvan alleen maar beschikt over een aantal onbekende grootheden. Men vindt de plaats van die onbekende godheid op de oude primitieve symbolische kaarten, waar zij, zoals eerder is aangegeven, wordt voorgesteld door een grenzeloze duisternis, tegen de achtergrond waarvan het eerste middelpunt in wit verschijnt – als symbool van het verschijnen van de even oude en eeuwig bestaande GEEST-STOF in de wereld van de verschijnselen, vóór haar eerste differentiatie. Wanneer ‘het ene twee wordt’, kan men het aanduiden als geest en stof. Iedere manifestatie van bewustzijn, weerspiegeld of direct, en van onbewuste doelgerichtheid (om een moderne uitdrukking uit de westerse zogenaamde filosofie te gebruiken), kan tot ‘geest’ worden teruggebracht, zoals blijkt uit het levensbeginsel en uit de onderwerping van de Natuur aan de majestueuze voortgang volgens de onveranderlijke wet. ‘Stof’ moet echter worden beschouwd als objectiviteit in haar zuiverste abstractie – de uit zichzelf bestaande basis, waarvan de zevenvoudige manvantarische differentiaties de objectieve werkelijkheid vormen, die ten grondslag ligt aan de verschijnselen van iedere fase van het bewuste bestaan.
368: ‘Het ene universele licht, dat voor de mens duisternis is, bestaat altijd’, zegt het Chaldeeuwse ‘Boek van de Getallen’. Periodiek komt hieruit de ENERGIE voort die in de ‘diepte’ of Chaos, de voorraadschuur van toekomstige werelden, wordt weerspiegeld en die, eenmaal ontwaakt, de latente krachten opwekt en bevrucht die de daarin altijd aanwezige eeuwige vermogens zijn. Dan ontwaken opnieuw de Brahmā’s en Boeddha’s – de eeuwig bestaande krachten – en een nieuw Heelal komt tot stand. . . .
In de Sepher Jezireh, het kabbalistische boek van de schepping, heeft de schrijver kennelijk de woorden van Manu herhaald. Daarin stelt men het zo voor, dat de goddelijke substantie in eeuwigheid alleen heeft bestaan, grenzeloos en absoluut, en dat deze uit zichzelf de geest heeft uitgezonden. ‘Een is de geest van de levende god, gezegend zij ZIJN naam, die eeuwig leeft! Stem, geest en woord, dit is de heilige geest; en dit is de kabbalistische abstracte drie-eenheid, die door de christelijke kerkvaders zonder meer is vermenselijkt. Uit dit drievoudige ENE vloeide de hele Kosmos voort. Eerst kwam Uit EEN het getal TWEE voort, of lucht (de vader), het scheppende element; toen kwam het getal DRIE, water (de moeder), voort uit de lucht; ether of vuur voltooit de mystieke vier, de Arba-il. ‘Toen de verborgene van de verborgenen zich wilde openbaren, maakte hij eerst een punt (het oorspronkelijke punt of de eerste sephiroth, lucht, of heilige geest), gaf er een heilige vorm aan (de tien sephiroth, of de hemelse mens) en bedekte het met een rijk en prachtig gewaad, dat de wereld is.
‘Hij maakt de wind tot zijn boodschappers en vlammend vuur tot zijn dienaren’, zegt de Jezireh, en toont zo het kosmische karakter aan van de later euhemeristisch verklaarde elementen, en ook dat de geest elk atoom in de Kosmos doordringt.
Deze ‘oorspronkelijke substantie’ wordt door sommigen Chaos genoemd: Plato en de pythagoreeërs noemden deze de wereldziel, nadat zij was bevrucht door de geest van dat wat op de oorspronkelijke wateren of de Chaos zweeft. De kabbalisten zeggen dat het zwevende beginsel de reeks droombeelden van een zichtbaar, gemanifesteerd Heelal schiep door zich daarin te weerspiegelen. Chaos vóór – ether na de ‘weerspiegeling’; het is steeds de godheid die alle Ruimte en dingen doordringt.
De Geheime Leer Deel I, Hoofdstuk 15 Goden, monaden en atomen (p. 691):
Laat de lezer deze ‘monaden’ van Leibniz eens in gedachten houden – elke monade is een levende spiegel
van het heelal en weerspiegelt elke andere – en deze opvatting en omschrijving vergelijken met bepaalde door Sir William Jones vertaalde Sanskrietstanza’s (śloka’s), waarin wordt gezegd dat de scheppende bron van het goddelijke denkvermogen, . . . ‘verborgen in een sluier van dichte duisternis, spiegels van de atomen van de wereld vormde en een weerspiegeling van zijn eigen gezicht op elk atoom wierp . . .’.

Rudolf Steiner gaat voor de mens op aarde uit van een multicorporaliteit die uit 7 lagen bestaat. De lagen 5, 6 en 7 reflecteren 3, 2 en 1. Laag 7 reflecteert 1, 6 reflecteert 2 en 5 reflecteert 3. De vergeestelijkte mens ziet er dan uit zoals Christian Vandekerkhove, in zijn artikel weergeeft.

Spiegelsfeer: Alle activiteiten van het denken, de verlangens en de wil van de gewone mens geven aanleiding tot de vorming van talloze gedachtenbeelden in zijn ademveld, die op de duur bedreigend worden en hem volledig overheersen. Zo is ook de astrale sfeer van onze aarde volledig bezoedeld door allerlei collectieve gedachtenwolken van de mensheid. In het "hierboven" heeft de mensheid zich zo in de loop der millennia een ware weerspiegeling opgebouwd van al wat hij hier beneden denkt en droomt. Paradijzen en hellen allerlei, wonderbare astrale constructies, schitterende paleizen en kathedralen vormen de verbijsterende valstrik waar de overledene - na zijn leven hier beneden - een "hierboven" zal aantreffen dat aan zijn verwachtingen beantwoordt, met een pantheon van goden en godinnen, beroemdheden, Christussen, heiligen en goeroes. Het is in deze spiegelsfeer dat de ijlere voertuigen van de overledene - vooral het astrale lichaam en het overblijfsel van het zelfbewustzijn - zich uiteindelijk zullen oplossen vóór een nieuwe incarnatie van de microkosmos in de materie.

Wim de Lobel (kies Artikelen) , boek De Eeuwige Generatie, p. 70, 87: In de Vedische, brahmaanse kennis komt het besef tot uitdrukking, dat er sprake is van een samenhang en een structureel verband tussen de macro - en microkosmos. Brahman in de oorspronkelijke zin betekent ‘levensadem’, dat is analoog of gelijk aan de ‘kosmische adem’ en manifesteert zich in het menselijk bewustzijn. In het bewustzijn vallen microkosmos en macrokosmos samen, weerspiegelen elkaar.

In het ingenieuze, reflexieve model “Macrokosmos = Microkosmos” van de esoterie, wordt antahkarana gezien als de schakel tussen de binnenwereld en de buitenwereld, de innerlijke wereld en de uiterlijke wereld. Bewustzijnsontwikkeling vindt op de grenslijn tussen binnen en buiten, in het nu tussen verleden en toekomst plaats. We leven in het nu De Geheime Leer deel I (p. 67). Het eigenlijke bewustzijn is tussen Kama en Manas begonnen. Manas staat voor het denkvermogen en het zefbewustzijn.

Antahkarana is de brug, de algeestvonk (Freek van Leeuwen), de naadloze, vloeiende overgang tussen de algeest, God en de menselijke geest. Antahkarana is de verbindingsschakel tussen het hogere en het lagere bewustzijn.
Ook de Geheime leer van Blavatsky gaat uit van ‘Brahma, Vishnu en Shiva’ of de ‘God, Zoon en Heilige Geest'.

Aum is ook het Scheppende Woord van de Logos:
In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.

Om het fenomeen van de weerspiegeling te duiden maakt Plato van de allegorie van de grot gebruik en Blavatsky beschrijft de toverlantaarn. De viervoudige aard van de mens 'nӗshāmā, rūah, nefesh en gūf' in de microkosmos is een weerspiegeling van de vier fundamentele natuurkrachten in de macrokosmos. Charles Poncé boek Kabbalah (p. 55) bespreekt de vier werelden (Guph, Nephesh, Ruah en Neshama, respec. Malkuth, Yesod, Tifereth en Kether) van de Joodse Kabbalah. Het Diagram of the Zodiac and Correspondences correspondeert met het figuur op p. 56. Tetragrammaton is de qabalistische formule die het ontstaan van de 10 Sephiroth in 4 'werelden' of 'kosmische frequentiebanden' beschrijft. De 'Boom van het Leven' vormt een 'ladder' (van Jacob) tussen 'hemel' en 'aarde' . Deze wordt door de qabalist beklommen met de bedoeling optimaal te communiceren met Kosmos & om zodoende co-creatief het gelukkige leven te realiseren. Door de code van Kosmos te kennen, krijgt hij weet van de kosmische eeuwigheid.

De relatie tussen navel (buik) en hart (p. 15):

De bijlage van hoofdstuk 2.1.1 bevat twee modellen om de zevenvoudige samenstelling van de mens weer te geven, een van de Purucker en een van Pryse. De overeenkomst tussen beide modellen vormt de doorsnede ‘Voertuig, Dierlijk-astrale-Ziel, Ziel en Geest’ van de Joodse Kabbalah.
De viervoudige indeling van de Kabbalah geeft de zevenvoudige samenstelling van de mens compact weer. Het is de basisstructuur, die in het boek van Pryse ook wordt weergegeven als 'Genitaliën - Navel - Hart - Hoofd'. Pryse werkt in zijn vierkant ‘I – II – III – IV’ het vierkant van de Joodse Kabbalah zeer gedetailleerd uit.
Het zal niet nodig zijn te zeggen dat beide auteurs uitgaan van de aanwezigheid in de Natuur van het Ene eeuwige element, het onkenbare 1e Beginsel van de theosofie. De tien beginselen van de mens bestaan uit een hogere en lagere Triade en een viertal. De twee driehoeken, Triaden beelden het conflict tussen de geestelijke- en dierlijke principes uit. De twee Triaden en het viertal beelden de tien Sephiroth van de Levensboom uit.
De “staf” (p. 96) waarmede het goddelijke kind de volkeren zal hoeden, is natuurlijk de caduceus (11e dimensie) van Hermês, de voorbeeldige schaapherder van de zielen. In de oudere mythologie vindt men deze magische staf in de hand van Neb, de God van wijsheid en “de bewaarder van de scepter van kracht”.

Van elk van deze negenenveertig constellaties (sterrenbeelden) wordt gezegd, dat ze een principe, kracht of hoedanigheid in de mens zelve symboliseren; het gehele stelsel vormt een symbolisch wezen, een hemelse mens (Adem Kadmon of Tetragrammaton), uitgebeeld op de sterrenhemel.
Benjamin Adamah schrijft in zijn boek Nulpunt Revolutie over Adam Kadmon ons zuiver negentropische alter ego.

De éne werkelijkheid is dat het universum in het menselijke bewustzijn wordt weerspiegeld. De driehoek van Pythagoras en de categorieën van Aristoteles symboliseren al hoe de innerlijke wereld met de uiterlijke wereld, 'Wat en Hoe; Hoe en Wat' met elkaar worden verbonden.
De éne werkelijkheid, de reflecties van de metafysica op de werkelijkheid vormen een samenhangend symmetrisch geheel.

De éne werkelijkheid, de eeuwige wederkeer beweging drukt de eenheid uit. Teilhard de Chardin: Alles divergeert en moet ook weer convergeren, zich samensluiten.

Het bewustwordingsproces bestaat uit de uitwisseling tussen het vrouwelijk en het mannelijk, tussen 'Chaos, Gaia en Eros' en het 'Goede, Ware en Schone', tussen materie en geest, tussen lagere en hogere Triade, tussen chaos en harmonie, tussen navel (Epithumia) en hart (Thumos), tussen begin en het einde, tussen Alpha en Omega.
De
Goddelijke liefde Eros (thumos) zorgt voor het verbinden terwijl daarentegen de omgekeerde weerkaatsing van Eros (Epithumia) voor het scheiden zorgdraagt. De negatieve betekenis van Eros (fohat) staat voor wellust, driftleven, epithumia.

Wim van den Dungen Levensboom (Sepher Yetzirah):
De grootmeesters begrijpen met Wijsheid de parameters van het geschapen licht. Dit licht is de actieve afspiegeling van het 'Grote Werk' van de Demiurg: voortdurende Initiatie. Daar het 'wezen' van het licht (Kether) nooit verandert, impliceert Wijsheid de juiste toepassing van de Demiurgische Potentie.
Het licht is 'neutraal'. Wijsheid is 'positief', d.w.z. brengt iets voort. Begrip is 'negatief'; 'spiegel', 'matrix', 'grote zee' of 'baarmoeder' waarin de Wijsheid een zaadje plant. Als Kether het wezen bevat (licht) & Chockmah ons de scheppingsformule (de Naam) aanreikt, dan levert Binah de parameters of relatieve begrenzingen (voorwaarden) noodzakelijk voor een concrete en permanente (verlichtende) realisatie.
De Tien Sephiroth hebben 'geen einde' (Ain-la-hem-Sof). Alle Sephiroth zijn onderdeel van Kether en Kether is de contractie van Zijn Licht tot één punt ; één mogelijkheid uit de Oneindige Ruimte die zich logisch voltooit doorheen de cyclus van de Cosmoi, om alzo de unieke Spiegel te worden waarin God Zichzelf éénmalig herkent op 't Jubileum van het Jubileum. De Sephiroth wortelen dus via Kether in Zijn Licht en heten daarom 'Ain Sof'.

De klinisch psycholoog René Meijer brengt met zijn matrices de symmetrie in de schepping tot uitdrukking:

De begrippen persoonlijk en onpersoonlijk in de filognosie.

Filognosie: hoofdstuk De ideale integratie en haar schaduw.

FilognosieSwabhawat:het veranderlijke van het onveranderlijkeVedische filosofie1.5 De blauwdruk van hetleerproces:
Ego (ziel)Swa:het ZelfDharma2. Collectief leerprocesA. Ongeopenb. Logos
WijsheidSu:volmaakt schoonVerlichting3. SymmetrieB. Potentiële wijsheid
ZelfBhawa:Wezen of toestand van het ZijnKarma4. Individueel leerprocesC. Algemene ideatie

De korte weg tot wijsheid (zelfwording)
Swabhawat,
de korte weg tot wijsheid is een van de meest toonaangevende boeken over yoga in het Nederlandse taalgebied en is geschreven door Saswitha eind jaren 40. De volledige voltooiing met daarbij uiteindelijke publicatie zou nog op zich laten wachten tot 1971.[1]
1) Swabhawat, Geautoriseerde biografie

FilognosieSwabhawat:het veranderlijke van het onveranderlijkeVedische filosofieEsoterieKabbalah
WijsheidSu:volmaakt schoonVerlichtingHoofd4. Neshama
Ego (Thumos)Swa:het ZelfDharmaHart3. Ruah
ZelfBhawa:Wezen of toestand van het ZijnKarmaNavel2. Nephesh
Epithumia  VikarmaGenitaliën1. Guph

James M. Pryse Apocalypse ontsluierd / een esoterische uitleg van de Openbaring van Johannes (p. 9):
Anderen geven echter het viervoudige systeem, zoals Philolaos de Pythagoreër, die de zetel en kiem (archê) van de rede in het hoofd plaatst, dat van het psychische principe in het hart, dat van groei en ontkieming in de navel, en dat van zaad en voortplanting in de geslachtsorganen.

De logos, thumos en epithumia van Plato correleren met hoofd (5, 6 en 7), hart (4) en navel (3) respectievelijk met de keelchakra, de voorhoofdchakra en de kruinchakra (5, 6 en 7), hartchakra (4) en het navelcentrum (3).

Complementariteit (Wet van harmonie, Zo Boven zo Beneden, Dilemma's, Duade)

Niels Bohr: Een ieder die niet ontzet is door de kwantumtheorie heeft haar niet begrepen.
Niels Bohr heeft het fenomeen dat licht zich gedraagt of als deeltje of als golf, afhankelijk van de proefopstelling, maar nooit als beide tegelijk complementariteit genoemd.
Rabindranath Tagore: Eindeloos hebt Gij mij gemaakt naar Uw behagen. Dit broze vat ledigt Gij weer en weer, en vult het telkens met vers leven.
Over heuvelen en dalen hebt Gij dit rieten fluitje gedragen en er eeuwiglijk nieuwe melodieën door geblazen.
(Hij was bovendien de eerste Indiase winnaar van een Nobelprijs.)
Emil Cioran: Het is echter een heldere, cionareske paradox dat de mens juist vanwege de wil tot slagen een eindeloze reeks catastrofen achter zich laat: je manifesteren betekent je door een of andere vorm van volmaaktheid laten verblinden. Denken leidt tot niet-handelen. De utopie houdt volkeren jong en vitaal. Wijsheid maakt hem oud en futloos. Dat zag je al bij de Romeinen. Toen ze ten langen leste door contact met de Grieken beschaafd werden, sloeg de vermoeidheid toe en waren ze een gemakkelijke prooi voor de utopisch gedreven barbaren.

Juan Keymer werkzaam bij het 'Kavli Institute of Nanoscience' van Prof. Cees Dekker in Delft geeft beknopt weer waar het feitelijk om draait.
Dualiteit is een gegeven.

In de theosofie heeft Ockhams scheermes op organische complementariteit betrekking, de twee kanten van één medaille zoals Geestkunde en Natuurkunde, Mannelijk en Vrouwelijk, Geest en Lichaam ('Heer en Slaaf'), Scheppen en Vernietigen, Goed en Kwaad, Zo Boven zo Beneden; zo Beneden zo Boven, Ongemanifesteerd en Gemanifesteerd, Voelen en Denken, Algemene - en speciale relativiteitstheorie, Binnenwereld en Buitenwereld, Macrokosmos en Microkosmos, Negentropie en Entropie en Zaaien en Oogsten, oftewel Monade + Duade. Of met andere woorden Eenheid in Verscheidenheid.

Trump twittert, dreigt en graaft zich verder in (Michael Persson Volkskrant 10 juni 2017 p. 14):
Als president Trump niet besefte dat het ontslaan van FBI-directeur Comey een staartje zou krijgen, dan beseft hij het nu wel - misschien.
Vrijdag dreigde zijn advocaat de 'lekkende', ontslagen FBI-directeur James Comey voor het gerecht te slepen. Het past in de pogingen de deep state, het ambtenarenapparaat, het zwijgen op te leggen.
Inmiddels heeft Trump laten weten dat hij bereid is zich onder ede te laten horen om zijn visie op de uitlatingen van Comey te geven.
Vrijdagmiddag werd bekend dat speciale aanklager Robert Mueller een specialist in obstructie van de rechtsgang heeft ingeschakeld om te helpen bij zijn onderzoek naar Trump en de Russische connectie. Het kan zijn dat de doofpot uiteindelijk een groter probleem voor Trump wordt dan wat erin zit.

Brexit versnelt het verval van Groot-Brittannië (Jonathan Holslag Volkskrant 10 juni 2017 Zaterdag p. 6):
Volgens de Britse historicus Arnold Toynbee hebben de grote rijken in de wereld ongeveer een eeuw nodig om op te staan en neemt hun aftakeling nog eens ongeveer een eeuw in beslag. In het geval van Groot-Brittannië zou dat kunnen kloppen. Beleefde het zijn hoogtijdagen vlak voor de Eerste Wereldoorlog, dan is het nu aanbeland op een dieptepunt. Dat is niet eens het gevolg van de Brexit. De aftakeling was reeds veel langer zichtbaar. Als de Brexit na de verkiezingen doorgaat, zal het verval versnellen tot op het punt dat zelfs de eenheid van het land bedreigd wordt.
De Britse diplomatie loopt op haar tandvlees. Dat geldt ook voor het leger. De Britse strijdkrachten zijn een onmisbaar onderdeel van de Navo. In tegenstelling tot Frankrijk en Duitsland heeft Londen echter weinig andere geopolitieke prioriteiten dan het achternalopen van Washington. Wat zullen de Britten nog betekenen? Ze geven flink meer uit aan defensie, maar zetten minder soldaten in dan Frankrijk en besteden in vergelijking ook minder aan wapensystemen. Een recent bezoek aan Portsmouth, eens een grootse marinehaven en nu een roesthoop, was voor mij een pijnlijke confrontatie met de grenzen van de Britse militaire macht. De imperiale glans is definitief verdwenen en het dreigt alleen maar erger te worden.

Het is bijna gedaan met de briefjes en munten (maar nog niet helemaal) (Daphne van Paassen interviewt Coen Vermeulen Volkskrant 21 februari 2020):
Nederland is in de eurozone koploper digitaal betalen. En dat heeft gevolgen voor het cashgeldsysteem. Op de World Banknote Summit, volgende week in Praag, mag Coen Voormeulen, de divisiedirecteur cash bij De Nederlandsche Bank, zijn vakgenoten daarom komen uitleggen hoe je daar als centrale bank mee omgaat.
Zelf betaalt Coen Voormeulen eigenlijk bijna alles digitaal. Net als steeds meer andere Nederlanders (64 procent van de betalingen gaat inmiddels met een pinpas). Maar laatst verloor hij in de trein zijn portemonnee. Hij zag zich genoodzaakt zijn bankkaarten te laten blokkeren en nieuwe pasjes aan te vragen. ‘Toen was ik blij dat ik even 50 euro cash van een collega kon lenen.’ Sindsdien heeft hij in het leren hoesje van zijn iPhone weer wat papiergeld zitten. Hij vist een briefje van 5, 10 en 20 euro uit het etuitje. Cash is een prachtig ‘fallback-systeem’ – wil hij maar zeggen; in geval van nood, kun je er altijd op terugvallen. En dat werkt in het groot net zo.

Geldmachine of De geldautomaat als laatste strohalm tegen digitalisering (Toine Heijmans Volkskrant 7 juni 2017 p. 21):
Alles voor de klantvriendelijkheid natuurlijk; dat ze niets te zoeken had in mijn privébezit begreep ze niet: het is toch allemaal service, meneer. Onderwijl ben ik een paar getallen geworden in de big data van de bank, die alles van mij weet.
Geld verdwijnt in het binaire heelal. Dat stuit op meer dan alleen de praktische bezwaren van Jos en Wienand en de dorpsraad van Knegsel. Het geld uit de geldautomaat is tastbaar en van ons allemaal: er staat een Europese vlag op en een handtekening van de baas, Mario Draghi. Die is in dienst van ons en niet van een bedrijf.
Digitaal geld is van de bank. Over dat belangrijke verschil schreef Maxim Februari een stuk in de NRC. 'Ons oude geld was publiek geld (...). Je kon alles en iedereen ermee betalen. Het nieuwe geld is privaat. Het maakt je bij iedere aankoop afhankelijk van toestemming door bedrijven. Dat die bedrijven een oorlog zijn begonnen tegen publiek geld is dus niet zo verrassend.'

Verschuift het bankieren geheel naar internet? (Peter de Waard Volkskrant 16 november 2016):
Nieuwe aanbieders van financiële diensten melden zich, de klant bestelt steeds vaker online. Daarop spelen banken als ABN Amro in. De aangekondigde forse ontslagronde komt vooral in België hard aan.
Over twintig jaar loopt een man langs een bankkantoor aan de Amsterdamse Zuidas. Een voorbijganger vraagt hoeveel mensen er in dit kantoor werken. 'Eén', zegt hij. 'Oh ja? En wat doe die dan?' 'Hij zorgt voor de waakhond.'
Verdienmodel
Vermeend zegt dat wat ooit vijfjarenplannen waren nu halfjaarplannen zijn. Veranderingen gaan snel, door vergaande digitalisering, gecombineerd met big data, kunstmatige intelligentie en robotisering.
De gevolgen van het klimaatakkoord worden zwaar onderschat. Daar zal 13 duizend miljard euro aan investeringen voor nodig zijn. Het Nederlandse bankwezen zou dat kunnen leiden.
Het moet alleen out-of-the-box durven te denken.'
Vermeend wil zich niet wagen aan voorspellingen over banenverlies in de sector. 'Er is ook een trend gaande naar mondiaal denken, maar lokaal handelen. Misschien doet Rabo het juist verkeerd door lokale kantoren te sluiten.'

Profetieën van Frits (Frénk van der Linden interviewt Frits Bolkestein Volkskrant 14 november 2013)
In ’94 en ’98 boekte de VVD onder zijn leiding grote overwinningen. ‘Daarna heb ik gedaan wat ik eind jaren tachtig had beloofd: ik bracht een paarse coalitie tot stand.’
In het interview komt ook het nieuwe boek Cassandra tegen wil en dank van Frits Bolkestein ter sprake. Hij dicht zichzelf de kwaliteiten toe van een roemruchte Griekse zieneres: het vermogen de toekomst te voorspellen.
Het is de self-fulfilling prophecy van Bolkestein: ‘de Europese Monetaire Unie is ‘mislukt’, instorting dreigt. Hij voorspelt op omineuze toon dat Geert Wilders bij de Europese verkiezingen een overwinning tegemoet gaat. Het is bepaald niet uitgesloten dat de PVV hier in mei de grootste partij wordt etc. Een topscore voor Wilders zal een zware hypotheek leggen op de politieke verhoudingen in Nederland, geeft Bolkestein aan.’

Cultureel masochisme (Frits Bolkestein Volkskrant 7 juni 2017 p. 25):
Amanda Kluveld snijdt een belangrijk thema aan in het interview met haar. 'Moslims krijgen hier meer begrip dan orthodoxe christenen.' Er zijn veel voorbeelden van een veronachtzaming van het christendom of de christelijke cultuur, zeker waar de verhouding tot de islam in het geding is. Ik beperk mij tot twee.
Na de moord op Theo van Gogh schilderde een Rotterdamse kunstenaar de woorden 'Gij zult niet doden' op een muur van zijn huis, dat zich in de buurt van een moskee bevond. Dit werd als opruiend beschouwd en hem werd gesommeerd de tekst te verwijderen. Toen hij tegenstribbelde, werd hij een paar uur opgesloten. Het moet een van de weinige keren in de westerse geschiedenis zijn geweest dat iemand gevangen is gezet vanwege het citeren van een van de tien geboden.
Tweede voorbeeld: De Europese Commissie heeft drie miljoen agenda's laten drukken met feestdagen volgens de islam, het hindoeïsme en het boeddhisme, maar vergat daarbij de christelijke. Dit is het thema van het cultureel masochisme, dat vaak genoeg is beschreven, maar nog nooit afdoende is verklaard.

Het is opmerkelijk dat juist Frits Bolkestein, de promotor van een paarse coalitie voor de joods-christelijke tradities een lans breekt.

Politieke hoogmoed (Arnout Brouwers de Volkskrant 10 juni 2017 Bijlage Opinie p 5):
De electorale afstraffing betekent dat Theresa May genadebrood moet eten.
Kiezers lijken de voorkeur te geven aan een softe Brexit, waarbij Groot-Brittannië zich ten doel stelt onderdeel te blijven uitmaken van de interne markt en de douane-unie. Maar het is zeer de vraag of de huidige Britse politieke klasse deze begrijpelijke twijfels zal omzetten in een pragmatisch onderhandelingsmandaat voor de Brexit-besprekingen met de EU.
Andersom is het ook de vraag in hoeverre de resterende EU-landen bereid en in staat zullen zijn op een pragmatische manier om te gaan met de nu ontstane situatie. Op het continent staan sommige politici en commentatoren direct handenwrijvend klaar om het zout bij de Britten in de wonde te wrijven.
Kleingeestigheid en wrok gedijen blijkbaar goed in kringen van Europese federalisten als Guy Verhofstadt, die nog altijd bereid zijn elke realiteitszin en pragmatisme op te offeren aan de geesten die ze najagen.
Het is precies deze Brusselse bijziendheid die traditioneel zo deed verlangen naar het pragmatisme en de meer strategische blik van de Britten. Maar nu is Groot-Brittannië zelf verworden tot een onberekenbare speler, in de greep van een opstandig electoraat en politici die verstrikt zijn geraakt in hun eigen beloften.
Linksom of rechtsom, deze verkiezingsuitslag dicteert dat Theresa May genadebrood moet eten. Ze kan dit beter doen vóór ze het Kanaal oversteekt met een onderhandelingsteam dan daarna. Dat betekent: vervang het huidige 'harde Brexit'-team, matig je koers, en probeer te redden wat er te redden valt.

Meer aanslagen, minder islam (Martin Sommer Volkskrant 10 juni 2017 Bijlage Opinie p 5):
Het probleem van de rechtenbenadering is dat nieuwkomers altijd in hun abstracte eentje zijn en nooit een cultuur, laat staan een godsdienst meebrengen. In dit land was godsdienst een min of meer vergeten grootheid. En dus ook de splijtende en vernietigende kracht ervan. Vierhonderd jaar geleden kwam er een eind aan de godsdiensttwisten met het besluit er niet meer over te praten. Zo kunnen we aanslagplegers alleen nog zien als kleine criminelen of psychiatrische gevallen. Zelf zijn ze er heel duidelijk over, aangezien ze zich soldaten van Allah noemen. Wie ze wil bestrijden, zal het over religie moeten hebben.
Van de grote middenpartijen heeft alleen het CDA zich schoorvoetend met dit vraagstuk ingelaten. Partijleider Buma en Kamerlid Heerma hebben zich hardop afgevraagd wat christelijke politiek betekent: meer dan strikte neutraliteit. Want die leidt ertoe dat de overheid letterlijk met stomheid geslagen is als zich dit soort enormiteiten voordoen.
Politiek moet weer leren uitspreken wat goed en kwaad is. Wij zijn postchristelijk, maar onze vormen wortelen in een christelijke traditie. Wie zich hier wil vestigen, zal zich inderdaad in hoge mate moeten willen aanpassen.
Het domste dat we kunnen doen, is volhouden dat moslimterreur iets is dat uit de lucht komt vallen. De bedreigingen van de radicale islam moeten door het politieke midden worden aangepakt. Ik mag hopen dat Tjeenk Willink zo verstandig is om dit te agenderen. Zoniet, dan gaat Wilders het de volgende keer regelen.

Groen Linkse Matthäus (Martin Sommer Volkskrant 14 april 2017 p. 23):
In de krant kwamen onlangs drie gediplomeerde historici voorbij die schamperden dat vrouwen in Nederland pas in de jaren vijftig gelijkberechtigd werden, dus wat nou christelijke traditie. Dat zeiden ze in reactie op Buma van het CDA, die het gelijkheidsstreven had teruggevoerd op de joods-christelijke wortels. Ik weet dat Buma's inspiratiebron Larry Siedentop heet, een belangrijk Brits-Amerikaanse ideeënhistoricus.
Volgens Siedentop gaan de individuele rechten terug op de apostel Paulus. Met als getuigenis diens brief aan de Galaten. 'Er is geen jood of heiden meer, geen slaaf of vrije, geen man of vrouw, want u bent allen één in Jezus Christus.' Over de christelijke grondslag van Jesse Klavers derde harde voorwaarde, ruimhartiger toegang voor vluchtelingen, hoeven we niet te twisten.
Larry Siedentop is geïnteresseerd in de morele dimensie van politiek. Anders dan menigeen denkt, gaat politiek niet ten onder aan technocratie bij gebrek aan ethiek. De politieke vraag is hoe morele intuïties in de praktijk uitpakken. Het christendom heeft ook tekortkomingen, aldus Siedentop. Het is een moraal van het individu ten overstaan van zijn naaste. De barmhartige Samaritaan, om zomaar een passant te noemen.
De burger en zijn verhouding tot de gemeenschap zijn er evenwel bij ingeschoten, met andere woorden de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van de samenleving. Daar zit een christelijk gat.

Onbeperkte EU-transferunie vereist referendum (Derk Jan Eppink Volkskrant 7 juni 2017 p. 25):
Uit liefdevoor Macron en afschuw over Trump begint Merkel te schuiven. De 'verdiepte eurozone' moet de EU aaneensmeden: met eurozoneparlement, -budget en -minister van Financiën. De EU wordt transferunie via geldstromen van Noord naar Zuid. Dat installeert een permanent trekkingsrecht op de beurs van de Nederlandse burger. Misschien vindt die burger daar zelf ook iets van?
Cultuurverschillen nekken dat eurosysteem. De 'verduitsing' van Zuid-Europa is mislukt. Nu begint de 'Italianisering' van Noord-Europa. De EU wordt als Italië, met verbitterde ruzies over geld. De Europese transferunie is als een sprong in het diepe van iemand die niet kan zwemmen.
Zodra Merkel overstag gaat, kan Nederland zich niet meer verstoppen achter Duitsland. De beurs van de Nederlandse burger wordt pinautomaat. De Staten-Generaal zijn al gebalkaniseerd. De nieuwe regering wordt gefragmenteerd. Zodra wetgeving tot 'verdieping van de eurozone' vanuit Brussel arriveert, moet de Nederlandse burger de kans krijgen te beslissen over eigen beurs. Via een referendum.
Zodra Merkel overstag gaat, kan Nederland zich niet meer verstoppen achter Duitsland. De beurs van de Nederlandse burger wordt pinautomaat. De Staten-Generaal zijn al gebalkaniseerd. De nieuwe regering wordt gefragmenteerd. Zodra wetgeving tot 'verdieping van de eurozone' vanuit Brussel arriveert, moet de Nederlandse burger de kans krijgen te beslissen over eigen beurs. Via een referendum.

We zijn te drammerig over Turkije ([[http://www.volkskrant.nl/opinie/we-zijn-te-drammerig-over-turkije~a4482505/|Dirk-Jan van Baar de Volkskrant 4 april 2017 p. 22):
In het conflict met Turkije, dat meer is dan
volksmenner Erdogan, ontbreekt het Den Haag aan wijsheid. Het loopt meestal op inbinden uit, zelfs Desi Bouterse, drugsbaas uit eigen kazerne, krijgen we niet klein. Het lijkt wel alsof Hollanders altijd de kop van Jut zijn bij een starre principiële opstelling. Dat belooft nog wat bij de euro, waarin wij nog Duitser zijn dan de Duitsers en dus mikpunt voor Zuid-Europese frustraties. Zie ook Poetin, die zich op Nederland uitleeft. Datzelfde spel speelt Erdogan, wat Den Haag dwingt de wijze partij te zijn.
In het conflict met Turkije, dat meer is dan
volksmenner Erdogan, zie ik daar weinig van. Vooral rechts Nederland, dat zich in zulke gevallen graag stevig opstelt, heeft wat mondiale gevoeligheden betreft nog flink wat stappen te maken.

Ontbrekende partijpolitieke belangstelling voor corruptie? (Michel van Hulten Civis Mundi 12 maart 2017):
Wat is dan dat totaalbeeld?
Merkwaardig weinig aandacht voor een verschijnsel dat veel aandacht krijgt in de media. Een verschijnsel ook dat dicht op de huid zit van de politiek en van politici en dan altijd in negatieve zin. Zie de ‘Politieke Integriteitsindex’ die juist dezer dagen zijn 4e editie sinds 2014 beleeft (in Vrij Nederland het nummer van maart 2017 dat al op 23 februari uitkomt) en gedocumenteerd op een rijtje die goed zet wat er aan corrupt veroordeeld gedrag ook de laatste 12 maanden weer bij ons is voorbijgekomen.
Een verschijnsel dat veel onvrede oproept onder burgers van het land die nu moeten gaan stemmen.
Een verschijnsel dat ons per jaar een kleine tien miljard euro zou kosten (volgens de Nederlandse corruptie-waakhond Transparency International).
En toch niet opgevallen bij de schrijvers van al die verkiezingsprogramma’s en bij hun politieke bovenbazen. Mag je nog verwachten dat er straks in het beleid wel aandacht voor zal zijn als in deze kringen het nu nog geen indruk heeft gemaakt?
De prioriteit voor corruptiebestrijding bij de Nederlandse politieke partijen is kennelijk erg laag. Vergelijk dat eens met Roemenië waar zojuist 600.000 mensen de straat opgingen om de regering te dwingen serieus werk te gaan maken van corruptiebestrijding. Vergelijk het ook met Frankrijk waar een President’s kandidaat uit de politiek weggepoetst lijkt te gaan worden wegens zijn corrupte gedrag in aanstellen en betalen van zijn echtgenote in zijn politiek leven. Wij hebben dan nog een lange weg te gaan.

Either philosophically or religiously, Terence McKenna expressed admiration for Marshall McLuhan, Pierre Teilhard de Chardin, Gnostic Christianity, Alfred North Whitehead and Alchemy. McKenna always regarded the Greek philosopher Heraclitus as his favorite philosopher.
He also expressed admiration for the works of James Joyce (calling Finnegans Wake "the quintessential work of art, or at least work of literature of the 20th century") and Vladimir Nabokov: McKenna once said that he would have become a Nabokov lecturer if he had never encountered psychedelics.

Heraclitus gedachte dat alles altijd verandert formuleerde Plato met de woorden "panta rhei" (alles stroomt). Nog belangrijker dan de leer van de verandering was voor Heraclitus echter de leer van de eenheid der tegendelen. Tegenovergestelde spanningen zijn toch op elkaar afgestemd. Zo heb je zonder dag geen nacht. Een pad omhoog is ook hetzelfde pad als het pad omlaag. Als er geen tegenspraak was, had je volgens Heraclitus geen werkelijkheid. Dit principe stelt het fenomeen these, antithese en synthese (complementaire eenheid en/of de monade), de wisselwerking tussen 'Vuur en Water'; 'Lucht en Aarde' aan de orde.

De Griekse filosoof Heraclitus gebruikte de term Logos rond 600 voor Christus voor het eerst voor de goddelijke rede of het goddelijke plan dat het hele universum coördineert. Mono-theïstische Joden gebruikten Logos om aan God te refereren, omdat Hij het rationele verstand is -- de rede en de reden -- achter de schepping en de coördinatie van het universum.

Het principe van de ‘eenheid der tegendelen’ (complementariteit), de twee in één , zoals de relatie tussen licht en donker, goed en kwaad, man en vrouw is al door Heraclitus naar voren gebracht.
Heraclitus gebruikt het eerst het woord "logos" voor grondwet. "Logos" betekende oorspronkelijk woord, daarna redenering, tenslotte rede. Aan heel het wereldgebeuren ligt redelijkheid ten grondslag (Pythagoras spreekt hier van "kosmos"). Het is voor de mens de kunst deze redelijkheid, deze "logos" in te zien. En wanneer je je voor de wetten ervan buigt ben je wijs. Onze ziel is een onderdeel van deze almachtige logos. Na de dood zinkt zij daarin terug, "als een licht dat uitdooft in de nacht". Wanneer we dat inzien zullen we leren onze wil aan de hoogste rede ondergeschikt te maken. Daarin zal onze ziel de rust vinden die het eigenlijke geluk van de mens is.

De definitie van Jan Börger: De Basis van alle cultuur is de ether, d.w.z. de eenheden voor zich gedacht en de eenheden in-een gedacht en dat tegelijkertijd. is een andere manier om de twee in één weer te geven.

De Griekse filosoof Plato – Logos:
Logos is een Griekse term die "het Woord" betekent. Griekse filosofen zoals Plato gebruikten logos niet alleen voor het gesproken woord maar ook voor het onuitgesproken woord, het woord dat zich nog steeds in de gedachten bevindt -- de rede. Wanneer deze term op het universum werd toegepast, hadden de Grieken het over het rationele principe dat over alle dingen heerst.

In de filosofische leer Ars_Rhetorica van Aristoteles is Pathos (van πάσχειν 'paschein', het Griekse woord voor "lijden" of "emotie") samen met ethos en logos één van de drie middelen van overtuiging.

Het rapport 'E i V' beoogt met behulp van de socratische dialoog aan een oude discussie over 'Deugd en Ondeugd' van Plato een steentje bij te dragen.
Het is het bekend dat Pim van Lommel in zijn boek Eindeloos Bewustzijn – Wetenschappelijke visie op bijna-dood ervaring - Hoofdstuk 15 Er is niets nieuws onder de zon - het thema ziel (psyche) al uitwerkt. Maar in dit rapport wordt het thema vanuit een bedrijfskundige invalshoek, in het bijzonder op basis van organisatiecultuur, besluitvormingsprocessen en artificial intelligence benaderd.

Pim van Lommel Eindeloos Bewustzijn – Wetenschappelijke visie op bijna-dood ervaring (p. 247): Deze opvatting over de relatie tussen non-lokaal bewustzijn en waakbewustzijn is een complementaire theorie, net als deeltjes - en golfaspect van licht, en niet een dualistische theorie.
Dualiteit: Licht gedraagt zich of als deeltje of als golf, afhankelijk van de proefopstelling, maar nooit als beide tegelijk. Niels Bohr spreekt in dit verband over complementariteit.

Ken Wilber brengt complementariteit in zijn kwadrantenmodel met behulp van het heterarchische aspect impliciet ter sprake. De heterarchische context van zelfregulering is een rode draad, die expliciet in dit rapport wordt behandeld.

Het betere werk of Hoe worden we productiever? 'Weg met de smartphone' (Ianthe Sahadat Volkskrant 31 augustus 2016 katern Vonk p. 8-11):
U heeft uw smartphone altijd bij de hand en werkt geregeld over. De sociale media slokken u op. Weg ermee, zegt wiskundige Cal Newport, die een boek schreef over het belang van concentratie.
We moeten 'diep werken' omdat het ons gelukkiger maakt, maar het is ook economisch relevant, schrijft u.
'Het geeft ons het vermogen om snel complexe vaardigheden te leren of kennis te vergaren. Om een complexe taak te volbrengen, heeft die je onafgebroken diepe aandacht nodig.
'Concentratie werkt bijna als doping voor het brein. Ik kan me letterlijk high voelen van het genot om met volle aandacht te werken. Je werkt lekkerder, beter en je produceert meer, dat is zeer bevredigend.'

Beweeg! of Wie kritisch is over de charitas, kan de pest krijgen (Jean-Pierre Geelen Volkskrant 31 augustus 2016 katern Vonk p. 10):
De Bewuste Burger heeft het maar druk met al die goede doelen. Slecht voor hart en bloedvaten.
Daar was Wouter Bos Bos op de radio, in een reclamespotje. De oud-politicus (en bestuursvoorzitter van VU medisch centrum) wees op de kalender: het is steptember, mensen. Kom in beweging! We moeten van Wouter deze hele maand dagelijks tienduizend stappen zetten. En sponsorcentjes ophalen. Voor mensen met cerebrale parese; tegen hersenverlamming.
Alleen de sterksten overleven: clubs die het lukt BN'ers te strikken en geld hebben voor dure campagnes. Ik moet dan denken aan de zieligste ziekten, die nog niet de stem van Nicolette van Dam of Wouter Bos hebben. Vergeten groenten op de charimarkt.
Tot welke ongezonde excessen de vechtsport kan leiden, bleek uit een feestelijk persbericht: 'Art Rooijakkers veilt eerste glas bier voor KiKa'. De sympathieke tv-presentator tapt in een Amsterdams café het eerste biertje dat is gebrouwen voor KiKa. 160 cafés gaan het schenken, de opbrengst gaat naar het fonds tegen kinderkanker.
Zuip je klem, kanker op de rem: het goede doel heiligt alle middelen. Of, in de woorden van organisatie Geef & Geniet: 'Het is mooi dat we op zo'n positieve manier aandacht kunnen besteden aan KiKa. We kunnen met elkaar genieten en proosten op het leven en tegelijkertijd het goede doel steunen.'

Het rapport 'E i V' laat zien dat het wiel, de unificatietheorie van Eenheid in Verscheidenheid al is uitgevonden. In essentie draait het nog steeds om de metafysica van Plato en de fysica, de vier oorzaken-leer van Aristoteles. Voor een adequate kennis van de werkelijkheid moeten de begrippen in hun samenhang met de werkelijkheid overeenkomen. In de leefwereld van de mens staat het concrete tegenover het abstracte, het rationele tegenover het irrationele, het ideale tegenover het reële, het universele tegenover het bijzondere. Door de juiste verbindingen te leggen komen we dichter bij de éne werkelijkheid, de eeuwige wisselwerking tussen binnen en buiten. Met zijn deductieve methode heeft Plato zich gericht op de binnenwereld, Aristoteles daarentegen met zijn inductieve methode op de buitenwereld. Het eindpunt voor Aristoteles was echter dat de eendracht in de Staat op innerlijke gezindheid berust.

Het universum is muziek
432 Hz verweven in hele universum Als we teruggaan naar het wijsje, dan is de ‘do’ de eerste toon, de grondtoon. Die eerste toon is van oudsher 432 trillingen per seconde, oftewel 432 Hertz (Hz). Die 432 trillingen per seconde is een toon die nauw verband houdt met het universum om ons heen. Die toon zit verweven in de natuur, in de wiskunde, in de planeetbanen, in het hele universum. Dat is ook de reden dat muziek normaal zo goed voor ons is, die muziek stemt ons als het ware af op het universum. Wij weten dat al heel lang. Dat is al heel oude kennis. Alle klassieke muziek van Bach, Brahms enzovoorts tot en met Verdi is gecomponeerd en uitgevoerd met gebruik van de ‘standaard’ A op 432Hz. In deze standaard is de C 512 Hz of in een lager octaaf 256 Hz, maar in steeds lagere octaven (512-256-128-64-32-16-8-4-2-1) komt de C uit op precies 1 trilling per seconde, de zogenaamde “oertoon”. Ze noemen deze stemming ook wel ‘wetenschappelijke stemming’, omdat deze stemming ook wetenschappelijk gezien past bij het universum. De oudst bekende voorstander van deze stemming is Plato, de wijsgeer uit Griekenland.

H.P. Blavatsky Geheime Leer Deel I hoofdstuk 4 Chaos-Theos-Kosmos (p. 375):
Plato, het denkvermogen en de stof, de twee oorspronkelijke en eeuwige beginselen van het heelal waren, volkomen onafhankelijk van al het andere. Het eerstgenoemde was het alles tot leven brengende beginsel van het intellect, terwijl de chaos een vormloos vloeibaar beginsel was, zonder ‘vorm of zin’.
379: Chaos-Theos-Kosmos, de drievoudige godheid, is alles in alles. Daarom zegt men dat zij mannelijk en vrouwelijk, goed en kwaad, positief en negatief is: de hele reeks van tegengestelde eigenschappen. In latente toestand (in pralaya) is zij onkenbaar en wordt de onnaspeurlijke godheid. Zij kan slechts in haar actieve functies worden gekend, dus als stof-kracht en levende geest, de correlaten en het resultaat of de uitdrukking op het zichtbare gebied van de altijd ongekend blijvende uiteindelijke EENHEID.

De Geheime Leer Deel I hoofdstuk 6 De maskers van de wetenschap (p. 575):
De oude ingewijden kenden geen ‘wonderbaarlijke schepping’, maar leerden de evolutie van atomen (op ons fysieke gebied) en hun eerste differentiatie uit laya tot de protyle, zoals Crookes de stof of de oersubstantie aan de andere zijde van de nullijn veelbetekenend heeft genoemd: daar waar wij de Mūlaprakriti plaatsen, het ‘wortel-beginsel’ van de wereldstof en van alles in de wereld.
Deel I hoofdstuk 9 De zonnetheorie (p. 608):
Een achtvorm (8) of dubbele lus kan men tot een zigzaglijn verkorten en ook tot een spiraal, en deze voldoet aan alle eisen van het probleem.
Een dubbele lus voor de neerwaartse evolutie, van geest naar stof; een andere spiraalvorm misschien op het weer-involuerende pad naar boven, van stof naar geest, en het noodzakelijke geleidelijke en uiteindelijke weer opgaan in de layatoestand, wat de wetenschap op haar eigen manier noemt ‘het wat elektriciteit betreft neutrale punt’, enz., ofwel het nulpunt (Z.P.F.).
Deel I hoofdstuk 10 De kracht van de toekomst (p. 613):
Naar de bescheiden mening van de occultisten en van zijn naaste vrienden stond en staat Keely uit Philadelphia nog maar op de drempel van enkele van de grootste geheimen van het Heelal, en voornamelijk van dat waarop het hele mysterie van de fysieke krachten en de esoterische betekenis van de symboliek van het ‘wereld-ei’ is gebouwd. De occulte filosofie, die de gemanifesteerde en niet-gemanifesteerde Kosmos als een EENHEID ziet, symboliseert het ideële begrip van de eerstgenoemde door dat ‘gouden ei’ met zijn twee polen. De positieve pool werkt in de gemanifesteerde wereld van de stof, terwijl de negatieve zich verliest in de onkenbare absoluutheid van SAT – ‘het Zijn’3.
3) Het is niet juist om, als men over het idealisme spreekt, dit voor te stellen als gebaseerd op ‘de oude ontologische veronderstelling dat dingen of entiteiten onafhankelijk van elkaar bestaan, en niet als termen van relaties’ (Stallo). In ieder geval is het niet juist om dat te zeggen van het idealisme in de oosterse filosofie en haar kennis, want het is precies andersom.
De Geheime Leer Deel I hoofdstuk 16 Cyclische evolutie en karma (p. 705):
704: De ware boeddhist, die geen ‘persoonlijke god’ en geen ‘vader’ en ‘schepper van hemel en aarde’ erkent, gelooft wel in een absoluut bewustzijn, ‘ādi-buddhi’; de boeddhistische filosoof weet dat er planeetgeesten zijn, de ‘Dhyāni-Chohans’.
705 : Terwijl ze dus een persoonlijke god opvatten
‘als slechts een enorme schaduw die door de verbeelding van onwetende mensen op de leegte van de ruimte is geworpen’,1 verkondigen ze dat maar ‘twee dingen [objectief] eeuwig zijn, namelijk åkåsa en nirvåña’; en dat deze in werkelijkheid ÉÉN zijn (twee in één), maar indien verdeeld slechts een måyå. ‘Boeddhisten ontkennen de schepping en kunnen zich geen schepper voorstellen.’ ‘Alles is uit åkåsa [of op onze aarde: svabhavat] voortgekomen, gehoorzamend aan een inherente wet van beweging, en verdwijnt na een bepaalde tijd te hebben bestaan. Er is nog nooit iets uit niets ontstaan.’2
1) Buddhist Catechism, 1887, door H.S. Olcott, voorzitter van de Theosophical Society; vraag 122, blz. 55.
2) Op.cit., vraag 123, blz. 56.

De problemen beginnen met de mentale waardebepaling van deze dualiteit. We zullen proberen deze dualiteit, die de grondslag vormt van alle paren van tegenstellingen - zijde/keerzijde, aangenaam/onaangenaam, kwaliteiten/gebreken, deugd/ondeugd, positief/negatief - te doorgronden en te zien of we onze houding ten opzichte hiervan kunnen veranderen en of het mogelijk is ons onbewuste niet langer te voeden met dingen die we weigeren te aanvaarden, of het mogelijk is ons astrale lichaam in zijn geheel te leren kennen en ons te bevrijden uit de greep van onze verlangens en uit het conflict van onze emoties. Er is in het universum een grote wet, die men “de wet van compensatie” of “de wet van evenwicht” (2e grondstelling, Wet van Karma) noemt en die op alle gebieden aan het werk is, zonder uitzondering. Het Absolute, het Ongemanifesteerde, komt ons voor als een totale onbeweeglijkheid.
Naar het gezegde “Zo boven, zo beneden; zo beneden, zo boven”
kunnen wij ons enig idee vormen van deze grote wetten die het functioneren van het gehele universum regelen.Een weerspiegeling van het kosmische ritme op het fysieke gebied kan volgens Taimni worden waargenomen in de beweging van de slinger. Iedereen kent de beweging van een slinger. Iedereen weet dat hoe meer de slinger zich van zijn loodlijn naar de rechterkant beweegt, des te meer zij zich naar de linkerkant zal bewegen om het evenwicht te herstellen, en dat de uitslaande beweging van de slinger met dezelfde intensiteit af of toe zal nemen. Aan de hand van dit voorbeeld kunnen we proberen ons de wet van evenwicht en compensatie voor te stellen als een wet die op alle gebieden van de gemanifesteerde wereld regeert.
De wijze is degene die erin geslaagd is om het centrum van het bewustzijn te plaatsen op het aanhechtingspunt van de slinger en het daar te houden.
En toch moeten wij vaststellen dat het een paar van tegenstellingen is dat inherent is aan het verschijnsel manifestatie, dat wil zeggen dat de een niet zonder de ander kan, de een de ander in evenwicht houdt, en dat de een de ander in potentiele vorm inhoudt. Op het gebied van de persoonlijkheid zullen er altijd kwaliteiten en gebreken, deugden en ondeugden zijn.

Hoofdstuk 1.6 laat zien dat voor het verklaren van het complementariteitsprincipe ook de hypothese van het zondebokmechanisme van René Girard kan worden gebruikt.

In het boek Mysterie scholen van Konrad Dietzfelbinger is een paragraaf aan de OMMEKEER gewijd (p. 91):
Het belangrijkste voor de pythagoreeërs was, hun ziel los te maken uit de gebondenheid aan strijd, disharmonie en begeerte en de in haar heersende wanorde te vervangen door de ordening van de ziel en de Geest. Zij moest zich ‘omkeren’ en ‘rechtgezet’ worden, een nieuwe structuur en richting verkrijgen, die in overeenstemming was met de structuur van de geestelijke wereld.

Er is een ommekeer in het denken nodig. Het is wenselijk dat het ‘en-en’-denken, het complementaire denken tussen Oost en West, de interdisciplinaire aanpak, de integrale denktrant meer centraal komt te staan. Zorg voor het zelf, Westerse - en Oosterse levenslessen maken het mogelijk de Westerse - en Oosterse supermachten daadwerkelijk in evenwicht te houden. Het draait niet om Westerse of Oosterse suprematie, maar om de wederkerigheid, de complementariteit. De lemniscaat symboliseert dit transformatieproces. De vraag komt centraal te staan wat kunnen we van elkaar leren? Er is behoefte aan een nieuw paradigma, een ethisch réveil.

Tegenstellingen (Emanatie, Geest en Lichaam, Gebroken symmetrie, Kunst, Duade, Dichotomieën)

Albert Einstein: Mensen zoals wij, die geloven in de fysica, weten dat het verschil tussen Verleden, Heden en Toekomst slechts een koppige, volhardende illusie is.
Krishna B.G. 11.32: - De Allerhoogste Heer zei: "De Tijd ben Ik, de grote vernietiger der werelden hier bezig met de vernietiging van alle mensen, behalve jullie (broeders) alleen, zullen alle soldaten die aan beide zijden staan opgesteld, hun einde vinden".
Vyâsadeva, Bhagavad Gîtâ 4: 33
Groter dan het offer van materiële dingen
is het offer van de kennis, o bestraffer van de vijand;
al dit karma bijeen, o zoon van Prithâ,
vindt zijn einde in de kennis.
Bhagavad Gita: Hij die sympathie noch antipathie koestert, is evenwichtig en beheerst van denken. (kernthema van het verwerven van kennis)
Mahatma Gandhi: Wanneer twijfel me overvalt en ik word geconfronteerd met grote teleurstellingen, terwijl ik geen sprankje hoop zie aan de horizon, dan wend ik mij tot de Bhagavad Gita en vind altijd een vers dat me troost. Dan kan ik weer glimlachen in het aangezicht van overweldigend verdriet.

Plato, in his dialogue Phaedrus (sections 246a–254e), uses the Chariot Allegory to explain his view of the human soul. He does this in the dialogue through the character of Socrates, who uses it in a discussion of the merit of Love as "divine madness" (theia mania).

De beroemdste uitspraak van de legendarische strateeg Sun Tzu: Het toppunt van bekwaamheid is de vijand verslaan zonder te vechten. De Bhagavad gita leert dat het al millennia bekend is oorlog te voeren zonder wapens. Hoe het dus mogelijk is om de vrede te bewaren. Maar een platte organisatiestructuur leidt niet automatisch tot een kwalitatief betere besluitvorming.

De samkhya] is de oudste van alle Indische filosofische systemen. Het is de eerste bekende beschrijving van een compleet model van het universum, tegelijk wetenschappelijk en transcendent. Het universum wordt beschouwd als bestaande uit twee eeuwige realiteiten. Die worden purusa en prakriti genoemd. Daarmee verdedigt de samkhya een sterk dualistische visie waarin de wereld een mix van twee tegenstrijdige eenheden is (licht/donker, mannelijk/vrouwelijk) vergelijkbaar met de yin en yang-filosofie. Historisch gezien is deze filosofie geassocieerd geraakt met het hindoeïsme, echter de oorspronkelijke filosofie wordt volgens de mondelinge traditie toegeschreven aan Maharshi Kapila, die kort na het overlijden van Boeddha leefde en door het boeddhisme geïnspireerd was. De geschreven versie is de Samkhya karika en is circa 200 v.Chr. geschreven door Ishvara Krishna.

De symbolische betekenis van de strijd in de Bhagavad Gita
Fysiek geweld is dan een veruiterlijking, een uitvlucht om de veel moeilijker innerlijke strijd uit de weg te gaan. Op dit symbolische niveau heeft de Gita niets te maken met fysieke oorlogvoering en wapengeweld. Het is de innerlijke strijd die ieder van ons onvermijdelijk moet strijden – dit is onze geestelijke plicht of dharma.

De Bhagavad Gita van Vyasa is een tweegesprek tussen Arjuna (de mens), degene die de oorlog moet aanvoeren en winnen voor de Pandava’s, en zijn wagenmenner, de god Krishna ('innerlijke' dimensie).
Allegorisch gaat het om de
innerlijke strijd die ieder mens moet voeren tegen zijn lagere zelf. Krishna geeft daarin onderricht over verschillende facetten van het pad van yoga, het pad dat de innerlijke mens is voorbestemd te gaan en dat leidt tot vereniging met het goddelijke dat zijn essentie is.
Vervolgens vraagt Arjuna aan Krishna hem het Brahman, dat het hoogste object van kennis is, te verklaren. Krishna antwoordt door middel van een vertelling over een leraar en een jonge brahmaanse leerling. De leraar vertelt de jongen:
Wij beschouwen slechts kennis als het allerhoogste, en het afstand doen van wereldse genoegens als de beste ascese. En hij die op volkomen heldere wijze begrijpt wat het ware object van kennis is, dat onweerlegbaar is – het zelf dat in alle wezens verblijft, . . . is het hoogste respect waardig. De geleerde die het tegelijkertijd bestaan van het Brahman en zowel de manifestaties daarvan als de scheiding ertussen, en aldus het ene en het vele kan begrijpen, is van elke ellende verlost. Iemand die niets verlangt en geen egoïsme meer kent, komt in aanmerking voor eenwording met het Brahman, zelfs terwijl hij nog in deze wereld vertoeft. Degene die de waarheid kent betreffende de eigenschappen van de natuur, die de totstandkoming van alle wezens begrijpt, die geen enkel onderscheid kent tussen wat van mij en wat van jou is, die volkomen vrij is van egoïsme, is bevrijd.

Vyâsadeva (Vyasa) Bhagavad Gita
Hoofdstuk 2 De zaken op een rijtje zetten - vers 20:

(20) Derhalve, om het maar eens duidelijk te stellen: feitelijk begon je nooit met leven noch zal je er ooit mee ophouden te leven; je werd nimmer geboren, noch zal je ooit echt sterven. Evenzo reïncarneer je ook niet in dat opzicht; de ziel zoals die is, wordt nooit geboren, is eeuwig en constant. Hij is er vanaf de eerste dag van de schepping en hij houdt nooit op te bestaan als het lichaam zijn einde vindt.
Hoofdstuk 3 Te handelen - een meester van de intelligentie
(37) De fortuinlijke zei: 'De lust en de woede die je hebt van je hartstocht is het eeuwige kwaad dat de wereld naar de ondergang leidt; ken die emotionaliteit als je grootste vijand hier vandaag.
Hoofdstuk 4 Het bewustzijn verenigen in het brengen van offers en in filognosie (note 4 p. 106-107):
De term filognosie of liefde voor de kennis, hier gepresenteerd als de ware kennis, kent twee enuivalenten in het Sanskriet:
jnana, spirituele, geestelijke kennis en atma tattva, de werkelijkheid of het principe van het zelf of de . De term vertegenwoordigt de alomvattende logica van het spiritueel bestrijken van al de zes basisvisies darshana's van het menselijke, culturele respect wat betreft het feitelijke (de filosofie en de wetenschap), het principiële (de analyse en de spiritualiteit) en het persoonlijke (in religieuze en politieke zin).
(7) O
zoon van Bharata, waar en wanneer er ook maar een afname is van de rechtschapenheid en het onrecht overweegt, manifesteer ik mezelf op dat moment.
(8) Opdat zij die dorsten naar de waarheid een leven mogen hebben en de onverlaten een halt wordt toegeroepen, verschijn ik generatie na generatie ten tonele met de bedoeling de weg van de menselijke principes van de waarheid, de zuiverheid, de boete en het geweldloze mededogen opnieuw te vestigen.
(22) Tevreden met wat hij op zijn weg vindt is hij, vrij van afgunst, de materiële dualiteit ontstegen en is hij, dan stabiel in geval van falen en slagen, nimmer verstoord met wat hij ook doet.
Hoofdstuk 5 Zich verenigen in arbeid en onthechting:
(3) Beschouw altijd hem die noch haat, noch verlangt als een verzaker; vrij van de dualiteit is hij, o man van beheersing, er gelukkig mee volledig vrij te zijn van de materiële gebondenheid.
(25) Zij die zonder een hoge dunk van zichzelf te hebben, met het leiden van een innerlijk leven, die geestelijke bevrijding bereiken, zijn, voorbij de dualiteit zich bevindend in zelfverwerkelijking, in feite er druk mee bezig het welzijn van alle levende wezens te dienen.
Hoofdstuk 6 Aanwezig zijn en er eerder geweest zijn:
(27) Hij die in verbinding staat bereikt de hoogste deugd als hij, bevrijd in de geest van het absolute, met zijn denken in vrede en zijn
hartstocht geluwd, vrij is van onzuiverheden.
(45) Systematisch in zijn benadering zal zo een spirituele persoon, leven na leven geleidelijk de perfectie bereikend, al de onzuiverheden uit zijn ziel weggewassen zien en zo de positie bereiken waarin hij de dualiteit de baas is.
Hoofdstuk 7 Verenigd in de filognosie jezelf kennen en het maken:
(4) Dat waar ik in materiële zin uit besta zijn de energieën van de aarde, het water, de lucht, de ether, de geest, de intelligentie en het ego.
(5) Begrijp goed, o man van beheersing, dat benevens deze lagere energie van mij er een hogere is die, als de ondersteuning voor de hele wereld, het zelf van mij vormt waarin ieder levend wezen zich bevindt.
(6) Al het geschapene wortelt in deze twee energieën en in die zin moet je mij zowel zien als de eeuwige bron van het geschapene als de fragmentatie die je in de wereld aantreft.
(7) Voorbij deze hogere energie van mij, die er is als de draad die de parels van een ketting verbindt, valt er verder niets meer te bekennen o veroveraar van de weelde.
(8) In dezen ben ik de smaak van het water, o zoon van Elles, het licht van de zon en de maan, de oermantra AUM in alle heilige boeken, het geluid dat je aantreft in de ether en het kunnen van de mens.
(9) Ik ben de oorspronkelijke geur van de aarde, de hitte van het vuur, het leven in alle levende wezens en ik ben de boete der boetvaardigen.
(12) En onthou dat van al de staten van goedheid,
hartstocht en duisternis waar men zich in kan bevinden, ze meer een deel van mij vormen, dan dat ik deel van hen uitmaak.
(24) Niet bekend met de allerhoogste integriteit van de dualiteit van mijn onoverwinnelijke lagere en onvergankelijke hogere bestaan, veronderstellen de minder intelligenten dat ik vanuit het ongeziene een gedaante heb aangenomen.
(27) O
nazaat van Bharata, al de levende wezens die hun geboorte namen hebben te lijden onder de illusie die zijn oorsprong vindt in de begoochelende dualiteit van voorkeur en afkeer. (28) Deze illusoire dualiteit lost op bij personen die, vroom in hun handelingen, het einde van hun nevenmotieven bereikten; zij zijn degenen die, vrij van misvatting en ervan overtuigd mij van dienst te zijn, met toewijding tewerk gaan.
Hoofdstuk 9 Zich verenigen in
vertrouwelijke kennis
(11) Dwazen, niet bekend met mijn bovenzinnelijke aard, mijn opperheerschappij over alles, drijven de spot met me omdat ik een menselijke gedaante heb aangenomen. (12) Teleurgesteld in hun verwachtingen, winstmotieven en hun kennis zoeken de verbijsterden hun heil in atheïstische en demonische, begoochelde zienswijzen van een materialistische aard. (13) Maar, o zoon van Prithâ, de grote zielen die hun heil zoeken in mijn goddelijke natuur, weten van de onuitputtelijke bron van de schepping en zijn van toewijding met een geest die niet afdwaalt. (14) Vol van toewijding overtuigd ondernemend, zingen ze altijd over me en betuigen ze me de eer, steeds druk bezig zijnd in hun aanbidding. (15) Anderen brengen offers in de vorm van de kennis die ze opdragen in het aanbidden van mij als de eenheid in de rijke verscheidenheid van de universele gedaante.
Hoofdstuk 10 Één zijn in het respecteren van het geluk
(20) O
overwinnaar van de slaap, ik als die ziel van binnen, vorm het begin, het leven in de tussentijd alsook het eindpunt van alle levende wezens.
(25) Onder de wijzen ben ik de raadgever van de eerste man die leefde,
van alle gesproken woorden ben ik het woord AUM dat weerklinkt met de adem, van al de offers ben ik het herhaalde gebed dat met een bidsnoer wordt gedaan en van al het onbeweeglijke ben ik 's werelds hoogste bergketen.
(35) Van de goddelijke gezangen ben ik het lied dat metrisch is, van alle verzen ben ik de drievoet, van de maanden ben ik degene die in het sterrenteken Boogschutter staat en van de seizoenen ben ik de lente.
(42)
Je mag je ook afvragen wat voor nut het voor jou zou hebben weet te hebben van al deze verscheidenheid Aily, als ik al met een enkel deel van mezelf het gehele levende wezen doordring dat het universum is.
Hoofdstuk 11 Het volledige van
Zijn werkelijkheid onder ogen zien
(7) Bezie
hier en nu het geheel van het universum, met het leven dat zich erin beweegt en niet rondbeweegt, alles in één bij elkaar binnenin dit lichaam van mij, o overwinnaar van de slaap, alsmede wat je nog meer wenst te zien.
(18)
Men moet U begrijpen als de onfeilbare allerhoogste van dit universum, het bovenzinnelijk fundament, U bent de onuitputtelijke handhaver van het pad van de rechtschapenheid, van het dharma; U bent de eeuwige, oorspronkelijke persoonlijkheid, dat is wat U mijns inziens bent!
Hoofdstuk 13 De kenner, het gekende en de kennis der filognosie
(2) De gelukkige zei: 'O zoon van Elles, door hen die bekend zijn met de
werkelijkheid, wordt het fysieke lichaam dat we hebben het veld genoemd, en wordt de getuige binnenin dit lichaam de kenner van het veld genoemd.
(13) Laat me je op de hoogte stellen van het kenbare waar ik de scepter over zwaai: het is het opperste van de
Absolute Waarheid21, dat zijn begin niet kent en smaakt als nectar, en niet iets is dat gebeurt, noch iets is dat niet bestaat.
(20) De combinatie van de persoon en de
materiële natuur22 moet je zien als zijnde zonder een oorsprong, en ook moet je de drie geaardheden23, tezamen met hun afgeleiden, zien als een tijdgebonden effect teweeggebracht door die materiële natuur.
21) Dit wordt in het Sanskriet ook wel het Brahman genoemd. Het staat voor God, geest en de Absolute Waarheid, bestaat zowel van binnen als van buiten en vormt het geheel van de kenner, het gekende en de kennis.
22) Het onpersoonlijke van de materiële natuur, prakriti, en het persoonlijke van het mannelijk principe, de persoon, de purusha, kan men niet los van elkaar zien, net zoals men licht en duister niet los van elkaar kan bezien. Tezamen vormen ze de fundamentele dualiteit van de werkelijkheid die men de grotere ziel noemt of het universele zelf van Brahman, God of het Absolute, dat alle elementen van de materie en de geest bevat die het zichtbare en kenbare uitmaken van alles wat er bestaat.
23) De drie geaardheden van de
onwetendheid, de goedheid en de hartstocht, tamas, sattva en rajas, waarover al eerder gesproken werd in het Lied, worden ondersteund door de drie disciplines van de goddelijkheid van respectievelijk de vernietiging (persoon: Siva, werkelijkheid: Paramatma - de Superziel), de handhaving (persoon: Vishnu, werkelijkheid: Bhagavan - de Fortuinlijke) en schepping (persoon: Brahma, werkelijkheid: Brahman - de Absolute Waarheid), welke ieder respectievelijk de kenmerken dragen van de traagheid, de kennis en beweging.
(31) Als men vervolgens inziet dat het leven, zoals zich dat overal uitbreidde in verschillende identiteiten, op eenheid berust, bereikt men op dat moment het Absolute van de Geest. (32)
Dit onuitputtelijke zelf doet, hoewel het zich ophoudt in het lichaam, nimmer iets, noch raakt het ooit verstrikt, omdat het eeuwig is en zich in een bovenzinnelijke positie bevindt boven de geaardheden van de natuur. (33) Zoals de alles doordringende ether26 zich in zijn subtiliteit nimmer met iets vermengt, vermengt ook deze belichaamde ziel zich nimmer. (34) Zoals de ene zon de hele wereld verlicht, verlicht deze ziel binnenin het lichaam alles eniedereen, o zoon van de Veelendynastie.
26) De term ether (Akasa) moet men zich op dit punt herinneren in de meest moderne zin van het woord, nl. als relativistisch: als het causale en zwaartektachtveld dat in zijn werking verschilt naar gelang de ruimte die ermee beschreven wordt, d.w.z. een lokale, elementaire of planetaire ruimte, een universele galactische ruimte en de kosmische of tijdruimtelijk bepaalde oerexpansie van onze materiële werkelijkheid. Het is zowel de doener als de degene die niet handelt in de zin van een niet-betrokken gelijkheid. Dit herinnert men zich vedisch als de drie soorten van Vishnu: Maha-vishnu of Karanodakasyi-vishnu, Garbodakasyi-vishnu en Ksirodakasayi-vishnu. Vishnu moet worden beschouwd als de representatie van het element van de ether, net zoals de ether moet worden gezien als een manifestatie van Zijn werkelijkheid als de oorspronkelijke integriteit van God uit wie al het andere zijn bestaan vond zo bevestigt de Bhagavata Purana (2.5: 25 en 11.5: 19).
Hoofdstuk 15 De aard van de verheven persoon:
(3-4) De vorm van deze boom kent noch een begin noch een einde, noch een fundament dat men alhier kan waarnemen; het volhoudend met het wapen der onthechting moet men van ophouden weten met deze diepgewortelde boom. Nadat men van verzaking is met die levensboom, moet men uitplussen waar die plaats zich bevindt waar men naar op weg is en vanwaar men nimmer terugkeert, en zich dan aan Hem overgeven, de oorspronkelijke persoonlijke integriteit en het levensbeginsel29, van wie, en van waaruit, alles zich uitbreidde sedert de eerste dagen van het universum. (5) Dat onvergankelijke toevluchtsoord wordt bereikt als men, niet verbijsterd zijnde, vrij is van eigenwaan en illusie, slecht gezelschap te boven is gekomen, begrip heeft voor wat eeuwig is, en als men zich heeft losgemaakt van de lust en zich bevrijd heeft van de dualiteiten in de categorie van geluk en verdriet.
29) In dit verband is het van belang in te zien dat, als in 22, het persoonlijke en het onpersoonlijke van God samengebracht in het woord purusha, zoals hier gebruikt, zich niet laat scheiden aangezien de term God het volledige van alle dualiteiten dekt als de verenigende categorie.
Hoofdstuk 17 De drie kwaliteiten met betrekking tot iemands verzaking, offeren en voedsel:
(23) Met 'AUM, dat, ware34, wordt het drievoudige van het allerhoogste aangeduid; deze woorden worden sinds mensenheugenis gebruikt door tweemaal geborenen bij zowel hun offers als bij de heilige boeken van de gebeden en de lofzangen.
34) 'AUM dat eeuwig' heeft betrekking op het standaardgebed om tat sat dat door brahmanen wordt uitgesproken bij de uitvoering van hindoe-offers. Naast de betekenis in de tekst gegeven, betekent het: 'O Aum, die gezegende, ware en oorspronkelijke naam van God, o Pranava!' Het woord sat betekent waar en werkelijk, en het woord tat betekent letterlijk 'dat' en heeft betrekking op zowel de oorspronkelijke werkelijkheid als het principe zoals in de context van het woord tattva, dat letterlijk 'die staat van zijn' betekent. Ook vindt men het terug in de uitdrukking
tat tvam asi, hetgeen 'dat zijt gij' betekent, een mantra die verwijst naar de getuige en het zich vergewissen als men in meditatie de werkelijkheid onder ogen ziet zoals die is. In westerse termen zeggen we dingen als 'dat is het 'm' en 'dat is dat', hetgeen ongeveer hetzelfde inhoudt: wees tevreden met de dingen zoals ze zijn. Het latijnse woord amen, 'zo zij het', in het Christendom gebruikt, laat zich in het Sanskriet het best vertalen als astu, het woord voor 'laat het voor wat het is'.
Appendix: De Yoga-sutra’s van Patanjali of De Draad van de Bewustzijnsvereniging
In het deel dat tegenwoordig bekend staat als de Bhagavad Gita geeft de wagenmenner Krishna (een incarnatie van de god Vishnu) aan de vooravond van de beslissende slag advies aan de boogschutter Arjuna. Deze moet vechten tegen bekenden en familieleden en heeft daar grote twijfels over. Hij vraagt zich af wat hij moet doen. Krishna geeft Arjuna advies en spoort hem aan 'zijn plicht' te doen; namelijk het gevecht niet te schuwen, maar dit zo 'goed' mogelijk te voeren.
Het advies van Krishna gaat veel verder dan persoonlijk advies aan Arjuna. In zijn uitleg van de 'goede manier' behandelt Krishna de eeuwige vragen ten aanzien van mens, wereld en 'de juiste religie'. Het boek is dan ook te zien als gids voor de mens die op zoek is naar inzicht. In die hoedanigheid is het niet zo zeer een verhandeling over goed en kwaad, maar meer een reeks adviezen om innerlijke conflicten op te lossen. Er is op zich niets 'werkelijks' voor de mens om tegen te vechten, alleen het eigen onbegrip. Wanneer dit onbegrip verwijderd is, kan de mens zichzelf en de werkelijkheid kennen.
De uitleg van Krishna is onder andere gebaseerd op de Yoga-filosofie van Patanjali. Een manier van denken en doen die schijnbare tegenstellingen tracht te verenigen. Het woord yoga, dat dezelfde oorsprong schijnt te hebben als het woord juk, betekent letterlijk 'verbinding'. Verbinding van 'tegendelen'.
Wat leert Krishna aan Arjuna (en de zoekende mens)? Kernachtig gesteld dat de mens door middel van meditatie, of liever een meditatieve instelling, het dualisme in zichzelf en de zogenaamde 'werkelijkheid' kan overstijgen. Een dualisme dat ontstaat doordat de mens 'onderscheid' maakt binnen een niet te scheiden eenheid (het bestaan). Arjuna (een symbool van de zoekende mens) is verward in 'de paren der tegenstelling'. De 'overstijging' van deze innerlijke gespletenheid heeft tot gevolg dat het hoogste in de mens (Zelf, Atman) zich verbindt met het absolute, de uiteindelijke werkelijkheid. Dan is de mens vrij.
De sterke kanten van de tekst vind ik zelf het weinig moralistische karakter ervan, de psychologische inzichten die er uit spreken en de helderheid van de dialoog. 'Excessen' in godsdienstbeoefening zoals zelfkastijding en dogmatiek worden ontmaskerd als 'valse leermeesters'.

Het was mevrouw Vermeulen van ISIS, die me, op basis van het boek De Hiërarchie van Mededogen,10 esoterische instructies] van G. de Purucker (p. 65) expliciet naar dit vers in de Bhagavad Gita verwees.

Wilhelm von Humboldt Über die, unter dem Namen Bhagavad-Gita bekannte Episode des Mahá- Bhárata.

Wat is Tat tvam asi?
Hoe onderzoeken wij nu ons zelf en wat is het zelf eigenlijk? ‘Atman = Brahman’ is hier doel en middel, vraag en antwoord tegelijk. Door dit indachtig te zijn en te beamen, kunnen wij voortdurend ons zijn en ons bewustzijn bewust zijn en verruimen. Ook kan de weg van de ontkenning worden gevolgd, zoals verwoord in een andere Upanishadische kernspreuk ‘neti, neti’ (niet dit, niet dat). Dan zien wij in wat wij allemaal niet zijn. Niet dit lichaam, niet deze geest. ‘Tat tvam asi’ en ‘neti, neti’ zijn twee kanten van een en dezelfde munt.
Door deze reflectie op onszelf en onze situatie kunnen wij tot een steeds doorleefder inzicht komen.
Dit inzicht kan ook tot stand komen door de
spiegels die het gesprek of de persoon van de ander – in het bijzonder de goeroe – ons biedt.
Ervaren wij niet af en toe een niet onder woorden te brengen eenheid met dat wat buiten ons is? Wij hoeven dus niets nieuws te leren, maar slechts in te zien wat wij reeds weten en ervaren: niet alleen theoretisch, maar ook praktisch kan een kind de Upanishadische was doen!
Al deze al te menselijke ervaringen – hoe nietig en onbewust dan ook – van het
‘tat tvam asi’ en het ‘neti, neti’ kunnen onze aandacht krachtig doen richten op de mogelijkheid van de advaita van ‘Atman = Brahman’, op de werkelijkheid van Sat, Chitt en Ananda. Hier is geen sprake van wereldverzaking.\\ Juist uit het opdelen van de wereld in allerlei tegendelen spreekt een verzaking van al wat is. Advaita richt zich op de wereld zoals wij die van alle dag kennen en tegelijkertijd op de grondslag van al wat is, op Brahman. Terwijl wij bij al deze en soortgelijke termen en frasen intuïtief beseffen, dat ook zij steeds tekort schieten als omschrijving van de ultieme werkelijkheid, weten wij ook dat ze ernaar verwijzen kunnen en ons de weg wijzen.

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I Stanza 7 De voorvaderen van de mens op aarde (p. 261):
Filosofisch beschouwd is de mens in zijn uiterlijke vorm eenvoudig een dier, nauwelijks volmaakter dan zijn aapachtige voorvader uit de derde Ronde. Hij is een levend lichaam, geen levend wezen, omdat het besef van bestaan, het ‘ego-sum’, zelfbewustzijn vereist, en een dier kan alleen rechtstreeks bewustzijn of instinct hebben.
263: Als de occultist dus zegt, dat de ‘duivel de schaduwzijde van god is’ (het kwaad, de keerzijde van de medaille), bedoelt hij niet twee afzonderlijke werkelijkheden, maar de twee aspecten of facetten van dezelfde Eenheid.
275: Op het stoffelijke gebied zullen twee gelijksoortige polen elkaar altijd afstoten, terwijl de negatieve en de positieve pool elkaar wederzijds aantrekken; op dezelfde manier staan geest en stof tegenover elkaar – de twee polen van dezelfde homogene substantie, het wortelbeginsel van het heelal.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 12 The theogonie van de scheppende goden (p. 482):
Het ‘grote uiterste’ als het begin ‘van veranderingen’ (transmigraties) is de kortste en misschien de meest tot nadenken stemmende van alle kosmogonieën voor hen die, evenals de volgelingen van Confucius, de deugd ter wille van haarzelf liefhebben en onzelfzuchtig het goede proberen te doen zonder voortdurend uit te zien naar beloning en voordeel. Het ‘grote uiterste’ van Confucius brengt ‘twee figuren’ voort. Deze ‘twee’ brengen op hun beurt ‘de vier beelden’ voort; deze weer ‘de acht symbolen’. Men klaagt erover dat, hoewel de aanhangers van Confucius er ‘hemel, aarde en de mens in het klein’ in zien, . . . wij er alles in kunnen zien wat we maar willen. Ongetwijfeld, en dat geldt voor veel symbolen, vooral die van de latere religies. Maar wie iets weet over de occulte getaltekens, ziet in deze ‘figuren’ het symbool, hoe ruw ook, van een harmonieuze voortgaande evolutie van de Kosmos en zijn wezens, zowel de hemelse als de aardse.
483: En iedereen die de numerieke evolutie in de oorspronkelijke kosmogonie van Pythagoras (een tijdgenoot van Confucius) heeft bestudeerd, zal altijd hetzelfde denkbeeld terugvinden in zijn triade, tetraktis en decade, die voortkomen uit de ENE en enige Monade.
De Geheime Leer Deel I hoofdstuk 8 Leven, kracht of zwaartekracht (p. 590):
Dan leest men in de Bhagavadgita (hfst. vii) dat de godheid (of Krishna) zegt:
‘. . . Slechts enkelen kennen mij echt. Aarde, water, vuur, lucht, ruimte (of akasa, aether), denkvermogen, begrip en egoïsme (of de waarneming van dit alles op het gebied van de illusie) . . . Dit is een lagere vorm van mijn natuur.

T. Subba Row Studies in de Bhagavad Gita
78/79: In hoofdstuk VII, vers 4 lezen wij:
(4) ‘Mijn Prakriti (Mulaprakrite) is verdeeld in acht delen – aarde, ater, wind, ether, denkvermogen [manas], intuïtie [buddhi] en individualiteit [ahamkara]. Dit Prakriti wordt Aparaprakriti genoemd.

H.P. Blavatsky De Geheime Leer Deel II hoofdstuk 23 De Upanishads in de gnostische literatuur (p. 647/648):
Maar prāna en apāna, ook al worden ze als ondergeschikt voorgesteld (omdat ze minder grof of meer gezuiverd zijn), hebben het VUUR tussen zich; het zelf en de geheime kennis die dat zelf bezit. Dat geldt ook voor het goede en het kwade en voor ‘dat wat bestaat en dat wat niet bestaat’; tussen al deze ‘paren’10 is vuur, d.i. esoterische kennis, de wijsheid van het goddelijke ZELF. Laten degenen die tevreden zijn met de rook van het VUUR, blijven waar ze zijn, dat wil zeggen in de Egyptische duisternis van theologische verzinsels en dode-letter interpretaties.
10) Vergelijk met deze ‘paren van tegengestelden’ in de Anugītā, de ‘paren’ van aeonen in het uitgewerkte stelsel van Valentinus, de geleerdste en diepzinnigste meester van de gnosis. Evenals de ‘paren van tegengestelden’, mannelijk en vrouwelijk, alle zijn afgeleid van akāsa (onontwikkeld en ontwikkeld, gedifferentieerd en ongedifferentieerd, of ZELF of prajāpati), emaneren de ‘paren’ van mannelijke en vrouwelijke aeonen van Valentinus uit Bythos, de vooraf bestaande eeuwige diepte, en in hun secundaire emanatie uit Ampsiu-Ouraan (of eeuwigdurende diepte en stilte), de tweede logos. In de esoterische emanatie zijn er de voornaamste zeven ‘paren van tegengestelden’; en zo waren er ook in het stelsel van Valentinus veertien of tweemaal zeven. Epiphanius, die onjuist kopieerde, ‘kopieerde één paar tweemaal’, denkt C.W. King, ‘en voegt zo één paar toe aan het juiste aantal, vijftien’. (The Gnostics, enz., blz. 263-4.) Hier vervalt King in de tegenovergestelde fout: er zijn niet 15 paren van aeonen (een sluier), maar 14, omdat de eerste aeon die is waaruit de andere emaneren, terwijl diepte en stilte de eerste en enige emanatie uit Bythos zijn. Zoals Hippolytus zegt: ‘De aeonen van Valentinus zijn ontegenzeglijk de zes radicalen van Simon (Magus)’, met de zevende, vuur, aan het hoofd. En deze zijn: denkvermogen, intelligentie, stem, naam, rede en gedachte, ondergeschikt aan VUUR, het hogere zelf, of juist de ‘zeven winden’ of de ‘zeven priesters’ uit de Anugītā.

Blavatsky, Deel III, (p. 439/440):
De mystieke tienheid [van Pythagoras] (1 + 2 + 3 + 4 = 10) is een wijze om het denkbeeld van de emanatie in het heelal weer te geven. De één is God (x), de twee is stof, de drie, die één en twee verenigt en aan beider aard deel heeft, is de wereld van verschijnselen, de vier, of de vorm der volmaking, geeft de ledigheid van alles te kennen, en de tien, de som van hen alle, omvat de ganse Cosmos. De sleutel tot de Pythagoreesche dogma’s is de sleutel tot elke grote wijsbegeerte. Hij is de algemene formule van de eenheid in de veelheid, de Eén die het vele doet ontstaan en het al doordringt. Hij is de archaïsche leer der emanaties in enkele woorden samengevat.
x) De “God” van Pythagoras, is geen persoonlijke God. Men bedenke dat hij als een hoofdstelling verkondigde dat er achter alle vormen, veranderingen en andere verschijnselen van het heelal een blijvend beginsel van eenheid bestaat.
Het "geëerde", het geopenbaarde iets, is zowel in het middelpunt als in de omtrek aanwezig, doch het is slechts de weerkaatsing van de Godheid - de wereldziel (of anima mundi). In deze leer vinden wij de geest van het esoterisch Boeddhisme.
H.P. Blavatsky De Geheime Leer Deel III, hoofdstuk Wat magie in werkelijkheid is (p. 515):
Er zijn miljoenen Christenen, die de naam van Simon Magus en het weinige wat in de Handelingen over hem staat kennen, doch er zijn slechts weinigen die zelfs maar gehoord hebben van de vele bonte, fantastische en tegenstrijdige bijzonderheden, welke de overlevering over zijn leven meedeelt.
516: Simon verkondigde, evenals alle andere Gnostici, dat onze wereld geschapen was door de lagere engelen, die hij Aeonen noemde.
517: Simon noemde deze emanaties syzygieën (een verenigd paar), want zij emaneerde twee aan twee, de een als een actieve, de ander als een passieve Aeon.
518: In de Philosophumena lezen wij dat Simon de Aeonen met de ”boom des levens” vergeleek.
519: Hij [Simon] noemt de eerste syzygie van de zes machten en van de zevende, die daarbij is, nous en epinoia, hemel en aarde; het mannelijke ziet van boven neer en neemt de gedachte tot syzygie of echtgenote, want de aarde omlaag ontvangt de verstandelijke vruchten die uit de hemel naar beneden worden gebracht en met de aarde verwant zijn.
Blavatsky, Deel III
647: Er zijn in de mens drie hoofdmiddelpunten: hart, hoofd en navel, waarvan twee ten opzichte van elkaar + of – zijn, al naar het betrekkelijk overwicht van de middelpunten.

H.P. Blavatsky Isis ontsluierd Deel 2 Hoofdstuk 11 Een vergelijking van de resultaten van boeddhisme en christendom (p. 608):
Maar de christenen vatten deze postmortale avonturen van hun god, die uit die van hun heidense voorgangers zijn samengesteld en vier eeuwen vóór onze jaartelling door Aristophanes belachelijk zijn gemaakt, letterlijk op! De dwaasheden van Nicodemus werden in de kerk voorgelezen, evenals die van De herder van Hermas. Irenaeus citeert laatstgenoemd werk onder de naam Geschrift, een goddelijk geïnspireerde ‘openbaring’. Hiëronymus en Eusebius dringen beiden eropaan dat het in de kerken zou worden voorgelezen aan het publiek, en Athanasius merkt op dat de kerkvaders ‘het voorschreven om te worden gelezen ter versterking van geloof en vroomheid’. Maar dan komt de
keerzijde van de medaille, en dit toont nog eens aan hoe standvastig en betrouwbaar de meningen van de sterkste steunpilaren van een onfeilbare kerk waren. Hiëronymus, die het boek in zijn lijst van kerkelijke schrijvers roemt, noemt het in zijn latere commentaren ‘apocrief en dwaas’! Tertullianus, die zolang hij katholiek was niet genoeg loftuitingen voor De herder van Hermas kon vinden, ‘begon de spot ermee te drijven toen hij montanist was geworden’.1
Hoofdstuk 12 Conclusies en voorbeelden (p. 702):
En Simon Magus wachtte ook niet tot hij in trance was om voor de ogen van de apostelen en vele getuigen door de lucht weg te vliegen.
‘Er zijn geen bezweringen en ceremoniën voor nodig; het maken van cirkels en wierook branden is niets dan onzin en goochelarij’, zegt Paracelsus. De menselijke geest is zo groots dat geen mens die in woorden kan uitdrukken; zoals God zelf eeuwig en onveranderlijk is, zo is het menselijke bewustzijn dat ook. Als we de vermogens ervan goed begrepen, zou niets op aarde voor ons onmogelijk zijn. Door te vertrouwen op onze wilskracht wordt de verbeelding versterkt en ontwikkeld. Vertrouwen moet de verbeelding versterken, want vertrouwen schenkt wilskracht.

Plato verdeelde de werkelijkheid in twee zijnssferen, materie en geest met als schakel de ziel. Het Antahkarana, nous legt de imaginaire verbinding tussen epithumia en thumos. Het zelfbewustzijn, dat meta-leren mogelijk maakt, kan als een recursiefproces worden opgevat. Het pentagram staat symbool voor iteratie, recursie.

Anna Lemkow: boek Het Heelheid Principe, hoofdstuk 1 (p.56): We zien uit deze feiten dat de paren van tegenstellingen met elkaar in wisselwerking staan en door deze wisselwerking creatief zijn, zelfs onontbeerlijk voor scheppende en creatieve processen in de natuur en in de mens. En wat zij door hun vereniging scheppen is een derde term of een derde wezen dat beide polen omvat en dat op zijn beurt zijn eigen tegendeel schept.
Anna Lemkow boek Het Heelheid Principe, Hoofdstuk Orde te midden van Chaos, slotconclusie: Er is nog een ander aspect aan deze beweging in het bewustzijn. Niettegenstaande het feit dat de impuls naar heelheid wordt overschaduwd door op verdeeldheid gerichte neigingen in een groot en machtig deel van de menselijke samenleving, is zij altijd aanwezig en levensvatbaar geweest. Onze eigen verwaarlozing van deze dynamiek zorgde er alleen maar voor dat we deze nog sterker zouden tegenkomen.

Thijs Prent Dualiteit in de evolutie:
We kunnen dit kosmische patroon op de menselijke constitutie toepassen, want in de menselijke evolutie zijn er eveneens twee lijnen en drie stadia. De twee lijnen kunnen de spirituele en de materiële worden genoemd. De drie stadia van evolutie zijn de monadische, de verstandelijke en de fysieke, en ze werken gelijktijdig samen. Als we dit in verband brengen met de zevenvoudige samenstelling van de mens, dan hebben we:

  • 1. Atman en buddhi (de hogere duade), het eerste stadium;
  • 2. Manas en kama (de middelste duade), het tweede stadium;
  • 3. Prana, het astrale lichaam en het fysieke lichaam (de lagere triade), het derde stadium.

Het proces van de tweevoudige evolutie wordt prachtig verklaard door de term sutratman:
Het is deze sutratman, dit draad-zelf, deze bewustzijnsstroom of beter stroom van leven-bewustzijn, die het fundamentele en individuele Zelf van iedere entiteit is en die, weerspiegeld in en door de verschillende tussenliggende voertuigen of sluiers of omhulsels of gewaden van de onzichtbare constitutie van de mens of van ieder ander wezen waarin een monade zich hult, de egoïsche centra van het zelfbewuste bestaan voortbrengt.

Wim van den Dungen De Mystieke Theologie § 10:
Alles wat we aangaande God kunnen denken of uitspreken (alle bevestigingen en ontkenningen) benadert slechts God zonder dat er iets permanents over Gods wezen verschijnt. De mystieke theologie waagt het om een glimp in taal te verharden en spreekt over perfectie, uniciteit, eenvoud & Gods absolute natuur, vrij van alles, voorbij alles, ... maar ook voorbij niets !
Dit spreken naar aanleiding van een glimp levert geen absolute waarheid, want tegenover perfectie staat onvolmaaktheid, tegenover uniciteit staat pluraliteit, tegenover eenvoud staat veelheid.
De dialectiek kan al sprekend nooit worden overschreden en de mystieke ervaring impliceert zo'n overschrijding. Bijgevolg kan God nooit worden uitgesproken.
Enkel Gods exterioriteit, daar waar Hij leeft, kan aangegeven worden.
Enkel de mystieke poëzie is in staat om uit de lichtvonk van de 'unio mystica' een laaiend vuur te scheppen.

Wat is theosofie?
Wanneer het Ene verschijnt als het gemanifesteerde, brengt het de twee voort, omdat elke manifestatie twee polen heeft, een positieve en een negatieve, of een zijde en een keerzijde. Het Ene wordt twee, vanzelfsprekend één blijvend. Het is tegelijk gemanifesteerd en ongemanifesteerd (Landscape & Mindset), maar in het gemanifesteerde aspect heeft het twee polen, twee vormen van zijn, twee aspecten: een bewustzijnsaspect en een energie-aspect. Deze “bewustzijn/energie” kan op ons gebied “geest/materie” (mind stuff) worden genoemd, maar het woord “materie” is gevaarlijk, en dat is het - of eerder nog de onjuiste betekenis die men eraan heeft gegeven - wat verantwoordelijk is voor het gevaar waar ik net over sprak dat bestaat uit het zoeken van het Goddelijke buiten de materie. Het is alsof men in de uitdrukking “geest/materie” een van de aspecten van de manifestatie ten opzichte van de andere een hogere waarde heeft toegekend, hetgeen zou kunnen veronderstellen dat het Goddelijke slechts in een gedeelte van zichzelf aanwezig is. Bewustzijn en energie zijn een onafscheidelijk paar, op welk gebied men zich ook bevindt. Ze zijn werkelijk als de twee zijden van een medaille, de ene kan zichtbaar zijn en de andere niet, maar die is daardoor niet minder aanwezig.
Het is in ons werkelijke Zelf (Hogere, transpersoonlijke Zelf) dat we de ander zullen ontdekken.

Bij de laatste zinsnede kan gedacht worden aan wat Marco Iacoboni schrijft in het boek Het spiegelende brein (p. 129):
Samen met de theoretische beschouwingen uit het begin van dit hoofdstuk doen al deze gegevens vermoeden dat spiegelneuronen van belang zijn voor mijn analogie van de medaille met de twee zijden, waarin de ene zijde het zelf is en de andere zijde … eh… de ander.
Het heeft geen enkele zin de twee zijden van een medaille te scheiden.

Hendrik Laurentz. Spiegel boek Hertspiegel (Pierre Vinken:)
In het zevende deel van Hertspiegel, verwijst Spiegel naar een denkbeeldige afbeelding van Plato’s grot. Tot drie maal toe stelt Spiegel dat deze grot de vorm van het hart heeft. Maar op de bijbehorende gravure van Jan Saenredam (Antrum Platonicum) is die vorm niet herkenbaar. Althans, dat beweren alle wetenschappers en kunsthistorici. Het doet mij deugd dat ik kan aantonen dat de gravure wel degelijk de vorm van het hart heeft. De gelijkenis is in al die eeuwen over het hoofd gezien!’

G. A. Janse: In dezelfde kerk hing in een kapel een houten kruis, dat iets heel anders symboliseerde, namelijk de weg van de twee dimensies van ons denken, de horizontale en vertikale dimensie, die we hebben te gaan als we de hogere grond willen bereiken. De horizontale dimensie is het vlak waar ons alledaagse denken zich in beweegt. In deze dimensie is alles onderhevig aan een belang en doel en door dat belang en doel wordt het hogere schouwende denken, dat boven het beredenerende en discursieve denken uitgaat door angstvallig aan gehechtheden vast te houden, beheerst. De oude Grieken noemen dat hogere schouwende denken het 'nous'. Door deze doelstelling, waar alles tot belang van het ik behoort, worden alle hogere betekenissen, zoals liefde, mededogen, medeleven, barmhartigheid, meditatie, luisteren etc. fragmentarisch. Met fragmentarisch wordt bedoeld een afgeleide, slechts een beperkt deel van de volheid van die hogere betekenissen. De grond van de vertikale dimensie, die haaks op de horizontale dimensie staat, is doel- en belangeloos. In deze grond bestaat het Ik niet meer. Deze vertikale grond is ons gegeven. Deze grond is orde, wijs, liefdevol, meditatief, vol mededogen en medeleven. Plato zegt dat we deze hogere grond in onze vorige levens aanschouwd hebben en zullen herkennen op ons levenspad.

Ko van Diemen Materie, patronen en klank (deel 2):
In de verschillende spirituele werelden blijken de ideeën over het begin der schepping elkaar te overlappen. In de Koran staat bijvoorbeeld dat alles geschapen is in paren, een gedachte die ook terug te vinden is bij de Pers Zarathustra (leer der tegenstellingen), die op zijn beurt Pythagoras onderwees. De heilige getallen van Pythagoras staan in nauw verband met de leer der tegenstellingen. Ook vinden we deze getallen terug in de Joodse Kabbala en uiteraard in Egypte. Ook wordt in de Koran gesproken over ‘Saute Soermat’ (het abstracte geluid der schepping).
1 + 1 = 3 (aldus sprak Pythagoras).
Het begin der getallenleer impliceert het beginsel van de ‘Heilige Drieëenheid’, een beginsel dat ook tot basis dient van het Christendom. Heilige Drieëenheid: Vader, Moeder en Zoon. In het Christendom werd na enkele eeuwen het vrouwelijke vervangen door ‘Heilige Geest’. Een fundamenteel verschil tussen Christendom en de Egyptische religie is dat er in Egypte sprake is van een scheppingsleer. Het verhaalt in eerste instantie niet over een lang vervlogen geschiedenis, maar beschrijft eerder het scheppingsprocedé zoals dat in het hier en nu plaatsvindt. In dit zelfde licht moeten we alles zien wat Pythagoras zegt over het begin van schepping.
Bij Pythagoras gaat aan de Heilige Drieëenheid een soort goddelijke eenheidsstatus vooraf. Deze meest perfecte goddelijke oertoestand definieerde hij als ‘de absolute eenheid’, het ongeopenbaarde in zichzelf verenigde mannelijke en vrouwelijke. Om tot schepping te komen (zich mede te delen in de driedimensionale realiteit, het ‘geopenbaarde’ leven) brengt dit goddelijke een offer; het splitst zich om zijn eenheid te verbreken. Door deze splitsing ontstaan twee componenten die door hun interactie een derde kracht creëren.
Deze gedachte laat zich wederom vertalen via de Fibonaccireeks (recursie, leerproces):

Leo van den haak Polariteiten
De wereld stoelt op polariteiten. We leven in de wereld van de twee. De tempel van de één steunt op twee pilaren, zodra de balansen der polariteiten in evenwicht zullen komen en blijven houdt deze wereld op te bestaan. De gene die er in slaagt voor zichzelf de balans in evenwicht te krijgen, komt in de Substantie van Spinoza, ( het Zijn ) ervaart God in zichzelf subjectief en objectief bewustzijn vloeien dan in elkaar.
De overpeinzing tot mij laten doordringen, zonder kwaad geen goed, zonder rijk geen arm en omgekeerd. Polariteiten hebben een zeer diepe achtergrond. Al duizenden jaren geleden schreef men al ; .... deze wereld bestaat slechts bij de gratie van de polariteiten. Dringt het tot U door dat als we goed kunnen opheffen, er dan ook geen kwaad meer zou bestaan.
Spinoza
Ik hou me aangaande goed en kwaad aan de maatstaf gesteld door Spinoza , hij schrijft in "het Hoogste Goed" ; .... "hier wil ik slechts nog in het kort zeggen wat ik onder Goed versta en tevens wat het hoogste Goed is. Om dit juist te kunnen begrijpen moet men in het oog houden dat de begrippen goed en kwaad niet anders dan in betrekkelijke zin kunnen worden gebruikt, zodat een en de zelfde zaak uit verschillende gezichtspunten beschouwd goed of kwaad kan zijn; .... het zelfde geld voor de begrippen volmaakt en onvolmaakt. Immers niets kan op zichzelf, in zijn eigen aard beschouwd, volmaakt of onvolmaakt genoemd worden. Vooral omdat we weten dat alles zich voltrekt naar eeuwige, onveranderlijke orde en vaste natuurwetten. Daar echter het menselijk vermogen die orde met het objectief bewustzijn alleen niet kan omvatten en die mens zich toch een voorstelling kan vormen van een aard veel machtiger dan de eigene, terwijl hij generlei beletsel ziet voor het verkrijgen van die zelfde aard, wordt hij er toe gedreven naar middelen te zoeken die hem tot zulk een volmaaktheid zouden leiden. Alles wat nu middel kan zijn tot het bereiken van dit doel heet Goed. Het hoogste Goed is echter zover te komen dat men, zo mogelijk, met anderen samen zulk een aard verkrijgt".
Onder Goed verstaat Spinoza alles wat bijdraagt tot het verkrijgen van de kennisse Gods. Onder Kwaad verstaat Spinoza dat wat deze ontwikkeling belemmert. De wijsbegeerte spreekt van evolutie en involutie. Onder evolutie wordt verstaan; .... de ontwikkeling van de geestelijke principes uit de stof. Onder involutie; .... de afdaling van hogere, subtielere geestelijke principes in lagere materie-gebonden principes. Evolutie is goed, involutie is kwaad. Evolutie houdt in voorwaarts, opwaarts naar God. Involutie houdt in achteruitgang, neerwaarts van God af (de opwaartse - en neerwaartse spiraaldynamiek).
Tijdloosheid; .... de ideeën van Plato en Spinoza ondergaan geen verandering. Slechts objecten en voorstellingen zijn veranderlijk. Slechts objecten kennen tijd, dat betekent, dat onze kern ( ons hart ) onveranderlijk is en geen tijd kent .
Dat wil zeggen ons hart is onsterfelijk. De kern van alle mensen is onsterfelijk, ons lichaam is wel sterfelijk. Laat tot U doordringen dat als wij eeuwig dezelfde denk-inhoud zouden hebben er voor ons ook geen tijd zou bestaan. ; .... Het klinkt onwezenlijk, maar elke mens beschikt over zo'n inhoud, die ik kern noem.

====

Tetrade (Morele -, innerlijke kompas, 'Individueel en Collectief', '5D-concept en Ether-paradigma')

Jan Börger: De Basis van alle cultuur is de ether, d.w.z. de eenheden voorzich gedacht en de eenheden in-een gedacht en dat tegelijkertijd.
John Algeo: De toekomst van materie is een toenemende etherealisatie.

Vier culturen en de zeven stralen (John Algeo Theosofia maart 2015 p. 32-38):
Een recent boek getiteld,Four Cultures of the West, is een poging om de westerse geschiedenis te beschrijven in termen van vier stromen van denken en handelen. De schrijver is John W. O’Malley, lid van de Societas Jesu (Jezuïetenorde) en hoogleraar kerkgeschiedenis aan de Weston Jesuit School of Theology in Cambridge, Massachusetts.
De
essentie van de vijfde straal is kennis, kennis van hoe de wereld in elkaar zit. Daar wij dat nooit volledig kunnen weten totdat wijzelf de wereld zijn geworden en meer dan de wereld, is alle vijfde straal kennis onvolledig. En zo besteedt de academische cultuur haar tijd aan het debatteren over wat waar is, zonder ooit tot een slotsom in dat debat te komen. Toch heeft juist dat proces grote waarde. Het is een open denkvermogen, … een vurig verstand, die noodzakelijke stappen zijn op de Gulden Treden die leiden naar de Tempel van Goddelijke Wijsheid.

De ether definitie van Jan Börger toont het balansmechanisme, ’Complementariteit en Gebroken symmetrie’ (Monade + Duade). Om dit mechanisme weer te geven kan het kernkwadrant met de 'positieve- en negatieve as' van Daniel Ofman worden gebruikt. De eenvoudige voorstelling van het kernkwadrant is een handig model om de complexe interacties tussen 'Geest en Lichaam' te duiden. We moeten er rekening mee houden welk concept of meta-model we ook gebruiken het blijft een zeer onvolledige afspiegeling van de éne werkelijkheid. Of zoals Korzybski stelt: The map is not the territory. Het basisprincipe van het kernkwadrant is, these (positieve as, +/+) + antithese (negatieve as, -/-) = synthese. De negatieve as illustreert als het ware het probleem en de positieve as de oplossing. Kernkwadranten zijn een handig hulpmiddel om schijnbare tegenstellingen te duiden.

The Bhagavad Gita A Study Course By John Algeo
8: In verses 20–23, Arjuna responds to the exchange of conch and other blasts of noise by asking his charioteer, Krishna, to take him to the center of the field so that he can survey the two armies about to fight. Several details in these verses are significant for the moral interpretation of the poem. For example, Arjuna is said to have an ape as his crest. This helps to identify the allegorical role Arjuna plays in the poem. He is the human mind, the monkey mind, not yet enlightened by gnosis or buddhi. He is you and me in our daily lives, jumping here and there, not focused. Arjuna invokes the highest in himself—his charioteer, Krishna—to “stay” his chariot “in the midst, between the two armies.” The two armies represent the conflicting and striving opposites of life. If we are to be engaged with them in their struggle, it may seem prudent to know where we are, to behold the situation around us, to gaze on those with whom we must come to terms. But Arjuna has already had much experience with the warriors on both sides and should know them all. His request to be quiet in the middle suggests an unwillingness to make the difficult choice in circumstances requiring that a choice be made. The naming of characters with a variety of epithets is another characteristic of all epics and often tells us something about the characters. In verse 24, Arjuna is called “Gudakesha,” which means “Lord of Sleep.” In Arjuna, buddhi (the faculty of being awake and of making right choices) is still asleep.
15: By the end of the Gita, Arjuna will discover who he really is, and then he will have no doubt about what he should do. But at the beginning of the Gita, he has not yet made that discovery, and so he is in a state of confusion about who he is and what he should do. He hears voices all around telling him different and conflicting things. Krishna laughs (10), not at Arjuna, but at his confusion, because Krishna knows how easily that confusion will be removed when Arjuna comes to know his own nature, and he speaks words of understanding and of comfort. Arjuna has spoken wise words (11) because he has recognized the problem of mortality. But Arjuna has missed the solution. Nothing is ever destroyed; things are only transformed. Shiva, one of the three forms of the Supreme, is called the Destroyer, but that is wrong; he is really the transformer and so the regenerator. The natural condition of the world is impermanence; everything is constantly turning into its
opposite, just like the yin and the yang in the great Chinese symbol of the divided circle. The pairs of opposites come and go (14). Amid all this change and impermanence, we as observers must be steadfast and balanced (15, a theme that is elaborated at the end of the discourse in verses 54–72).
59: Verses 24–27 concern the errors into which we fall. Some people think of the divine as manifesting itself in the universe (pantheism). But that is not correct; rather the universe is a sort of magical appearance whose source is the divine but which does not limit or exhaust the divine (panentheism). The divine comprehends everything—past, present, and future; but nothing comprehends the divine. In this world, we are caught up in the delusion of duality, snared by the interplay of the
opposites.
Verses 28–30 round off this discourse and introduce several ideas that will be dealt with in the next discourse. Those who rise above the
opposites, the delusion of duality, give their devotion to the unseen Reality personified in the Gita by Krishna. They know the “Eternal,” “Self-knowledge,” and all “action”; and they know Krishna as the knowledge of the “elements,” the “Shining Ones,” and the “Sacrifice” (to use the terms in Besant’s translation). These six terms provide a segue to the next discourse, which begins by discussing them.
98,99: The myth has much more in it than the bare summary in the previous paragraph, but it is enough to make the point that the process of becoming in the world (the churning of the milky ocean) requires the
cooperation of opposites. Both the divine devas (the forces of evolution) and the demoniacal asuras (the forces of involution) are necessary. If consciousness is to evolve, it must first involve. The involutionary asuras are not evil; they are the agents of increasing materiality, unconsciousness, and separation—qualities that must precede the action of the evolutionary devas, who are the agents of increasing spirituality, consciousness, and unity. If those immortal goals are to be achieved, they must be reached from the basis of mortality.\\ The point of the myth of the churning of the milky ocean is like that of the Chinese emblem of wholeness, the t’ai chi or “great ultimate,” represented by a circle consisting of two interlinked comma-shaped halves: one black, one white, each with the seed of the other in its midst. The two halves, the yin and the yang, revolve, each becoming the other in a ceaseless process of change, as the two aspects of ultimate reality. The same point is made by H. P. Blavatsky in her discussion of the first fundamental proposition of The Secret Doctrine (1:15): “But once that we pass in thought from this (to us) Absolute Negation [Parabrahm], duality supervenes in the contrast of Spirit (or consciousness) and Matter, Subject and Object. Spirit (or Consciousness) and Matter are, however, to be regarded, not as independent realities, but the two facets or aspects of the Absolute (Parabrahm), which constitute the basis of conditioned Being.”
101: What would be the opposites of the three gates of desire, anger, and greed? Make a list of terms for each of those opposite gates (such as contentment, peace, and generosity), and every day for a month focus on practicing one of those opposites in some simple, practical way. Practice being satisfied with what comes to you, with being calm and accepting, with giving something (it might be a smile or a kind word) to those whom you meet.
102: THE BHAGAVAD GITA, Lesson 25 A. Outline Discourse 17, “The Yoga of the Division of Threefold Faith,” returns to a discussion of the three gunas or qualities of matter. Discourse 16 viewed the world as the product of a duality or complementarity: the divine and the demoniac. But every set of oppositions is resolved by a tertium quid—a third something.
Every thesis calls forth an antithesis, but then every pair of thesis-antithesis opposites is resolved by a synthesis. This Hegelian dialectic can be seen in the three gunas. The first and longest part of this discourse (verses 1-22) concerns those gunas; the last part (verses 22-28) concerns the mantra of the Gita, which can be seen as a resolution or overview of the dialectic process of the gunas.
104: The other two words of the mantra are ordinary words in Sanskrit, although they have a special meaning when combined with Om in the mantra. Tat is the pronoun for “that,” but it often refers to “that reality,” which is permanent and unchanging, in contrast with “this world,” which is transitory and mayavic or illusory. Sat is the present participle of the verb “to be,” so means “being,” but it also has the meanings of “real,” “true,” or “good.” (The
opposite of sat, asat (17.28), is nonbeing, unreal, false, and bad.)

De twee lijnen van de swastika (Solve et Coalgula) staan voor geest en stof. De ziel (tussennatuur), de wisselwerking tussen geest en substantie kan met behulp van 'Âtma-Buddhi en Kama-Manas' in een kwadrant (Tussenliggende viertal) worden weergegeven.

Het is ziel, de schakel tussen 'Geest en Lichaam', die het probleem van het ego en het hogere Zelf, van involutie en evolutie (emanationisme), de neergaande en opgaande boog kan oplossen. In essentie draait het om ‘Geest en Lichaam’, ‘Levensatoom en Atoom’, ‘These + Antithese = Synthese', de Kwintessens.

AOS REVISITED I: Over de twee kenwijzen en ons wereldbeeld (Benedict Broere GAMMA december 2004):
De animist, de materialist en de procesfilosoof
In mijn vorige artikelen in GAMMA heb ik aan de hand van een ontologisch concept genaamd AOS, getracht te onderzoeken wat de mentale achtergrond is van ons verschillend 'reageren op' en 'interpreteren van' de wereld en alles wat zich daarin voordoet, vanaf de tijd van de jagerverzamelaar tot en met de moderne mens. Uitgaande van allerlei elkaar ondersteunende inzichten en vermoedens van anderen, ben ik daarbij tot het idee gekomen dat er zich daarin een groot tweestromenland laat onderscheiden van globaal twee kenwijzen, twee vormen van ervaren van en reageren op de werkelijkheid, die in essentie elkaar in een dialectische relatie complementeren in een derde visie of kenwijze of mentaliteit (dialectiek: these, antithese, synthese, bijvoorbeeld: individu, collectief, democratie).
Aan de ene kant zie je dan de analytische kenwijze, waarin een gegeven verschijnsel mentaal wordt losgemaakt uit een omringende context, waarna het wordt geobjectiveerd tot analyseerbaar en manipuleerbaar 'ding'; terwijl eenzelfde mentaal 'losmaken' er verantwoordelijk voor is dat men zich in toenemende mate ervaart als losstaand van de omringende werkelijkheid, los van andere mensen, en zeker ook los van enige religieuze werkelijkheid. Wat dan tot expressie komt in de individualistische en materialistische mentaliteit die vooral te vinden is in de moderne westerse cultuur.

Idee en werkelijkheid (Website Benedict Broere): De wereld als een symfonie en de mens als medeschepper
Orde, patroon, idee
Ideeën die verder nog waarschijnlijk een belangrijke rol hebben in het fundamentele patroon en die dus in belangrijke mate verwijzen naar samenstelling, ontwikkeling en functioneren van zowel het menselijk bewustzijn als het universeel bewustzijn, zijn de volgende: geest-materie, zijn-worden, mannelijk-vrouwelijk, divergent-convergent, schepper-idee, energie-informatie, anima-animus, analyse-synthese, geboorte-dood, orde-chaos, actief-passief, eenheid-veelheid, ziel-zelf, opbouw-spreiding, these-antithese-synthese, mooi-lelijk, liefde-haat, goed-kwaad, waarheid-leugen, rechte lijn-cirkel, ruimte-tijd, het chakra-systeem, symbolen uit tarot, kabbala, alchemie, astrologie, mythologie.

Voor 'probleem en oplossing' kan worden gelezen 'stof en geest', 'vrouwelijk en mannelijk', de twee kanten van een medaille.

De getallen 3 (mannelijk) + 4 (vrouwelijk) = 5 (vijfpuntige ster van leven, Prana). Het pentagram met haar spits naar boven gericht is spiritueel en staat in het occultisme symbool voor de ‘rechterhand’.

Uit het werk van de Nobelprijswinnaar Ilya Prigogine blijkt dat geesteswetenschappers en natuurwetenschappers elkaar steeds dichter naderen.

Interview mit Wissenschaftshistoriker Ernst Peter Fischer - Warum es keine Weltformel gibt
Physiker von Albert Einstein bis Stephen Hawking haben sich an der sogenannten Weltformel die Zähne ausgebissen. Der Konstanzer Wissenschaftshistoriker Ernst Peter Fischer erklärt, warum die Genies scheiterten.
Frage:
Das heißt, die Naturwissenschaftler müssten weniger mathematisch denken, sondern mehr philosophisch?
Fischer: Ich denke, wir kommen viel weiter, wenn wir uns klarmachen, dass es kein Sein gibt, sondern nur ein Werden. Platon hat sich auf das Sein konzentriert, insofern sind die heutigen Naturwissenschaftler mehr oder weniger Platoniker. Der eigentliche Entdecker der Wirklichkeit war jedoch Heraklit mit seinem Satz "panta rhei" - alles fließt. Weil wir aber nicht heraklitisch denken, schauen wir in die falsche Richtung.
Frage: Heraklit sah im allgegenwärtigen Fließen den Logos als Gesetz walten. Ist dieses Gesetz nicht mit einer Weltformel zu fassen?
Fischer: Ich meine, dass die eigentliche
Einheit die Zweiheit ist. Sie finden diese Zweiheit überall: Männlich/Weiblich, Yin/Yang, Ich/Du. Der Maler Willi Baumeister sagt, dass die Natur keine Darstellung, sondern Gestaltung ist. Also eben kein Sein, sondern ein fortwährendes Werden. Gestaltung setzt bereits Zweiheit voraus, nämlich mich und das Gestaltete. Gestaltung ist ein kommunikativer Prozess. Die ganze Welt ist Kommunikation. Deshalb ist die Weltformel nicht als ein Punkt zu haben, sondern als eine Spannung zwischen Punkten.

Kwantummechanisch is elke materie golf of deeltje, deeltje of golf. Het is materie of antimaterie (prof.dr. Paul Hellings) , het is steeds ongrijpbaar, onvoorspelbaar. Elk deeltje is een grote zee van mogelijkheden zowel wat plaats als wat vorm betreft.

Interview met evolutie-pionier Alfred Russel Wallace (1823-1913):
Intelligent design sluit evolutie dus niet uit, maar stelt wel de traditionele opvatting van dat begrip onder kritiek, zuivert het van het ideologische, pre-wetenschappelijke materialisme van Darwin en vult het aan. Intelligent design is geen pseudowetenschap, zoals almaar partijdig herhaald wordt door wie beter zouden moeten weten. Of het zou moeten zijn dat Alfred Russel Wallace een pseudowetenschapper is. Hij is echter onbestreden een van de grootste biologen van de moderne tijd, bewonderd door Darwin. In veldervaring laat hij die zelfs ver achter zich.
Blijft evolutie dan toch een betrouwbare hypothese?
"Elke nieuwe ontdekking in de natuur maakt de oorspronkelijke hypothese sterker. Maar dan heb ik het over de gezonde en eerlijke evolutie, die zich niet bezig houdt met hoe zij begonnen is, en alleen maar een paar schakels volgt in een nogal voor de hand liggende keten. Over de keten zelf heeft de evolutie niets te zeggen. Wat mij betreft, ik ben ervan overtuigd dat er in een bepaalde periode in de geschiedenis van de aarde een duidelijke scheppingsdaad is geweest, dat vanaf dat moment de evolutie aan het werk is, er leiding aan is gegeven. Hoe dieper de mensen nadenken over wat zij kunnen waarnemen, des te meer zullen zij tot het inzicht komen dat het materialisme een uiterst gigantische dwaasheid is. En ik denk dat het spoedig uit de geesten zal verdwijnen. Aanvankelijk was er wel een excuus. In de autoritaire onzin en het bijgeloof van het klerikalisme heeft de evolutie een bom van de allerdodelijkste kracht geworpen. Zij, wier intelligentie beledigd en woedend was gemaakt door het absurde gedoe van priesters, sloegen door in de conclusie dat de godsdienst vernietigd was, dat een kleine reeks van redenaties het hele oneindige heelal had verklaard, dat in de modder de oorsprong van de geest lag, en in het stof zijn einde. Dat was een opvatting die geen stand kon houden. Het materialisme is voor alle intelligente geesten net zo dood als het priestergedoe. Er zijn wetten van de natuur, maar ze zijn doelgericht. Overal waar we kijken worden we geconfronteerd met kracht en intelligentie. De toekomst zal vol verwondering zijn, van eerbied, en van een rustig geloof dat recht doet aan onze plaats in het plan van de dingen. "

De Geheime Leer Deel I hoofdstuk 3 Oorspronkelijke substantie en goddelijke gedachte (p. 370/371):
Geest of kosmische verbeeldingskracht en kosmische substantie – de ether is een van de beginselen daarvan – zijn dus één en omvatten de ELEMENTEN, in de betekenis die Paulus eraan hecht. Deze elementen zijn de versluierde synthese waarmee de Dhyan-Chohans, Deva’s, Sephiroth, Amshaspends, Aartsengelen, enz. worden aangeduid. De ether van de wetenschap – de Ilus van Berosus of de protyle van de scheikunde – vormt om zo te zeggen de (betrekkelijk) ruwe grondstof waaruit de bovengenoemde ‘bouwers’, volgens het plan dat eeuwig voor hen in de GODDELIJKE GEDACHTE is uitgestippeld, de stelsels in de kosmos vormen. Het zijn ‘mythen’, zegt men ons. ‘Evenmin als ether en de atomen’, antwoorden wij. De laatste twee zijn absoluut noodzakelijk voor de natuurwetenschap; de ‘bouwers’ zijn even absoluut noodzakelijk voor de metafysica. Men verwijt ons: ‘U hebt ze nooit gezien.’ Wij vragen de materialisten dan: ‘Hebt u ooit de ether gezien, of uw atomen, of misschien uw KRACHT?’ Bovendien erkent A.R. Wallace, een van de grootste westerse evolutionisten van deze tijd en de assistent van Darwin – als hij de ontoereikendheid bespreekt van de natuurlijke selectie als enige verklaring van de stoffelijke vorm van de mens – de leidende invloed van ‘hogere intelligenties’ als een ‘noodzakelijk onderdeel van de grote wetten die het stoffelijke Heelal besturen’ (Contributions to the Theory of Natural Selection).

Elke medaille heeft twee complementaire kanten, die door de spiegelsymmetrie, het projectiemechanisme tot uitdrukking wordt gebracht. De 'eenheid der tegendelen' is een basisingrediënt in het rapport ‘E i V’. De eenheid der tegendelen brengt echter ook een tegenstelling tussen twee polen, de keerzijde tot uitdrukking.

De positieve as van het kernkwadrant, these + antithese = synthese, 1 + 1 = 3 duidt op het principe dat het geheel (kwantum) meer is dan de som der delen. Een foton is een voorbeeld van een kwantum. Maar Pythagoras heeft al onderkend dat: Een huis is meer dan een stapel bakstenen. Een melodie is meer dan een verzameling losse tonen. Een levend wezen is meer dan een verzameling cellen. Een cel is meer dan een verzameling moleculen. Emergentie verwijst naar het geheel is meer dan de som van de delen.

Dualisme kan ook aan de hand van het Yang/Yin-symbool worden verklaard. Het Yang/Yin-symbool toont twee tegengestelde, maar ook elkaar aanvullende krachten, de aantrekking en afstoting. Het Yang/Yin-symbool brengt de plus-min-spanning tussen twee polen in de schepping tot uitdrukking. Door het verbreken van de eenheid, de Monade ontstaat de polariteit, een spanning.

Naast het kernkwadrant wordt in het rapport 'E i V' ook het kwadrant van Ken Wilber gebruikt. Ken Wilber kijkt vanuit een ander perspectief naar de werkelijkheid. Hoe hangen deze kwadranten met elkaar samen? Wanneer twee of meer individuen met elkaar samen werken ontstaat er een collectief, waarvan de interacties met twee kernkwadranten, twee duaden kunnen worden weergegeven.

Elke duade in het morele -, innerlijke kompas illustreert de synthese, het 1 + 1 = 3, de eenheid der tegendelen, de Triade. Deze situatie doet zich voor wanneer twee kwalitatieve assen elkaar overlappen, Transkritische bifurcatie, figuur rechts:

Het kernkwadrant van Daniel Ofman toont de wisselwerking tussen twee polen, het brengt één duade in beeld. Ken Wilber toont in een kwadrant twéé duaden. In het kwadrant van Ken Wilber komen de vervormingen, die in het kernkwadrant van Ofman op de negatieve as worden weergegeven, niet voor. Het kwadrant van Ken Wilber toont twee positieve assen. De beide positieve assen in een kwadrant bevatten in plaats van een +/+ het +/- teken. Een ‘Ken Wilber kwadrant’ bevat geen >>> of <<< (pijltjes).

Geleidelijk is er op basis van het kernkwadrant en het kwadrant van Ken Wilber een nieuwe metafoor, het op de levensboom gebaseerde morele-, innerlijke kompas ontstaan. Het snijpunt van de twee positieve assen representeert het nulpunt, de Dodecaëder, ‘Ether en Aether’. De verticale as door dit nulpunt geeft de wisselwerking tussen 'Ether en Aether’ weer.

De drie duaden van het morele-, innerlijke kompas maken ons op een andere manier bewust hoe probleem en oplossing met elkaar zijn verbonden. Het 5Ddenkraam ('5D-concept en Ether-paradigma') bevat zowel een verfijning als een ruimere context voor het 4Ddenkraam, het kernkwadrant van Daniel Ofman. Met behulp van het morele kompas laten we zien hoe het mogelijk is ons weer met de natuurlijke kringloop te verbinden.

In plaats van twee positieve assen, twee duaden volgens Ken Wilber maakt het morele kompas van een kwalitatieve - en kwantitatieve as (immateriële en materiële as) gebruik. Het morele kompas gebruikt ook i.p.v. ‘>’ of '<' een streepje (‘-‘).
Om een specifieke toestand in een kwadrant te beschrijven wordt van de vier symbolen +, - , nulpunt (snijpunt) en de lemniscaat gebruik gemaakt.

Om de rode draad in de geschiedenis van het wereldgebeuren te duiden wordt het model van het morele kompas gebruikt. Het biedt een kader om religies met elkaar te verbinden, dus het autisme tussen religies te doorbreken. In de Westerse wereld is het geloof in God vervangen door het grenzeloze geloof in de mythe van de vrije markt. Het betekent daarmee nog niet dat de ‘as van het kwaad’ is verdwenen. God dood verklaren wil nog niet zeggen dat Hij is ontmaskerd. Met andere etiketten verandert nog niet de werkelijkheid. Het morele kompas kan worden gebruikt om zichtbaar te maken waar tegenwicht geboden is. In het rapport 'E i V' worden op basis van kwadranten verschillende inzichten gerubriceerd en onder een noemer gebracht.

De Geheime Leer Deel I Samenvatting (p. 296):
Er is geprobeerd het eerste van deze zeven hoofdstukken te schrijven en het is nu gereed. Hoe onvolledig en zwak de uiteenzetting ook is, deze is in ieder geval een benadering – in wiskundige zin – van de oudste grondslag van alle latere kosmogonieën. Het is een gewaagde poging om in een Europese taal het grootse panorama weer te geven van de periodiek steeds terugkerende wet – ingeprent in de ontvankelijke denkvermogens van de eerste rassen die bewustzijn bezaten, en wel door hen die dit bewustzijn vanuit het universele denkvermogen weerkaatsten, want geen enkele menselijke taal behalve het Sanskriet, dat de taal van de goden is, is ook maar enigszins voor die taak berekend. Ter wille van ons doel moet men echter de gebreken van dit boek vergeven.
Het voorgaande, noch wat er volgt, kan men als geheel ergens volledig aantreffen.
Het wordt in geen enkele van de zes Indiase filosofische scholen geleerd, want het betreft hun synthese – de zevende school, dat is de occulte leer.

Het begrip volheid verwijst naar het sanskriet woord bhâga, waar het begrip bhagavan van is afgeleid, de Alvervulde of de Fortuinlijke die de verpersoonlijking vormt van de filognostische synthese in de kern van het morele kompas. Het begrip gezichtspunt correspondeert met het sanskriet woord darshana (zes Indiase gezichtspunten) en vormt met zijn verscheidenheid de basis voor de filognostische hermeneutiek waarop ook de Indiase filosofie is gebaseerd.

Page from alchemic treatise of Ramon Llull, 16th century:
SOLVE ET COALGULA
De twee slangen die elkaar aanstaren te hoogte van de plexus solaris verbeelden onze Wil en de levensenergie de Chi/Ki. Dit is een zeer oud symbool gebruikt door vele esoterische scholen. Wij kennen dit symbool ook als de Caduceus. Het drukt het eeuwige leven en de oneindige cyclus van vernieuwing uit. De twee slangen fungeren ook als bewakers van de hartchakra, ze zien toe op de zuiverheid van onze gedachten. Het pentagram om zijn voorhoofd staat voor 'Aarde, Lucht, Vuur, Water en Geest'', waarin de spirituele natuur van de mens wordt gesymboliseerd. Op zijn rechterarm die omhoog wijst staat het woord Solve hetgeen o.a. betekent ergens een antwoord of verklaring voor vinden. Op zijn linkerarm staat het woord Coagula, hetgeen stamt van de alchemistische uitdrukking Coagulate wat betekent van een vloeistof veranderen in een dikke massa, indikken dus. SOLVE ET COALGULA los op en stol. Een oud alchemistisch adagium dat de kortste beschrijving geeft van het alchemistisch proces. Het proces van oplossen en doen stollen, beeldt het leiden naar het verenigen van de tegenstellingen uit, d.w.z. het vinden van de steen der wijzen.

Het begrip quaterniteit van Jung heeft op de metafoor kwadratuur van de cirkel, de 'steen der wijzen' betrekking.

H.P. Blavatsky De Geheime Leer]] Deel I Is de zwaartekracht een wet?'' (p. 540):
Meer dan één geleerde maakt bezwaar tegen zulke grove materialistische denkbeelden. Maar tot nu toe is niets in staat gebleken het getij van het grove materialisme te keren. Dit was het geval sinds de tijd van Plato, die zijn lezers herhaaldelijk verzoekt de onstoffelijke elementen niet te verwarren met hun beginselen – de transcendentale of spirituele elementen; sinds de tijd van de grote alchemisten die, zoals Paracelsus, een groot verschil maakten tussen een verschijnsel en de oorzaak daarvan, het noumenon; en tenslotte sedert Grove die – hoewel hij ‘geen reden ziet de universeel verspreide stof te ontdoen van de functies die eigen zijn aan alle stof’ – toch de term ‘krachten’ gebruikt waar zijn critici, ‘die aan dat woord niet de betekenis toekennen van een bepaalde werking’, spreken van kracht. De zwaartekracht is de enige oorzaak, de handelende god, en de stof is haar profeet, zeiden de wetenschappers nog maar een paar jaar geleden.

Begrip en Onbegrip
Ervin Laszlo bespreekt in zijn boek Het Akasha-veld, Verbinding en geheugen in kosmos en bewustzijn de relatie tussen de micro - en macrokosmos, René Meijer in zijn boek De Ether Bestaat aan de hand van 3 aanzichten, 6 gezichtspunten (Darshana's).

Morele kompas: 3 Aanzichten: Standaardmodel:
RuimteKwalitatieve as2e Top down en Bottom upFilosofie en EthiekMateriesymmetrie
MaterieKwantitatieve as1e Segulier en RegulierPsychologie en SociologieSpiegelsymmetrie
TijdVerticale as3e Analyse en OntwerpScheppingsleer en BewustzijnsevolutieTijdsymmetrie
PythagorasEsoterie: DühringFilognosieUnificatietheorieHoofdstukken: 2.14.64.7
1. Monade1e Logos1e Manifestatie4e WetLemniscaatZwaartekracht2.3.1Akasha2.47.48.4
2. Duade2e LogosGeest-stof3e WetI FeitenTijdsymmetrie2.2Synthese, Z.P.F.1.27.38.3
3. Triade3e LogosHiërarchie2e WetII PrincipesSpiegelsymmetrie2.1.1Antithese27.28.2
4. TetradeTetraktysPeriodiciteit, Karma1e WetIII PersoonMateriesymmetrie2.4.1These1.47.18.1

De 1e, 2e en 3e Logos komen met de scheppende orde 'Kether, Chockmah & Binah' (‘Wijsheid & Verstand’, ‘Passer & Winkelhaak’), de weerkaatsing van Ain-soph (Dat en Dit) overeen.

De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk Edens, slangen en draken (p. 243):
Zo weinig hebben de eerste christenen (door wie de joden van hun bijbel werden beroofd) de esoterische betekenis van de eerste vier hoofdstukken van Genesis begrepen, dat zij nooit bemerkten dat met deze ongehoorzaamheid niet alleen geen zonde werd bedoeld, maar dat de ‘slang’ in werkelijkheid ‘de Heer God’ zelf was, die evenals de Ophis, de logos of de drager van goddelijke, scheppende wijsheid, aan de mensheid leerde op hun beurt scheppers te worden29. Zij hebben nooit beseft dat het kruis zich heeft geëvolueerd uit de ‘boom en de slang’ en zo de verlossing van de mensheid werd. Hierdoor zou het het eerste fundamentele symbool van de Scheppende Oorzaak worden, toepasbaar op de meetkunde, op getallen, op de sterrenkunde, op maten en op dierlijke voortplanting. Volgens de Kabbala kwam de vloek over de mens bij het vormen van de vrouw30. De cirkel werd gescheiden van zijn middellijn. ‘Uitgaande van het bezit van het dubbele beginsel in één, dat is de androgyne toestand, had de scheiding van het tweevoudige beginsel plaats, waaruit twee tegengestelden ontstonden, die bestemd waren eeuwig te zoeken naar hereniging tot de oorspronkelijke ene toestand.
29) De lezer wordt eraan herinnerd dat in de Zohar en ook in alle kabbalistische boeken wordt beweerd dat ‘Metatron verenigd met Shekinah’ [of Shekinah als de sluier (genade) van Ain-Soph] die de logos voorstelt, de boom van kennis zelf is; terwijl Shamaël – het duistere aspect van de logos – alleen de schors van die boom bewoont, en alleen de kennis van het KWADE heeft. Zoals Lacour, die in het schouwspel van de val (hfst. iii, Genesis) een voorval zag dat tot de Egyptische inwijding behoorde, zegt: ‘De boom van de waarzeggerij of van de kennis van goed en kwaad . . . is de wetenschap van Tzyphon, de genius van de twijfel; Tzy is onderwijzen en phon is twijfel. Tzyphon is een van de aleim; we zullen hem straks tegenkomen onder de naam Nach, de verleider.’ (Les OEloim, Deel II, blz. 218.) Hij staat nu bij de kenners van de symboliek bekend onder de naam JEHOVA.
30) Dit is de opvatting die alle kerkvaders hebben aanvaard, maar het is niet de werkelijke esoterische leer. De vloek begon niet bij het vormen van man of vrouw, want hun scheiding was een natuurlijk gevolg van de evolutie, maar bij het overtreden van de wet (zie boven).

Gottfried de Purucker boek Grondslagen der Esoterische Wijsbegeerte, Deel I, Hoofdstukken 10 DE LEER VAN SVABHÂVA – ZELFWORDING – KARAKTERISTIEKE INDIVIDUALITEIT. DE MENS, ZELF-ONTWIKKELD, ZIJN EIGEN SCHEPPER. DE ‘MONADOLOGIE’ VAN LEIBNIZ TEGENOVER DE LERINGEN VAN DE ESOTERISCHE FILOSOFIE:
En hier moeten we even stilstaan bij het mysterie van de individualiteit. Bedenk dat de persoonlijkheid het ‘masker’ is (persona, in het Latijn), of de weerspiegeling van de individualiteit in de stof; maar omdat ze iets stoffelijks is, kan ze ons omlaagvoeren, al is ze in wezen een weerspiegeling van het hoogste. Het is een oud gezegde dat die dingen het gevaarlijkst zijn die iets van de werkelijkheid of waarheid in zich hebben; niet de dingen die werkelijk onwaar of onjuist zijn, omdat die vanzelf tenietgaan en na verloop van tijd verdwijnen.

<< vorige || volgende >>

Categorie: Artikelen | Rapport | Auteur: Harry Nijhof


Deze pagina werd sedert 16 dec. 2007 keer bekeken.