Zes Domeinen - Luisteren en Spreken - Zwijgen en Spreken

Willigis Jäger: Kijken, zonder iets bepaalds te willen zien.
Alleen maar open zijn
Naar een bloem kijken zonder ze te willen benoemen
Een mens accepteren zoals hij is.
Kijk ook eens mild naar jezelf…
Alfred Döblin: Taal is een vorm van liefde voor de medemens.
Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.
Als er geen overeenstemming is over een besluit wordt er doorgesproken totdat de tijd rijp is voor besluitvorming.
Wiens brood men eet, diens woord men spreekt (Psalm 41:10, Johannes 6:26).
Wie betaalt bepaalt.
Abram de Swaan Wat de formule is in de natuurwetenschap, dat is de formulering in de mensenwetenschap: de nauwkeurigste, de meest beknopte én de breedst mogelijke verwoording van iemands constateringen.
Isabella Boylston: You always have to put out to the universe what your dream is — that is in part how they become actualized.
Aadhar Het woord is het wapen van de wijze.
John G. Fuller: This is a strange story. It is either true, or it is not. That determination has to be left up to the reader.

Autisme (Probleem van het ego, 'bv-Ego', Narcisme)

Na het lezen van het artikel Autisme wereldreligies moet doorbroken in de Volkskrant van 18 oktober 2003 is met het verzamelen van informatie voor het rapport ‘E i V’ daadwerkelijk een begin gemaakt. De kwintessens die in het rapport ‘E i V’ naar voren komt wordt aan de hand van een zogenaamde 'Bewustzijnsschil' geïllustreerd. De schil is uit de vijf definities Ether-paradigma, Reflexief bewustzijn, Meta-leren (het Nieuwe leren), de Hermeneutische cirkel en de Unificatietheorie (zie onderstaande middelste kwadrant) samengesteld. De hierbij gevolgde denkwijze wordt door de publicatie Het transcenderen van de conceptueel-symbolische kode van Francis Heylighens weergegeven.

H.P. Blavatsky De sleutel tot de theosofie (p. 251/252):
Aan kinderen moet bovenal zelfvertrouwen worden geleerd, liefde voor alle mensen, altruïsme, onderlinge verdraagzaamheid en in de allereerste plaats zelfstandig en logisch denken. Wij zouden het zuiver mechanische geheugenwerk tot een volstrekt minimum terugbrengen en die tijd besteden aan de ontwikkeling en oefening van de innerlijke zintuigen, vermogens en latente capaciteiten. We zouden ernaar streven ieder kind als een eenheid te behandelen en het zo opvoeden, dat zijn vermogens zich op de meest harmonische en gelijkmatige wijze ontplooien, zodat zijn bijzondere aanleg zich volledig en natuurlijk ontwikkelt. We zouden ons richten op het vormen van vrije mannen en vrouwen, intellectueel vrij, moreel vrij, in alle opzichten onbevooroordeeld en bovenal onbaatzuchtig. En wij geloven dat veel hiervan, zo niet alles, zou kunnen worden bereikt door een juiste en echt theosofische opvoeding. 342: Tetragrammaton: De naam van de godheid in vier letters, in ons schrift IHVH. Het is een kabbalistische term die op een meer materieel vlak overeenstemt met de heilige pythagorische Tetraktys (Deel II, p. 526).

Antigone (Sophokles): (Gr. Ἀντιγόνη) is een klassieke tragedie van de dichter/tragicus Sophokles over Antigone uit de Griekse mythologie. Het motto van het stuk: om gelukkig te worden moet je verstandig handelen (maar wat is verstandig handelen...) en de goden niet tarten (maar wat is de goden tarten...). Het centrale thema van het stuk: Het individuele geweten versus de staatswetten; de morele of goddelijke wetten versus de menselijke wetten.
Exodos
Op dat moment deed Haemon een poging om zijn vader te vermoorden en toen dat niet lukte, liet hij zichzelf in zijn eigen zwaard vallen.

Bekend is Narcissus die over zijn eigen spiegelbeeld gebogen stond en daarop verliefd werd en die tenslotte in het water verdronk.
Narcisme is een term uit de psychologie. Het is een vorm van gedrag dat wordt gekenmerkt door een obsessie met de persoon zelf (vaak het uiterlijk), egoïsme, dominantie, ambitie en gebrek aan inlevingsvermogen. Iemand die narcistisch gedrag vertoont, noemt men een narcist.
Het tegenovergestelde van egoïsme is altruïsme.

Op het eerste gezicht heeft een narcist een zeer sterk gevoel van eigenwaarde en straalt zelfvertrouwen uit. Het tegendeel is het geval. Narcisten hebben, meestal onderbewust, juist weinig gevoel van zelfwaarde en compenseren dit door zich als beter of belangrijker dan anderen te beschouwen. Dit wordt wel de narcistische paradox genoemd.
Om zich te beschermen tegen kritiek heeft een narcist niet veel aandacht voor de mening of de gevoelens van anderen en zo vaak een onderontwikkeld
inlevingsvermogen. Het hebben van een narcistische persoonlijkheid kan daardoor een bezwaar vormen bij de uitoefening van bepaalde functies waarbij anderen dienen te worden beoordeeld.

Levenskunst & Levensgeluk, deel 8: Levenskunst in een posthumanistisch tijdperk (Heidi Muijen Civis Mundi Digitaal #77 februari 2019 - I):
Mediale levenskunst als deconstructieve praktijk
Volgens de mythe bleef Narcissus in dat beeld gevangen en werd hij verliefd op zichzelf. Levenskunst vraagt de kleine wereld van het ego open te breken op een weg van deconstructie. Waar een algoritme berust op het tellen van vinkjes die mij als consument of als patiënt of als … definiëren, daar betekent het bewuste zien van patronen in het zelf(beeld) het opmerken hoe daarin zelf en ander samenkomen. Wie ben ik zelf en wie of wat is de ander (het andere) in het spiegelende water? Het gaat er in die deconstructieve, fenomenologische praktijk om zich primair bewust te zijn dàt men zich steeds in een tussensfeer of medium bevindt. Op die ervaringsbasis verdwijnen vanzelfsprekendheden in de spiegelende beelden die op het water van bewustzijn golven.
Wijsheidstradities in Oost en West, Noord en Zuid
Het mysterie van het elementaire bestaan, van het geworteld zijn (waar komen wij vandaan?) en het groeien naar de hemel (waartoe zijn wij op aarde?), is
bespiegeld door wijsheidstradities in Oost en West, Noord en Zuid; in de vorm van mythen, beelden, meditaties en poëtische teksten. Deze vruchten van verbeeldingskracht zijn via mondelinge overlevering en geschriften eeuwenlang beoefend en doorgegeven.

Luisteraars (Eric Baars Volkskrant 8 december 2017 p. 25):
Welgeteld één keer komt het woord voor in het verhaal over het gebakkelei rond de Nieuwsshow (V, 7 december): luisteraars. 'Omroepen', 'directeuren' en 'zendermanagers' staan er een stuk vaker in. Conclusie: in Hilversum vinden omroepego's vooral elkaar belangrijk. Kijkers en luisteraars spelen nauwelijks een rol. Dat is voor het draagvlak van de publieke omroep, dat toch al klein is, geen goednieuwsshow.

“Zelfredzaamheid ontrafeld: de theorie en de beleving in de praktijk” (Michiel van Dalen 1 juni 2014 p. 4):
Een onderzoek naar het perspectief van
zelfredzaamheid in verschillende beleidscontexten voor de domeinen veiligheid en zorg en de manier waarop professionals hier in de praktijk betekenis aan geven.
Conclusies die uit het onderzoek naar voren zijn gekomen zijn de dreigende
tweedeling in de samenleving door de ontwikkeling van zelfredzaamheid, de belemmerende werking van regels en wetten opgelegd door de overheid (loslaten versus sturen), vertrouwen in elkaars competenties en (on)mogelijkheden om taken los te laten en het feit dat zelfredzaamheid vraagt om maatwerk. Ook is duidelijk geworden dat zelfredzaamheid niet iets vanzelfsprekends is. Niet iedereen is zelfredzaam en in staat om voor zichzelf te zorgen. Zelfredzaamheid is niet iets wat je op kunt leggen, maar het vraagt om meervoudige inspanning van alle betrokken partijen, burgers, organisaties en de overheid. Zelfredzaamheid heeft aandacht nodig om de transitie van een verzorgingsstaat naar een zelfredzame samenleving te doorstaan.
9: Koning Willem Alexander beschreef de participatiesamenleving als volgt: “Het is onmiskenbaar dat mensen in onze huidige netwerk- en informatiesamenleving mondiger en zelfstandiger zijn dan vroeger.
Gecombineerd met de noodzaak om het tekort van de overheid terug te dringen, leidt dit ertoe dat de klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving. Van iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen leven en omgeving.”

Autisme bekeken vanuit een spiritueel perspectief (Merel, blogger, teamlid van Nieuwetijdskind):
‘Autisme is levensbreed en levensdiep’.
Autisme heeft invloed op je biochemie, je neurobiologie, je psychologie, je motoriek, je cognitieve en verbale vaardigheden, je sociale ontwikkeling, je seksualiteit, je mogelijkheden in onderwijs, werk en relaties, je geestelijke gezondheid, werkelijk op álles. In wetenschappelijke termen hebben mensen met autisme problemen met de centrale coherentie. Hun hersenen hebben moeite met het ordenen van binnenkomende prikkels tot een coherent geheel waarmee zij de wereld om zich heen begrijpen en er adequaat kunnen handelen. In de praktijk komt het erop neer dat ze totaal overspoeld worden door de enorme hoeveelheid prikkels die ze over zich uitgestort krijgen. Ze kunnen die prikkels niet in het tempo verwerken dat de maatschappij van hen eist en vallen daardoor uit op school of kunnen niet functioneren in een reguliere baan. Het betekent niet dat ze het helemaal niet kunnen, alleen dat dat langer duurt. En daar komt het probleem met onze maatschappij om de hoek kijken: het mág niet langer duren. Op school moet je je aan het klassikale curriculum houden en op je werk wordt je geacht een zekere productiviteit te behalen.

Extentialistische en metafysische problemen van mensen met autisme
In mijn eerdere artikel Autisme bekeken vanuit een spiritueel perspectief heb ik kort verteld over de maatschappelijke problematiek rondom autisme, de geestelijk/spirituele achtergrond van autisme en de kernkwaliteiten. In dit artikel ga ik dieper in op de meer individuele, klinische problemen van autisme die een goed functioneren verhinderen. Ik gebruik bewust het woord ‘klinisch’, want hoewel ik autisme niet als een permanente handicap zie, is er wel degelijk sprake van een malfunctioneren. Om die reden ben ik er dan ook geen voorstander van om alle ‘etiketten’ maar overboord te gooien, omdat ze wel degelijk informatie geven over waar de crux zit.

De moderne autist leeft in een bubbel of onder een stolp (Ton den Boon Trouw 2 augustus 2017):
Mensen die niet aan autisme lijden maar toch in een eigen wereld leven en nauwelijks oog hebben voor signalen van buitenaf, worden de laatste tijd geregeld autisten genoemd. Het lijkt er dan ook op dat autist hard op weg is een scheldwoord te worden. Dat geldt ook voor autistisch. Maar al te gemakkelijk zeggen we tegen iemand die geheel z'n eigen gang gaat: 'Doe niet zo autistisch!'

Nieuw kabinet bewaart de nivellering tot het laatst (Robert Giebels Volkskrant 18 oktober 2017 p. 7):
Doet Rutte III meer voor de rijken of de armen? Voor de oppositie is duidelijk dat jan modaal de rekening betaalt. Maar is dit wel zo? De conclusie is niet eenduidig. Veel hangt af van de vraag of het kabinet de rit uitzit.
Het eerste wat wel een rol speelt is de invoering van de 'tweetaks', twee belastingschijven. Een van 36,89 procent en, voor inkomens boven de 68.600 euro, een van 49,5 procent. Daardoor betalen lage inkomens 700 miljoen euro meer belasting. Midden- en hoge inkomens betalen 6,2 miljard euro minder belasting. Dat maakt de inkomensverschillen groter.
Het huidige demissionaire kabinet-Rutte II had deze lastenverlichting van per saldo ruim 5 miljard al vastgelegd, inclusief twee belastingschijven met vrijwel dezelfde percentages als waar het nieuwe kabinet nu toe heeft besloten.

#MeToo haalt seksueel geweld uit de taboesfeer, maar lost het het probleem ook op? (Jeroen van Raalte & Maaike Vos Volkskrant 18 oktober 2017 p. 4-5):
Met de hashtag #MeToo delen duizenden Nederlandse vrouwen hun ervaringen met seksueel misbruik en intimidatie op sociale media. De actie moet seksueel geweld uit de taboesfeer halen, en aantonen hoe wijdverbreid het is.
Ik doe dit om openheid te creëren. Ik wil dat de omstanders hun ogen open doen en mensen hun nek uit durven steken. Zelfs als dat niet gewenst is en ook bij iemand die invloedrijk is, moeten ze durven zeggen: dit kan niet, dit moet je niet doen. Ik voel de noodzaak om aan jonge actrices te laten zien dat ze dit niet hoeven pikken.'

Chinese droom is Amerikaanse nachtmerrie (Heleen Mees Volkskrant 1 november 2017 p. 26):
Terwijl Europa in scherven uiteen dreigt te vallen en de Verenigde Staten lijken af te stevenen op een constitutionele crisis, heeft het Negentiende Partijcongres de Chinese president Xi Jinping op een nieuw voetstuk geplaatst. Xi hoort nu definitief thuis in hetzelfde rijtje als zijn illustere voorgangers Mao Zedong en Deng Xiaoping, die China in het eerste en tweede tijdperk van de Chinese wederopstanding leidden.
Dat het tijdperk-Xi de cirkel rond maakt, mag blijken uit het gedachtengoed van Xi dat nu officieel opgetekend is in het handvest van de Chinese Communistische Partij.\\ De auteurs constateren dat met name mannen te lijden hebben onder het verlies aan banen in de productiesector doordat hun marktwaarde voor vrouwen is gedaald en ze minder aantrekkelijke huwelijkspartners zijn geworden.
Dat heeft op zijn beurt tot allerhande sociale problemen geleid. In vergelijking tot gebieden die niet een soortgelijke handelsschok hadden ondervonden, zijn in de Rustbelt de huwelijksgraad (percentage gehuwden) en de vruchtbaarheid (aantal kinderen per vrouw) gedaald terwijl het aantal echtscheidingen, de kinderarmoede, het aantal buitenechtelijke geboorten, de sterfte en de verslaving aan opiaten allemaal zijn toegenomen. Hoewel het aantal wanhoopsdoden (door zelfmoord en verslaving) onder witte laagopgeleide Amerikanen sinds 1990 toeneemt, laten de statistieken een verbluffende stijging zien sinds 2001. Inmiddels is de verslavingsepidemie (heroïne en andere opiaten) niet langer beperkt tot de Rustbelt. Ook op de straten van New York liggen nu mensen te creperen.
Tegelijkertijd zie je in de Chinese toeristen in New York een reflectie van de enorme welvaartsstijging die China momenteel doormaakt.

Geld en macht als vrijbrief (Heleen Mees Volkskrant 18 oktober 2017 p. 26):
In het eerste geval ging het om Ivanka Trump en Donald J. Trump jr., die investeerders bezwendelden bij de verkoop van appartementen in de in aanbouw zijnde Trump SoHo-toren. Het tweetal vertelde potentiële kopers dat al meer dan de helft van de appartementen verkocht was, terwijl het in werkelijkheid om slechts 15 procent van de appartementen ging.
Het team economische delicten van het Manhattan District Attorney's Office had al strafklachten voorbereid, maar die werden door Vance van tafel geveegd nadat hij bezoek had gehad van Trumps advocaat Kasowitz. In de maanden daarna doneerde Kasowitz 20 duizend dollar aan Vances campagne en zorgde hij dat anderen nog eens ruim 50 duizend dollar schonken.

'Hallo gewone, normale Nederlanders' (Keyvan Shahbazi Volkskrant 17 oktober 2017 p. 22):
Als je 'al generaties' een band moet hebben met dit land om een 'gewone, normale Nederlander' te zijn, maakt het ook niet uit of je jezelf succesvol hebt 'ingevochten' of niet.
Ik heb in het verleden wel iets erg doms gedaan waar ik heel veel spijt van heb. Ik heb mijn gewone, normale Nederlandse kinderen een niet gewone, normale Nederlandse roepnaam gegeven. Buiten hun schuld dragen ze ook al mijn achternaam. Mijn vaderhart breekt elke keer weer, als ik zie dat ze daardoor anders worden benaderd door de gewone, normale Nederlanders.

Zijn blote benen een onaantastbaar mensenrecht? (Thomas von der Dunk 7 maart 2017):
Cultureel psycholoog Keyvan Shahbazi, een voormalige Iraanse vluchteling, hekelde in De Volkskrant onder de titel Zweedse regering verraadt Iraanse vrouw met bezoek aan Iran'' deze culturele capitulatie. In Iran zelf vechten immers veel vrouwen tegen de verplichting een hoofddoek te dragen, als cruciaal zichtbaar onderdeel van een poging tot hun onderwerping aan de benepen normen van een theocratie, waarop door een paramilitaire zedenpolitie toezicht gehouden wordt. Shahbazi wijst op de fundamentele ongelijkheid die in Iran bestaat: vrouwen gelden er maar als halve mensen, ze erven maar de helft van wat hun broers erven en hun getuigenis weegt maar de helft van die van een man.

'Hoog risico op recidive moet grond voor tbs zijn' (Chris Rutenfrans interviewt Wineke Smid Volkskrant 17 oktober 2017 p. 23):
'De gedachte dat mensen gevaarlijk zijn omdat ze een stoornis hebben en dat, als je die stoornis verhelpt, zij niet meer gevaarlijk zijn, is een misvatting gebleken,' betoogt psychologe en onderzoeker bij De Forensische Zorgspecialisten, Wineke Smid.
U zei ook in Buitenhof dat voor de meeste zedendelinquenten straffen heel goed helpt.
'Dat wordt ook altijd verrassend gevonden. Mensen denken dat straffen niet helpt. Maar de meeste zedendelinquenten hebben niet zo'n hoog recidiverisico. Die denken: dit gebeurt me niet nog eens. Die hebben aan straf wel genoeg. Iemand die zegt dat hij trots is op zijn verkrachtingen is een heel zeldzame uitzondering. De meesten vinden het zelf ook niet zo geweldig wat ze gedaan hebben. Maar er zijn ook bijzonder recidivegevoelige zedendelinquenten. Die moeten behandeld worden.'

Psycholoog Maurice Magnée: 'Tegenwoordig is er wél aandacht voor de hersenmechanismen die aan de basis liggen van autisme. En dat is maar goed ook, zegt hij, want autisten zijn niet asociaal. 'Ze leven in een andere werkelijkheid. En dat komt doordat hun informatieverwerkingssysteem is verstoord.'
Mensen met autisme zijn sociaal niet zo vaardig, communicatief en taalkundig niet sterk, en gedragen zich op een rigide manier.
Daarnaast zijn ze te veel gefocust op details en hebben ze te weinig oog voor het grotere geheel. Psycholoog Myriam Vandenbroucke, een collega van Magnée, laat in haar proefschrift zien dat die afwijkende waarneming te wijten is aan een verstoorde communicatie tussen bepaalde neurale netwerken in de hersenen.
Vandenbroucke ontdekte tijdens haar onderzoek dat er iets mis is met het zogeheten feedforward-feedback-mechanisme in het autistische brein. Feedforward-verbindingen lopen van de lagere, eenvoudige visuele gebieden naar de hogere, complexe gebieden; feedback-verbindingen lopen precies de andere kant op. De interacties tussen de lagere en hogere visuele gebiedjes verlopen razendsnel. Ze zorgen ervoor dat we, bijvoorbeeld, gelijktijdig iemands gezicht als geheel zien, én het moedervlekje op zijn wang.
Vandenbroucke: ‘Metingen met behulp van EEG en fMRI laten zien dat bij mensen met autisme de interacties tussen de neuronen binnen elk visueel gebied afwijken. Deze zogeheten horizontale verbindingen kunnen signalen zowel remmen als versterken. Bij autisten is de remming verstoord, waardoor het feedforward-feedback-mechanisme uit balans raakt. Het brein is daardoor wellicht slechter in staat informatie te groeperen, iets wat nodig is om een globaal overzicht te krijgen (Volkskrant 10 mei 2008).’

Autisme, Asperger, PDD NOS
Verzamelnaam voor autisme
De verzamelnaam voor alle verschillende soorten ontwikkelingsstoornissen is autisme spectrum stoornis (ASS). Hierbij is sprake van een stoornis in de informatieverwerking in de hersenen. Dit heeft tot gevolg dat mensen met autisme minder goed sociale contacten kunnen leggen, de communicatie verloopt moeizamer (dingen die gezegd worden worden vaak verkeerd geïnterpreteerd of er volgt een verkeerde reactie). Mensen met autisme hebben een gedragspatroon dat zich herhaald. Hun interesse en activiteiten kunnen gericht zijn op één onderwerp of een zeer beperkt aantal onderwerpen. Voor andere zaken tonen zij geen belangstelling. Mensen met autisme zijn vaak gevoeliger of juist minder gevoelig voor bepaalde prikkels, zoals pijn of geluiden. De kenmerken verschillen per persoon omdat de verstoorde informatieverwerking bij iedere persoon met autisme anders is. Ook de levensfase waarin iemand zich bevindt speelt daarin een rol. Jongens en mannen hebben vaker te maken met autisme dan meisjes en vrouwen.

====

Dialectiek (Dichotomieën, Wederkerigheid)

Over de komst van het Koninkrijk Gods (Lucas 17:20-21):
20 En gevraagd zijnde door de Farizeeën, wanneer het Koninkrijk Gods komen zou, heeft Hij hun geantwoord en gezegd: Het Koninkrijk Gods komt niet met uiterlijk gelaat.
21 En men zal niet zeggen: Ziet hier, of ziet daar, want, ziet, het Koninkrijk Gods is binnen u.
Helena Blavatsky: Het Heelal wordt van binnen naar buiten bestuurd en geleid. Zoals boven, zo is het ook beneden, zoals in de hemel, zo ook op aarde; en de mens – de microkosmos en het verkleinde evenbeeld van de macrokosmos – is de levende getuige van deze universele wet en van haar manier van werken. (Geheime Leer, Deel I, p. 301)
George Orwell: Sommige ideeën zijn zo fout dat alleen een heel intelligente mens daarin zou kunnen geloven.
Antonio R. Damasio: Alle mensen hebben een heel goede én een heel slechte natuur. (Volkskrant 13 februari 2010)
Deepak Chopra: We zijn geen lichamelijke wezens met een spirituele ervaring, maar spirituele wezens met een lichamelijke ervaring.
Hans Feddema: De tocht naar bewustwording, dat er heel wat meer tussen ‘hemel en aarde’ is dan we denkend weten en dat die tocht in ons zelf (ons binnenste) begint.
Tomáš Sedlácek: Het is niet de taak van politici en economen om het bruto nationaal product zoveel mogelijk te doen groeien, maar om het verschil tussen de vette en magere jaren te verkleinen (Arnon Grunberg Volkskrant 21 april 2012).

Socrates schrijft geen artikelen, citeert geen boeken en houdt ook geen lange uiteenzettingen. Hij is geen ‘schriftgeleerde’ maar gaat daarentegen op onderzoek in een gesprek met mensen. Uit de Phaedrus blijkt dat Socrates niet gelooft in kennisoverdracht via teksten en voordrachten. Echte kennis is voor hem evaluatief en levendig. Vaardigheden en informatie gelden op zich niet als kennis omdat de doelen waarvoor de vaardigheden worden ingezet en de conclusies die uit die informatie worden getrokken buiten de kijker staan. Daarom kan echte kennis pas worden opgedaan in een wederzijds gesprek waarin de leraar samen met zijn gesprekspartners overtuigingen en oordelen onderzoekt op basis van eigen ervaringen. Zo’n onderzoek heeft als effect dat er nagedacht wordt over wat gemeenschappelijk is, dat er plaats is voor twijfel en onwetendheid, dat de leraar even geëngageerd en zoekend is als zijn leerlingen en dat er een dialectiek op gang komt die beiden in staat stelt het onderzoek nog verder door te voeren. In de Lachès zegt Nicias, een Atheens generaal, hierover : « Je zult daarna ongetwijfeld zorgvuldiger leven als je zijn onderzoek niet uit de weg gaat en bereid bent, en het normaal vindt…je leven lang te blijven leren en niet te denken dat het verstand met de jaren vanzelf komt » (Plato, Laches, 187e-188c).
De kennis die Socrates zijn gesprekspartners wil bijbrengen is vooral zelfkennis.

H.P. Blavatsky PRAKTISCH OCCULTISME Twee verhandelingen (p. 23/24):
Laten degenen die zich beklagen, dat zij in de Theosofische Vereniging weinig geleerd hebben, zich de woorden ter harte nemen, die in een artikel in The Path van Febr. jl . voorkomen : "De sleutel in elke graad is de aspirant zelf". Het is niet "de vreze des Heren" die ,,het begin van wijsheid" is, maar de kennis van het Zelf", welke is de Wijsheid Zelve. Hoe groots en hoe waar blijkt dan voor de bestudeerder van het occultisme , die enige der voorgaande waarheden is gaan beseffen, het antwoord dat het orakel van Delphi gaf aan allen die occulte wijsheid kwamen zoeken - de woorden die telkens weer met nadruk werden herhaald door de wijze Socrates -: MENS, KEN UZELF
47: De aspirant heeft een volstrekte keuze te doen, tussen het leven van de wereld en het leven van de occultist. Het is nutteloos en vergeefs, te trachten de beide te doen samengaan; want niemand kan twee heren dienen en beiden tevreden stellen. Niemand kan zijn lichaam dienen en de hogere ziel, of tegelijk aan zijn gezinsplicht voldoen en aan zijn universele plicht, zonder hetzij het ene hetzij het andere uit zijn rechten te ontzetten; want hij zal of zijn oor lenen aan de "stille kleine stem" en er niet in slagen het geroep van zijn kleine kinderen te horen, of hij zal slechts luisteren naar de behoeften van laatstgenoemden maar doof blijven voor de stem van de Mensheid .

Dialectiek is in het algemeen gezegd ofwel een redeneervorm die door middel van het gebruik van tegenstellingen naar waarheid probeert te zoeken, dan wel een metafysica, volgens welke zowel het denken als de wereld verandert c.q. zich ontwikkelt, ten gevolge van tegenstellingen (Hegel, Marx en navolgers). Het begrip heeft een lange geschiedenis in de traditie van het westerse denken die nog steeds meeweegt in de betekenis.
In de klassieke tijd was het nog meer dan tegenwoordig een argumentatievorm. Het woord dialectiek gaat terug op het Griekse dialegomai, "converseren", evenals dialoog en dialect ("spreektaal"). Zeno (van Elea) wordt door Aristoteles de uitvinder van de dialectische kunst genoemd maar in zeer brede kring wordt Aristoteles zelf beschouwd als de meester of stichter van de dialectiek, temeer omdat het begrip dialectiek zelf al snel bijna geheel samenviel met dat van de (formele) logica (die van Aristoteles afkomstig is). Kant hanteerde een transcendentale dialectiek en in de tijd van Hegel en Marx kreeg het begrip er een aparte betekenis bij.

IJsschotsspringen of Een gedicht tegen de zomer (Remco Campert Volkskrant 14 mei 2016 bijlage Sir Edmund p. 19):
Het zomert. In zomerwarmte gedijt de poëzie niet. Of speld ik mezelf wat op de mouw? Is het een luie geest in een lui lichaam? Jaren geleden schreef ik een gedicht tegen de zomer:
Niets is er vernielender dan de warmte.
De kou houdt in stand is statisch
de warmte beweegt met de vernieling mee
en wekt een valse schijn van zon
gezondheid zinvolle zonde (...)
Schenk me liever klare kou en koffie.
Destructie bevroren duidelijk zichtbaar
en aanvaardbaar.
Wie in de kou zit schept geen illusies
maar schept sneeuw vrij en ongenaakbaar
in de menselijke soms
bovenmenselijke winter.

Wat kan een mens toch zeker van zijn zaak zijn, vooral in poëzie. In het dagelijks leven heb ik dat niet. Ik sta midden in de kamer en twijfel. Wat wilde ik ook alweer, waarom sta ik hier? Dit schijnt een verschijnsel van de ouderdom te zijn. Het hier geschrevene moet geen dagboek worden. Wie legt wie toch zulke regels op? Het is allemaal een kwestie van doorschrijven tot je ergens aanspoelt. Zo leef ik mijn hele leven al. IJsschotsspringen met de ogenblikken. Nu weet ik waar ik, midden in de kamer staande, naar op weg was. Ik was op weg naar een van mijn vele dode dichtersvrienden, Hugo Claus. In Stèle schrijft hij:
Alhoewel verstrooid en uiteindelijk vernietigd door rede
blijven zij toch in leven, die momenten die je rangschikt
tot zoiets als een bestaan.
Hoezeer je wilt vergeten en verliezen, het is te veel gevraagd,
een onbestaan, rare sporen blijven over.
Wat wij leren als wij zoeken naar een wezen tussen ziel
en vel, het is de wet: weg wezen!
Hadden wij kunnen kiezen tussen mens of steen, o dan, o dan...
Maar de ellendeling verkoos mens te zijn, dat zal hem leren.

Uit een nawoord van Sigrid Bousset bij de bundel Restanten (De Bezige Bij, 2016) van de theatermaker Jan Fabre, citeer ik:
'Het zijn teksten die getuigen van een radicale eenzaamheid, omringd door echo's van personages die leven in een hiernamaals, spookaanwezigen in een onbestemde tijd.'
Een zo'n tekst:
Slaap is net het sluitstuk
van de oude dag
Wanneer ik slaap
vallen de maan en de sterren naar beneden
in mijn open ontspannen mond
en verspreid ik licht van buitenuit
Slaap is het vertrekpunt
van de nieuwe dag
En wanneer ik ontwaak valt de zon
in mijn open verbaasde mond
en verbrand ik van binnenuit.

Wat betekent het voor mij om mens te zijn? Existentialisme
Er bestaat geen andere wereld dan de menselijke wereld (Sartre, 1946)

Religieuze identiteitscrisis (Wim Couwenberg Civis Mundi #3 28 september 2010):
Met de komst van een
nieuw tijdperk van verlichting blueblackblue%Sören Kierkegaard. Binnen het kerkelijk georiënteerde christendom - vooral in de meer vrijzinnige en liberaal-charismatische groeperingen in kerkelijk verband[4] - dringt het gedachtegoed van New Age trouwens eveneens door. Ook ontwikkelt zich sinds de jaren zeventig een christelijk geïnspireerde variant van New Age[5] die evenals het traditionele christendom blijft geloven in een postmortaal levensperspectief, maar wel op een geheel andere wijze, namelijk door aan te knopen bij de oude leer van karma en reïncarnatie, maar dan wel in een sterk gemoderniseerde vorm.[6]

De poëtische politieke visie van Novalis Aanvulling bij de boekbespreking van Helena Bloem (Piet Ransijn Civis Mundi #36 april 2016):
Toen Engeland en Frankrijk expansief bezig waren, was het in vele staatjes opgedeelde Duitsland meer introvert bezig met zijn eigen identiteit en (politieke) integratie. Weimar en Jena waren aan het einde van de Verlichtingstijd en het begin van de Romantiek het culturele centrum van Duitsland met een zelden vertoonde concentratie van denkers en dichters onder de bezieling van Goethe en Schiller, misschien te vergelijken met het oude Athene. Daarna verschoof de focus naar Berlijn, nadat Wilhelm von Humbold, die ook in Jena woonde, de Berlijnse universiteit stichtte in 1810 met de filosoof Fichte als eerste rector. Ook de gebroeders Schlegel en Tieck gingen van Jena naar Berlijn, waar de theoloog Schleiermacher en de toonaangevende filosofen Hegel, Schelling en Schopenhauer hebben gedoceerd. Kierkegaard, Marx en Engels en vele anderen volgden hun colleges.
Integrale wetenschap en filosofie
Op het geestelijke gebied van wetenschap en filosofie werd Duitsland eerder een leidend land dan op politiek gebied. Het verloor zijn leidende wetenschappelijke positie door de ‘brain drain’ en Jodenvervolging onder de Nazi’s, die te beschouwen zijn als een morbide uitwas van de Romantiek, die met Novalis gezond en veelbelovend was begonnen. Joodse geleerden vormden onder de Duitse denkers en dichters cultureel kapitaal van onschatbare waarde.

Dichter bij de wetenschap, een complementaire visie.
Deel 3: Dichter bij een verenigende veldtheorie van de natuur en het bewustzijn. (Piet Ransijn Civis Mundi #27 8 oktober 2014):
Schelling: verruimd empirisme en eenheidservaringen
Schelling (1775-1854) was een jeugdvriend, voorloper en opponent van Hegel, die hem heeft overschaduwd. Marx en Kierkegaard hebben filosofie bij Schelling en Hegel gevolgd. Schelling was gepromoveerd in de natuurkunde. Hij was de filosoof van de Romantiek en raakte bevriend met dichters als Goethe, Schiller, Hölderlin, Tieck en Novalis, die verwante ideeën hadden. Nico Schulte schreef een Dissertatie over Schelling, Self and Being. Wat betreft de diverse fasen in zijn denken, beperken we ons tot het basisidee van de identiteitsfilosofie en zijn filosofie van de natuurwetenschap.

Geïnstitutionaliseerde criminaliteit op grote schaal in de farmaceutische industrie (Piet Ransijn Civis Mundi #35 6 februari 2016):
2. Bekentenissen van een ingewijde: over de auteur
Gøtzsche (1949) studeerde biologie en chemie, later medicijnen. Hij werkte 8 jaar in de farmaceutische industrie, als artsenbezoeker en medicijnenverkoper, productmanager en onderzoeker van verkoopcampagnes waarin hij dreigde ‘zichzelf te verliezen’, ”de ergste vergissing die je kunt maken,” aldus de Deense filosoof Kierkegaard die hij las. “Als je niet alleen artsen voor de gek houdt maar ook jezelf, wordt het te pijnlijk” (p 40).
Mede daarom werd hij zelf arts en ging werken als onderzoeker in ziekenhuizen en aan de universiteit van Kopenhagen als hoogleraar Opzet en Analyse van Klinisch Onderzoek. Zijn specialiteit is
statistiek en onderzoeksmethodologie (p 21). Hij weet dus als geen ander hoe onbetrouwbaar onderzoek van farmaceutische bedrijven is. Hij heeft geleerd hoe je artsen kunt manipuleren om de verkoop op te schroeven. Hij kent de trucs, leugens en misdadige praktijken en heeft onderzocht hoe dodelijk deze zijn en hoe talloze sterfgevallen weggemoffeld worden.

Levenskunst & Levensgeluk – VI – Mediale Levenskunst (Heidi Muijen Civis Mundi digitaal #29 29 februari 2015):
2. Rizzuto’s verfrissende stem in het filosofische debat
Waar huidige liberale vormen van levenskunst (zowel de populaire als filosofische) de nadruk leggen op het vrije individu, verplaatst Rizzuto het accent naar gemeenschapsvorming. De geschetste unieke kans in de geschiedenis ziet hij evenwel door maatschappelijke sturingsmechanismen ondermijnd, waarbij hij onder meer naar Foucaults analyse van de alomtegenwoordigheid van machtsmechanismen en processen van disciplinering verwijst.
Deze laatste diagnose deelt de auteur met Dohmens uitwerking van een laatmoderne levenskunst. Hij maakt evenwel duidelijk dat Dohmens analyse geen antwoord en alternatief biedt op de gedeelde constatering dat het Verlichtingsdenken en het liberale ideaal van autonomie en maakbaarheid onvoldoende voorwaarden scheppen voor het realiseren van een actuele levenskunst. Rizzuto’s kritiek is niet mals: de problematisering van de typisch Westerse overschatting van autonomie en maakbaarheid leidt niet tot een kritische reflectie “waar levenskunst om zou moeten draaien. Ironisch genoeg is Dohmen zelf het levende bewijs van zijn ongelijk. Blijkbaar gaapt er ook bij hem een onoverkomelijke kloof tussen theoretische bezinning en praktische toepassing. En hier wringt hem de schoen van de westerse levenskunst als zodanig, in ieder geval in haar seculiere varianten zoals bij de Stoa, Montaigne, Schopenhauer of Foucault.
3. Het radicale van het mediale
Want ethiek, opgevat in de ruime betekenis van ethos of handelen, heeft uiteindelijk haar bron in de mystieke ervaring. … Uit dit besef ontspringt een ethische deugd als grootmoedigheid die al in de klassieke traditie een belangrijke plaats innam.
(p. 22)
Om ons iets bij die ervaring van het mediale te kunnen voorstellen citeert de auteur rijkelijk uit dichterlijke teksten die getuigen van een zich één voelen met de natuur of het ervaren van een dieptedimensie van het bestaan. Het bestaan van een, door meerdere tradities erkende prereflexieve, ervaringsgrond legt hij uit aan de hand van de metafoor van het zien met drie ogen (het oog van eenheid, het tweede oog van het maken van onderscheid en het derde oog van niet-tweeheid). Hierbij verwijst hij naar diverse auteurs uit Oosterse en Westerse wijsheidstradities, onder meer de Boeddhistische wijze Dogen en naar de beroemde dichtregel van Angelus Silezius Die Ros ist ohne warum, Sie blühet weil sie blühet (pp. 44-45).
Een misverstand dat hier op de loer ligt, is dat het zou gaan om verheven poëtische of mystieke uitingen die slechts voor weinigen zijn weggelegd. In mijn ogen doelt de auteur op een radicaal menselijke mogelijkheid die openstaat voor een ieder die bereid is enkeling te worden, zoals Kierkegaard het verwoordt. Ieder mens heeft de mogelijkheid zich zelf te ervaren, als een zelfverhouding die zich verhoudt tot het oneindige. Dit kan per definitie alleen vanuit het eigen unieke zijn. En wel op elk ogenblik, op iedere plaats. In die zin versta ik de woorden van Alessandro Baricco, dat de auteur als motto citeert: ‘de heruitvinding van de oppervlakte als plaats van betekenis…’.

Levenskunst en Levensgeluk – deel IV Het volle leven (Heidi Muijen Civis Mundi 28 oktober 2013):
3. Congruentie in levensgeluk: zo binnen zo buiten, zo boven zo beneden!
In de spelworkshops verbeelden en herkaderen mensen hun persoonlijke geluksmoment als een ervaring van elementair levensgeluk. Dat wil zeggen dat het taalspel van de elementen (aarde, water, lucht, vuur en ether) dienst doet als betekenisgevend kader ten behoeve van een fenomenologische beschrijving van de ervaring. Daarna laat ik mensen zich de vraag stellen hoe deze geluksbeleving kan dienen als een ankerpunt voor de levensreis. Hoe kunnen mensen aan de momentane en persoonlijke ervaring een ijkpunt ontlenen voor het goede in leven en loopbaan? Inzichten uit de filosofie van de levenskunst (de antieke scholen van het scepticisme, het hedonisme, het cynisme, de Stoïcijnen en uit de modernere existentiële filosofie van Kierkegaard en Nietzsche, Sartre en Schmid, Fromm en Nussbaum) geven mensen aanvullende en versterkende, inzichtgevende en confronterende perspectieven voor de vraag: hoe gelukkig in mijn leven en werk te zijn?

Over Joep Dohmens theorie van de levenskunst - Ethiek voorbij Nietsche (Fernando Suarez Civis Mundi Digitaal #1 28 september 2010):
Liberaal humanisme
Als er in het liberale humanisme, van bijvoorbeeld Jeremy Bentham en John Stuart Mill, sprake is van levenskunst dan voornamelijk in de zin van een calculerende ethiek, die het geluk van het individu centraal stelt en dit geluk dan veelal relateert aan succes.[1] Economische voortvarendheid is wel één van de belangrijkste kenmerken van succes, maar in ruimere zin kan succes ook gezien worden als het bereiken van vooropgestelde doelen.
[1] J. Bentham, Introduction to the Principles of Morals and Legislation, Batoche Books, Kitchener, 2000 (17811). Zie vooral hoofdstuk 4 „Value of a Lot Pleasure and Pain. How to be Measured". J.S. Mill, On Liberty, Cambridge University Press, vooral hoofdstuk 3, „Of Individuality, as One of the Elements of Well-Being" (in het bijzonder p. 59-60).
Existentialistisch humanisme
Joep Dohmens werk ligt vooralsnog in de traditie van het existentialistisch humanisme. Dit humanisme is de erfgenaam van het idealistisch bildungshumanisme van de vroege Romantiek, waartoe men Goethe, Schiller, Herder, maar ten dele ook Kant en het Duits idealisme kan rekenen.[12] Hier is de band tussen het subject en het "absolute" nog niet verbroken, ook al treedt dit "absolute" in verschillende gedaanten op - bij Kant neemt het bijvoorbeeld de vorm aan van een universele zedelijkheid: das Sittengesetz.[13] Centraler nog dan het werk van Kierkegaard is voor de ontwikkeling van het moderne existentialisme het denken van Nietzsche.
Anders dan in het existentialistisch humanisme bestaat er in het romantisch bildungshumanisme nog een binding met het absolute. Hoewel men in Schopenhauer en Kierkegaard voorlopers van het moderne existentialisme kan zien, wordt vooral in het werk van Nietzsche de breuk met het absolute in alle ernst doordacht. Terwijl het liberale en socialistische denken nog aan een universele normatieve sfeer vasthouden, herkent het existentialistische denken hierin een hang naar het absolute. Vooral bij Nietzsche wordt de breuk met het absolute in al zijn tragische consequenties doordacht.

Op weg naar een seksueel proletariaat op de liefdesmarkt (Sid Lukkassen Civis Mundi 20 augustus 2014):
Hoe lang kunnen we teruglopende geboorten compenseren door toelating van niet-westerse migranten?
Zonder toegang tot het vrouwenlichaam – zonder de belofte op liefde, warmte en seks ontneem je mannen de motivatie om in de samenleving te investeren. Ze worden óf depressieve drop-outs, of cynische players die vrouwen voor de lol bespelen. Deens filosoof Søren Kierkegaard schreef in Dagboek van een verleider (1843) al dat seks voor zo’n man niet meer in relatie staat tot een productief doel binnen de samenleving, maar puur dient als esthetische beleving. Daarin voert Johannes zijn geliefde Cordelia naar “de toppen van de hartstocht”, maar als ze daar eenmaal aankomt vindt hij het welletjes en stoot hij haar af. Dit soort mannen leeft ver weg van de samenleving en voelt zich niet verbonden met enige gemeenschap. Ze zullen de gemeenschap dan ook zeker niet beschermen en zo nu en dan duikt een gefrustreerde verschoppeling als Elliot Rodger op die wraak neemt.

Krishnamurti Een druppel zen in ieders beker
Verlossing - van paranoia tot metanoia
Als een lichamelijke aandoening niet de werkelijke ziekte is, wat dan wel?
Soren Kierkegaard zei dat het wanhoop was en verdedigde deze stelling in zijn beroemde boek De ziekte ten dode.
In het kader van mijn discussie zou de ziekte kunnen worden beschouwd als een vorm slaapziekte, waardoor de levenden het leven mislopen terwijl het binnen handbereik ligt.
De onvrijheid van de mens bestaat niet alleen daaruit dat hij gevangen wordt gehouden door zijn eigen zelfzuchtige wil - de fatale tekortkoming in Kierkegaards woorden.
Daar waar de religieuze analogieën spreken over de onvrijheid van de mens, bedoelen zij eerder een begripsmatige dan een morele onvrijheid.
We zijn in de ban geraakt van een vertekend ik-gevoel.

HOOFDSTUK VIJF Verlossing: Kierkegaard De kennis waar het hier om gaat is kennis die ons zegt wie wij zijn en hoe wij moeten zijn. Daarom zegt Kierkegaard dat ‘elk wezenlijk kennen in een wezensrelatie staat tot de existentie en het existeren’ (blz. 50). En daarom ook, zo vervolgt hij, is alleen het ethische-religieuze kennen pas werkelijk kennen: omdat dat het subject pas wérkelijk in het spel brengt. Dat deed niet het onbereflecteerde bewustzijn van de spitsburger, en ook niet de hautaine, louter voyeuristische houding van de estheet.

Kierkegaard Of/Of - Kan volgens Kierkegaard een esthetisch leven ethisch zijn?
De vraag is echter wat Kierkegaard zou zeggen tegen een estheet die stelt oprecht en resoluut in alle vrijheid en ernst te kiezen voor zijn of haar esthetische leven. Maakt zo'n keuze een dergelijk leven niet alsnog ethisch? Er kunnen echter, uitgaande van Kierkegaard's denken, drie argumenten worden gegeven voor de stelling dat een estheet niet voor zijn esthetische leven kan kiezen.

C.B. Assendorp U gelooft in een Kristallen Paleis Kierkegaard en existentialisme (p. 5):
De ondergrondse man uit Dostojevski's Aantekeningen uit het ondergrondse spreekt, ondanks zijn ironische toon, een diep verlangen uit gedefinieerd te zijn. Dit is een verlangen dat goed te verdedigen valt. Achter dit verlangen schuilt een vraag naar het ik van de mens. Over wie spreken we wanneer we over ons zelf spreken? En fundamenteler nog: waarover spreken we wanneer we over mensen spreken? Ondermeer deze vragen maken het domein van de wijsgerige denkrichting existentialisme uit. Men zegt wel dat de grondlegger van deze beweging de Deense denker Søren Kierkegaard is.
Sinds het opkomen van deze denkrichting heeft ze grote invloed gehad op de manier van het wijsgerig tegemoet treden van de wereld, maar ook op de haar literaire verwant. Veel schrijvers, onder wie Franz Kafka en Jean-Paul Sartre niet de minste zijn, ontlenen hun manier van denken en werkelijkheidservaring aan het existentialisme en de vragen die het stelt. Laatstgenoemde, zelf een wagentrekker van het existentialisme, is er in geslaagd het existentialisme, dat in de loop der jaren is ondergesneeuwd geraakt, in zijn tijd weer actueel te maken.
Dit is goed nieuws te noemen voor de wijsbegeerte, daar het existentialisme die vragen behandelt die strikt genomen ten grondslag liggen aan een wijsgerige levenshouding. De wijsbegeerte is altijd begonnen met fundamentele vragen die voortkomen uit ofwel verwondering ofwel een brandend verlangen naar begrip. Niettegenstaande de verzelfstandiging van, en het ontgroeien van de adolescentie door de (natuur)wetenschappen, die op een substantieel aandeel van deze vragen het antwoord bieden, blijft er altijd een aantal vragen waarop de wetenschappen ons het antwoord schuldig moeten blijven.
Mede hierom is het verwonderlijk dat existentialisme als systematische wijsgerige discipline dusdanig onderhevig is aan mode dat er tussen Kierkegaard en Sartre en daarna, decennia lang nauwelijks aandacht aan besteed wordt. Uiteraard zijn er tussendoor oplevingen, zoals het werk van Nietzsche dat, afhankelijk van de definitie, existentialistisch genoemd mag worden.
6: Wat houdt dit in? Dat het onderhavig schrijven, mijzelf een krasse stelling permitterend, in elk geval de mogelijkheid van een actueel en volledig begrip van existentialisme aantoont aan de hand van het wijsgerige werk van een begrip van existentialisme, te weten, dat van de Deense filosoof en theoloog Søren Kierkegaard. Dit particuliere begrip kunnen we verwerven aan de hand van drie significante werken van Kierkegaard.2 Deze zijn, in volgorde van verschijning, Of/of, Vrees en beven en De ziekte tot de dood. De problematiek die niet slechts deze werken maar zijn gehele oeuvre doortrekt is die van het begrijpen van wat mens zijn inhoudt. In het bijzonder stelt hij zich de vraag hoe een mens zich tot zichzelf (en later tot God) verhoudt. 11: Toch werpt het voor een complete exegese van Kierkegaards filosofie een lastig te nemen horde op. In een vrij onrecente uitgave (1937) van De lelie des velds en de vogel des hemels, oorspronkelijk gelijktijdig verschenen met de tweede druk van Of/Of(1849), schrijft de inleider, professor Aalders “Kierkegaard zelf is het grootste raadsel van Kierkegaard.”10 Hij schrijft verder dat men Kierkegaard vanwege zijn pseudoniemiteit heeft vergeleken “met een regisseur van een marionettentheater‟, maar dat men hem slecht heeft begrepen “als men meent dat hij niet meer was en eigenlijk altijd buiten zijn werk bleef staan.”11
Men kan ervoor kiezen dit met Aalders eens zijn. Voor een verdere verklaring doet men er wel goed aan zich aan te sluiten bij Andries Visser, vertaler en inleider van de meest actuele uitgave van Of/Of. Hij noemt de vele gedaantes van Kierkegaard mogelijke existenties, dan wel romanfiguren, ieder “met hun eigen mensbeschouwing en wereldbeeld.”12 Kierkegaard verklaart zichzelf in Naschrift de geestelijk vader van al deze figuren. Hij gebruikt ze om de veelzijdigheid van de menselijke existentie te kunnen duiden. Werken die verschenen zijn onder een pseudoniem heet hij de „werken van de linkerhand‟ en die werken die verschenen onder zijn eigennaam „werken van de rechterhand‟.
Het raadsel van Kierkegaard, om met Aalders te spreken, strekt zich echter verder uit dan de polynimiteit van dezelfde. Een verdere hindernis voor interpretatie is de eerder genoemde Hegel. Het werk De ziekte tot de dood kenmerkt zich door een zeer abstracte schrijfstijl en een zeer
dialectische opbouw. Dit zijn in de regel geen eigenschappen van het schrijven van Kierkegaard. De inhoudsopgave met zijn vele drieslagen, dialectische stappen en synthetiseringen doen maar al te sterk denken aan de hegeliaanse methode. 13: Het esthetische stadium Dit stadium in Of/of heeft alle elementen van een goed fundament voor het begrijpen van de estheet. Een harde, gesloten definitie van de estheet laat zich lastig geven. Het is hier goed om te kijken naar alle verschijningsvormen en eigenschappen van de estheet, zoals hij in de papieren van A ten tonele komt. Een goede opsomming van de esthetische eigenschappen is te vinden in de Stanford Encyclopedia of Philosophy

Nieuw Links (Buitenhof 15 mei 2016):
Elke avond zitten de Franse pleinen vol met jonge demonstranten van de Nuit Debout-beweging. Het is de meest recente actiegroep in een trend die Nieuw Links genoemd wordt: jonge mensen die een eerlijker verdeling van welvaart eisen. Ze gaan de straat op of sluiten zich aan bij Bernie Sanders of Jeremy Corbyn. Eerder al boekten ze succes met nieuwe partijen als Podemos en Syriza. Waarom keren ze zich af van de bestaande sociaaldemocratische partijen in Europa? Een debat met Thomas Decreus, filosoof en publicist, Bart van Bruggen, voorzitter van de Jonge Socialisten en Rick van der Ploeg, hoogleraar te Oxford en PvdA-lid.

Gebrek aan veren
In zijn column stelt Ariejan Korteweg (O&D, 12 mei): 'Wat Kok eigenlijk deed, was veren opschudden, door de ogen te openen voor marktwerking.' Illustratief is het verslag 'Kok scheurde de brief van Netelenbos in stukjes' van Sander Heijne in de Volkskrant 19 mei 2015. Pans herinnert zich de reactie van Kok nog levendig. In het bijzijn van de ambtenaar deelde de premier zijn minister mee de brief niet te willen hebben. Netelenbos: 'Maar je hebt de brief nu. Als je hem niet wilt hebben, moet je hem verscheuren.' Kok scheurde de brief ter plekke in stukjes. Het geloof in de markt was te sterk, in het tweede Paarse kabinet. Het kabinet besloot de concessie voor de hogesnelheidslijn tegen de wens van de eigen verkeersminister openbaar aan te besteden. De reactie Niet alleen gebrek aan veren van Carel Zuil (O&D, 13 mei) roept de vraag op in hoeverre door de nieuwe PvdA koers van marktwerking in het onderwijs en de gezondheidszorg de sociale zekerheid echt is toegenomen? De werkelijkheid is dat door het verhogen van de pensioenpremie en de pensioenleeftijd naar 67 jaar de sociale zekerheid is afgenomen.'

FNV en PvdA: (Stan Poppe S&D 3 1997:)
Een antikapitalistisch bondgenootschap
Terwijl de PvdA de waarschuwing in het nog immer geldende beginselprogram - dat zij moet oppassen de puinruimer van het kapitalisme te worden - vergeten schijnt te zijn, lijkt ook de vakbeweging zichzelf nog slechts als een arbeidsmarktpartij te beschouwen en niet langer als emancipatie- en hervormingsbeweging.
De invloed van het neo-liberalisme is tot in de PvdA en de vakbeweging doorgedrongen. De omhelzing van de markteconomie door de leiding van beide organisaties zal het in de toekomst verder bemoeilijken de langzamerhand gegroeide kloof te overbruggen tussen wat natuurlijke bondgenoten zouden moeten blijven, PvdA en FNV. Die kloof moet naar mijn mening juist nu worden overbrugd omdat, in ouderwetse termen uitgedrukt, de beide armen van de arbeidersbeweging elkaar in deze tijd van losgebroken kapitalisme dringender nodig hebben dan ooit.
De verschillen tussen werknemers zijn veel groter dan vroeger. Maatschappelijke tweedeling en ook verdere sociale differentiatie aan de goede kant van de streep hebben hun sociaal-politieke consequenties. Hooguit dertig procent van de werknemers rekent zichzelf tot de 'arbeidersklasse' (maar juist die dertig procent is betrekkelijk slecht georganiseerd en brengt ook vaak zijn of haar stem niet eens meer uit); dertig tot veertig procent van de werknemers is sterker georganiseerd, heeft meer of minder diep in zijn hart wel sympathie voor links, maar velen willen beslist geen arbeider heten. En dan is er nog minstens 30 procent die voor vakbond noch linkse politiek ooit te vinden zal zijn . Ik betwijfel, met alle nostalgie die dit ook bij mij persoonlijk oproept, of wij moeten proberen het begrip arbeidersbeweging in ere te herstellen. Dat zullen veel FNV-leden (en toekomstige FNV-leden) niet willen en het woord is ook in de PvdA weinig meer gehoord sinds de partij zich al bij haar oprichting in 1946 richtte tot de 'werkers van hoofd en hand' en de term 'klassestrijd' voortaan vermeed.
Eigentijdse bewegingen roep je op door in eigentijdse woorden aandacht te vragen voor maatschappelijke misstanden die wel degelijk veel mensen uit verschillende groeperingen zorgen baren.2
Losgeslasen kapitalisme
De term arbeidersbeweging mag dan minder opportuun zijn geworden, de maatschappelijke omstandigheden vergen wel een bondgenootschap - informeel, maar niet incidenteel - tussen linkse politieke partijen en vakbeweging. Gericht op het door gezamenlijke machtsvorming weer onder controle krijgen van wat ik al aanduidde als 'het losgeslagen kapitalisme'. Sommigen zullen bij deze terminologie hun wenkbrauwen fronsen, maar het is mijns inziens bepaald niet ouderwets en wel degelijk een juiste aanduiding van wat onze samenleving bedreigt. Vakbeweging en sociaal-democratie hebben in honderd jaar strijd veel van hun doelstellingen kunnen bereiken langs twee wegen: de nationale wetgeving en de collectieve arbeidsovereenkomst. In de stembus tellen, anders dan op de markt, alle burgers gelijk mee en door organisatie wisten arbeiders tegenwicht te bieden aan het verdeel-en-heers van ondernemers.
Tot slot
Willen progressieve groeperingen, linkse partijen, vakbonden, milieubeweging een uitweg vinden uit de verlammende impasse waarin wij verkeren, dan zullen zij wel moeten komen tot een informeel bondgenootschap in de strijd tegen maatschappelijke ongelijkheid, tegen afhankelijkheid van de kapitalistische economie, tegen de overschrijding van ecologische randvoorwaarden voor produktie en consumptie, tegen bureaucratische verstarring van bestuur en collectieve voorzieningen.
Want dit staat vast: de neo-liberale oriëntatie van sociaaldemocratie en vakbeweging dreigt beide te degraderen tot steunpilaren van de gevestigde (en steeds onrechtvaardiger) orde, terwijl ze daarbij bovendien vaker met elkaar botsen dan dat ze elkaar versterken.

De PvdA plaatst in het vernieuwde beginselprogramma van 2005 vrijheid boven gelijkheid en solidariteit. Een typisch liberaal beginsel is de vrijheid van het individu. Daarentegen verklaart links zich van oorsprong solidair met de zwakkere groepen in de samenleving. Gelijkheid, emancipatie vaak via spreiding van 'Geld, Kennis en Macht' brengt de relatie, het spanningsveld tussen het individuele en het collectieve tot uitdrukking. Door vrijheid boven gelijkheid en solidariteit te stellen positioneert de PvdA zich als centrum rechtse middenpartij.

Wouter Bos pleit in de Volkskrant van 1 en 8 maart 2008 om niet langer te zeuren over de toon van het debat, het debat niet langer door de PVV van Wilders te laten toonzetten, zelf autonoom te opereren en zelf te laten zien hoe het beter, preciezer, evenwichtiger en uiteindelijk effectiever kan. Jan Pronk vindt echter dat 'Bos komt net kijken' en wordt 'moe van politici die zich afzetten tegen een vorige generatie en niet weten waar ze het over hebben.'

Verzorgingsstaat kan niet zonder verplichte ‘solidariteit’ (Pepijn van Houwelingen 6 juni 2013):
Volgens Jan Pronk, die afgelopen zondag in Buitenhof te gast was, is het een slechte zaak als we vooral solidair zijn met mensen met wie we in hetzelfde schuitje zitten. Solidariteit, aldus Pronk, krijgt juist gestalte zodra we ons het lot aantrekken van mensen waar we in ons dagelijks leven niet of nauwelijks mee te maken hebben. Solidariteit is voor Pronk dus vooral iets abstracts dat indirect via de verzorgingsstaat en via ontwikkelingshulp respectievelijk op landelijk en internationaal niveau vorm krijgt. Maar hoe denken Nederlanders hier eigenlijk zelf over?

Creation-evolution controversy
The creation–evolution controversy (also termed the creation vs. evolution debate or the origins debate) involves a recurring cultural, political, and theological dispute about the origins of the Earth, of humanity, and of other life. The level of support for evolution is extremely high within the scientific community[1][2][3][4] and in academia.[5] While the controversy has a long history,[6][7] today it is mainly over what constitutes good science education,[8][9] with the politics of creationism primarily focusing on the teaching of creation and evolution in public education.[10][11][12][13][14] Among majority-Christian countries, the debate is most prominent in the United States, and to a lesser extent in Europe and elsewhere,[15] and is often portrayed as part of a culture war.[16] Parallel controversies also exist in some other religious communities, such as the more fundamentalist branches of Judaism[17] and Islam.[18]
Christian fundamentalists dispute the evidence of common descent of humans and other animals as demonstrated in modern paleontology, genetics, histology and cladistics and those other sub-disciplines which are based upon the conclusions of modern evolutionary biology, geology, cosmology, and other related fields. They argue for the Abrahamic accounts of creation, framing them as reputable science ("creation science").
Netherlands
In the Netherlands some factions teach creationism in their own schools. In May 2005, a discussion on intelligent design erupted when Minister of Education Maria van der Hoeven suggested that debate about intelligent design might encourage discourse between the country's various religious parties. She sought to "stimulate an academic debate" on the subject. Following strong objection from the nation's scientists,[35] she dropped plans of holding a conference on the matter.[11] After the 2007 elections, she was succeeded by Ronald Plasterk, described as a "molecular geneticist, staunch atheist and opponent of intelligent design."[36]

De binnenwereld van het Binnenhof (Hans Wansink Volkskrant 14 november 2015 bijlage Sir Edmund p. 30):
Tom-Jan Meeus geeft een kijkje in de binnenwereld van de Nederlandse politiek.
Hij typeert de politiek in zijn boek Haagse invloeden als een bedrijfstak, 'een wereld van professionals die moeiteloos van functie wisselen - dan politicus, dan adviseur, dan lobbyist - met als voornaamste constante dat hun inkomen stijgt.'
Hij sprak daarover ooit met Loek Hermans, de VVD-senator met meer dan veertig jaar ervaring in de Haagse politiek. De essentie van het Binnenhof was volgens Hermans dat de meeste politici niet sturen, zoals ze zelf denken, maar gestuurd worden. 'Je kunt in Den Haag zomaar omvallen, zonder dat je het ziet aankomen'. Profetische woorden, die ook op Hermans zelf van toepassing bleken.
Ontluisterend relaas
Bij wijze van uitsmijter presenteert Meeus een ontluisterend relaas van het opereren van Ronald Plasterk als politieke baas van de geheime dienst AIVD. Die schiep met kortzichtige bezuinigingen een volkomen verziekte sfeer onder de medewerkers, van wie de besten een goed heenkomen zochten. Van welke methoden de dienst zich bediende, wist Plasterk niet - en dat kwam pijnlijk aan het licht. Hij schrapte kritische passages die toezichthouders op de AIVD wilden publiceren, met de smoes dat niet bekend mocht worden hoe de dienst zijn werk deed. De Rekenkamer kwam met een vernietigende evaluatie. Plasterk kon niet aantonen of het budget van de AIVD nuttig werd besteed. Het ging fantastisch met de dienst en met Plasterk zelf, bezwoer Plasterk desondanks. Meeus: 'Hij is er nog mee weggekomen ook.'

De machtsfantasie van een referendumactivist (Wilmer Heck & Derk Stokmans 30 april 2016):
Ideoloog SCP-ambtenaar was medeorganisator van het Oekraïnereferendum. Als Vossius schreef hij een duister essay vol bewondering voor Hitlers Derde Rijk. Het is „ideeënkunst”, aldus de schrijver.

Onder het mom van marktwerking, de consumptiecultuur is er in de collectieve sector een graaicultuur ontstaan die zijn weerga niet kent. De verhouding tussen prestatie en beloning is volledig zoek. In plaats van het immorele neoliberale gedachtengoed te bestrijden wordt met name door de PvdA het spel 'links lullen en rechts vullen' enthousiast meegespeeld. Nu houdt de PvdA onder leiding van Jeroen Dijsselbloem het volk arm en de mediastrategie, lees vertrossing van John de Mol houdt het volk dom. Door de politieke machtsspelletjes met rechts mee te spelen is het tegenwicht naar extreem rechts verloren gegaan.

Arie van der Zwan', boek Van Drees tot Bos (de Volkskrant'' 1 april 2008): ‘De PvdA is ideologisch uitgewoond.’ Zijn partij ‘is losgeslagen van de ankers’. ‘Ze heeft ook geen hart meer, ze mist elke vorm van bezieling’, luidt zijn diagnose. Van der Zwan hoopt dat de partij terugkeert naar haar aanvankelijke missie – met de strijd tegen – kort samengevat – De Superkapitalist.

Thomas von der Dunk Zeven molenstenen hangen de sociaal-democraten om de nek (Volkskrant 11 juni 2009)
4. Begeerte heeft ons aangeraakt, om de Internationale te citeren. Het Calon-socialisme (Marc Calon, vz. van de koepel van woningcorporaties Aedes): ook teveel sociaal-democraten bij (semi-)overheidsinstellingen hebben graaiend uit de pot gesnoept. Wil juist de PvdA voor lagere inkomensgroepen weer even geloofwaardig als ooit Willem Drees worden, dan zal de partijtop daaraan paal en perk moeten durven stellen.
Het vervullen van een politieke functie voor de PvdA brengt ook morele verplichtingen voor de postpolitieke rest van het leven met zich mee. Het is niet bedoeld als opstapje naar een miljonairsvilla in het Gooi.
5. De verkwanseling van het collectieve tafelzilver: de energiebedrijven. Hier heeft bestuurlijke korte-termijnsbegeerte ons aangeraakt: met de opbrengst van de verkoop kunnen nu wat leuke projecten worden gerealiseerd. Terwijl Bos spaargeld redt en juist banken nationaliseert, gaat zo op provinciaal niveau mede dankzij PvdA-gedeputeerden de uitverkoop door. Het is tekenend voor de ideologische verwarring waar de partij mee kampt.
6. De schaalvergroting. Teveel megafusies blijken vooral bestuurlijke hangplekken voor uitgediende PvdA-en CDA-politici te scheppen. Hoofd worden van een basisschool met tweehonderd leerlingen is niet interessant, directeur worden van een ROC met twintigduizend wel. De door de politiek nu op een voetstuk geplaatste professional in de modder loopt zo steeds weer tegen bonzen aan die in de beste neoliberale reclametaal - er is een wereldmarkt te winnen - verkondigen dat 'het fantastisch gaat', dat men tot de absolute top behoort en dat critici obstinate zeurpieten zijn.

‘Poldermodel is feodaal geworden’ (Robert Giebels interviewt Rost van Tonningen Volkskrant 10 augustus 2012):
Het kantelmoment dat sinds de opkomst van het poldermodel, begonnen na de Tweede Wereldoorlog, heeft geleid tot de ondergang, ziet Rost van Tonningen eind 1982. Toen sloten de drie partijen die cruciaal zijn voor het poldermodel - werknemers, werkgevers en overheid - het Akkoord van Wassenaar. Dat was kortweg een ruil van loonmatiging voor arbeidstijdverkorting. Rost van Tonningen: 'Daarna heeft het poldermodel nooit meer echt gewerkt.'
Wat heeft die teloorgang van het model veroorzaakt?
‘Het werd, zeg maar,
overrijp. De pioniers die het model hebben opgezet, zoals Wllem Drees, verdwenen na verloop van tijd. Hun opvolgers waren minder gemotiveerd en speelden elkaar baantjes toe. Het model is decadent en feodaal geworden. Het sluit niet meer aan bij de samenleving.’
Waar leest u dat aan af?
‘En de
overheid is een waterhoofd met maar liefs 350 adviescolleges die ambtenaren karrenvrachten overbodig werk bezorgen. In die belangenclubs en in de geprivatiseerde ondernemingen lopen ongeveer vijfhonderd polderbestuurders rond met vaak twintig tot dertig baantjes. Niet op grond van hun expertise, maar primair op basis van hun partijlidmaatschap.

De Srijd Serie over de revolutie van Troelstra en het Aardappeloproer. Maar ook over de arbeider die speelt bij de fanfare, niet drinkt en aan sport doet. Over de jaren van Drees en Den Uyl, en ook over dé arbeidersomroep: de VARA

De Kosmos, een goddelijk Plan; ‘Evolutie’ en ‘God’, divergentie of convergentie?...
Een belangrijke attractie van het boek vormen de citaten van protagonisten van het nieuwe holistische denken, o.a. David Bohm (bekend van Heelheid en de Impliciete Orde), Ken Wilber (de grote theoreticus van de transpersoonlijke psychologie), Whitehead (die de werkelijkheid ziet als een creatief proces) en Teilhard de Chardin (die Darwins evolutietheorie omvormde tot een creatieve ontwikkeling richting een universeel omega).
6. Zie het hoofdwerk van Whitehead, Process and Reality. Zie o.a. Wat gebeurt er in Gods naam? Een nieuwe kijk op wereld, God en religie vanuit het procesdenken van Alfred North Whitehead van Thomas E. Hosinski; Doet God ertoe? Een interpretatie van Whitehead als bijdrage aan een theologie van Gods handelen van Palmyre M.F. Oomen; Denken over God en wereld onder redactie van Willem B. Drees. Zie ook de artikelen van Ben Crul en Ko Kleisen in GAMMA. Zie het werk van Max Wildiers (o.a. Kosmologie, Theologie op nieuwe wegen, De muziek der sferen, De vijf vreugden van de geest) en Jan Van der Veken (o.a. De dynamiek van de religie, Een kosmos om in te leven, Denken aan al wat is, God en wereld). En zie: H. Berghs (red.), Denk-wijzen 1. Een inleiding in het denken van E. Levinas, L. Wittgenstein, A. Whitehead, J. Habermas.
Jan Van der Veken: "Whitehead zelf noemde zijn visie, uiteengezet in Process and Reality, 'philosophy of organism'. Dat organisch, creatief Geheel is voor hem geen machine, maar een Gebeuren van eenwording, gericht op het tot stand brengen van esthetische harmonie." Jan Van der Veken, Denken aan al wat is. Een hedendaagse fundamentele wijsbegeerte, Van Gorcum, Assen, Universitaire Pers, Leuven, 1994, p. 261.

In het onderzoeksrapport 'E i V' staat het boek Karma, reïncarnatie en de roep om zingeving onder redactie van S.W. Couwenberg centraal.

Het rapport ‘E i V’ beoogt de kloof tussen Probleem en Oplossing, tussen Theorie en Praktijk en de daad bij het woord te voegen te verkleinen. Helaas zijn sinds de Irakoorlog in 2003 de spanningen in de wereld eerder toe – dan afgenomen. Mede door het secularisme laten burgers zich niet zo gemakkelijk meer voorschrijven wat ze moeten denken en voelen. Het denken met het hart en het voelen met het hoofd, de Gnosis sluit bij de ommekeer, een paradigmawisseling in het denken aan. Er geldt van je hart geen moordkuil maken.

Kapitaalintensiteit is de verhouding tussen de ingeschakelde hoeveelheid kapitaal en de ingeschakelde hoeveelheid arbeid in het productieproces. Een bedrijf of bedrijfstak is kapitaalintensief als het ten opzichte van andere bedrijven of bedrijfstakken per werknemer meer investeert in kapitaalgoederen. Kapitaalintensief en kapitaalextensief (het tegendeel van kapitaalintensief) zijn dus relatieve begrippen.

Tweedehandsspullen (Riet Dumont Volkskrant 13 april 2016 p. 26):
Zo zie je maar weer waar de prioriteiten van deze regering liggen. De minister raadt kinderen op het mbo, die de schoolkosten niet kunnen betalen, aan om tweedehands spullen te kopen. Is er zoiets als tweedehands reiskosten? Oh nee, daar krijgen ze volgend jaar een vergoeding voor. Wel goed lezen: ze zegt niet dat die vergoed worden. Doekje voor het bloeden. Aan de andere kant van het spectrum organiseert de regering een lucratief draaispel(belastingrotonde) die de vermogenden der aarde helpt geen of weinig belasting te betalen. Belasting waarmee we al onze burgers een mooie toekomst kunnen garanderen. Ook mensen die zich nu buitengesloten voelen en geen toekomst zien.
De tweedeling tussen de hebberigen en de niet-hebbers is een groot risico voor onze samenleving. Toch blijft politiek handelen uit (lees: dat er iets gedaan wordt, in plaats van het dat zoveelste onderzoek wordt gehouden en commissie wordt ingesteld). Dan is het toch niet raar dat mensen de politiek de rug toe keren.

Houden politici elkaar uit de wind?

Wijsheid overstijgt het geluk (interview van Wilma de Rek met Frédéric Lenoir (Volkskrant zaterdag 19 mei 2012)
Frédéric Lenoir is de auteur van het boek Handleiding voor een evenwichtige geest en een kalm gemoed. De oorspronkelijke titel van het boek luidt Kleine verhandeling over het innerlijk leven. In het Nederlands verschenen ook van Lenoir onder meer Socrates, Jezus, Boeddha (2010) en Hoe Jezus God werd (2011).
Is het eclecticisme de religie van de toekomst? (vraag Wilma de Rek)
‘Het is niet nieuw. In het Romeinse rijk in de eerste eeuw na Christus zag je het stoïcisme, epicurisme, judaïsme, zoroastrisme en nog veel meer – ismes naast elkaar bestaan. Maar ik denk inderdaad dat het eclecticisme de religie van de toekomst is.
De deugden van Aristoteles: nog altijd actueel.
‘Ongelooflijk toch? De wereld is de afgelopen 2000 jaar enorm veranderd, maar de individuele mens loopt tegen precies dezelfde problemen aan als Socrates, Plato en Aristoteles. Hij heeft nog altijd dezelfde behoeftes en verlangens, dezelfde angsten en onzekerheden. Hij wil gekend worden en zich geliefd weten en raakt van slag als dat niet het geval is. De mens blijft zoals hij is.’

Paul Ferrini Omarm je ware zelf
Pijn hoort nu eenmaal bij het leven. Of het nu bij de geboorte is, als kind of in je puberteit, als volwassene of oudere, gekwetst worden overkomt ons allemaal. De vraag is wat we ermee doen: gaan we de pijn helen of geven we die door aan anderen?
We kunnen de pijn voelen en helen of we kunnen deze uit de weg gaan, de keuze is aan ons. Als we kiezen voor genezing, betekent dat ook hoop voor talloze anderen. Verdringen we de pijn, dan wordt de wereld een beetje troostelozer.
Heel jezelf en ontdek wie je bent.

Nieuwe spiritualiteit als derde weg tussen het materialistische paradigma en kerkelijke dogmatiek (Hans Feddema Civis Mundi 31 oktober 2012 Digitaal #14):
Opvallende exponenten van deze
derde weg
Ik noem hier ter oriëntatie en informatie een aantal opvallende exponenten van die derde weg:
Carl Gustav Jung (baanbrekende voorloper en meer dan dat); Joseph Campbell (mythe-expert en bijna even baanbrekend als Jung); William James; Oscar Wilde, Joseph Conrad; Wayne Dyer (zeer invloedrijk spiritueel non-fictie schrijver en recent maker van de film De Verschuiving, gericht op de omschakeling van Ambitieus naar Zinvol leven); Thomas Moore; Deepak Chopra (een fenomenale schrijver en denker en uit een India afkomstige Amerikaan); Paul Ferrini (schreef veel boeken over de Liefde); Paul Heelas (hoogleraar godsdienstsociologie, vooral bekend door zijn boek Spiritual Revolution, gebaseerd op onderzoek in West-Engeland, waarin naast de teruggang van de kerken daarentegen de spiritualiteit erg blijkt op te komen in vooral het bedrijfsleven, het onderwijs, de zorg, maatschappelijk werk en ook binnen de muren van de kerk, zij het daar nog vaak zonder erkenning); Marianne Williamson (overbekend door haar boeken en lezingen vanuit de Course of Miracles en als eenmalige tekstschrijver voor Mandela); Gary Zukav (vooral bekend door z’n boek Zetel van de ziel); Sanaya Roman (het grote belang van in vreugde leven); Eileen Caddy (nog steeds invloedrijke Findhorn Beweging in Schotland, ook na haar dood), Eckhart Tolle (beroemd door Kracht van het Nu); Eugene Drewermann; Anselm Grün; Willigis Jäger (een der groten, ik lees z’n boeken met rode oortjes, is nog steeds lid v.d. R.Kath kerk, hoewel in ongenade gevallen in Rome door z’n integratie van zenboeddhisme en christendom tot een moderne spiritualiteit, die niettemin elk jaar 150.000 bezoekers in z’n centrum krijgt); Frederic Lenoir (‘Handleiding voor een evenwichtige geest en een kalm gemoed. Bestaan is een feit, leven een kunst’ 2010).

Mary T. Browne Beelden van de andere kant Een visie op het Leven na dit leven
Een aaneenschakeling van
paranormale verschijnselen, anekdotes en ervaringen van cliënten vormt het raamwerk van dit boek. De auteur, werkzaam als paragnoste en spiritueel genezer, wil op deze wijze inzicht geven in het leven na de dood. Aan de hand van korte schetsen van haar cliënten legt de auteur uit hoe zij met haar paranormale gaven mensen begeleidt die ernstig ziek zijn, sterven of overleden zijn. Daarnaast geeft zij haar visie op karma, reïncarnatie, bijna-dood ervaringen, zelfmoord, alcoholisme en de invloed van denkvormen. Op gezag van paranormale ervaringen en spirituele gidsen worden een mensvisie, denkbeelden over karma, de dood en het leven neergezet.

H.P. Blavatsky: Geselecteerde artikelen Deel 1: 1874 – 1882
Wat is theosofie?
Plotinus, de leerling van de door ‘god onderwezen’ Ammonius, vertelt ons dat de geheime gnosis of de kennis van de theosofie drie graden kent – mening, kennis en verlichting. ‘Het middel of instrument van de eerste is zintuiglijk vermogen of gewaarwording; van de tweede dialectiek; van de derde intuïtie. Aan laatstgenoemde is het verstand ondergeschikt; ze is absolute kennis, gebaseerd op de vereenzelviging van het denken met het te kennen voorwerp.’ Theosofie is, bij wijze van spreken, de exacte wetenschap van de psychologie; ze verhoudt zich tot het natuurlijke, ongecultiveerde mediumschap, als de kennis van een Tyndall tot die van een natuurkundeleerling.

Het oplichterssyndroom zaait angst 'de vloek van slimme mensen' (Hedwig Wiebes Volkskrant 21 maart 2016 p. 35):
Denken dat je incompetent bent
Het gevoel hebben incompetent en een oplichter te zijn, terwijl je prima werkt aflevert. Het overkomt vooral veel getalenteerde vrouwen.
Moors ontdekte dat er zoiets bestaat als het impostor syndrome, oftewel het oplichterssyndroom. Een relatief jong verschijnsel, geen officiële stoornis, dat in 1978 voor het eerst werd beschreven door klinisch psychologen Pauline Clance en Suzanne Imes. Zij zagen dat vooral hoogopgeleide vrouwen, ondanks hun succes, geneigd zijn te geloven dat ze niet intelligent genoeg zijn en dat anderen hen te hoog inschatten. Kortom: dat ze iedereen voor de gek houden.
Het tegenovergestelde
Een schrale troost: juist wie last heeft van het impostor syndrome, hoeft hoogstwaarschijnlijk niet bang te zijn dat hij niet capabel genoeg is. Dan ben je in dat geval wellicht toch beter af dan mensen die te maken hebben met het zij zijn te dom om door te hebben dat ze dom zijn. De Amerikaanse hoogleraar sociologie Jessica Collet deed hier onderzoek naar en zegt erover:
'Deze mensen voelen zich allesbehalve een oplichter. Ze denken precies te weten waar ze mee bezig zijn. Maar wat blijkt: ze weten zo weinig, dat ze niet zien hoe weinig ze weten.'
Het impostor syndrome staat overigens niet gelijk aan een gebrek aan zelfvertrouwen. Wetenschappelijk onderzoek vond geen correlatie en ook expert Vreneli Stadelmeier spreekt naar eigen zeggen regelmatig razend succesvolle vrouwen die echt wel weten wat ze in huis hebben, maar tegelijkertijd 'gek werden van zichzelf'.

Angstcentrum brein doet aan meer dan bangmakerij’ (David Tilburg Volkskrant 12 juni 2012)
De amygdala, het angstcentrum van het brein, zorgt er juist voor dat we kalm blijven.
De dieper gelegen amygdala is vooral belangrijk bij aangeboren vecht-of-vluchtreacties.

Politieke overtuiging zit mogelijk in hersenen (Volkskrant 30 december 2010)
Mensen die zichzelf rechts vinden, hebben meer geprononceerde amygdalae – de amandelvormige kernen in de hersenen die verbanden leggen tussen informatie van verschillende zintuigen en emotie. Linkse mensen hebben juist een dikkere cortex cingularis anterior, het deel dat betrokken is bij verwerking van emotionele prikkels.

Els Rijneker Een brug slaan tussen wetenschap en spiritualiteit
Bestaat er een brug tussen wetenschap en spiritualiteit?
Zeer zeker wel. Die hoort te bestaan en kan altijd verbeterd worden. Wat kunnen we doen om het verband tussen wetenschap en spiritualiteit te verbeteren? Naar mijn mening hangt dit samen met ethiek. De eerste stap dient door iedere persoon zelf gezet te worden. Ieder is vrij om dit besluit voor zichzelf te nemen, en ieder dient het eigen Pad te bewandelen naar het grote Ken Uzelve, gnothi seauton, de tekst die gegraveerd staat in de tempel van Apollo in Delphi. Spirituele en religieuze bewegingen hebben veelal dit doel voor ogen van onderscheidingsvermogen, waar begrip, zuivering en ethisch handelen.

Om de door Ervin Laszlo gesignaleerde wereldvraagstukken tijdig en adequaat op te lossen is een bewustzijnsverandering nodig. Bewustzijnsverandering begint bij jezelf, het ken uzelve en is onlosmakelijk verbonden met dat van andere mensen en de éne werkelijkheid. Om een grotere tweedeling, de huidige welvaartsverdeling in de wereld is onhoudbaar en de toenemende sociale ongelijkheid in de wereld tegen te gaan is een collectieve bewustzijnsverandering, een cultuuromslag, een ommekeer in het denken nodig. Het is struisvogelpolitiek om de door Ervin Laszlo in zijn boek Het Chaospunt gesignaleerde vijf stuwende krachten te ontkennen en de wal het schip te laten keren. De hamvraag is nu of politici en wetenschappers bereid zijn over hun eigen schaduw te springen?

Het aanzetten van de Amerikaanse geldpers gaat ten koste van het buitenland en toont de beperkingen van de kwantitatieve parameters. Een ding is duidelijk dat het Westen onder leiding van de VS de voorkeur geeft aan het bestrijden van de as van het kwaad (de keerzijde van de medaille) uit het Oosten, het moslimfundamentalisme, boven het reguleren van het marktfundamentalisme in eigen huis. Het toont het oeroude zondebokmechanisme.

Open samenleving of Terroristen en extreem-rechts streven hetzelfde na (Arnon Grunberg Volkskrant 23 maart 2016):
Terrorisme is zelden een reële bedreiging voor staten. Op het hoogtepunt van de Tweede Intifada, toen er elke week een of meer aanslagen in Israël plaatsvonden, merkte een Israëlische minister terecht op dat er nog altijd meer verkeersdoden in Israël vielen dan dat er mensen stierven aan terrorisme.
Wie de destructieve werking van terrorisme wil begrijpen moet zich richten op de reactie van de staat. De staat die open en betrekkelijk vrije samenlevingen in naam van terrorismebestrijding geleidelijk doet veranderen in politiestaten geeft de terroristen hun zin.
Kort na de aanslagen in Brussel liet de heer Wilders via Twitter weten dat de grenzen moesten worden gesloten en hij sprak over 'preventieve opsluiting'.
Zoals Hamas en extreem-rechts in Israël elkaars stiekeme bondgenoten zijn, zo zijn de terroristen en extreem-rechts, van de PVV tot de FN, elkaars geheime kameraden. Uiteindelijk streven zij hetzelfde na: het einde van vrije en open samenlevingen.

In een gezonde bedrijfscultuur draait het om het ‘overleven van de geschiktsten’, daarentegen geldt bij een ongezonde bedrijfscultuur als het casinokapitalisme ('marktfundamentalisten') de wet van eten en gegeten worden.

Tussen de Oosterse en Westerse cultuur, aan de culturele diversiteit in de wereld ligt de lerende mens en de moraal van het verhaal ten grondslag. Op dit moment wordt het steeds duidelijker dat het naïeve geloof van politici in de mythe van de vrijemarktgedachte en het zelfregulerende vermogen van de financiële sector, onderwijs, zorg en woningcorporaties op illusies blijkt te berusten. Met behulp van het maskerkwadrant kunnen politieke machtsspelletjes worden verklaard. Te veel politici beperken zich tot het besturen van hun 'bv-Ego'. Mismanagement kan ook met het verschijnsel ‘schaap in wolfskleren’ worden geduid.

Het gesignaleerde onbehagen in de maatschappij is alleen te doorbreken wanneer aan immateriële thema's, het waarden en normen debat meer inhoud en vorm wordt gegeven. Dit wordt zeker niet bereikt door wat ex-premier Kok heeft gedaan alle ideologische veren af te schudden. Het heeft eerder bijgedragen aan het dal waarin we nu verkeren. De poppenkast neemt toe. In plaats dat hoofdrolspelers duidelijker hun stem laten horen, zijn het steeds meer figuranten die in het centrum van de belangstelling komen te staan. In plaats van alles aan de 'marktfundamentalisten' over te laten dient ook de overheid zijn verantwoordelijkheid te nemen. Om de degeneratie te keren zorgen de kerken op dit moment voor onvoldoende tegenwicht. Waarmee willen wij ons verbinden of met andere woorden waar kiezen wij voor?

Een illustratie van marktfundamentalisme is de bonuscultuur in het bankwezen en bijvoorbeeld Luxleaks:, die de belastingvlucht van bedrijven onthuld. Al zijn er in VVD kring personen, die belastingontwijking, het creatieve boekhouden onder goed ondernemerschap scharen.

Uit het voorafgaande moet men echter niet de verkeerde conclusie trekken dat de theosofische leer berust op de filosofische gedachte van dichotomie, die voor het eerst door René Descartes formeel in het Europese filosofische en wetenschappelijke denken werd geïntroduceerd, namelijk dat de ‘ziel’ één ding is en dat het lichaam waarin ze zich manifesteert of leeft, iets anders is, ervan gescheiden, en van een andere essentiële geaardheid dan het inwonende bewustzijn.
De esoterische filosofie, of de theosofie, is geheel tegengesteld daaraan en leert dat het fysieke lichaam van de mens slechts de uitdrukking is in de stoffelijke wereld van de karakteristieke en duidelijk omschreven innerlijke krachten of energieën waarop hierboven werd gedoeld en die de werkelijke mens vormen.

De Éne werkelijkheid heeft betrekking op de dynamische wederkerigheid (Reciprociteit) tussen 'Geest en Lichaam', Zo binnen, zo buiten en Zo boven, zo beneden, van alles met alles. De schakel tussen 'Geestkunde en Natuurkunde', het zelfbewustzijn, het Reflexief Bewustzijn kan met behulp van de lemniscaat tot uitdrukking worden gebracht. Om de éne werkelijkheid te duiden maakt Ken Wilber van het "Wilber-Combs-rooster" gebruik.

De zevenvoudige hiërarchie van het bewustzijn (bewustzijnsniveaus, zintuigen, Wilber-Combs-rooster) zijn de schakel (verstrengeling) tussen 'Geestkunde en Natuurkunde'. Het reflexieve bewustzijn, het samenspel van de linker – en de rechterhersenhelft (rechter- en linkerpad), is voor het creëren van balans verantwoordelijk.

De diepe onderliggende spirituele realiteit wordt door de Hogere Tetraktys van Pythagoras weergegeven en het uiterlijke mythische beeld heeft op de Lagere Tetraktus betrekking. In De Geheime leer wordt de complementariteit tussen de Lagere - en Hogere Tetraktys aan de hand van Het boek van de getallen tot uitdrukking gebracht.

Om de waarheid dichter te benaderen wordt in de esoterie onderscheid gemaakt tussen (zie ook Complementariteit en de Twee kanten van één medaille neergang en opkomst):
- Hogere Tetraktys en Lagere Tetraktys
- Zijn en Niet-zijn (Sat en Asat, zelf en niet-zelf, Anatta refers to the perception of "not-self")
- Exoterische en Esoterische
- Essentie en Existentie
- Immanent en Transcendent
- Immateriële - en Materiële wereld
- Afhankelijk en Onafhankelijk
- Individueel en Collectief (Persoonlijkheid nr. 1 en Persoonlijkheid nr. 2)
- Mens en Dier
- Menselijkheid en Onmenselijkheid
- Evolutie of Degeneratie
- Persoonlijk en Onpersoonlijk (Laat de discipel de
vernietiger vernietigen.)
- Volwassenheid en Onvolwassenheid (
Verantwoordelijkheid en Onverantwoordelijkheid, (Harmonie en Disharmonie)
- Vernietigbaar en Onvernietigbaar (
Sterfelijk en Onsterfelijk, Vergankelijk en Onvergankelijk, tweenaturenleer)

Voetnoot Advies of Wilders is niet toerekeningsvatbaar (Volkskrant 18 maart 2016):
Vandaag is de eerste openbare zitting in de strafzaak tegen de heer Wilders. Laat ik de rechters adviseren, waarbij het niet gaat om een strikte interpretatie van de Nederlandse wet maar om de verantwoordelijkheid van justitie.
In een vrije samenleving dienen verbale steunbetuigingen aan bijvoorbeeld terrorisme, pedofilie of fascisme te vallen onder vrijheid van meningsuiting.
Daarbij zijn de uitlatingen waarvoor de heer Wilders wordt aangeklaagd dermate infantiel dat de rechtbank wel moet concluderen dat een volwassene die dergelijke uitspraken doet niet geheel of geheel niet toerekeningsvatbaar is.
Dat het democratisch proces inderdaad ten dele een infantiel proces is, is een weemoedig stemmend inzicht.
Justitie dient geen oordelen te vellen over uitspraken die behandeld moeten worden in de beslotenheid van groepstherapie of andersoortige therapie. Wij klagen iemand die lijdt aan het syndroom van Gilles de la Tourette ook niet aan omdat hij het schelden niet kan laten.

Plato's Ideeën wereld:
Volgens Plato is dat wat wij doorgaans beschouwen als de werkelijkheid slechts een zwakke afschaduwing van de échte werkelijkheid: de wereld van de Ideeën. Deze ideeën bevinden zich in Plato’s hemel of Ideeënrijk: een transcendente werkelijkheid waar geen tijd of ruimte bestaat. In de allegorie van de grot brengt Plato een bepaalde visie op de werkelijkheid naar voren: idealisme. Kenmerkend voor Plato’s idealisme is dat de abstracte wereld van de Ideeën meer realiteit bezit dan de materiële wereld van de tastbare dingen.
Roberto Assagioli, boek ‘Psychosynthese’, p. 29: Het bewuste zelf of ‘Ik’ (centrum, centraal punt in het ‘ei’ van Assagioli): Vanuit een bepaald gezichtspunt kan men dit verschil vergelijken met het verschil dat er bestaat tussen het witte, verlichte scherm (Hogere Tetraktis, Tetragrammaton, ‘hemelse mens’ is Adam Kadmon), èn de verschillende beelden die erop geprojecteerd (Weerkaatsing, Toverlantaarn) worden. …zij vereenzelvigen zichzelf met die opeenvolgende golvingen, met de steeds veranderende inhouden van hun bewustzijn (identificatie versus dis-identificatie).

Een uitzicht op wereldvrede in eenheid en verscheidenheid ontstaat wanneer de mensheid er geleidelijk in zal slagen de drie gesignaleerde problemen van onwetendheid, politiek en identiteit integraal tot een oplossing te brengen. De gezonde zelfreflectie, het Ken Uzelve (balansmechanisme, zelfrealisatie, zelfregulering, zelfkennis, zelfverwerkelijking, zelf-ontplooiing, zelfcontrole, zelfinzicht), het zicht krijgen op onze sterke en zwakke kanten staat daarbij centraal. Het ‘Ken uzelf’ geeft weer hoe we kunnen komen van onvolwassenheid naar volwassenheid. Bij een crisis speelt de levenswijze, het gedrag van mensen, het functioneren van individu en samenleving, het collectief een cruciale rol.

Blavatsky, Deel III (p. 456): Het Delphische gebod ‘Ken uzelve' schijnt in deze eeuw slechts voor weinigen te gelden.

De Geheime Leer Deel II Stanza 12 Onze goddelijke leermeesters (p. 425):
Het is de symbolische weergave van de grote worsteling tussen de goddelijke wijsheid, nous, en haar aardse weerspiegeling, psuche, of tussen geest en ziel, in de hemel en op aarde. In de hemel, omdat de goddelijke MONADE zich vrijwillig daaruit had verbannen om, met incarnatie als doel, af te dalen naar een lager gebied en zo het dier van klei te veranderen in een onsterfelijke god. Want, zoals Eliphas Lévi ons zegt, ‘de engelen streven ernaar mensen te worden; want de volmaakte mens, de mens-god, staat zelfs boven de engelen’. Op aarde omdat de geest, zodra hij was neergedaald, verstrikt raakte in de kronkelingen van de stof.
426: In Isis Ontsluierd’ (Akashakroniek) zijn talloze aanwijzingen in deze richting gegeven, en men kan verspreid over deze boekdelen een nog groter aantal verwijzingen naar dit mysterie vinden. Om dit punt eens en voor altijd duidelijk te maken: wat de geestelijkheid van elke dogmatische religie – voornamelijk de christelijke – satan, de vijand van god, noemt, is in werkelijkheid de hoogste goddelijke geest – (occulte wijsheid op aarde) – in zijn natuurlijke antagonisme tegen elke wereldse, vergankelijke illusie, de dogmatische of kerkelijke godsdiensten inbegrepen. De Latijnse kerk, onverdraagzaam, fanatiek en wreed tegenover allen die niet verkiezen haar slaven te zijn; de kerk die zich de bruid van Christus noemt en tegelijkertijd de gevolmachtigde van Petrus, tot wie de bestraffende woorden van de Meester: ‘Ga achter mij satan’ terecht werden gericht; en ook de protestantse kerk die, terwijl zij zich christelijk noemt, op paradoxale manier het Nieuwe Verbond vervangt door de oude ‘wet van Mozes’, die door Christus openlijk werd verworpen: deze beide kerken vechten tegen de goddelijke waarheid, als zij de draak van de esoterische (want goddelijke) wijsheid verwerpen en belasteren. Telkens wanneer zij de banvloek uitspreken over de gnostische zonne-Chnouphis – de Agathodaemon – Christos of de theosofische slang van de eeuwigheid, of zelfs de slang uit Genesis, worden zij door dezelfde geest van duister fanatisme geleid, die de Farizeeën ertoe bracht Jezus te vervloeken met de woorden: ‘Zeggen wij niet met recht, gij hebt een duivel?’
De geschiedenis van het lijden van deze wereld is niets anders dan het verhaal over de oorlog van de goden, een oorlog die nog niet is afgelopen, terwijl de christelijke wereld nog steeds een god in de duivel en een duivel in God vereert.
Het
antagonisme van de machten betekent anarchie voor de dogma’s. Zo antwoordt de wereld de kerk die bevestigt dat de duivel bestaat, met een schrikbarende logica: dan bestaat God niet; en het is zinloos om te proberen aan dit argument te ontkomen door de opperheerschappij te bedenken van een god die zou toelaten dat een duivel de verdoemenis van de mens teweegbrengt; die toestemming zou iets monsterlijks zijn en zou neerkomen op medeplichtigheid, en de god die een medeplichtige van de duivel zou kunnen zijn, kan niet God zijn.
De duivel van de dogma’s is een verpersoonlijking van het atheïsme. De duivel van de filosofie is het overdreven ideaal van de menselijke vrije wil. De werkelijke of fysieke duivel is het magnetisme van het kwaad.

====

Vorm en Inhoud (Geest en Lichaam, Individueel en Collectief, Steen der wijzen, Recursie)

Thomas Hardy: Om de wereld te kunnen verbeteren, moet je je volledig rekenschap geven van haar slechtheid.

De betrokken kunstenaar Sandra Kooke en Henny de Lange Trouw 8 december 2007
Moeten kunstenaars geëngageerde burgers zijn met een actieve maatschappelijke bijdrage? Moeten musea geëngageerde kunst stimuleren? Over deze vraag heerst een tweedeling in de kunstwereld. Het conflict is op scherp gezet door de affaire van de Iraanse fotografe Sooreh Hera, wier werk werd geweigerd door het Gemeentemuseum.
Guernica van Pablo Picasso, Victory Boogie Woogie van Piet Mondriaan, de vilten omhulsels van Joseph Beuys, de Geert-Wildersaltaartjes van Jonas Staal, Hell van de gebroeders Chapman. Er kan een eindeloze rij voorbeelden worden gemaakt van maatschappelijk geëngageerde kunstwerken. Velen zien het als de taak van de kunstenaar om in het werk te reflecteren op maatschappelijke gevoelens en gebeurtenissen. Zeker na 9/11, en in ons land na de moord op Theo van Gogh, kwam de oproep aan kunstenaars om de wanhoop, angst en verscheurde samenleving te verbeelden. Veel kunstenaars deden dat ook. Maar leverde het bijzondere kunst op? Hielp het de samenleving bij het verwerken van de gebeurtenissen? Bracht het ons bijzondere inzichten? De vraag is niet te beantwoorden. Kunst maken en kunst kijken zijn individuele processen.
Niettemin heerst er een pittig debat in de museumwereld over de vraag of geëngageerde kunst meerwaarde heeft en daarom gestimuleerd moet worden. Voor- en tegenstanders staan lijnrecht tegenover elkaar. Centraal in de discussie staat de Mondriaan Stichting, het stimuleringsfonds voor beeldende kunst, vormgeving en cultureel erfgoed. Die ondersteunt de beeldende kunst met een flinke hoeveelheid geld. Volgens de stichting hoort kunst zich met maatschappelijke vraagstukken bezig te houden en moeten musea dat aanmoedigen.

Waaitaal, woorden uit de waan van de dag (Jeroen van Kan ontvangt schrijver Thomas Verbogt Programma boeken 15 mei 2016):
Thomas Verbogt schrijft vaak over de vluchtigheid van onze taal. Over waaiwoorden, die naar je toe komen waaien vanuit de pers en op straat, en die gelukkig snel weer verdwijnen. Woorden die veel zeggen over de tijdgeest en de staat van het land. Met geamuseerde verontrusting analyseert hij woorden als voorjaarshaar, socialbesitas, koopkracht, sierbestrating, zonzeker, doucheplassen, nieuwjaarsdipje, begrazingsactiviteiten, Mongoolse ochtendsla, Dolomieterse hapjes, oergraan, ontspullen en al die andere woorden die sluipenderwijs onze taal binnendringen.

Man legt dingen uit (Martijn van Calmthout interviewt Randall Munroe Volkskrant 14 mei 2016 bijlage Sir Edmund p. 42-44):
Randall Munroe (31) is een cultheld voor bèta's, met zijn droge stripjes op de populaire nerd-website xkcd.com. Inmiddels is hij een wereldmerk, met boeken, stickers en T-shirts. 'Woorden zeggen vaak niet meer wat ze bedoelen.'
Uiteindelijk gaat het niet om de dingen maar om de taal?
'Weet je, ik maak me soms druk om rare zaken. Bijvoorbeeld over de vraag wat mensen eigenlijk doen als ze praten of schrijven. Welk deel van wat ze zeggen is echt bedoeld om te informeren? En welk deel is bedoeld om te laten merken dat ze niet dom zijn? Neem mensen die taalfouten bij anderen corrigeren. Dat doen ze vooral om te laten zien dat zij het beter weten, niet omdat ze niet snappen wat er gezegd is. Dat ergert me, omdat soms een verkeerd woord zelfs beter is dan het juiste.'

Professor, wat zegt u nu? (Ionica Smeets Volkskrant 14 mei 2016 bijlage Sir Edmund p. 38-41):
De geleerde en de leek spreken vaak elkaars taal niet. Ionica Smeets gaat dat én andere problemen te lijf.
6. Wetenschapscommunicatie is niet voor sukkels
Hoe vaker een wetenschapper in de media komt, hoe slechter diens kwaliteit als onderzoeker moet zijn. Althans: dat is het vooroordeel dat leeft binnen de universiteit. Dit heet ook wel het Carl Sagan-effect, naar de astronoom die met zijn televisieprogramma's en boeken hele generaties warm maakte voor de sterrenkunde.
Sagan was ook een uitstekend onderzoeker, maar hij mocht geen lid worden van de Amerikaanse academie van wetenschappen. Terwijl zijn publicatielijst beter was dan die van anderen die wél lid waren. Bizar genoeg kende diezelfde academie Sagan later haar meest prestigieuze prijs toe.
Zulke dubbelheid zie ik vaker: onderzoekers mopperen eerst op collega's omdat ze op televisie komen en vragen vervolgens hoe zij zelf eens bij Humberto Tan kunnen aanschuiven. Het vooroordeel dat wetenschapscommunicatie voor de sukkels is, blijkt bovendien volkomen onterecht.
Wetenschappers die actief zijn op het gebied van popularisering, presteren ook op academisch gebied meer dan hun collega's die veilig in de ivoren toren toren blijven. De publiek zichtbare figuren maken langere werkweken, publiceren meer en hun werk wordt vaker geciteerd.

Modderende mensen (Arjan Peters Volkskrant 14 mei 2016 bijlage Sir Edmund p. 27):
Net als in de vorige roman, die van negentien jaar geleden, wordt er in De verzoening weer links en rechts geciteerd, al dan niet met bronvermelding. Leuk spel voor leesgekken. Maar dat de bijbelboeken Job en Prediker met naam en toenaam worden aangehaald, kan geen toeval zijn. De menselijke komedie is treurig en lachwekkend tegelijk.
Aan het slot van De verzoening geeft de schrijver alle daklozen en alle overige wrakhout uit zijn universum de zegen, om al hun geploeter in het ondermaanse te heiligen. Met dat slothoofdstuk legt Basart na eenenveertig jaar schrijverschap zijn kaarten op tafel; de romantitel die zijn menselijke komedie overhuift, is zowaar geen ironie.

De dubbele moraal is zowel bij de overheid als het individu eerder regel, dan uitzondering geworden. De economische groei stagneert omdat de moraal buiten het verkoopverhaal wordt gehouden. Zowel de collectieve staatsschuld als de individuele, de particuliere schulden zijn in Nederland moeilijk te beheersen (risicobeheersing). In het jaar 2000 was de staatsschuld 225 miljard en is in 2015 458 miljard, dus meer dan verdubbeld. Het roept de vraag op hoe lang kan de overheid nog met vrijwel gratis geld de staatsschuld financieren? In het kader van risicobeheersing dient wel degelijk met het sprookje van het gratis geld scheppen (ex nihilo) rekening te worden gehouden.

DNB-president Klaas Knot heeft gelijk zowel wat betreft de kwantitatieve verruiming, geldcreatie, ex nihilo (uit het niets) in de EU als het voorstel om de maximale hypotheek die huizenkopers kunnen krijgen verder te laten dalen naar 90 procent van de koopsom. De paradox in het verhaal is dat Lex Hoogduin, ex-kroonprins van Noud Welling, de voorstander van de Big Bazooka het gelijk aan zijn kant heeft gekregen.

Voetnoot Verheven of ADO-supporters, ga door met incorrect taalgebruik (Arnon Grunberg Volkskant 13 augustus 2015):
menselijke beschaving is gegrondvest op taal', schreef dinsdag in de Volkskrant. Zeker, maar de totalitaire regimes uit de 20ste eeuw waren eveneens gegrondvest op taal. Ik kan bijvoorbeeld LTI - Lingua Tertii Imperii: Notizbuch eines Philologen van Victor Klemperer, over de taal van het Derde Rijk, aanbevelen.
Vreeken suggereert dat er een verband bestaat tussen barbaars gedrag van voetbalsupporters en hun incorrecte taalgebruik. Wie 'hun hebben' zegt, heeft iets wezenlijks gemist ja, maar is correct taalgebruik een indicator voor morele deugdzaamheid? Volgens mij gaat het veeleer om klassenverschillen: zij die weten hoe het hoort, zij die dat niet (willen) weten.
De 'hogere klasse' zou moeten erkennen dat zij de 'lagere klasse' nodig heeft om zich goed te voelen.
Supporters van ADO Den Haag, ga vrolijk door met jullie incorrecte taalgebruik. Zonder er iets voor te hoeven doen voel ik me verheven boven jullie, en dat is heerlijk.

In Nederland wordt het Rijnlands model meer en meer door het Angelsaksische neoliberalisme vervangen. De fout die steeds opnieuw gemaakt wordt is dat het er bij risicobeheersing niet om gaat het recht van de sterkste te laten domineren. Machtscontrole is op angst gebaseerd. De kredietcrisis laat zien dat er slechts van kortetermijn-winst sprake is. De toezichthoudende rol van de overheid schiet ernstig tekort. Het rapport 'E i V' gaat er vanuit dat juist een grotere betrokkenheid van alle burgers tot de beste resultaten leidt. Op dit moment neemt de sociale ongelijkheid alleen maar toe.

Eerder hebben Adorno en Horkheimer (Frankfurter Schule) kanttekeningen bij de bevrijdingsbelofte van de Verlichting geplaatst.
Ludwig Heyde boek ‘Het gewicht van de eindigheid’ p. 115, Adorno en Horkheimer (Sociale filosofie): Dialektiek der Aufklärung, biedt een soort omgekeerde Hegeliaanse filosofie van de geschiedenis. De geschiedenis is niet het proces van vooruitgang in het vrijheidsbewustzijn. Ze is daarentegen het proces van toenemende onderdrukking, marginalisering en tenslotte eliminatie van het individu. De negatie van het vrije individu die in het verhaal vertolkt wordt, is wezenlijk voor de geschiedenis van het Westen.

Het adagium ‘u vraagt, wij draaien’ van veel politici staat diametraal tegenover de zienswijze van God. In vers 33 (p. 10) vinden we de juiste manier van omgaan met God en geld: Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden.

Rijnlandmodel (kies: Alg. semantiek en vervolgens Zelfreferentie):
Als je een abstractieladder neemt waarin ook het niveau "afbeelding" voorkomt, dan is dus ook één van de niveaus waarop je een afbeelding kan laten werken dat van "afbeelding" zelf - je kan van je eigen afbeelding weer een afbeelding maken, enzovoort. De meeste mensen zullen dit kennen als het Droste-effect: dat van de afbeelding op het cacaoblik van de gelijknamige fabrikant, waarop het blik zelf staat afgebeeld, ad infinitum - klik op het plaatje voor een animatie.
Een voor ons essentieel resultaat van deze wiskundige ontwikkelingen is geformuleerd door de logicus Alfred_Tarski. Deze liet zien dat er twee soorten "waarheid" zijn: die van zogenaamde "formele systemen", dat wil zeggen: systemen met vaste axioma's en regels die benoemd zijn (zeg maar: wiskunde), en die in "natuurlijke systemen", waarin die axioma's en regels niet beperkt en benoemd zijn (zeg maar: taal).

Het boek Mystiek van Bruno Borchert (p. 168): Grote mystieken zoals Boeddha en Jezus gaven als leidraad aan: het egocentrische, hebzuchtige ‘ik’ prijsgeven, vrijkomen uit begeerte, arm van geest worden.
Het ik beleeft dan zijn diepste grond niet vanuit het ik zelf, maar vanuit de andere kant van deze grond: God.
169: In Krishna en de bhakti-yoga wordt oosterse mystiek menselijk warm, in het neoplatonisme wordt de werkelijheid een schaduw van het echt Werkelijke. De technische houding toont nu haar verderfelijke keerzijde in zover de mens zich hooghartig als centrum van de kosmos waar wil maken. Zonder de nodige eerbied. Echter, alleen maar harmonie, alleen maar respect voor de natuur, alleen maar rust, alleen maar orde in zichzelf, alleen maar zich invoegen in de grote kosmische weg, dit alles zou de welvaart onmogelijk maken, evenzeer als de inzet om armoede en onrecht op te heffen.

Letterlijk betekend Merkaba (merkava) lichtvoertuig of strijdwagen. De Merkaba duikt voor het eerst op in de Bijbel. In een nogal mystieke passage beschrijft de profeet Ezechiël een ontmoeting met God. Hij ziet vier wezens in een gouden gloed, elk met vier gezichten en vier vleugels. ‘Er ging vuur heen en weer tussen de wezens, een gloeiend vuur, en er kwam bliksem uit het vuur. En zo flitsten de wezens heen en weer, als bliksemstralen.’ Elk van deze wezens heeft een wiel aan zijn voeten: ‘De wielen glansden alsof ze gemaakt waren van turkoois en ze hadden alle vier dezelfde vorm: ze leken op een wiel in een ander wiel. Ze gingen met de vier wezens mee zonder om te draaien.’ (Ezechiël 1:13b-14 en 16-17)

 

G.A. Barborka boek Het Goddelijke Plan, p. 91: Met inbegrip van de Hyparxis of top, ‘God’ bestaat deze hiërarchie uit tien klassen, die een tienvoudig stelsel omvatten.

De levensboom (Omraam Mikhaël Aïvanhov boek Angels and other Mysteries of The Tree of Life of G.A. Barborka boek Het Goddelijke Plan, p. 91) wordt ook gebruikt om de hemelse hiërarchie, de engelenleer van Dionysius tot uitdrukking te brengen. In een visioen nam Hildegard van Bingen ook de engelenscharen, de goddelijke sferen waar.

Bram Janssens 2. Ontwikkelingen in het natuurwetenschappelijk wereldbeeld, 2.1 het holografisch model.
Karl Pribram, een Amerikaanse neurochirurg van de universiteit Stanford, die de klassieker 'Languages of the Brain' heeft geschreven, beweert1 dat de hersenen wel eens als een hologram zouden kunnen werken en op die manier toegang hebben tot een groter of hoger geheel, een veld of 'holistisch frequentiegebied' dat grenzen van tijd en ruimte overschrijdt. Dit gebied kan volgens hem overeenkomen met het transcendente gebied van de eenheid-in-verscheidenheid, dat door verscheidene mystici en wijzen is beschreven en ervaren. De Engelse natuurkundige David Bohm was door onderzoekingen in het subatomaire gebied tot de conclusie gekomen dat fysische entiteiten, die in tijd en ruimte gescheiden lijken, in feite op een fundamentele manier met elkaar verbonden zijn. Er bestaat volgens hem naast de expliciete, manifeste werkelijkheid een 'ingevouwen' impliciet gebied, dat op zich één onverdeeld geheel is en dat voortdurend aan ieder expliciet deel ter beschikking staat. Het universum zou een reusachtig hologram zijn.

De vier kosmische schema’s (kies: Menu, Nr. 25.) der menselijke evolutie (vooruitgang) van Jozef Rulof kunnen ook aan de hand van kwadranten worden gerubriceerd:

Macrokosmos Microkosmos
Kosmische gebieden ----Zeven hellenOnderste Afgrond (bovenaards) ----Onderste Afgrond (hel)
||||
Stoffelijke kringloop ----Zeven hemelenBovenste Afgrond (onderaards) ----Bovenste Afgrond (hemels)

Met ‘hellen’ wordt aarde bedoeld. Dankzij het dualisme op aarde kunnen wij de eenheid in de hemel ervaren.
Het artikel 'Samenvatting van de leer’ van Jakob Lorber biedt een complementair perspectief.

Om levensovertuigingen in een bredere context te plaatsen kan het moreel kompas worden gebruikt. Dit denkmodel vormt een schakel om de zienswijzen van Lao Zi, Heraclitus, Pythagoras, Plato, Jezus, Hegel, Spinoza, Blavatsky, Nietzsche, Jung, Assagioli, Goethe, Richard Wilhelm, Heidegger, Wittgenstein, Rudolf Steiner, Sri Aurobindo, Krishnamurti, Foucault, Habermas, Ken Wilber en Sacks te verbinden, een nieuwe visie op de werkelijkheid te scheppen.

Uit de volgende percentages blijkt dat niet de inhoud van de presentatie maar de kracht van de retoriek, doorslaggevend is. Trias politica der retorica: Inhoud (7%), Woordkeus/toon (35%) en Performance, acteren/lichaamstaal (58%). Het succes van het betoog wordt veel meer bepaald door de verpakking van het verhaal, dan door de inhoud. Presenteren is naast informeren en enthousiasmeren voor een belangrijk deel entertainen. Of de boodschap overkomt, wordt maar door een zeer klein deel bepaald door wat de spreker zegt. Een succesvolle 'verkoop' hangt vooral af van lichaamstaal met inbegrip van het stemgeluid. Het verhaal daadwerkelijk weten te verpakken met de nodige schwung. De belangrijkste informatie is non verbaal. Dus er een goede show van maken. Je kunt het point of excellence bereiken, namelijk wanneer je zeker bent van jezelf, erin slagen authentiek te zijn. Je hart laten spreken. Je stem met je gevoelens, je hart verbinden. Van de presentatie een echte voorstelling maken. Er komt spanning in het verhaal door afwisseling, door melodieus stemgebruik (intonatie, luidheid, nadruk) of retorische middelen (vragen, ponerende uitspraken, voorbeelden, citaten, paradoxen). Spanning brengt u aan door pauzes. Breng gevoelens tot uitdrukking. Open vragen stellen. Eventueel dialoog met het publiek. Vragen of interrupties zijn geschenken. Effectieve communicatie is veel met weinig woorden zeggen. Doordraven betekent dat je weinig met veel woorden zegt. Krachtige, beschrijvende en positieve woorden zijn essentieel.

Grote mensen zijn luisteraars, kleine mensen praters. Spreken is zilver, zwijgen is goud. Voor een chef is het veel belangrijker dat hij goed kan luisteren. Leiders besteden meer tijd aan, advies te vragen dan advies te geven. Wat zou ik hiervan denken als ik niet de spreker, maar een van de toehoorders was? Verplaats je in de belevingswereld van je publiek? Balans aanbrengen tussen luisteren en spreken. Niet bang zijn om aan het publiek vragen te stellen. Het spelelement is een belangrijk onderdeel van een presentatie. Probeer de luisteraars in je verhaal te betrekken. Toehoorders actief in het betoog betrekken, bijvoorbeeld door vragen te stellen, meningen te peilen, prikkelende stellingen te poneren en de zaal uit te dagen. Niet alleen maakt dat de luisteraars actiever, ook voor jezelf is het prettig als er een uitwisseling van ideeën tot stand komt. De spanning valt dan sneller van je af, waardoor je weer losser overkomt. Wanneer je luistert met je hart , luister je zonder oordeel, zonder verwachtingen en zonder meningen. Actief luisteren omvat zowel verbaal als non-verbaal gedrag. Beproef u eigen opvattingen op hun deugdelijkheid door vragen te stellen. De juiste informatie en suggesties krijgt u wanneer u de juiste vragen stelt. In de kwaliteit van de vragen die je stelt ligt je eigen kwaliteit besloten. Er zijn culturen waarin het als een grotere kunst gezien wordt de juiste vraag te stellen dan het juiste antwoord te vinden. Daarin wordt men vooral gerespecteerd om de kwaliteit van de vraag die men stelt. Het antwoord is minder belangrijk, omdat men weet dat er geen eenduidig antwoord is. Er zijn geen antwoorden, alleen vreselijk veel vragen die gesteld moeten worden, en op zijn best een paar pogingen tot antwoorden die misschien het proberen waard zijn.

Verhemelte: In de spraak worden velaren gevormd door de tong tegen het zachte gehemelte aan te duwen. Het zachte gehemelte kan verder, in tegenstelling tot het harde gehemelte, ook omhoog worden bewogen. Wanneer een zanger op deze manier de verbinding tussen zijn neusholte en keelholte afsluit, produceert hij een hoger geluid dan gewoonlijk; dit wordt de kopstem genoemd. Ook bij het slikken sluit het zachte verhemelte de verbinding tussen neusholte en keelholte af. In alle andere gevallen is deze verbinding open voor de ademhaling.

VICTOR J ZAMMIT 4. Instrumentale Transcommunicatie (ITC)
George Meek: 'Voor de eerste keer in 8000 jaar kan er nu met zekerheid gezegd worden dat onze geest, ons geheugen, onze persoonlijkheid en onze ziel de fysieke dood zullen overleven.'
Sinds ongeveer 1980 hebben onderzoekers beweerd dat er contact is gemaakt met overledenen via de telefoon, de radio, de televisie, antwoordapparaten, faxapparaten en computers.
Deze meer recentere vorm van contact wordt Instrumentale Transcommunicatie genoemd (ITC) of uitgebreide ITC of zelfs Trans dimensionale communicatie. Het is zeer belangrijk als bewijsmateriaal omdat het contact zich herhaaldelijk voordoet in laboratoria over de hele wereld, en onderhevig is aan strikte wetenschappelijke voorwaarden.

Dr. S. Rorke with J. Hale The Strange Story of SPIRICOM: A Comprehensive Investigation of Claims Made For The World’s First Electronic Spirit Communication System
John G. Fuller: This is a strange story. It is either true, or it is not. That determination has to be left up to the reader.

Zelfreferentie, het proces van herhaling wordt met het Droste-effect, het verschijnsel recursie in verband gebracht.

Arthur D'Adamo Science Without Bounds A Synthesis of Science, Religion and Mysticism (p. 360):
For a Consciousness aware of only Itself there's no duality. It has temporarily become unconscious of the body, heart, and mind. It knows only Itself. The triad of knower, knowing, known disappear since Consciousness is all three. A Consciousness aware of only Itself has escaped from duality and ceased to be aware of entities with only relative existence. Such an Awareness is in a self-referential state. Self-referential states and processes naturally lead to infinity, physically, mathematically, and logically.
An example of a physically self-referential state or process occurs when an audio speaker's output is (usually inadvertently) fed back into a microphone. A feedback loop is established where output becomes input becomes output, etc. - each time passing through the amplifier and getting louder. If the amplifier's electronics allowed, this self-referential physical process would eventually produce infinite volume. Instead, the amplifier quickly reaches the limits of its electronics. The resulting, high-pitched squeal is familiar to anyone who has ever set up a music or public address sound system.

Een bewonderenswaardige lettré (Kees Fens de Volkskrant 9 oktober 1995):
DE EERSTE zin van de Voorrede die
J. C. Bloem meegaf aan zijn in 1950 verschenen bundel Verzamelde beschouwingen zou een mooi motto zijn voor zijn hele oeuvre....
Bloem bespreekt een roman van Howard Overing Sturgis. De heruitgave, van 1932, is ingeleid door Gerard Hopkins. Die staat in het register als: Hopkins, Gerard Manley. En dat is de grote dichter (over wie Bloem, heel typerend, nooit schreef), die in 1889 stierf.

Aan de slag met Freud en Frazer (Kees Fens de Volkskrant 2 mei 2003):
Onder het werk van Hugo Claus ligt een netwerk van verbindingen met en verwijzingen naar de wereldliteratuur, Griekse mythen, religie en dan vooral de katholiek-christelijke. Aan het oppervlak wijzen signalen naar de diepte, er kan worden gepeild, en delen van de twee lagen, oppervlak en diepte, kunnen met elkaar in relatie worden gebracht en elkaar betekenis geven.
Voorwerp van de studie zijn dus een dichtbundel (een van de indrukwekkendste die Claus heeft geschreven), een toneelstuk en een roman.
De drie werken liggen ook in tijd uiteen. Het gaat de auteur om de eenheid in de verscheidenheid. En daarbij vloeit bij hem het water van de wijsheid uit twee grote bronnen: Freud en Frazer. Frazer (1854-1941) was cultureel antropoloog en letterkundige. Zijn belangrijkste werk, The Golden Bough, verscheen tussen 1890 en 1915 in twaalf delen. Het is een comparatieve studie van godsdiensten, instituties, riten van de mensheid, vanaf de oudheid. Mede door de fraaie stijl ervan heeft het schrijvers beïnvloed,
Eliot en T.H. Lawrence in Engeland. Ook de literatuurstudie is erdoor beïnvloed: archetypen van thema's en motieven konden in literaire werken worden opgespoord, want het oude blijft zich in het nieuwe manifesteren. In de cultuur tellen alle jaarringen.

Ik geef mij niet zo gemakkelijk (Ruud Linssen interviewt Kees Fens De Groene Amsterdammer 9 maart 2007):
Kees Fens schreef het boekenweekessay Op weg naar het schavot. Aanleiding voor een gesprek over Amsterdam, de universiteit, loyaliteit en de journalistiek.
Bijna vijftig jaar publiceert
Kees Fens stukken in de krant, in tijdschriften en boeken. Veel schrijvers zijn schatplichtig, omdat deze stukken voor lezers deuren naar hun werk openden. Gerard Reve zou zonder wat Fens over zijn literatuur heeft geschreven een ander zijn geweest. Gerard Manley Hopkins zou in Nederland nauwelijks bestaan hebben als Fens (en W. Bronzwaer) geen schijnwerper op zijn poëzie had gezet.

Dr. Willem Marie Speelman Het lichaam en zijn omgeving Bijdrage aan de franciscaanse milieuspiritualiteit
Een op de heilige Franciscus teruggaande milieuspiritualiteit heeft haar bron in zijn lichamelijkheid en haar doel in zijn Lofzang van de schepselen. De Lofzang van de schepselen is de resonantie van de ziel met de schepping. Dit resoneren is het krachtigst op punten waar de ziel zichzelf in de schepselen weerspiegeld ziet. Eloi Leclerc schrijft over de sterren die Franciscus in zijn Lofzang ‘kostbaar’ noemt:
Als iemand graag de ‘kostbare’ sterren beschouwt hoog aan de hemel, dan bergt hij ook een of andere schat diep in zijn ziel. Het ‘kostbare’ geschitter aan de hemel is de weerkaatsing van iets dat fonkelt in zijn innerlijk.
12: Het lichaam bemiddelt onze betrekkingen: met de omgeving, met anderen, met onszelf en met God. De fenomenoloog Maurice Merleau-Ponty beschrijft de waarneming als een betrekking tussen het lichaam en zijn omgeving. Ook in onze communicatie met anderen en met onszelf speelt het lichaam een wezenlijke rol, zij het dat het lichaam dan verbeeld is. Maar hoe functioneert ons lichaam met betrekking tot God, op Wie onze zintuigen toch nooit enige grip kunnen krijgen?
Om te beginnen is het belangrijk te erkennen dat ons lichaam geen grip op God kan krijgen, dat God wel herkenbaar kan zijn, maar nooit lokaliseerbaar, niet waarneembaar, niet maakbaar, en dat we ook geen beeld van God kunnen hebben. Franciscus zelf schrijft in zijn eerste Wijsheidsspreuk dat God Geest is en alleen in de Geest gezien kan worden. Toch richt Franciscus zich in zijn zoektocht naar God eerder op lichamelijke dan op geestelijke zaken.
Omgeving als milieu
Wat betekent ‘milieu’ eigenlijk en hoe verhouden we ons daarmee als lichamelijke wezens?
Het milieu als midden
In het Franse woordenboek worden verschillende betekenissen van het woord ‘milieu’ onderscheiden. Ten eerste betekent het letterlijk het midden in: “de pen ligt op het midden van de tafel”. Vervolgens betekent milieu het bemiddelende in: “de mens houdt het midden tussen goed en kwaad”. En in de derde betekenis draait het perspectief van dit midden om, namelijk waar milieu staat voor de omgeving .

Christiaan Rozenkruis: Symbolisch personage uit het diepzinnige inwijdingsverhaal "De Alchemische Bruiloft van Christiaan Rozenkruis" (beschikbaar bij de Rozekruis Pers), waarin het ganse proces van de transfiguratie wordt beschreven, versluierd door een allegorische taal. Het gaat over de kandidaat, die de Roos van het Bewustzijn laat openbloeien op het Kruis van zijn persoonlijkheid, en die binnendringt in het Christusmysterie der wedergeboorte.

Christian Rosenkreutz, Boedha en Franciscus van Assisi (Rudolf Steiner, Boeddha zijn rol op de planeet Mars - uit GA 130).
We moeten nu onze blik even richten op de eigenaardigheden van zo´n naar het geestelijke strevende mens als Franciscus van Assisi en zulke mensen die door de huidige cultuur in de industrie, de techniek, en de moderne ontdekkingen van deze tijd staan. Er waren vele, ook occulte personen die in hun ziel veel leed doormaakten toen ze moesten inzien dat er in de toekomst twee soorten mensen zouden moeten bestaan. Ze geloofden dat de ene klasse helemaal op het praktische leven zou gericht zijn, dat die ene klasse haar heil zou zien in het produceren van voedingsmiddelen, in het bouwen van machines enz. En de andere klasse zou die zijn waartoe mensen als Franciscus van Assisi behoren, die zich vanwege hun geestelijke leven geheel van het praktische leven afwenden. Daarom was het een belangrijk moment toen als voorbereiding van genoemde conferentie Christian Rosenkreutz in de zestiende eeuw een aantal occultisten bijeen riep, een grotere kring mensen, en hen deze twee soorten mensen die in de toekomst zouden bestaan, voor ogen hield. Eerst riep hij een grotere, later een kleinere kring om de mensen dit belangrijks te vertellen. Christian Rosenkreutz hield deze voorvergadering een aantal jaren eerder, niet omdat het hem onduidelijk was wat er moest gebeuren, maar omdat hij de mensen tot nadenken wilde aanzetten over de perspectieven van de toekomst. Hij zei om het denken te stimuleren ongeveer het volgende: Kijk naar de toekomst van de wereld; de wereld dringt aan op praktische zaken, op industrie, op spoorwegen enz. De mensen zullen net lastdieren zijn. En zij die dat niet willen zullen als Franciscus van Assisi zijn, niet geschikt voor het praktische leven, zij zullen slechts leven voor de innerlijke ontwikkeling. - Christian Rosenkreutz maakte zijn toehoorders indertijd duidelijk dat er op aarde geen middelen zijn om de ontwikkeling van deze twee klassen mensen tegen te houden. Alles wat men voor de mensen kon doen tussen geboorte en dood kon niet voorkomen dat de mensen in deze twee klassen werden verdeeld. Voor zover de omstandigheden op aarde in aanmerking komen is het onmogelijk om ervoor te zorgen dat het ontstaan van die twee klassen wordt voorkomen. Hulp kon er alleen maar komen al er een manier van opvoeden zou worden geschapen die zich niet tussen geboorte en dood afspeelde, maar tussen dood en een nieuwe geboorte.

Ko Burger De moraal van het lichaam
De Franse filosoof Merleau Ponty heeft in zijn werk betoogd dat het kenmerkend is voor onze tijd dat materialisme en spiritualisme, materie en geest, in elkaar overvloeien. De mens is helemaal lichamelijk, maar als we deze lichamelijkheid louter materialistisch trachten te zien, missen we de betekenisgeving. We kunnen dit uitdrukken in de paradox dat de lichamelijkheid van de mens van geestelijke aard is.
Plaatje „Der Körper als Spiegel der Seele“ (tot slot)

Wiel Smeets 4. Dionysius en andere mystici over bestaanslagen en hun geestelijke bewoners
Dionysius bespreekt de negen scharen van hemelwezens in drie triaden, beginnend bij de allerhoogste hemelwezens die in de onmiddellijke nabijheid van de Allerhoogste wonen:
- De eerste triade: de Serafijnen, de Cherubijnen en de Tronen;
- De tweede triade: de Heerschappijen, de Krachten en de Machten;
- De derde triade: de Hoogheden (Vorstendommen), de Aartsengelen en de Engelen.

Boudewijn Koole "ZEN en OOSTERS EN WESTERS DENKEN" (Jacob Boehme)

H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I, Proloog (p. 47/48):
Als iets absoluuts is het Ene Beginsel onder zijn twee aspecten (van Parabrahmam en Mulaprakriti) geslachtloos, onvoorwaardelijk en eeuwig. Zijn periodieke (manvantarische) emanatie – of oorspronkelijke uitstraling – is ook Een, androgyn en als verschijnsel eindig. Wanneer de uitstraling op haar beurt uitstraalt, zijn al haar uitstralingen ook androgyn, om in hun lagere aspecten mannelijke en vrouwelijke beginselen te worden. Na de pralaya, hetzij de grote of de kleine pralaya (de laatste laat de werelden in statu quo, is het eerste dat opnieuw tot werkzaam leven ontwaakt, het plastische akasa, vader-moeder, de geest en de ziel van de ether, of het gebied op het oppervlak van de Cirkel. De Ruimte wordt vóór haar kosmische activiteit de ‘moeder’ genoemd en vader-moeder op de eerste trap van het opnieuw ontwaken. (Zie Toelichtingen, Stanza II.) In de Kabbala is zij ook vader-moeder-zoon. Maar terwijl deze in de oosterse leer het zevende beginsel van het gemanifesteerde Heelal zijn, of zijn ‘atma-buddhi-manas’ (geest, ziel en intelligentie), de triade die zich vertakt en verdeelt in de zeven kosmische en zeven menselijke beginselen, is zij in de westerse Kabbala van de christelijke mystici de triade of drieëenheid en voor hun occultisten de mannelijk-vrouwelijke Jehova, Jah-Havah. Hierin ligt het hele verschil tussen de esoterische en de christelijke drieëenheid. De mystici en de filosofen, de oosterse en de westerse pantheïsten, vatten hun aan de wereldvorming voorafgaande triade samen in de zuivere goddelijke abstractie. De orthodoxen vermenselijken haar. Hiranyagarbha, Hari en Sankara, de drie hypostasen van de zich manifesterende ‘geest van de opperste geest’ (met deze benaming begroet Prithivi – de aarde – Vishnu in zijn eerste Avatar), zijn de zuiver metafysische abstracte eigenschappen van vorming, instandhouding en vernietiging; het zijn de drie goddelijke Avastha’s (letterlijk: hypostasen) van dat wat ‘niet vergaat met de geschapen dingen’ (of Achyuta, een naam van Vishnu). De orthodoxe christen daarentegen scheidt zijn persoonlijke scheppende godheid in de drie personen van de drieëenheid en erkent geen hogere godheid.
De Geheime Leer Deel I Stanza 1 De nacht van het heelal (p. 82)
‘Geest en stof, of purusha en prakriti’, zo wordt ons geleerd, ‘zijn slechts de twee oorspronkelijke aspecten van het Ene en Ongeëvenaarde’.
De nous, die de stof beweegt, de levenwekkende ziel, die in ieder atoom zetelt en die in de mens is gemanifesteerd en latent is in de steen, heeft vermogens van verschillende graad. Dit pantheïstische denkbeeld van een algemene geest-ziel die de hele Natuur doordringt, is het oudste van alle filosofische begrippen. Evenmin was de archaeus een ontdekking van Paracelsus of van zijn leerling Van Helmont, want het is weer dezelfde archaeus of ‘vader-ether’ – de gemanifesteerde basis en bron van de ontelbare levensverschijnselen – die wordt gelokaliseerd. De hele reeks van talloze speculaties van deze soort zijn slechts variaties op dit thema, waarvan de grondtoon werd aangeslagen in deze oorspronkelijke openbaring. (Zie Afdeling II, ‘Oorspronkelijke substantie’.)
De Geheime Leer Deel I, Samenvatting (p. 304):
De hele orde van de natuur toont een voortgaande beweging naar een hoger leven. Aan de werking van de schijnbaar meest blinde krachten ligt een plan ten grondslag. Het hele evolutieproces met zijn eindeloze aanpassingen is een bewijs daarvan. De onveranderlijke wetten die de zwakke en krachteloze soorten uitroeien om plaats te maken voor de sterke, en die zorgen voor het ‘overleven van de geschiktsten’, werken alle naar het grootse doel toe, al zijn ze nog zo wreed in hun directe werking. Juist het feit dat er aanpassingen voorkomen, dat de geschiktsten inderdaad overleven in de strijd om het bestaan, toont aan dat wat ‘onbewuste Natuur’ wordt genoemd, in werkelijkheid een samenstel van krachten is, die worden gehanteerd door half-intelligente wezens (elementalen), die worden geleid door hoge planeetgeesten (Dhyan-Chohans). Deze laatsten gezamenlijk vormen het gemanifesteerde woord van de ongemanifesteerde LOGOS en vormen tegelijkertijd het DENKVERMOGEN van het Heelal en zijn onveranderlijke WET.
313: Dit wordt tegengesproken door dezelfde Trismegistos, die zegt: ‘Het is onmogelijk van God te spreken. Want het lichamelijke kan het niet-lichamelijke niet uitdrukken. . . . Dat wat noch lichaam, noch gestalte, vorm of materie heeft, kan niet door de zintuigen worden bevat. Ik begrijp het, Tatios, ik begrijp het, wat onmogelijk kan worden omschreven – dat is God.’ (Physical Eclogues, Florilegium van Stobaeus.)
Het is duidelijk dat deze twee passages elkaar tegenspreken en daaruit blijkt (a) dat een aantal generaties van mystici van allerlei soort onder het algemene pseudoniem van Hermes schreven en (b) dat een groot onderscheidingsvermogen nodig is vóór men een Fragment als esoterische lering aanvaardt, alleen omdat het onmiskenbaar oud is. We gaan nu het bovenstaande vergelijken met een soortgelijke aanroeping uit de hindoegeschriften, die ongetwijfeld even oud, zo niet veel ouder is. Hier is het Parasara, de Arische ‘Hermes’, die Maitreya, de Indiase Asclepios, onderwijst en Vishnu als drievoudig wezen aanroept.
‘Eer aan de onveranderlijke, heilige, eeuwige verheven Vishnu, die één universele aard heeft, de machtige over alles; aan hem die Hiranyagarbha, Hari en Sankara is (Brahma, Vishnu en Siva), de schepper, de instandhouder en de vernietiger van de wereld; eer aan Vasudeva, de bevrijder (van zijn aanbidders); aan hem van wie de essentie zowel enkelvoudig als veelvoudig is; die zowel ijl als lichamelijk is en zowel een geheel vormt als niet een geheel vormt; eer aan Vishnu, de oorzaak van de uiteindelijke verlossing, de oorzaak van de schepping, van het bestaan en van het einde van de wereld; die de wortel van de wereld is en die uit de wereld bestaat.’ (Vish. Purana, Deel I.)
314: ‘Werkelijkheid bestaat niet op aarde, mijn zoon, en kan daar niet bestaan. . . . Niets op aarde is werkelijk, er is slechts schijn. . . . Hij (de mens) is als mens niet werkelijk, mijn zoon. Het werkelijke bestaat alleen in zichzelf en blijft wat het is. . . . De mens is vergankelijk en hij is daarom niet werkelijk, hij is maar schijn en schijn is de hoogste illusie.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 7 De dagen en nachten van Brahmâ (p. 409):
Terwijl de occultisten uit het oosten zeven manieren van interpretatie hebben, hebben de joden er maar vier – namelijk de werkelijk-mystieke, de allegorische, de morele en de letterlijke of pashut. De laatstgenoemde is de sleutel van de exoterische kerken en is geen bespreking waard. Hier volgen een aantal zinnen die, als men ze leest met behulp van de eerste of mystieke sleutel, de onderlinge gelijkheid laten zien van de grondslagen van de opbouw van elke Schrift. Zij komen voor in het voortreffelijke boek van T. Myer over de kabbalistische boeken die hij goed schijnt te hebben bestudeerd. Ik citeer woordelijk. ‘B’raisheeth barah elohim ath hashamayem v’ath haa’retz' – d.w.z. ‘In het begin schiep(en) de god(en) de hemelen en de aarde’; (wat betekent:) de zes sephiroth van de opbouw10, waarboven B’raisheeth staat, behoren allen Beneden. Het schiep er zes (en) op deze berusten alle dingen. En die zijn afhankelijk van de zeven vormen van de schedel, tot aan de waardigheid van alle waardigheden. En de tweede ‘aarde’ blijft buiten beschouwing en daarom is er gezegd: ‘En uit haar (die aarde), die de vloek onderging, kwam zij voort.’ . . . ‘Zij (de aarde) was zonder vorm en leeg; en duisternis was over het aangezicht van de diepte, en de geest van de elohim . . . ademde (me’ racha ’phath) – d.w.z. zweefde, hing boven, bewoog zich. . . . Dertien berusten op dertien (vormen) van de waardigste waardigheid. Zesduizend jaren berusten op (worden genoemd in) de eerste zes woorden. Het zevende (duizendtal, het millennium) boven haar (de gevloekte aarde) is dat wat sterk is uit zichzelf. En zij werd in twaalf uur (een . . . Dag) geheel verwoest, zoals er staat geschreven. . . . In het dertiende zal Zij (de godheid) alles herstellen . . . en alles zal worden hernieuwd zoals tevoren; en al die zes zullen voortduren . . . enz.’ (Qabbalah, blz. 233, uit Siphrah Dzeniuta, hfst. i, par. 16, s. 9.)
10) De ‘bouwers’ uit de stanza’s.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 6 Het Wereld-ei (p. 393):
Bij de Grieken wordt het orfische ei beschreven door Aristophanes; het maakte deel uit van de Dionysische en andere mysteriën; tijdens deze werd het wereld-ei gewijd en werd de betekenis ervan verklaard; Porphyrius toont aan dat het een voorstelling van de wereld is.
394/395: Als men rekening houdt met deze cirkelvorm en met de ‘|’ die voortkomt uit de ‘ ’ of het ei, of het mannelijke uit het vrouwelijke in het androgyne, is het vreemd een geleerde te horen zeggen dat de oude Ariërs het tientallige stelsel niet kenden – omdat de oudste Indiase handschriften geen spoor daarvan vertonen. Omdat 10 het heilige getal van het heelal was, was het geheim en esoterisch, zowel de één als de nul, of zero, de cirkel. Bovendien zegt professor Max Müller dat ‘de beide woorden cipher (nul) en zero, die hetzelfde betekenen, afdoende bewijzen dat onze cijfers van de Arabieren zijn overgenomen’. Cipher is het Arabische ‘cifron’ en betekent leeg, een vertaling van het Sanskrietwoord voor niets, ‘śūnya’, zegt hij2. De Arabieren hadden hun cijfers uit Hindostan, en maakten zelf nooit aanspraak op de ontdekking ervan. Wat de pythagoreeërs betreft, hoeven wij slechts de oude manuscripten van Boëthius’ Geometrie, geschreven in de zesde eeuw, te raadplegen om onder de getallen van Pythagoras de 1 en de nul te vinden, als de eerste en laatste cijfers. En Porphyrius, die de Moderatus van Pythagoras aanhaalt, zegt dat de getaltekens van Pythagoras ‘hiëroglifische symbolen waren, door middel waarvan hij denkbeelden verklaarde over de aard van de dingen’, of de oorsprong van het heelal.
2) Een kabbalist zou eerder zijn geneigd te geloven dat, zoals het Arabische cifron was ontleend aan het Indiase śūnya, niets, ook de joodse kabbalistische sephiroth (sephrim) waren ontleend aan het woord cipher, niet in de zin van leegte, maar het tegenovergestelde – in de zin van schepping door getal en graden van ontwikkeling. En de sephiroth zijn 10 of .
Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 8 De lotus als universeel symbool (p. 417):
‘Hetzelfde werd aangeduid door de lotus, die groeide in de wateren van de Nijl. Zijn manier van groeien maakte hem bijzonder geschikt als symbool van de voortplanting. De lotusbloem, die als gevolg van haar rijping de draagster is van het zaad voor de voortplanting, gaat door het vruchtwater, dat is de rivier de Nijl, heen, en is door middel van een lange koordvormige stengel, de navelstreng, met behulp van een placenta-achtige hechting verbonden met moeder aarde, of de schoot van Isis. Niets kan eenvoudiger zijn dan dit symbool, en om de bedoeling ervan volkomen duidelijk te maken, wordt er soms een kind bij afgebeeld dat in de bloem zit of eruit tevoorschijn komt5. Zo worden Osiris en Isis, de kinderen van Chronos, of de eindeloze tijd, door de ontwikkeling van hun natuurkrachten in deze voorstelling de ouders van de mens onder de naam Horus. . . .’ (zie § 10, ‘Deus Lunus’.)
5) In de Indiase Purāna’s worden Vishnu, de eerste, en Brahmā, de tweede logos, of de ideële en de praktische schepper, respectievelijk voorgesteld als degene die de lotus manifesteert en degene die eruit tevoorschijn komt.
Deel I, hoofdstuk 9 De maan, deus lunus, phoebe (p. 423):
Voor deze ‘vaders’ – zoals Origenes of Clemens Alexandrinus – was de maan het levende symbool van Jehova: de schenker van leven en dood, de beschikker over het bestaan in onze wereld. Want al was Artemis Luna in de hemel, en bij de Grieken Diana op aarde, die heerste over geboorte en leven, bij de Egyptenaren was zij Hekat (Hecate) in de hel, de godin van de dood, die heerste over magie en bezwering. Meer nog: als de verpersoonlijkte maan, waarvan de verschijnselen drievoudig zijn, is Diana-Hecate-Luna de drie in één. Want zij is Diva triformis, tergemina, triceps – drie hoofden op één hals, zoals ook Brahmā-Vishnu-Siva. Daarom is zij de oervorm van onze drie-eenheid, die niet altijd geheel mannelijk is geweest. Het getal zeven, dat in de bijbel zo op de voorgrond treedt en zo wordt geheiligd in zijn zevende (sabbath) dag, kwam uit de oudheid tot de joden en vond zijn oorsprong in het viervoudige getal 7, besloten in de 28 dagen van de maanmaand, waarvan elk zevental wordt gekarakteriseerd door een kwartier van de maan.
De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk 9 De zeven scheppingen (p. 491):
Er werd ook zo’n ‘onderscheid gemaakt’, maar niet zoals Irenaeus het voorstelt. De gnostici hadden een hoger en een lager zevental in de hemel, en een derde aards zevental op het gebied van de stof. IAO, de mysteriegod en de bestuurder van de maan, zoals wordt aangegeven in het schema van Origenes, was het hoofd van deze hogere ‘zeven hemelen’5 en dus identiek met het hoofd van de maanpitri’s, de naam die zij gaven aan de Dhyan-Chohans van de maan. ‘Zij verzekeren dat deze zeven hemelen intelligent zijn en zij spreken erover als over engelen’, schrijft dezelfde Irenaeus; en hij voegt eraan toe dat zij Iao daarom Hebdomas noemen, terwijl zijn moeder ‘Ogdoas’ werd genoemd, omdat zij, zoals hij uitlegt, ‘het getal bewaarde van het eerstgeboren en primaire achttal van het pleroma’. (Ibid., dl. 1, v. 2.)
5) Alleen hoger dan de geesten of ‘hemelen’ van de aarde.
H.P. Blavatsky: De Geheime Leer Deel I, hoofdstuk Is de zwaartekracht een wet? (p. 542):
Maar om het pleit te winnen, moeten de occultisten in de eerste plaats de geloofwaardigheid van de wet van de zwaartekracht, van ‘de zwaartekracht, de koningin en heerseres van de stof’, in iedere vorm onderzoeken. Om dit op doeltreffende manier te doen, moet men zich de hypothese in zijn vroegste vorm voor de geest halen. Om te beginnen, was Newton de eerste die deze ontdekte? Het Athenaeum van 26 januari 1867 bevat enige bijzondere informatie over dit onderwerp. Er staat dat ‘men stellig kan aantonen dat Newton al zijn kennis over de zwaartekracht en haar wetten heeft ontleend aan Boehme, bij wie de zwaarte- of aantrekkingskracht de belangrijkste eigenschap van de Natuur is’ . . .
Want volgens hem ‘toont zijn (
Boehme’s) systeem ons het innerlijke van de dingen, terwijl de hedendaagse natuurwetenschap tevreden is met het kijken naar het uiterlijke’. Verder: ‘de wetenschap van de elektriciteit, die nog niet bestond toen hij (Boehme) schreef, wordt (in zijn geschriften) voorzien; niet alleen beschrijft Boehme alle tegenwoordig bekende verschijnselen van die kracht, maar hij geeft ons zelfs de oorsprong, het ontstaan en de geboorte van de elektriciteit zelf, enz.’
Newtons diepzinnige geest las gemakkelijk tussen de regels door en doorgrondde de mystieke weergave van de spirituele gedachte van de grote ziener. Hij dankt zijn grote ontdekking dus aan Jacob Boehme, het troetelkind van de genii (nirmānakāya’s), die over hem waakten en hem leidden, en over wie de schrijver van het bedoelde artikel zo terecht opmerkt dat ‘elke nieuwe wetenschappelijke ontdekking zijn diepe en intuïtieve inzicht in de geheimste werking van de natuur bewijst’. En nadat hij de zwaartekracht had ontdekt, moest Newton, om de werking van de aantrekking in de ruimte mogelijk te maken, bij wijze van spreken elke fysieke hinderpaal vernietigen, die in staat was de vrije werking ervan te belemmeren. Hiertoe behoorde onder andere de ether, hoewel hij meer dan een voorgevoel had van het bestaan ervan. Omdat hij voorstander was van de deeltjestheorie, was er volgens hem een absoluut vacuüm tussen de hemellichamen . . .
Deel I, hoofdstuk 15 Goden, monaden en atomen (p. 676,677):
Op dit punt is de materialistische wetenschap onverbiddelijk. Om haar standpunt te ondersteunen, gooit zij haar eigen axiomatische wet van uniformiteit in de natuurwetten, die van de continuïteit en de hele logische volgorde van analogieën in de evolutie van het zijn, omver. Men laat de massa’s niet-ingewijden geloven dat het hele bijeengebrachte getuigenis van de geschiedenis, dat aantoont dat zelfs de atheïsten van de oudheid, zoals Epicurus en Democritus, in goden geloofden, onwaar was; en dat filosofen als Socrates en Plato, die het bestaan ervan verkondigden, enthousiasten en dwazen waren die zich vergisten. Als we onze opvattingen alleen op historische gronden baseren, op gezag van talloze eminente wijzen, neoplatonisten, mystici van alle eeuwen, vanaf Pythagoras tot de grote wetenschappers en professoren van deze eeuw die, als zij ‘goden’ verwerpen, toch in ‘geesten’ geloven, moeten we dan zulke autoriteiten als even zwakzinnig en dwaas beschouwen als de een of andere rooms-katholieke boer, die gelooft in zijn eens menselijke heilige of de aartsengel Michaël, en tot deze bidt?

De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 10 De mystiek van de mysterienamen IAO en Jehova (p. 610):
Het is bekend dat Origenes, Clemens en de rabbi’s toegaven dat de Kabbala en de Bijbel versluierde en geheime boeken waren; maar weinigen weten dat de esoterie van de kabbalistische boeken in hun tegenwoordige omgewerkte vorm eenvoudig een nieuwe en nog slimmer bedachte sluier is, die over de oorspronkelijke symboliek van deze geheime boeken is geworpen.
Het voorstellen van de verborgen godheid door de omtrek van een cirkel, en van de scheppende kracht (mannelijk en vrouwelijk, of het androgyne WOORD) door de middellijn erdoorheen, leidt tot een van de oudste symbolen. Op dit denkbeeld waren alle grote kosmogonieën gebouwd.
613: . . . Dit is zijn (Gods) naam, en de som van de samenstellende waarden 21, 501 en 21 bedraagt 543, of eenvoudig een vorm van de cijfers in de naam van Mozes . . . maar nu zo gerangschikt dat de naam 345 wordt omgekeerd en als 543 wordt gelezen. . . . Als dus Mozes vraagt: ‘Laat mij uw gezicht of heerlijkheid zien’, antwoordt de ander terecht en naar waarheid: ‘Gij kunt mijn gezicht niet zien’ . . . maar gij zult mij van achter zien (de ware betekenis, hoewel niet de juiste woorden); omdat het omgekeerde en de achterkant van 543 de voorkant van 345 is – ‘ter controle en voor een juist gebruik van een reeks getallen om bepaalde grootse uitkomsten te krijgen, en voor dat doel worden zij in het bijzonder gebruikt’. De geleerde kabbalist voegt eraan toe: ‘Bij andere vormen van het getal zagen zij elkaar van aangezicht tot aangezicht. Het is vreemd dat wanneer wij 345 en 543 bij elkaar optellen, we 888 (Hoger denken) krijgen, de gnostische kabbalistische waarde van de naam Christus, die Jehoshua of Jozua was. En zo geeft ook de verdeling van de 24 uren van de dag drie achten als quotiënt. . . . Het belangrijkste doel van dit hele stelsel van getalcontroles was om de exacte waarde van het maanjaar in de natuurlijke maat van de dagen voor altijd te bewaren.’
627: De geest van leven en onsterfelijkheid werd overal gesymboliseerd door een cirkel: vandaar dat de slang die in haar staart bijt, de cirkel van wijsheid in oneindigheid voorstelt. Hetzelfde geldt voor het sterrenkundige kruis – het kruis binnen een cirkel, en de bol met daaraan twee vleugels, die vervolgens de heilige scarabeus van de Egyptenaren werd, waarvan alleen al de naam het geheime denkbeeld aangeeft dat ermee is verbonden.
628: De onbelichaamde intelligenties (de planeetgeesten of scheppende krachten) werden altijd voorgesteld in de vorm van cirkels. In de oorspronkelijke filosofie van de hiërofanten waren deze onzichtbare cirkels de prototypische oorzaken en bouwers van alle hemelbollen, die hun zichtbare lichamen of omhulsels waren en waarvan zij de zielen waren. Het was in de oudheid ongetwijfeld een algemeen verbreide leer. ( Ezechiël , hfst. 1.)
628/629: Het visioen van de profeet Ezechiël herinnert sterk aan deze mystiek van de cirkel, toen hij een wervelwind zag waaruit ‘een wiel op de aarde’ kwam, waarvan het maaksel ‘als het ware een wiel in het midden van een wiel was’ (hfst. i, de verzen 4-16) . . . ‘want de geest van het levende schepsel was in de wielen’ (v. 20).
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 25 De Mysteriën van het zevental (p. 677, 678):
Darwin zegt in zijn Descent of Man, blz. 164, dat de bewoners van de zeekust sterk door de getijden worden beïnvloed:
‘De oudste stamvaders in het rijk van de gewervelde dieren . . . bestonden blijkbaar uit een groep zeedieren. . . . Dieren die leven ofwel bij de gemiddelde hoogwaterlijn, of bij de gemiddelde laagwaterlijn, doorlopen in veertien dagen een volledige cyclus van getijdenveranderingen. . . . Nu is het een geheimzinnig feit, dat bij de hogere en nu op het land levende gewervelde dieren . . . veel normale en abnormale processen perioden hebben van een of meer weken (zevenvouden) . . . zoals de dracht van zoogdieren, de duur van koortsen’, enz. . . . ‘De eieren van de duif worden in twee weken (of veertien dagen) uitgebroed; die van de kip in drie; die van de eend in vier; die van de gans in vijf, en die van de struisvogel in zeven.’ (Bartlett, Land and Water.)
678: Dit getal staat in nauw verband met de maan, waarvan de occulte invloed zich altijd in zevenvoudige perioden manifesteert. De maan is de gids van de occulte kant van de aardse natuur, terwijl de zon de regelaar en de factor van het gemanifesteerde leven is (zie ook Deel I, Afdeling II); en deze waarheid is voor de zieners en adepten altijd duidelijk geweest. Jacob Boehme, die de nadruk legde op de fundamentele leer van de zeven eigenschappen van de eeuwigdurende moeder Natuur, bewees daardoor dat hij een groot occultist was.
Maar laten wij terugkeren tot de beschouwing van het zevental in de oude religieuze symboliek. Aan de metrologische sleutel tot de symboliek van de Hebreeën, die
numeriek het meetkundige verband van de cirkel (al-godheid) tot het vierkant, de kubus, de driehoek en alle integrale emanaties van het goddelijke gebied onthult, kan de theogonische sleutel worden toegevoegd. Deze sleutel verklaart dat Noach, de aartsvader van de zondvloed, in één aspect de omzetting van de godheid (de universele scheppende wet) is, ten dienste van de vorming van onze aarde, haar bevolking en de voortplanting van het leven daarop in het algemeen.
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 26 De mysteriën van het zevental (713)
Voor christenen en gelovigen zou deze verwijzing naar Zacharia en vooral naar de brief van Petrus (1 P. ii, 2-5) voldoende moeten zijn. In de oude symboliek wordt de mens, in het bijzonder de innerlijke spirituele mens, ‘een steen’ genoemd. Christus is de hoeksteen, en Petrus noemt alle mensen ‘levendige’ (levende) stenen. Daarom kan een ‘steen met zeven ogen’ slechts betekenen wat we zeggen, d.i. een mens van wie de samenstelling (of ‘beginselen’) zevenvoudig is.

<< vorige ||volgende >>

Categorie: Definities


Deze pagina werd sedert 25 febr. 2008 keer bekeken.