Goddelijke wijsheid (Zeven wijsheidssleutels)

Max Verworn: Die Kunst ist der Spiegel der Seele.
Ingram Smith: De zoeker het gezochte is, want wat je zoekt is de projectie van de zoeker.
Byron Katie: Met de The Work, zie je wie je zelf bent door te kijken naar wat jij van andere mensen denkt. Uiteindelijk kom je te zien dat alles buiten jezelf een reflectie is van jouw eigen denken. Jouw geest is de verhalenverteller, de projector van alle verhalen, en de wereld is het geprojecteerde beeld van de gedachten waarin jij gelooft.
H.J. Witteveen: Het gaat er dus om de spiegel van ons bewustzijn om te draaien: van buiten naar binnen, zodat wij bewust kunnen worden van ons ware wezen dat een uitstraling is van het Goddelijke licht dat door de hele schepping schijnt (Prana december 2008/januari 2009).
Christian Vandekerkhove: Ik zou durven stellen dat de breuk tussen de Antroposofische Vereniging en de Theosofische voor beide stromingen één grote gemiste kans is geweest om samen aan een groot monument te bouwen in een sfeer van eenheid in verscheidenheid.

Reflexief bewustzijn ('Energie en Tijd', Zelfbewustzijn, Kwintessens, Morele kompas)

George Orwell: Sommige ideeën zijn zo fout dat alleen een heel intelligente mens daarin zou kunnen geloven.

De paranoia van de marktfundamentalisten in het Westen kunnen met die van moslimfundamentalisten in het Oosten worden vergeleken. Fundamentalisme is op haar beurt een reactie op het secularisme. Het manifest van het egoïsme van Ayn Rand is de wereld van de ‘carrot and stick’ van Hans van Baalen. Het is de wereld van de Lof der zotheid van Erasmus en zoals George Orwell in zijn boek 1984 heeft vertolkt.

Om de wereld beter te leren begrijpen wordt in het onderzoeksrapport 'E i V' zowel aan René Girard als aan Alain Finkielkraut, die beide lid zijn van de Académie Française aandacht besteed. Het gaat er niet om op de Heiland en zondebok van het christendom te vertrouwen maar op het zelf.

Over De Nieuwe Wereld Vanuit de Rode Hoed in Amsterdam presenteren Colet van der Ven en Johan Fretz De Nieuwe Wereld. Daarin ontvangen zij elke zondag zinzoekers, praktisch idealisten en bevlogen denkers, 31 augustustus 2016:
Marylinne Robinson Marilynne Robinson is een van Amerika's meest vooraanstaande schrijvers. Haar debuut Een huishouden was in 1981 meteen een groot succes en haar tweede roman Gilead werd onderscheiden met de Pulitzerprijs en de National Book Critics Circle Award. Gilead vormt samen met Thuis en Lila een belangrijke trilogie in de Amerikaanse literatuur. Robinson is met haar literatuur en essays zeer invloedrijk. Haar beroemdste fan is president Obama; hij citeert Robinson in zijn toespraken en prijst haar om haar werk. Robinson is een christelijke schrijver in de Amerikaanse traditie: religie, normen en waarden zoals vergiffenis en compassie spelen een grote rol in haar boeken. Christendom noemt ze tegennatuurlijk: 'van je vijanden houden is niet echt makkelijk'. Colet van der Ven spreekt met de gelauwerde en geprezen Robinson over Obama, die zij de beste president sinds Jefferson noemt, het gevaar van angstpolitiek en het belang van verbeelding.

Wie houdt het Westen een spiegel voor? (Jip Schreibers Volkskrant 2 november 2015):
Waarom willen we schuldigen aanwijzen, de baas spelen, onszelf superieur voelen en geweld gebruiken? Ik wil dat niet. Ik doe er niet aan mee. Ondoordacht
Althans; voor onze eigen westerse maatschappij doen we dat niet, bij de ander doen we dat graag. Het is makkelijk een groep aan te wijzen, om simpele oplossingen te zoeken, maar het is ook uiterst dom. Het is een emotionele reactie, het is ondoordacht.
Het is gevaarlijk dat zelfs in de politiek en de media dit soort gedachtegoed centraal wordt gesteld. Het lijkt of de westerse wereld de rest van de wereld een spiegel voor wil houden hoe de wereld er zogenaamd uit zou moeten zien. Maar wie houdt ons de spiegel voor?
Wat zijn wij wel niet aan het doen? Hoe egocentrisch en bijna narcistisch is het wel niet om te denken dat wij wel geweld kunnen en mogen gebruiken? Samenlevingen bombarderen en verafschuwen omdat bepaalde groepen individuen met extreme ideeën ons lijken te bedreigen (personen die niet het geluk hebben gehad zich in een veilige en gezonde omgeving te kunnen ontwikkelen).

Het adagium ‘u vraagt, wij draaien’ van veel politici - met als gevolg de Nederland breed ingevoerde marktwerking - staat haaks op de zienswijze van God. In vers 33 (p. 10) vinden we de juiste manier van omgaan met God en geld: Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden. Het ééndimensionale marktdenken (Groupthink) is een vervorming van het innovatieve interdisciplinaire denken (Creativethink).

Piet Hilhorst 'Uitverkoop van de thuiszorg (2)'
Marktwerking in de zorg zou betere en goedkopere zorg opleveren. Maar de inventiviteit van ondernemers is niet gaan zitten in een betere zorg of een slimmere werkwijze, maar in een krachtiger aanval op de salarissen aan de onderkant en in een schaamtelozere verhoging van de salarissen aan de bovenkant. En ondertussen zijn de cliënten de klos, want die krijgen ongemotiveerde, onopgeleide thuiszorgmedewerkers over de vloer die geen woord met ze wisselen en geen acht op ze slaan. Zo is het moment van de waarheid voor de thuiszorgmedewerkers ook een moment van de waarheid voor de marktwerking in de zorg.

De vervormingen van 'Creativethink en Zelforganisatie' ('Zelfgenezend vermogen en Zelfrealisatie') zijn 'Groupthink en Chaos':

Kernkwadrant: 5D-concept:  Vier kwadranten:Ken Wilber
Negentropie (Kunst)   HolosLogos  
2. Creativethink >>>>4. Groupthink  SamenwerkingskrachtVoedingskrachtCultuur van waardenSociaal, Systeemtheorie
1. Daadkracht >>>>3. Drammerigheid  4. Wij-kant ----2. Zij-kant4. Innerlijk/Collectief ----2. Collectief/Uiterlijk
||  ||||
4. Passiviteit <<<<2. Geduld  1. Het-kant ----3. Ik-kant1. Individueel/Uiterlijk ----3. Innerlijk/Individueel
5. Chaos <<<<3. Zelforganisatie  VormkrachtBeeldkrachtGedragsmatigIntentioneel
Entropie   Mythos (Eros)Theos 

Creativethink maakt het mogelijk de ongeordendheid van een systeem, de entropie te verminderen. Aan de hand van het '5D-concept en Ether-paradigma', de kwintessens is het mogelijk de ommekeer tot uitdrukking te brengen.

De klinisch psycholoog René Meijer brengt met zijn matrices de symmetrie in de schepping tot uitdrukking:

Filognostische definities van Zelf, Ego en Wijsheid.
De begrippen persoonlijk en onpersoonlijk in de filognosie.
Filognosie: hoofdstuk De ideale integratie en haar schaduw.

Het Ether-paradigma en het 5D-concept worden naast elkaar gebruikt en passen beide in het 5Ddenkraam. Het Ether-paradigma heeft als vertrekpunt de materie, elektromagnetisme, de relatieve ether van René Meijer. Het 5D-concept belicht de 5e Dimensie vanuit een filosofisch perspectief. Het is net als met 'Geest en Lichaam', 'hemel en aarde', 'Zo boven, Zo beneden', het ' noumenale en fenomenale ', ' top down en bottom up ', 'deductief en inductief'. Het zijn de twee complementaire kanten van een medaille, die beide de kwintessens tot uitdrukking kunnen brengen. Of met andere woorden het Ether-paradigma begint bij 4 en eindigt bij 5 en het 5D-concept begint bij 5 en eindigt bij 4.

De elektromagnetische kracht is het medium waardoor het bewustzijn zich in stoffelijke vormen kan manifesteren. Naast de stoffelijke wereld bestaat de geestelijke wereld.

Het 5D-concept heeft betrekking op de relatie tussen de 'gemanifesteerde wereld en de ongemanifesteerde wereld', op de 'microkosmos en de macrokosmos', op de 'Snaartheorie en Unificatietheorie', op ‘Energie en Materie’ en ‘Ruimte en Tijd’, op de 'mens en de 5e dimensie'. Deze relatie wordt door ‘Energie en Tijd’, de kwintessens tot uitdrukking gebracht.

De psyche (reflexief bewustzijn, zelfreflectie) werkt als een spiegel (weerspiegeling). Het is deze spiegel, het spiegelneuron, dat zorgt voor de golfbewegingen in de geschiedenis. Welke kant van de medaille, de aardse Tetrade (Standaardmodel, de gemanifesteerde werkelijkheid) of de hemelse Triade (ongemanifesteerde werkelijkheid), laten we overheersen? Alleen wanneer we ons meer met de Triade verbinden komt de beschaving een stapje verder. Meer opties zijn er niet en dat was al bij Pythagoras (De Gulden Verzen van Pythagoras) bekend.

Ervin Laszlo en Jude Currivan KOSMOS een integrale visie op de wereld, hoofdstuk 4 Akasha en de hele-wereld, Hoever zijn we nu? (p. 66):

  • De lichtsnelheid binnen de ruimtetijd, in combinatie met de realiteit van non-lokale connectie buiten ruimtetijd, stelt de hele-wereld in staat haar eigen innerlijke relaties te verkennen en haar eigen processen te genereren.

Hoofdstuk Spiraaldynamiek (p. 147):
In de ontplooiing van onze persoonlijke en collectieve ervaringen laat het kosmische reflectieprincipe, dat bepaalt in hoeverre de uiterlijke omstandigheden in ons leven een afspiegeling vormen van de toestand in ons innerlijke en vice versa (zie ook hoofdstuk 6) – zich heel ons leven gelden.
In hun baanbrekende boek Spiral Dynamics beschrijven Don Beck en Christopher Cowan een model van de bewustzijnsevolutie van complete culturen.
p. 148/149: Er begint consensus te ontstaan over het inzicht dat er vijf van deze transpersoonlijke chakra’s zijn, voor steeds hogere bewustzijnsniveaus, zodat deze samen met de zeven bekende chakra’s een uit twaalf poorten bestaand chakrasysteem vormen, dat in zijn geheel het dertiende niveau of ‘octaaf’ van ons huidige bewustzijn belichaamt.

Voor de vijf transpersoonlijke chakra’s kan van de 'bewustzijnsschil', die uit de vijf definities Ether-paradigma, Reflexief bewustzijn, Meta-leren (het Nieuwe leren), de Hermeneutische cirkel en de Unificatietheorie is opgebouwd, gebruik worden gemaakt.

Volgens Ervin Laszlo is het kwantumvacuüm de oerbron van geest en materie. Het concept ‘in-formatie’ van David Bohm wordt gebruikt om de structuur, de relaties tussen beide te beschrijven. Het begrip ‘in-formatie’ licht Ervin Laszlo in zijn boek Het Akasha-veld, Verbinding en geheugen in kosmos en bewustzijn (p. 67) toe. Sri Aurobindo: ‘Alles is bewustzijn (…). Op verschillende niveaus van zijn eigen manifestaties is dit universum een graduatie van bewustzijnsniveaus (p. 111)’.
David Bohm ziet alles als een geheel, waarin twee werkelijkheden bestaan: de geïmpliceerde (implicate) realiteit en de geëxpliciteerde (explicate) of ontvouwde (=zichtbare ) realiteit, die toch een zijn. Niet alleen is alles aan het veranderen, maar alles is flux. Wat wil zeggen, dat wat is, is het proces van worden zelf, terwijl alle objecten, gebeurtenissen, entiteiten, voorwaarden, structuren, etc. vormen zijn die vanuit dit proces kunnen worden geabstraheerd. Het is zoals het is. Verandering is niet tegen te houden, alles is aan het worden (the process of becoming) en de energie of bron komt altijd uit de onderliggende stroming (implicate reality) voort.

Gerrit Teule stelt in zijn boek Wat Darwin niet kon weten (p. 48):
Hoe werkt dat dan, welke (natuur)wetten liggen hieraan ten grondslag? Hoe verloopt de interactie tussen het oerbewustzijn - als grondslag van al het bestaande – en de andere lagen (Energie en Materie?).
301: Ik ben er van overtuigd dat grote en kleine componisten hun nieuwe melodieën rechtstreeks schrijven vanuit hun eonische bronbewustzijn.
315: De bewustzijnsevolutie die in de theorie van Darwin ontbreekt, is nog lang niet ten einde. De mens is nog maar net tot zelfbewustzijn gekomen, en we hebben nog miljarden jaren voor de boeg.

(315) Het fenomeen bewustzijnsontwikkeling, de ’bewustzijnsschil’ is het hoofdthema in het rapport 'E i V'.

Op de vraag die Gerrit Teule zich stelt is het mogelijk aan de hand van het ‘Yin/Yang-symbool en de Vijf Fasen’ een oplossingsrichting aan te geven.

Kosmische intelligentie heeft op het antropisch principe betrekking. Het heelal bestaat omdat we het kunnen waarnemen. Er moet tegenstelling zijn tussen subject en object, anders kan niet van bewustwording worden gesproken. Zintuigelijke waarneming is mogelijk omdat er een tegenstelling is tussen licht en donker. Verschijnselen als ruimte (oneindigheid), de 4e dimensie tijd (eeuwigheid) en het daaruit voortvloeiende, eeuwige, scheppende terugkoppelingsmechanisme, dat het nu met verleden en toekomst verbindt, brengen een ontwerp tot uitdrukking. David Bohm: ‘Niet langer kon een enkele tijds-orde het gehele universum omvatten; verleden; heden en toekomst konden niet meer in dezelfde absolute zin worden gehanteerd als dat voor Newton mogelijk was.’

We moeten er net als het antropisch principe van uitgaan dat de dingen zijn zoals ze zijn, het leven, het ontwerp is zoals het is. In dit kader is het interessant te verwijzen naar de 'De vier wie-vragen' Genen zijn niet belangrijker dan organismen (Richard Dawkins, NRC Handelsblad 22 mei 2004). De vierde vraag gaat over de zin van het leven, de waarde van ons gedrag om te overleven. Om de continuïteit van het leven op aarde voor de mensheid te waarborgen gaat het primair om de eenheid der tegendelen (kwalitatieve as), de hemelse triade en de natuurlijke selectie ('Survival of the fittest'). Het ‘ieder voor zich’ is een doodlopend spoor. De biologie belicht slechts de helft van het verhaal. Het draait om de vierde vraag van Niko Tinbergen: wat is de functie van het gedrag? Het zal duidelijk zijn dat juist de bewustzijnsevolutie zich met deze vraag bezig houdt. Het gedrag, die cultuur die werkelijk bijdraagt tot ons overleven, die cultuur zal ook zelf overleven. De bewustzijnsevolutie laat zien dat in het leven juist samenwerking wordt beloond.

De bewustzijnsevolutie wordt uiteindelijk door de ’culturele evolutie’ (filosofie) die op aarde plaatsvindt tot uitdrukking gebracht. De evolutie of devolutie die daadwerkelijk plaatsvindt is afhankelijk van de keuzen die we in het leven maken.

Het ‘Wat is’ van het antropisch principe verandert continu en blijft altijd doorgaan.
Het ‘of-of’ bestaat bij gratie van het 'en-en', dualisme bij gratie van het non-dualisme. Schepping en bewustzijnsevolutie staan niet los van elkaar, maar vullen elkaar aan. Het concept van de ENE WERKELIJKHEID (de ‘Werkelijkheid’ met hoofdletter W), bestaat echt. De bewustzijnsevolutie bestaat bij gratie van de Scheppingsleer , het atheïsme bij gratie van het theïsme, de dood bij gratie van het leven.

Het rapport 'E i V' biedt een raamwerk om aan het verbinden van de geesteswetenschappen en de natuurwetenschappen een steentje bij te dragen. Het brengt de reciprociteit tussen de microkosmos en macrokosmos in beeld. Teilhard de Chardin laat net als het Boeddhisme zien hoe probleem en oplossing met elkaar zijn verbonden.
De websites van Jules Ruis, Rini Sips en Edgard Jarvis bevatten een structuur die op het 5D-concept aansluit.

Aan elke crisis liggen tegenstellingen, zoals bijvoorbeeld tussen 'Politicals & Professionals', ten grondslag. Door de nauwe 'verstrengeling' tussen de 'eerste, tweede en derde macht' en de 'vierde, vijfde en zesde macht' verloopt de weg naar verbetering nu contraproductief omdat de brokkenpiloten elkaar de hand boven het hoofd houden en geen contact meer hebben met de werkvloer. De brokkenpiloten die de problemen hebben gecreëerd moeten zich nu als een ware Baron von Münchhausen aan hun eigen haren uit het moeras trekken. Door de deregulering, het privatiseren van het onderwijs, de wooncorporaties en de zorg heeft de overheid het stuur uit handen gegeven en dreigt de cash cow Nederland volledig te worden uitgemolken. Met een lose-lose situatie als gevolg. Het zelfreinigend vermogen van de parlementaire democratie gaat daardoor verloren.

Het morele kompas - een routeplanner in de geestelijke wereld - wordt gebruikt om de kwintessens, de samenhang tussen 4 elementen, de 5e Dimensie weer te geven. Op basis van de in het universum aanwezige supersymmetrie wordt geconcludeerd dat het concept van de Snaartheorie het spiegelbeeld van de Levensboom is.

Het 5D-concept is een model dat laat zien dat er langzamerhand wel degelijk van verifieerbare feiten kan worden gesproken. Het punt is namelijk dat de geschiedenis zich tot het einde der dagen zal blijven herhalen. Wanneer is, in tegenstelling tot wat Hegel stelt, de mensheid bereid van de geschiedenis te leren? Het mechanisme survival of te fittest bestaat echt, daar is geen twijfel over. Wel over de interpretatie van dit fenomeen. Het rapport ‘E i V’ gaat er van uit dat de psychologie, de sociologie en de filosofie het plaatje van de biologen kan completeren. Het is de arrogantie van de biologen die menen dat zij het alleenrecht hebben om het verschijnsel mens te verklaren. Hoe dom kunnen wetenschappers zijn te pretenderen de eeuwige wijsheid (Perennial philosophy) met betrekking tot het ontstaan van leven in pacht te hebben?

De verborgen 5e dimensie speelt zowel een rol bij reciprociteit als bij synchroniciteit. Het maakt een verbinding met het eenheidsbewustzijn, het collectieve bewustzijn, het kosmisch bewustzijn van deze planeet mogelijk.

====

Meta-leren ('Energie en Materie', Survival of the fittest, Individueel en Collectief, Ken Uzelve)

Aristoteles: Als de mens al zijn innerlijke talenten op de juiste wijze heeft ontplooid, zijn intellectuele eigenschappen, en zijn karaktertrekken, dan heeft hij het goede leven bereikt en is hij gelukkig.
Carl Jung: Alleen dat wat iemand werkelijk is heeft helende kracht.

Voor het leiden en besturen van bedrijven en overheidsinstellingen gaat het veelal om ondernemers, leiders en managers, die het gezichtspunt van de Natuurkunde als vertrekpunt gebruiken. De theosofie daarentegen heeft, om het functioneren van de ziel te verklaren, als vertrekpunt de alfawetenschappen, de Geestkunde en is op de kennis van profeten, mystici en zieners (rishi’s, Ascended masters) gebaseerd.

Grote leraren zijn ’leiders’ die de mens in het centrum plaatsen, de dubbelzinnigheden, dubbele agenda’s doorzien en ontmaskeren. De geschiedenis leert dat grote leiders en denkers naar eenheid streven. Het zijn evenwichtskunstenaars, die de Gulden middenweg bewandelen en contrasterende eigenschappen verenigen. Grote leiders kijken naar een verschijnsel van verschillende kanten, denken grenzeloos, multidimensionaal en interdisciplinair en willen dingen aan de mensen geven die nopen tot nadenken.

Darwin heeft gelijk wanneer hij stelt dat het leven de 'natuurlijke selectie' continu richting hogere, meer complexe vormen ontwikkelt. Dit geldt echter niet alleen voor de materie maar ook voor een zich ontwikkelend bewustzijn, de geest. Bij levensprocessen gaat het om natuurlijke selectie, om de door Richard Dawkins ingevoerde memen.
Richard Dawkins stelt dat het ontstaan van uiterst gecompliceerde levensprocessen (bijvoorbeeld een levende cel, het proces van de fotosynthese in planten) door ‘natuurlijke selectie’ kan worden verklaard.

Het verschijnsel synchroniciteit hangt met de doelgerichtheid in de natuur, met de ‘natuurlijke selectie’, het zo boven zo beneden; zo binnen zo buiten samen.

De definitie van het Reflexief bewustzijn biedt, net als de Allegorie van de grot van Plato of het Hologram-paradigma (Cultuur holografisch gespiegeld, Het holografische paradigma) een model om de spiegelwerking van de psyche, het bewustwordingsproces te verklaren.

Het is de Oerbron van universeel leven (Solovjov) die het dynamische systeem in beweging houdt. Van deze oerbron is echter nog niets bekend. Daar kunnen we alleen maar naar gissen.
In een open, dynamisch systeem moet er echter van een gebroken symmetrie (Broken_symmetry) sprake zijn. Volledig (vol en ledig/leeg) gelijk duidt immers op een evenwichtstoestand.
Symmetry and Symmetry Breaking ('First published Thu Jul 24, 2003; substantive revision Wed Feb 13, 2008).

De Geheime Leer Deel III (p. 417):
Dit feit is wederom gegrond op die geheimzinnige overgang van de goddelijke gewezen persoonlijkheid samengesmolten met de onpersoonlijke individualiteit – thans in haar volledige drieledige vorm – van de Monade als Âtmâ-Buddhi-Manas in een nieuw lichaam, hetzij zichtbaar of subjectief.

De toekomst ligt in het verleden besloten (Zaaien en Oogsten). Wanneer je haat zaait zul je geen liefde oogsten. De evolutie van de mensheid (de gemanifesteerde werkelijkheid) op macroschaal, die op de psyche van de anonieme massa berust, creëert op aarde golfbewegingen (bv. Biogeochemische cyclus, Epigenetica, Conjunctuurgolf, Kondratiev-cyclus). Alles wat gebeurt, is altijd historisch. De geschiedschrijving (Akasha-kronieken) legt de macro evolutie vast. In elke cel van ons lichaam, en dat van andere levende wezens, bevindt zich een geweldig rijk archief. Het boek Mens tussen hemel en aarde van Willem Schulte Nordholt laat het euvel zien dat we nog steeds niet bereid zijn van de geschiedenis te leren. De geschiedenis is de vrucht van de innerlijke wereld. Maar is het wetenschappelijk bezien interessant dat door ‘trial and error’ bestuur het wiel steeds opnieuw wordt uitgevonden? Het rapport ‘E i V’ behandelt het thema Meta-leren. De kredietcrisis is het gevolg van de creatie van een fantasiewereld en leert dat het 'Geven en Ontvangen' volledig in onbalans is geraakt.

Het lijkt er op dat de aanhangers van de evolutietheorie voor het Higgsdeeltje gaan en de mensen met een spirituele inslag voor het spanningsveld tussen twee polen. In supersymmetrie heeft ieder elementair deeltje een zogenaamde supersymmetrische partner.
Naar men aanneemt spelen spiegelneuronen (spiegelsymmetrie) een rol bij het begrijpen en interpreteren van de acties van anderen en het leren van nieuwe vaardigheden door imitatie. Schepping en evolutieleer staan niet los van elkaar, maar vullen elkaar aan.

De geschiedenis kent een diversiteit aan innovatieve, interdisciplinaire grenswetenschappers.
Spinoza, Schelling, Nietzsche, Jung en Wittgenstein zijn coryfeeën die zich hebben bewogen op het snijvlak van natuur en cultuur. Op dit snijvlak gaat het echter niet primair om wetenschap versus geloof, maar eerder om de samenhang en wisselwerking tussen natuur – en menswetenchappen. Deze kengebieden kunnen wel onderscheiden, maar niet gescheiden worden. Het zijn twee verschillende, maar complementaire domeinen. Door beide als complementair te beschouwen ontstaat een completer zicht op de werkelijkheid. Het is wenselijk de tweespalt tussen de natuurwetenschappen en geesteswetenschappen te verkleinen. Vastgeroeste denkpatronen te doorbreken. Het domein van de materie met de energetische processen te combineren. Een ruimer denkmodel is nodig om op creatieve wijze de wereldvraagstukken op te pakken.

Carl Woese (Syracuse (New York), 15 juli 1928) is een Amerikaanse microbioloog die bekend is vanwege het definiëren van de Archaea als domein (rijk) van organismen in 1977. Daarnaast stelde hij de hypothese van een RNA-wereld op.
De genetische code van Nirenberg schrijft voor hoe mRNA wordt gelezen om een eiwit te vormen. In 2006 hebben Andrew Fire (VS) en Craig Mello (VS) de Nobelprijs gekregen voor het ontdekken dat genen stilgelegd kunnen worden (RNA-interferentie).

Harun Yahya in zijn boek Het Bedrog van de Evolutieleer (HOOFDSTUK 13 Wat evolutionisten beweren en de feiten):
Noch de vergelijking om die uit de proteïnen gemaakt werden, noch die van rRNA's of genen bevestigden de vooronderstelling van de evolutietheorie.
Carl Woese, beroemd bioloog van de Universiteit van Illinois, heeft dit erover te zeggen:

"Er is geen consistent organisch fylogenie uit de vele individuele proteïne-fylogenies die tot dusver geproduceerd zijn, verschenen. Overal kunnen fylogenetische buitensporigheden gezien worden in de universele boom, van de wortel tot de belangrijkste takken en onder de verschillende (groepen) tot zelfs tot het uiterlijk van de belangrijkste groepen."182

Het feit dat de resultaten van de moleculaire vergelijking niet voor de evolutietheorie, maar eerder daartegen spreken, wordt ook toegegeven in een artikel met als titel "Is it time to uproot the tree of life?" gepubliceerd in het tijdschrift Science in 1999. Dit artikel door Elzibet Pennisi zegt, dat de genetische analyse en vergelijkingen die door de Darwinistische biologen zijn uitgevoerd om het licht over de 'levensboom' te laten schijnen, eigenlijk tot de tegenovergestelde resultaten leidden, en zegt dat: "de nieuwe gegevens vervuilen het evolutionistische plaatje"

====

Hermeneutische cirkel (Zevende wijsheidssleutel, 'Transcendent en Immanent', Hoofdroute)

Eed van de pythagoreeërs: Voorwaar, bij de Tetraktys die aan onze Ziel de bron verschafte, die de wortels der immer vloeiende natuur bevat.
Confucius: Doe nooit anderen aan wat je niet zou willen dat ze jou aan zouden doen.
Confucius: Alle mensen zijn hetzelfde. Het zijn slechts hun gebruiken die verschillen.
Velen zoeken het geluk hoger dan de mens; anderen lager dan hem. Maar geluk staat op dezelfde hoogte als de mens.
Niels Bohr: Een ieder die niet ontzet is door de kwantumtheorie heeft haar niet begrepen.
Wolfgang Pauli vatte de relatie tussen psyche en materie op als een spiegelsymmetrie.
(Engelien Scholtes boek De verborgen dimensie in het werk van Jung en Pauli)
Carl Jung: Vroeg of laat zullen kernfysica en de psychologie van het onbewuste elkaar naderen wanneer beiden, onafhankelijk van elkaar en vanuit verschillende richtingen doordringen in het gebied van het buitenzintuigelijke.
P. Krishna: De wanorde die we om ons heen zien in de maatschappij is een projectie van de wanorde die aanwezig is in het menselijk bewustzijn.
Thomas Berry: Denk erom, de Aarde is een spiegel die God zichzelf voorhoudt.
Fred Matser: De chaos in de wereld (‘om-geving’) is een reflectie van de wanorde in onze hoofden en harten (‘in-geving’).
Krishnamurti: Bewustzijn is de inhoud van het bewustzijn.
Het denken projecteert de toekomst via het heden, door het heden te wijzigen, vorm te geven en te ontwerpen als de toekomst.
De tranen van de hele wereld hebben de Wereldleraar voortgebracht
(boek Het Innerlijke Leven van Krishnamurti van Aryel Sanat, hoofdstuk 8 Ecce Homo).

J.Krishnamurti: "De maatschappij is niet anders dan jij - jij bent de maatschappij. De maatschappelijke structuur is de structuur van jouzelf. Dus als je begint jezelf te begrijpen, dan begin je de maatschappij te begrijpen waar je in leeft. Die twee zijn niet elkaars tegengestelde. Voor een religieus mens gaat het er dus om een nieuwe manier van leven te ontdekken, van in deze wereld te leven, en een transformatie teweeg te brengen in de maatschappij waarin hij leeft. Want door zichzelf te veranderen verandert hij de maatschappij" (Bombay, 10 februari 1965)

Verbeeldingskracht (ideatie), de kernkwaliteit creativethink is het positief tegenovergestelde van chaos. Middels de ommekeer is het mogelijk ons met de natuurlijke kringloop (flow), te verbinden. We zijn medescheppers van iedere situatie die in ons leven ontstaat. Ieder initiatief, elk mens kan door het vlindereffect de zelfordening positief beïnvloeden. De chaostheorie leert dat alles met elkaar verbonden is en de onderzoeker niet af te scheiden is van het onderzoek. Alleen door dat wat is te accepteren komt de evolutie een stapje verder.

Natuurlijke kringloopTriade en Tetrade:Accent van het aanzicht ligt op:Kernkwadrant (5D-concept):
1. Mythos (-???? -500)1. Oude TestamentRechtvaardigheid4. Creativethink
2. Theos (-500 - 1500)2. Nieuwe TestamentUniversaliteit van mensenrechten3. Zelforganisatie
3. Logos (1500 - 2000)3. VerlichtingGelijkheid, gelijke kansen voor iedereen2. Groupthink
4. Holos (2000 - ????)4. IntegratieRechtvaardigheid en Gelijkheid1. Chaos

De aspecten mythos, theos, logos en holos zijn in potentie gelijktijdig in het grote bewustzijnsveld (kwantumvacuüm) van beweging aanwezig. De tijdsperioden geven slechts een accent aan. Net als er in werkelijkheid niet zoiets bestaat als een toekomstig "komen" van rassen, bestaat er de komst van een holos-beschaving. Er is wel sprake van een eeuwig worden, de wenselijkheid dat aan de holos-beschaving handen en voeten wordt gegeven. Het leven bestaat alleen in het eeuwige nu. Waar kiezen we voor in het leven?

Karma is de gewoonte van de universele en eeuwige natuur, een ingewortelde fundamentele gewoonte, die zo werkt dat een daad onvermijdelijk een onontkoombaar gevolg heeft, een reactie van de natuur waarin we leven. Het werd door A.P. Sinnett, een van de eerste helpers van H.P. Blavatsky, de ‘wet van ethische veroorzaking’ genoemd, een ontoereikende en misleidende term, omdat karma in de eerste plaats meer is dan ethisch; het is zowel geestelijk als stoffelijk en alles daartussen. Het is van toepassing op de geestelijke, mentale, psychische en stoffelijke gebieden. Veel beter is te spreken over de ‘wet van oorzaak en gevolg’, omdat dit algemener is, maar zelfs deze omschrijving voldoet niet. De wezenlijke betekenis van deze leer is dat wanneer iets in een toestand van belichaamd bewustzijn handelt, dit onmiddellijk een keten van oorzaken in beweging brengt, die op elk gebied werkt dat door die keten wordt bereikt en tot waar haar kracht zich uitstrekt.

Net als in de visie van Luther komt in het holos-tijdperk het eigen geweten van de mens voorop te staan. Eigenlijk was de reformatie al in de middeleeuwen begonnen. Aanleiding was dat de priesters dronken, gokten en dobbelden op kerkelijke feestdagen. Erasmus van Rotterdam was daar bijzonder verontwaardigd over en schreef er een boek over: Lof der zotheid. In het holos-stadium komt de mens als beheerder van de natuur, als rentmeester van de aarde centraal te staan. Met het huidige potverteren zijn we uiteindelijk allemaal slechter af. De macht verschuift daarmee van top down naar bottom up.

De ‘Law of One’ heeft op het universele ordeningsprincipe karma ‘Er is niets nieuws onder de zon’ (Zaaien en Oogsten, Geven en Ontvangen), de 2e grondstelling betrekking. Het gaat in het kwantumvacuüm om de virtuele scheidslijn tussen twee polen (syzygieën), het aardse en het hemelse, tussen dharma en karma, waarvan Dharma buiten de bestaanssfeer van de wereld der tegenstellingen ligt, de Éne werkelijkheid . Het draait primair om de geestelijke wederhelft of Syzygos.

Robert Fludd (1574-1637), de mens en de macrokosmos: Utriusque cosmi maioris scilicet et minoris metaphysica, physica atque technica histori:

In het 5D-concept zijn de 'metafysica, het bovennatuurlijke en de fysica', 'geestkunde en natuurkunde', 'Bewustzijnsevolutie en Evolutietheorie', 'Unificatietheorie en Snaartheorie', twee complementaire kanten van één medaille. Het is het projectiemechanisme, de spiegelsymmetrie die beide met elkaar verbindt.

Of met andere woorden door alleen beide kanten de Natuurwetenschappen + Geesteswetenschappen = Nature (philosophy)these + antithese = synthese - van de éne werkelijkheid te belichten komt de theorie van alles een stapje verder. Het gaat er dus om vanuit beide domeinen en het fenomeen wederkerigheid kleine stukjes aan een gezamenlijke puzzel bij te dragen. Als we de zaken werkelijk willen veranderen dienen we aan het geestelijke kapitaal meer aandacht te besteden. Het domein van de materie met de energetische processen te combineren. Een ruimer denkmodel - een open geest - is nodig om op creatieve wijze de wereldvraagstukken op te pakken.

One of the most important implementors of Bacon's proposal was Thomas Hobbes, whose remarks concerning nature are particularly well-known. His most famous work, Leviathan, opens with the word "Nature" and then parenthetically defines it as "the art whereby God hath made and governes the world". Despite this pious description, he follows a Baconian approach. Following his contemporary, Descartes, Hobbes describes life itself as mechanical, caused in the same way as clockwork:
For seeing life is but a motion of Limbs, the beginning whereof is in some principall part within; why may we not say, that all Automata (Engines that move themselves by springs and wheeles as doth a watch) have an artificiall life?

De huidige tijdgeest vraagt om een nieuwe invulling van de getallenleer van Pythagoras. Er is behoefte aan een nieuw paradigma in de wetenschap in de geest van The Advancement of Learning van Francis Bacon of de natuurlijke theologie volgens Alfred North Whitehead (m.i.v. Henri Bergson, Jiddu Krishnamurti, Teilhard de Chardin, ea.)..

Spiritual Intelligence
Spiritual Intelligence is an innate human intelligence – but like any intelligence it must be developed. This means that we can describe it and measure it by looking at the skills or competencies that comprise Spiritual Intelligence.
Cindy Wigglesworth Why Spiritual Intelligence Is Essential to Mature Leadership:
'Het idee achter dit model is dat we ons als baby eerst focusseren op de beheersing van ons lichaam (FQ). Vervolgens gaan we onze taalkundige en conceptuele vaardigheden ontwikkelen ..., dit is ook belangrijk tijdens de schoolperiode (IQ). We ontwikkelen dan ook vroege vaardigheden met betrekking tot relaties. De echte EQ ontwikkeling komt vaak later uit feedback in onze werk- en leefrelaties. SQ komt aan de orde wanneer we beginnen te zoeken naar betekenis en ons bijvoorbeeld afvragen 'is dit nu alles?'. SQ en EQ zijn aan elkaar gerelateerd. Ik geloof dat we een basis met betrekking tot EQ moeten hebben om succesvol onze spirituele groei te kunnen starten. Een zekere mate van emotioneel zelfbewustzijn en empathie is een belangrijke basis. Wanneer onze spirituele groei zich ontvouwt (SQ), zal dat leiden tot een toename van de EQ vaardigheden, welke dan ook weer helpen de SQ vaardigheden te versteken.'

In het rapport Eenheid in Verscheidenheid worden de contouren geschetst hoe 'probleem en oplossing' van de culturele evolutie (cultuuroverdracht) met elkaar samenhangen.
Deel II, de schakel tussen Deel I en Deel III geeft uitsluitsel hoe het morele kompas als hulpmiddel kan worden gebruikt om de positie te bepalen en een nieuw perspectief op de toekomst te ontwikkelen. Het 5D-concept kijkt op een andere manier tegen de wereld aan, het bevat een structuur om de evolutie mede vanuit de geestkunde en de binnenwereld versus buitenwereld te benaderen. Maar zoals we weten moet een model niet met de werkelijkheid worden verward. Met het model wordt beoogd de kaart, het patroon, de structuur van een gebied weer te geven. Er wordt van uitgegaan dat een nieuw paradigma het mogelijk maakt de verschillende puzzelstukjes nog beter op elkaar te laten aansluiten.
De oplossing van het ééndimensionale marktdenken ‘u vraagt, wij draaien’ heeft een psychologische (Deel IV), een sociologische (Deel V) en een filosofische (Deel VI en VII) dimensie (drievoudige evolutie ‘Stoffelijk - Psychisch - Geestelijk’).

Engelien Scholtes, boek De verborgen dimensie in het werk van Jung en Pauli (p. 45):
We leven in een eigenaardige tijd. Het Christendom heeft zijn greep op de mensheid verloren. Er moet iets anders komen. Ik denk dat ik weet wat zal komen. Ik weet het heel precies. Maar ik zeg het niet aan niemand, want dan denken ze dat ik gek ben. (bron: H.B.G. Casimir)

Het Spiegelneuron geeft een wetenschappelijke onderbouwing van het projectiemechanisme van Carl Jung e.a. Zowel de Radboud Universiteit, de Universiteit Leiden als de Vrije Universiteit Amsterdam besteden aan het thema spiegelneuron serieus aandacht. De hamvraag is nu in hoeverre politici echt bereid zijn over hun eigen schaduw heen te stappen?
Het onderzoeksrapport ‘E i V’ verklaart de spirituele bewustzijnsverandering mede aan de hand van:
- Mimese (Plato)
- Deus sive Natura (Spinoza)
- Weerspiegelingstheorie (Hegel en Engels)
- Weerspiegeling, Weerkaatsing, Verbeeldingskracht (Blavatsky)
- Co-reflectie (Chardin)
- Projectiemechanisme (Freud, Herrmann, Jung, Kolb en Leary)
- Spiegelneuron (Iacoboni)
- Spiegelsymmetrie (Veltman, Standaardmodel)
- Zelfbewustzijn, Reflexief bewustzijn (Bewustzijnsschil)

De slang die in zijn eigen staart bijt symboliseert de cyclische gang van de natuur van de schepping en de destructie, leven en dood, de eeuwige cyclus van vernieuwing of met andere woorden de eeuwige wederkeer van Nietzsche.

De eeuwige wederkeer 'Verleden en Toekomst' verbonden door het eeuwige nu (5e Dimensie).

De 'Hoofdroute', het Meta-leren , (waarheidsvinding) heeft op de éne werkelijkheid net als bij Ayurveda op de "kennis van het leven", de oerbron En-soph betrekking. De oerbron manifesteert zich door het eeuwige nu, de 11e Dimensie.
De
verticale as (Axis mundi, de Staf van Hermes, de gouden keten van Homerus, de staf van Mercurius, Sutratman, levensdraad, de Caduceus, draad van Ariadne, Levensladder, Esculaap, de verborgen 5e Dimensie, de Derde Weg van Benjamin Barber) toont de kosmische Lichtzuil en ook de Middenzuil van de levensboom. De Staf van Hermes wordt beschouwd als de sleutel en de weg van persoonlijke (spirituele) ontwikkeling.
De
“staf” (p. 96) waarmede het goddelijke kind de volkeren zal hoeden, is natuurlijk de caduceus van Hermês, de voorbeeldige schaapherder van de zielen. In de oudere mythologie vindt men deze magische staf in de hand van Neb, de God van wijsheid en “de bewaarder van de scepter van kracht”.

De drie onderstaande kwadranten zijn op basis van de vier oorzaken-leer van Aristoteles en Natuurrijk karakteristieken (kies: Natuurrijk-karakteristieken en Evolutionaire Ontwikkeling) samengesteld.

Vuur -LuchtVuur -LuchtAziluthYetzirah
1. Oerknal -3. Gasvorming1./7. -3./5.7. Mensenrijk -5. Plantenrijk
||||||
4. Aarde -2. Vloeibare stoffen4. -2./6.4. Delfstoffenrijk -6. Dierenrijk
Aarde -WaterAarde -WaterAssiahBriah
  Ether(snijpunt 1./2. en 3./4.)Universele rijk(snijpunt 4./5. en 6./7.)

De synthese van de vier natuurrijken (delfstoffenrijk, plantenrijk, delfstoffenrijk en mensenrijk), het fundament - de relatie tussen aarde en hemel - de 4e dimensie maakt het voor de mensheid mogelijk met het vijfde natuurrijk (Koninkrijk Gods op aarde, universele quintessens, het universele en eeuwige perpetuum mobile) in verbinding te komen en de innerlijke harmonie (5e dimensie) te herstellen. De innerlijke harmonie is verbroken omdat we hebben gegeten van de boom der kennis van goed en kwaad. De mens wordt zich van zijn morele autonomie, van waarden en normen bewust.

Pontius Pilatus kan als de uitvinder van de dubbele moraal worden gezien.
Door aan het kruis te sterven neemt de Zoon voor de zonden van de mensheid de schuld op zich.
Jezus wordt Zondebok: Op de verlosser, de wereldverbeteraar wordt de schuld afgeschoven. Pilatus waste zijn handen, 'in onschuld'.
Pontius Pilatus-syndroom (Groupthink), 'Wat wil het volk?' slaat op schuld afschuiven.

Zowel Klaas van Egmond in zijn boek Een vorm van beschaving (p. 55) als Gerrit Teule in het boek Wat Darwin niet kon weten (p. 133) maken van i (wortel -1), de imaginaire 5e dimensie 'Weltstoff' (Materie-bewustzijn) gebruik. Het rapport ‘E i V’ bespreekt de kwintessens, de imaginaire 5e dimensie, de relatie met het universele denkvermogen (universele quintessens). Het universele denkvermogen, de kosmische ruimte en de eeuwige duur zijn de drie aspecten van de éne werkelijkheid.

Door de begrippen absolute tijd en relatieve tijd te introduceren is het mogelijk de discussie met betrekking tot ruimte en tijd een stapje verder te brengen. De relatieve tijd staat voor de 4e dimensie van Ouspensky op het grensvlak van 'ruimte en tijd', die niet kan worden waargenomen. De linker hersenhelft analyseert in de tijd en de rechterhelft synthetiseert in de ruimte. Het is de 5e dimensie, de imaginaire dimensie - het eeuwige nu - het principe van de 'Akasha-kronieken' waarmee mystici en paragnosten in verbinding staan.
De relatieve tijd kan het gemakkelijkste aan de hand van wanneer we naar de zon kijken worden geïllustreerd. We zien namelijk niet de zon zoals die op dat moment is, maar zoals ze ongeveer 8 minuten geleden was. Dit komt door de lichtsnelheid. Delen we de afstand tussen de zon en de aarde door de lichtsnelheid, dan heeft het licht bij benadering 8 minuten en 20 seconden nodig om de aarde te bereiken.

De zevenvoudige indeling van de gemanifesteerde werkelijkheid is in het periodiek systeem der elementen duidelijk herkenbaar. Voor het gehele periodieke systeem is voor de verklaring van de atoomtheorie het uitsluitingsprincipe van Pauli fundamenteel.

Het gaat niet alleen om de atoommassa in groepen van zeven, maar ook om de zeven (hoofd)elektronenschillen (Periodiek systeem/Elektronenconfiguratie), het factorgetal (factorelement, heptagoon, ‘telesphoros’) zeven en correspondeert met de zeven bewustzijnsniveaus, de scheppingskrachten. In de Theosofie staat het factorelement 7 symbool voor een natuurconstante.

Het atoommodel kan als symbool worden gebruikt om te illustreren hoe de energiebron (kwantumverstrengeling) kan worden bereikt. In het atoommodel van Bohr houden de elektronen van een atoom zich op in zeven schillen rondom de kern (Periodiek systeem/Elektronenconfiguratie), die een verschillend energieniveau hebben. Negatief geladen elektronen houden de positief geladen protonen in evenwicht.
Wanneer chemische elementen gerangschikt worden volgens hun atoommassa openbaart zich een periodiciteit in de eigenschappen (In werkelijkheid gaat het niet zo zeer om de atoommassa maar om het atoomnummer, maar de atoomnummers waren in de tijd van Mendelejev nog niet bekend. Voor de ordening maakt dat echter weinig verschil).

De termen kwantummechanica en kwantumfysica worden soms verward. In het algemeen kan men zeggen dat kwantummechanica de onderliggende theorie is, en kwantumfysica de toepassing in de natuurkunde, net zoals kwantumchemie de toepassing in de scheikunde is. In de praktijk worden de beide termen nogal eens door elkaar gebruikt, echter met een vooral onder natuurwetenschappers sterke voorkeur voor kwantummechanica. De kwantummechanica is nauwelijks goed uit te leggen zonder uitgebreide voorbeelden. Die voorbeelden worden gewoonlijk aan de natuurkunde ontleend, waardoor het verschil tussen kwantummechanica en kwantumfysica in de (onderwijs)praktijk soms wat vervaagt.

Elektronenconfiguratie:
De Geheime Leer Deel II, Stanza 3 Pogingen tot het scheppen van de mens (p. 87):
Want in de heilige sloka’s wordt gezegd:
De stralende draad die onvergankelijk is en slechts in nirvana oplost, komt daaruit ongeschonden weer tevoorschijn op de dag waarop de Grote Wet alle dingen tot werkzaamheid terugroept. . . .
De monaden die in deze lege SCHILLEN incarneerden, bleven even onbewust als toen zij van hun vroegere onvolledige vormen en voertuigen waren gescheiden.
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 24 Het kruis en het Pythagorische tiental (p. 713):
Wanneer men de scheikundige elementen volgens hun atoomgewicht in groepen rangschikt, zal men ontdekken dat ze een reeks vormen van groepen van zeven; het eerste, tweede, enz., lid van elke groep vertoont in al zijn eigenschappen een sterke analogie met het overeenkomstige lid van de volgende groep.

Het boeddhisme onderkent het zesde zintuig, de intuitieve geest. Volgens Rudolf Steiner zijn er zelfs twaalf zintuigen, de ‘ meer fysische – en geestelijke’ (Voelen en Denken) zintuigen (synesthesie: vermenging van zintuigen). Duitsland toont naast de vijf traditionele zintuigen, een 6e– en 7e zintuig.

Biologische membranen vormen een belangrijke basis van het leven. Zo worden cellen omgeven door een celmembraan om ze bij elkaar te houden en af te scheiden van de buitenwereld. De bestudering van de wisselwerking van het membraan met de omgeving en het DNA en de genen wordt ‘epigenetica’ genoemd (PRANA nr. 171, Michael Fromfeld).
Michael Fromfeld (artikel Een Elektrisch Universum Prana nr. 171, feb/mrt 2009) verbindt de lineaire beweging met Shiva, de spiraal beweging met Vishnu en de circulaire beweging met Brahma.

In essentie behandelt het rapport ‘E i V’ het mechanisme ‘en-en’/‘of-of’ (‘God en Darwin’/’God of Darwin’, ’Eenheid’/‘Gebroken symmetrie’, 'Emergentie'/'Decompositie' ('Emergence'/'Quantum decoherence'), ‘Monade’/’Duade’), de twee kanten van een medaille. Het is de ziel (psyche) die de twee kanten van een medaille met elkaar verbindt. Voor 'God en Darwin' kan ook gelezen worden 'Geloof en Rede'. Zowel Mozes Maimonides (1135 – 1204) als Raymond Lull (1232 – 1315) zijn wetenschappers, die zich al intensief hebben toegelegd op het schijnbaar onoplosbare conflict tussen geloof en wetenschappelijke kennis. Mozes Maimonides (BRES nr. 268) in zijn boek Gids der verdoolden en Raymond Lull in zijn hoofdwerk Ars Generale Ultima.

Naar het gezegde “Zo boven, zo beneden; zo beneden, zo boven” kunnen wij ons enig idee vormen van deze grote wetten die het functioneren van het gehele universum regelen.Een weerspiegeling van het kosmische ritme op het fysieke gebied kan volgens Taimni worden waargenomen in de beweging van de slinger. Iedereen kent de beweging van een slinger. Iedereen weet dat hoe meer de slinger zich van zijn loodlijn naar de rechterkant beweegt, des te meer zij zich naar de linkerkant zal bewegen om het evenwicht te herstellen, en dat de uitslaande beweging van de slinger met dezelfde intensiteit af of toe zal nemen. Aan de hand van dit voorbeeld kunnen we proberen ons de wet van evenwicht en compensatie voor te stellen als een wet die op alle gebieden van de gemanifesteerde wereld regeert.
De wijze is degene die erin geslaagd is om het centrum van het bewustzijn te plaatsen op het aanhechtingspunt van de slinger en het daar te houden.
En toch moeten wij vaststellen dat het een paar van tegenstellingen is dat inherent is aan het verschijnsel manifestatie, dat wil zeggen dat de een niet zonder de ander kan, de een de ander in evenwicht houdt, en dat de een de ander in potentiele vorm inhoudt. Op het gebied van de persoonlijkheid zullen er altijd kwaliteiten en gebreken, deugden en ondeugden zijn.

De hamvraag is wanneer is de wetenschap bereid te accepteren dat het niet draait om ‘God of Darwin’, maar om ‘God en Darwin’ (Trouw, 8 december 2008)?

Marcel Messing voert de lezer mee naar het oude Palestina, waar Jezus de weg tot bevrijding onderrichtte. Van daaruit spant hij een tijdsboog naar het heden. Zijn onderzoek heeft geleid tot een demasqué van de macht van de staat, de wereldeconomie en met name de rooms-katholieke kerk. Godsdienst is een instrument van macht, manipulatie en uitbuiting in de handen der ‘goden’ en van hen die deze goden dienen. Duistere krachten blijken de mens te willen afhouden van zijn pad tot bevrijding. Jezus wees daar herhaaldelijk op. De penwortel van het kwaad, oorzaak van alle lijden, wordt blootgelegd. Om te ontsnappen aan de vernietiging van onze planeet, dient de mensheid zich met de grootste spoed bewust te worden van haar ware oorsprong, spirituele kracht en liefde. Alle wijsheidsleraren hebben gewezen op ons immense spirituele potentieel.
In deze stormachtige tijd worden we uitgenodigd ons huis te bouwen op de rots. De rots van waarheid, licht en liefde, waardoor ons stoffelijk lichaam kan transformeren in een lichtlichaam en wij kunnen terugkeren in de oceaan van bewustzijn, licht en liefde.

Het onkenbare 1e beginsel (kies Inhoud, hoofdstuk Drie grondstellingen uit de proloog), de wisselwerking tussen 'DAT en DIT', de blauwdruk gaat het menselijke begripsvermogen te boven. Het brengt de relatie tussen hemel en aarde, het ontstaan van de kosmos en van de mens (H.P. Blavatsky, De Geheime Leer Deel I en II) tot uitdrukking.

Het rapport 'E i V' ondersteunt de visie van Ervin Laszlo met betrekking tot het Akasha-veld. Het biedt de basis voor ‘de integrale theorie van alles’, de unificatietheorie. In aansluiting op de filognosie, wordt voor het ‘allesverbindende informatieveld’ aan de term ether (rapport p. 58: psi-vermogens) de voorkeur gegeven. Dit rapport wil aantonen dat de holos-beschaving gecreëerd kan worden door de absolute waarheid, de éne werkelijkheid als vast referentiepunt te kiezen.
In het leven draait het om de natuurlijke -, de scheppende - en de vernietigende kringloop. Het is niet handig de vernietigende kringloop met ons denken nog een extra handje te helpen. De beschavingstransformatie die in het holos tijdperk plaats vindt bouwt op eerdere transformaties voort. Het kernkwadrant (5D-concept) brengt de ommekeer, de kwintessens tot uitdrukking. Het is het mogelijk ons weer met de natuurlijke kringloop (flow), de oerbron te verbinden.

De Geheime Leer, Deel I Proloog (p. 37/38):
Wanneer dus de pantheïsten de Upanishads herhalen, die evenals de Geheime Leer verklaren dat ‘dit’ niet kan scheppen, dan ontkennen zij niet een schepper, of liever een verenigd totaal van scheppers, maar zij weigeren slechts, heel logisch, om ‘schepping’ en in het bijzonder ‘vorming’, iets eindigs, aan een oneindig beginsel toe te schrijven. Voor hen is Parabrahmam een passieve, want een absolute oorzaak, het onvoorwaardelijke mukta. Alleen beperkte alwetendheid en almacht worden aan het laatste ontzegd, omdat dit nog eigenschappen zijn (zoals die worden weerspiegeld in de voorstellingen van de mens) en omdat Parabrahm, het ‘allerhoogste AL’, de altijd onzichtbare geest en ziel van de Natuur, onveranderlijk en eeuwig, geen eigenschappen kan hebben. ‘Het absolute’ immers sluit vanzelfsprekend ieder denkbeeld van samenhang met het eindige of het voorwaardelijke uit. En wanneer de aanhanger van de Vedanta stelt dat eigenschappen eenvoudig tot de uitstraling ervan behoren en deze ‘iswara plus maya’ en avidya noemt (d.i. agnosticisme en niet-weten, eerder dan onwetendheid), is het moeilijk in deze opvatting enig atheïsme te ontdekken7. Omdat er noch twee ONEINDIGHEDEN noch twee ABSOLUTEN kunnen zijn in een Heelal dat wordt verondersteld grenzeloos te zijn, kan men zich nauwelijks voorstellen dat dit zelf-bestaan persoonlijk scheppend is. Voor het gevoel en de waarnemingen van eindige ‘wezens’ is DAT niet-‘bestaand’, in de zin dat het HET enige ZIJN is, want in dit AL ligt zijn eeuwig bestaande en gelijktijdige uitstraling of inherente radiatie verborgen die, wanneer zij periodiek Brahma wordt (het mannelijk-vrouwelijke vermogen), zich tot het gemanifesteerde Heelal uitbreidt, dus dit Heelal wordt. Narayana, die zich beweegt op de (abstracte) wateren van de Ruimte, wordt veranderd in de concrete wateren die worden bewogen door hem, die nu het gemanifesteerde WOORD of de logos wordt.
7) Niettemin zouden bevooroordeelde en nogal fanatieke christelijke oriëntalisten willen bewijzen dat dit zuiver atheïsme is. Voor een bewijs hiervan zie men majoor Jacobs ‘Vedanta Sara’. Toch weerklinkt door de hele oudheid deze gedachte uit de Vedanta:
Omnis enim per se divom natura necesse est (For every one that it is necessary, by the very nature of
Immortali aevo summa cum pace fruatur.’ To enjoy the immortal life in the deepest)
38: De orthodoxe brahmanen, die het meest in opstand komen tegen de pantheïsten en de aanhangers van de Adwaita, en hen atheïsten noemen, zijn – als Manu hierin enig gezag heeft – gedwongen de dood van Brahma, de schepper, aan te nemen bij de afloop van iedere ‘eeuw’ van deze (scheppende) godheid (100 goddelijke jaren – een periode die in onze jaren uitgedrukt, vijftien cijfers vereist). Toch zal geen van hun filosofen deze ‘dood’ anders opvatten dan als een tijdelijk verdwijnen van het gemanifesteerde bestaansgebied of als een periodieke rust.\\
41/42: De occulte catechismus bevat de volgende vragen en antwoorden:
Wat is het dat altijd is?’ ‘Ruimte, de eeuwige anupadaka12.’ ‘Wat is het dat altijd was?’ ‘De kiem in de wortel.’ ‘Wat is het dat altijd komt en gaat?’ ‘De grote adem.’ ‘Is er dus drie keer iets eeuwigs?’ ‘Neen, de drie zijn één. Wat altijd is, is één; wat altijd was, is één; wat altijd bestaat en wordt, is ook één: en dit is Ruimte.’
Verklaar dit, o lanoo (leerling).’ ‘Het Ene is een ongebroken cirkel (ring) zonder omtrek, want het is nergens en overal; het Ene is het grenzeloze vlak van de cirkel, die alleen gedurende de tijdperken van een manvantara een middellijn manifesteert; het Ene is de ondeelbare punt die tijdens die perioden nergens wordt gevonden en overal wordt waargenomen; het is het verticale en het horizontale, de vader en de moeder, de top en de basis van de vader, de twee uitersten van de moeder, dat in werkelijkheid nergens heen reikt, want het Ene is de ring en evenzo de ringen die binnen die ring zijn. Licht in duisternis en duisternis in licht: de ‘adem die eeuwig is’. Het beweegt zich van buiten naar binnen wanneer het overal is en van binnen naar buiten als het nergens is – (dat is maya13, een van de middelpunten14). Het breidt zich uit en trekt samen (uitademing en inademing).
14) Met ‘middelpunt’ wordt een energiecentrum of een kosmisch brandpunt bedoeld; als de zogenaamde ‘schepping’ of vorming van een planeet wordt teweeggebracht door die kracht die de occultisten LEVEN noemen en de wetenschap ‘energie’, dan heeft het proces van binnen naar buiten plaats. Men zegt dat ieder atoom in zichzelf de scheppende energie van de goddelijke adem bevat. Dus, na een absolute pralaya, of wanneer het vooraf bestaande materiaal slechts bestaat Uit EEN element en de ADEM ‘overal is’, werkt laatstgenoemde van buiten naar binnen. Na een kleine pralaya daarentegen, wanneer alles in statu quo is gebleven – in een bevroren toestand, om zo te zeggen, zoals de maan – beginnen bij de eerste trilling van het manvantara de planeet of planeten hun wederopstanding tot het leven van binnen naar buiten.
De Geheime Leer, Deel I, Stanza 1 De nacht van het heelal (p. 73:)
Het verschijnen en verdwijnen van het Heelal wordt voorgesteld als een uitademing en inademing van ‘de grote adem’, die eeuwig is en die, omdat hij beweging is, een van de drie aspecten van het Absolute is; de andere twee zijn abstracte Ruimte en duur. Als de ‘grote adem’ wordt geprojecteerd, wordt hij de goddelijke adem genoemd en wordt hij beschouwd als het ademen van de onkenbare godheid – het ene Bestaan – die als het ware een gedachte uitademt die de Kosmos wordt. (Zie Isis Ontsluierd.) Zo verdwijnt ook, als de goddelijke adem weer wordt ingeademd, het Heelal in de schoot van ‘de grote moeder’, die dan slaapt ‘gewikkeld in haar onzichtbare gewaden’.
De Geheime Leer, Deel I, Stanza 2 Het denkbeeld van differentiatie (p. 85:)
2. . . . WAAR WAS DE STILTE? WAAR WAREN DE OREN OM DEZE GEWAAR TE WORDEN? NEEN, ER WAS NOCH STILTE NOCH GELUID (a); NIETS BEHALVE DE ONOPHOUDELIJKE EEUWIGE ADEM (beweging), DIE ZICHZELF NIET KENT (b).
De geheime Leer Deel I, Stanza Het ontwaken van de kosmos (p. 101):
Volgens de leer van de rozenkruisers, zoals die door de niet-ingewijden deze keer op de juiste manier wordt behandeld en verklaard, hoewel maar gedeeltelijk, ‘zijn licht en duisternis op zichzelf genomen identiek, en alleen te scheiden in het menselijke verstand’. Volgens Robert Fludd ‘nam de duisternis verlichting aan om zich zichtbaar te maken’ (On Rosenkranz). Volgens de stellingen van het oosterse occultisme is DUISTERNIS de ene ware werkelijkheid, de basis en de wortel van het licht, zonder welke dit laatste zich nooit zou kunnen manifesteren, zelfs niet bestaan. Licht is stof en DUISTERNIS zuivere geest. De wezenlijke metafysische grondslag van de duisternis is subjectief en absoluut licht, terwijl dit laatste in al zijn schijnbare pracht en glorie alleen maar een groot aantal schaduwen is, omdat het nooit eeuwig kan zijn en eenvoudig een illusie of maya is.
De Geheime Leer Deel I, Stanza 4 De zevenvoudige hiërarchieën (p. 123):
In de Sepher Jezirah wordt gezegd dat ‘God de troon van zijn glorie graveerde in de Heilige Vier, de ophanim (wielen of wereldsferen), de Serafijnen5, de heilige dieren en de dienende engelen, en uit deze drie (lucht, water en vuur of ether) vormde hij zijn woning’. Zo werd de wereld gemaakt ‘door middel van drie Serafijnen – Sepher, Saphar en Sipur’, of ‘door middel van getal, getallen en getelden’. Met behulp van de astronomische sleutel worden deze ‘heilige dieren’ de tekens van de Dierenriem.
5) Dit is een letterlijke vertaling uit de Afdelingen IX en X: ‘Tien getallen zonder wat?
Een: de geest van de levende God . . . die leeft in eeuwigheid! Stem en geest en woord, en dit is de Heilige Geest.
Twee: geest uit geest. Hij ontwierp en hakte daarmee tweeëntwintig basisletters uit, drie moeders en zeven dubbele en twaalf enkele, en uit hen één geest.
Drie: water uit geest; hij ontwierp en hakte daarmee het woeste en het lege, modder en aarde. Hij ontwierp ze als een bloembed, hakte ze als een muur, bedekte ze als een plaveisel.
Vier: vuur uit water. Hij ontwierp en hakte daarmee de troon van glorie en de wielen, en de serafijnen en de heilige dieren en de dienende engelen, en op deze drie grondvestte hij zijn woning, zoals is gezegd: hij maakt zijn engelen geesten en zijn dienaren vurige vlammen!’ De woorden ‘grondvestte hij zijn woning’ tonen duidelijk aan dat in de Kabbala, evenals in India, de godheid als het Heelal werd beschouwd, en oorspronkelijk niet de buiten-kosmische god was die hij nu is.
De geheime Leer Deel I, Stanza 6 Onze wereld , haar groei en ontwikkeling (p. 169):
Dat geldt ook voor fohat6. Hij is één en zeven, en staat op kosmisch gebied achter alle manifestaties zoals licht, warmte, geluid, adhesie, enz., en is de ‘geest’ van de ELEKTRICITEIT, die het LEVEN van het Heelal is. Als abstractie noemen wij hem het ENE LEVEN; als objectieve en zichtbare werkelijkheid spreken wij van een zevenvoudige ladder van manifestatie, die op de bovenste sport begint met de ene onkenbare OORZAKELIJKHEID, en eindigt als alomtegenwoordig Denkvermogen en Leven, dat in ieder atoom van de stof woont. Terwijl dus de wetenschap spreekt van de evolutie daarvan door redeloze stof, blinde kracht en zinloze beweging, wijzen de occultisten op een intelligente WET en een bewust LEVEN, en voegen eraan toe dat fohat de leidende geest van dit alles is. Toch is hij in het geheel geen persoonlijke god, maar de uitstraling van die andere achter hem staande machten, die de christenen de ‘boodschappers’ van hun God noemen (die in werkelijkheid slechts de Elohim is, of beter een van de zeven scheppers die Elohim worden genoemd), en wij de ‘boodschapper van de oorspronkelijke zonen van leven en licht’.
6) ‘Fohat’ heeft verschillende betekenissen. (Zie Stanza V, Toelichting en hieronder.) Hij wordt de ‘bouwer van de bouwers’ genoemd, omdat de kracht die hij verpersoonlijkt, onze zevenvoudige keten heeft gevormd.
De geheime Leer Deel I, hoofdstuk Enkele vroegere theosofische misvattingen over planeten, ronden en de mens (p. 182):
Het is zinloos te spreken over ‘wetten die ontstaan als de godheid zich voorbereidt om te scheppen’, want (a) wetten zijn, of beter DE WET is, eeuwig en ongeschapen; en (b) de godheid is wet, en omgekeerd. Bovendien ontvouwt de ene eeuwige WET alles in de (toekomstige) gemanifesteerde Natuur volgens een zevenvoudig beginsel; daartoe behoren ook de talloze kringvormige ketens van werelden, die bestaan uit zeven bollen, trapsgewijze gerangschikt op de vier lagere gebieden van de wereld van vorming (de drie andere behoren tot het Heelal van de archetypen).
198: Van de vier vidya’s – die behoren tot de in de Purana’s genoemde zeven takken van kennis – namelijk ‘yajna-vidya’ (het uitvoeren van religieuze riten om bepaalde gevolgen teweeg te brengen); ‘maha-vidya’, de grote (magische) kennis, die nu is ontaard in tantrika-eredienst; ‘guhya-vidya’, de wetenschap van de mantra’s en hun juiste ritme of manier van zingen, van mystieke bezweringen, enz. – kan alleen de laatste, ‘atma-vidya’ of de ware geestelijke en goddelijke wijsheid, een absoluut en definitief licht werpen op de leringen van de eerstgenoemde drie. Zonder de hulp van atma-vidya blijven de andere drie niet meer dan oppervlakkige wetenschappen, meetkundige grootheden die lengte en breedte hebben, maar geen dikte. Ze zijn als de ziel, de ledematen en het verstand van een slapend mens: in staat tot werktuiglijke bewegingen, tot verwarde dromen en zelfs tot slaapwandelen, en tot het teweegbrengen van zichtbare gevolgen, maar gestimuleerd door instinctmatige en niet door verstandelijke oorzaken, en allerminst door volkomen bewuste geestelijke impulsen. Uit de eerstgenoemde drie wetenschappen kan veel worden bekend gemaakt en verklaard. Maar tenzij atma-vidya de sleutel tot hun leringen verschaft, zullen ze altijd blijven als de stukken van een verscheurd leerboek, als de schaduwen van grote waarheden, die door de meest geestelijk ingestelden vaag worden onderscheiden, maar die uit elk verband worden gerukt door degenen die iedere schaduw aan de muur zouden willen spijkeren.
De Geheime Leer Deel I Stanza 6 Vervolg (p. 236):
Hij verandert van vorm en blijft toch altijd dezelfde. En hij is het ook die over de ingewijde adepten van de hele wereld geestelijke heerschappij uitoefent. Hij is, zoals gezegd, de ‘naamloze’ die zoveel namen heeft en van wie toch de namen en zelfs de aard onbekend zijn. Hij is deInwijder’ en wordt het ‘GROTE OFFER’ genoemd. Want, zittend op de drempel van het LICHT, kijkt hij vanuit de kring van de duisternis, die hij niet zal overschrijden, in dat licht en hij zal zijn post ook niet verlaten vóór de laatste dag van deze levenscyclus. Waarom blijft de eenzame Wachter op zijn zelfgekozen post? Waarom zit hij aan de bron van de oorspronkelijke wijsheid waaruit hij niet langer drinkt, omdat hij niets heeft te leren wat hij nog niet weet – inderdaad, noch op deze aarde, noch in haar hemel? Omdat de eenzame pijnlijk voortstrompelende pelgrims op hun weg terug naar huis tot het laatste ogenblik er nooit zeker van zijn dat zij niet zullen verdwalen in deze onmetelijke woestijn van illusie en materie die men het aardse leven noemt. Omdat hij graag aan iedere gevangene die erin is geslaagd zich te bevrijden van de boeien van het vlees en de illusie, de weg zou wijzen naar dat gebied van vrijheid en licht, waaruit hij zich vrijwillig heeft verbannen. Kortom, omdat hij zich heeft opgeofferd ter wille van de mensheid, al kunnen slechts enkele uitverkorenen van het GROTE OFFER profiteren.
De Geheime Leer Deel I Stanza 7 De voorvaderen van de mens op aarde (p. 258):
Maar zelfs de Kabbala laat duidelijk het rechtstreekse verband zien tussen de Sephiroth, of Elohim, en mensen.
Als men ons dus bewijst dat de kabbalistische identificatie van Jehova met Binah, een vrouwelijke sephiroth21, nog een andere, sub-occulte betekenis heeft, dan en dan alleen zal de occultist bereid zijn de palm van volmaaktheid aan de kabbalist toe te kennen. Tot dat moment beweren wij dat – omdat Jehova in de abstracte betekenis van ‘één levende god’ een enkel getal is, een metafysisch verdichtsel, en pas een realiteit als hij op zijn juiste plaats wordt gesteld als een uitstraling en een sephiroth – wij het recht hebben vol te houden dat de Zohar (zoals in ieder geval blijkt uit het BOEK VAN DE GETALLEN) oorspronkelijk, vóór de christelijke kabbalisten deze hadden verminkt, dezelfde leer verkondigde als wij, en dit nog doet. Deze leer houdt in, dat de mens niet is uitgestraald uit één hemelse MENS, maar uit een zevenvoudige groep van hemelse mensen of engelen, evenals in ‘Pymander, de goddelijke gedachte’.
21) Noot vert. De enkelvoudsvorm is eigenlijk sephira. Ook elders in de tekst geeft H.P.B. soms in een dergelijk geval sephiroth.
295: De pelgrim, die de lange reis onbevlekt is begonnen, die steeds verder is afgedaald in de zondige stof, en zich heeft verbonden met elk atoom in de gemanifesteerde Ruimte, die elke levens- en bestaansvorm heeft doorworsteld en daarin heeft geleden, is nog maar tot de bodem van het dal van de stof gekomen, halverwege zijn cyclus, als hij zich heeft vereenzelvigd met de collectieve mensheid. Deze heeft hij naar zijn eigen beeld gemaakt. Om omhoog en huiswaarts te kunnen gaan, moet de ‘god’ nu het moeizame steile pad van het Golgotha van het Leven beklimmen. Het is het martelaarschap van zelfbewust bestaan. Zoals Visvakarman, moet hij zich aan zichzelf offeren om alle schepselen te verlossen, om uit de velen tot het Ene Leven op te staan. Dan stijgt hij inderdaad naar de hemel op, waar hij, gedompeld in het onbegrijpelijke absolute Zijn en de gelukzaligheid van paranirvana, onbeperkt heerst en vanwaar hij weer zal neerdalen bij de volgende ‘komst’, die een deel van de mensheid volgens de dode letter verwacht als de tweede advent, en een ander deel als de laatste ‘Kalki-Avatar’.
De geheime Leer Deel I, hoofdstuk 3 Oorspronkelijke substantie en goddelijke gedachte (p. 359/360):
En omdat stof, die los van de waarneming bestaat, alleen maar een abstractie is, zijn deze beide aspecten van het ABSOLUTE – kosmische substantie en kosmische verbeelding – onderling afhankelijk. Als men heel nauwkeurig is, zou men – om verwarring en misvatting te vermijden – het woord ‘stof’ moeten toepassen op de verzameling van objecten die kunnen worden waargenomen, en het woord ‘substantie’ op de noumena. Omdat de verschijnselen op ons gebied de schepping zijn van het waarnemende ego – de vormgevingen van zijn eigen subjectiviteit – kunnen alle ‘toestanden van de stof die de verzameling waargenomen objecten vertegenwoordigen’ voor de kinderen van ons gebied slechts een relatief bestaan hebben, dat zuiver tot de verschijnselen behoort. Zoals de aanhangers van het moderne idealisme zouden zeggen, heeft de samenwerking van subject en object het zintuiglijk waarneembare voorwerp of verschijnsel tot gevolg. Dit leidt echter niet noodzakelijk tot de conclusie dat hetzelfde geldt voor alle andere gebieden; dat de samenwerking van die twee op de gebieden van hun zevenvoudige differentiatie een zevenvoudige verzameling van verschijnselen tot gevolg heeft, die eveneens geen op zichzelf staand bestaan hebben. Het zijn echter concrete werkelijkheden voor die wezens voor wie ze een deel van hun ervaring zijn, op dezelfde manier als de rotsen en rivieren om ons heen werkelijkheden zijn vanuit het standpunt van een natuurkundige, hoewel het voor de metafysicus onwerkelijke illusies van de zintuigen zijn. Het zou onjuist zijn zoiets te zeggen of zelfs maar te denken. Vanuit het standpunt van de hoogste metafysica is het gehele Heelal, de goden inbegrepen, een illusie; maar de illusie van degene die zelf een illusie is, is op ieder gebied van bewustzijn verschillend. We hebben evenmin het recht te dogmatiseren over de mogelijke aard van de waarnemingsvermogens van een ego op bijvoorbeeld het zesde gebied, als om onze waarnemingen gelijk te stellen aan of als maatstaf te gebruiken voor die van een mier voor haar soort van bewustzijn. Het zuivere object los van bewustzijn3 is voor ons onbekend, zolang we op het gebied van onze driedimensionale wereld leven, omdat we alleen de mentale toestanden kennen die het in het waarnemende ego opwekt. En zolang de tegenstelling tussen subject en object voortduurt – namelijk zolang wij over onze vijf zintuigen beschikken en meer niet, en niet weten hoe we ons alles waarnemende Ego (het hogere Zelf) van de slavernij van deze zintuigen moeten bevrijden – zolang zal het voor het persoonlijke ego onmogelijk zijn de barrière te doorbreken die het scheidt van een kennis van de dingen op zichzelf (of substantie). Dat ego, dat voortgaat op een boog van toenemende subjectiviteit, moet de ervaringen van ieder gebied volledig doormaken. Maar pas wanneer de eenheid is opgegaan in het AL, op dit of op een ander gebied, en wanneer zowel subject als object verdwijnen in de toestand van de absolute ontkenning, d.i. nirvana (ontkenning, ook hier alleen vanuit ons gebied), wordt die top van alwetendheid beklommen – de kennis van dingen op zichzelf, en komt men dichter bij de oplossing van het nog ontzagwekkender raadsel, waarvoor zelfs de hoogste Dhyan-Chohan in stilte en onwetendheid moet buigen – het onuitsprekelijke mysterie van wat de aanhangers van de Vedanta PARABRAHMAM noemen.

Figuur 3. Ouroboros, de slang die in zijn eigen staart bijt . In de achtvorm: Zo boven zo beneden

De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 18 Over de mythe van de ‘gevallen engel’ in haar verschillende aspecten (p. 549):
De goden van het licht komen voort uit de goden van de duisternis
Nergens is de metafysische waarheid duidelijker, wanneer zij esoterisch wordt verklaard – of meer verborgen voor het gemiddelde begripsvermogen van hen die in plaats van de verhevenheid van het denkbeeld te waarderen, het alleen kunnen verlagen – dan in de Upanishads, de esoterische toelichtingen op de Veda’s. De Rig Veda, zoals Guignault deze kenschetste, ‘is de meest verheven voorstelling van de grote wegen van de mensheid’. De Veda’s zijn in de esoterie van de Vedanta en de Upanishads ‘de spiegel van de eeuwige wijsheid’, en zullen dat altijd blijven.
Meer dan zestien eeuwen lang hebben de nieuwe maskers die men de oude goden heeft opgedrongen, hen voor de nieuwsgierigheid van het volk verborgen, maar tenslotte bleken ze toch niet te passen. Toch hebben de metaforische VAL en de even metaforische verzoeningsdood en kruisiging de westerse mensheid langs wegen gevoerd waarop zij tot de knieën door het bloed waadde. Erger nog, zij brachten de mensheid ertoe te geloven in het dogma van de boze geest, duidelijk verschillend van de geest van al het goede, terwijl toch de eerstgenoemde in alle stof leeft en bij uitstek in de mens. Tenslotte werd het godslasterlijke dogma van de hel en de eeuwige verdoemenis geschapen, en werd een dichte sluier gehangen tussen de hogere intuïties van de mens en de goddelijke waarheden; en het meest verderfelijke gevolg van dit alles was dat de mensen onwetend werden gehouden van het feit dat er geen duivels, geen duistere demonen in het Heelal waren vóór het verschijnen van de mens zelf op deze en waarschijnlijk op andere aarden. Van toen af werden de mensen ertoe gebracht als twijfelachtige troost voor de smarten van deze wereld het denkbeeld van de erfzonde te aanvaarden.
De filosofie van die natuurwet die zowel in de mens als in elk dier een hartstochtelijk, ingeboren en instinctief verlangen naar vrijheid en zelfbeschikking inplant, behoort tot de psychologie en hierop kan nu niet worden ingegaan. Om dit gevoel in hogere intelligenties aan te tonen, om het te analyseren en er een natuurlijke reden voor te geven, zou bovendien een eindeloze filosofische toelichting nodig maken, waarvoor hier geen ruimte is.
Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 19 Is pleroma de legerstede van Satan? (p. 586/587):
Typhon de Egyptenaar, Python, de Titanen, de Sura’s en de Asura’s behoren alle tot dezelfde legende van geesten die de aarde bevolken. Ze zijn geen ‘demonen, aan wie is opgedragen dit zichtbare heelal te scheppen en te organiseren’, maar vormgevers (de ‘architecten’) van de werelden en de voorvaderen van de mens. Ze zijn metaforisch de gevallen engelen – ‘de ware spiegels van de eeuwige wijsheid’.
Wat is de absolute en volledige waarheid en de esoterische betekenis van deze universele mythe? De hele essentie van de waarheid kan niet van mond tot oor worden overgebracht. Er is ook geen pen die haar kan beschrijven, zelfs niet die van de engel die onze daden optekent, tenzij de mens het antwoord vindt in het heiligdom van zijn eigen hart, in de diepste diepten van zijn goddelijke intuïtie. Het is het grote ZEVENDE MYSTERIE van de schepping, het eerste en het laatste; en wie de Openbaring van Johannes leest, vindt misschien de schaduw ervan, verborgen onder het zevende zegel . . . Het kan alleen in zijn schijnbare, objectieve vorm worden afgebeeld, evenals het eeuwige raadsel van de sfinx. Toen deze laatste zich in de zee stortte en omkwam, was dat niet omdat Oedipus het geheim van de eeuwen had ontraadseld, maar omdat hij de grote waarheid voor altijd had onteerd door het eeuwig geestelijke en het subjectieve te antropomorfiseren. Daarom kunnen we het alleen geven vanuit het filosofische en intellectuele gezichtspunt, ontsloten met de respectievelijke drie sleutels – want de laatste vier van de zeven sleutels die de poorten tot de mysteriën van de Natuur wijd openen, zijn in handen van de hoogste ingewijden en kunnen niet aan de massa worden bekendgemaakt – tenminste niet in onze eeuw.
Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 22 De symboliek van de mysterienamen IAO en Jehova,
(p. 627): De geest van leven en onsterfelijkheid werd overal gesymboliseerd door een cirkel: vandaar dat de slang die in haar staart bijt, de cirkel van wijsheid in oneindigheid voorstelt.
Geheime Leer Deel II, Hoofdstuk 24 Het kruis en het pythagorische tiental (p. 660):
Het achttal of de 8 symboliseert de eeuwige en spiraalvormige beweging van de cyclussen, de 8, ∞, en wordt op zijn beurt gesymboliseerd door de Mercuriusstaf. Het geeft de regelmatige ademhaling van de Kosmos aan, bestuurd door de acht grote goden – de zeven uit de oorspronkelijke moeder, de ene en de triade.
De Geheime Leer Deel II, hoofdstuk 25 De mysteriën van het zevental (p. 688/689):
Volgens dit buitengewone stuk religieuze literatuur – een waar gnostisch fossiel – is de menselijke entiteit de zevenvoudige straal uit het Ene4, zoals ook onze school leert. Zij bestaat uit zeven elementen, waarvan er vier aan de vier kabbalistische gemanifesteerde werelden zijn ontleend. Zo ‘krijgt zij van Asia de nephesh of de zetel van de fysieke begeerten (ook de levensadem); van Jezirah, de ruach of zetel van de hartstochten (?!); van Briah de neshamah, en van Aziluth krijgt zij de chaiah of het beginsel van het geestelijke leven’ (King). ‘Dit lijkt op een aanpassing van de theorie van Plato, dat de ziel haar respectievelijke vermogens van de planeten ontvangt bij haar benedenwaartse tocht door hun sferen. Maar de Pistis Sophia geeft met haar gebruikelijke vrijmoedigheid aan deze theorie een veel dichterlijker vorm (§ 282).’ De innerlijke mens bestaat eveneens uit vier samenstellende delen, maar deze worden verschaft door de opstandige aeonen van de sferen, die de kracht zijn – een deel van het goddelijke licht (‘divinae particula aurae’) dat nog in hen is overgebleven; de ziel (het vijfde) ‘gevormd uit de tranen van hun ogen en het zweet van hun kwellingen; het Ἀντίμιμον Πνεύματοϛ, nabootsing van de geest (die schijnt overeen te komen met ons geweten), (het zesde); en tenslotte de Μοῖρα, het lot5 (het karmische ego), dat tot taak heeft de mens naar het voor hem bestemde einde te brengen; als hij door het vuur moet sterven, hem naar het vuur te leiden; als hij door een wild beest moet sterven, hem naar het wilde beest te leiden, enz.6’ – het ZEVENDE!
4) De zeven energiecentra die door de werking van fohat op het ene element werden geëvolueerd of objectief gemaakt; of in feite het ‘zevende beginsel’ van de zeven elementen die door de gemanifesteerde Kosmos heen bestaan. Wij kunnen er hier op wijzen dat zij inderdaad de sephiroth van de kabbalisten zijn; de ‘zeven gaven van de heilige geest’ in het christelijke stelsel; en in een mystieke betekenis, de zeven kinderen of zonen van Devakī die vóór de geboorte van Krishna door Kamsa werden gedood. Onze zeven beginselen symboliseren deze alle. We moeten ze verlaten of ons van hen ontdoen vóór we de Krishna- of Christustoestand, die van
jivanmukta bereiken, en ons geheel concentreren in het hoogste, het zevende of het ENE.

De 7e Chakra, het kosmisch bewustzijn heeft op het antropisch principe betrekking. Het heelal bestaat omdat we het kunnen waarnemen. Er moet tegenstelling zijn tussen subject en object, anders kan niet van bewustwording worden gesproken. Zintuigelijke waarneming is mogelijk omdat er een tegenstelling is tussen licht en donker. Verschijnselen als ruimte (oneindigheid), de 4e dimensie tijd (eeuwigheid) en het daaruit voortvloeiende, eeuwige, scheppende terugkoppelingsmechanisme, dat het nu met verleden en toekomst verbindt, brengen een ontwerp tot uitdrukking.

====

Zie ook:

Boeken:

Externe Links

<< || >>

Categorie: Artikelen | Rapport | Auteur: Harry Nijhof


Deze pagina werd sedert 16 dec. 2007 keer bekeken.